Dagboek van zes weken vrijwilligerswerk in een Thaïse school
16-05-2010
Zondag 16 mei
Ik was van plan vandaag eindelijk eens uit te slapen op zondag, want ik sta nu al twee weken aan een stuk rond zes uur op (erger dan thuis!). Maar om zes uur word ik vanzelf wakker, k denk niet dat mijn huisdier er voor iets tussen zit want deze keer heb ik hem niet bewust gehoord. Misschien is het gewoon van de hitte. Die ventilator helpt wel, maar t blijft toch broeierig warm in mijn kamer. Ik doe moeite om terug wat in te dommelen en rek het zo nog tot iets voor negenen.
Na een uurtje kleren wassen met de hand alweer een totaal nieuwe ervaring voor mij, zij het dan één van de minder aangename van de voorbije twee weken besluit ik een fietstochtje te maken door de woonwijk. Het is er heel erg rustig, hier en daar zie je iemand luieren in zn hangmat en wat spelende kinderen. In een bijgebouwtje van een hui s staan een dertigtal mensen te zingen, sommigen dansen er ook redelijk enthousiast bij. De liedjesteksten zijn in het Thais maar af en toe hoor ik het woord hallelujah ertussen, dus t zal een minderheid van christenen zijn.
Na deze fysieke inspanning in de verzengende zon heb ik wel een brunch verdiend. In het dorpje bestel ik noedels maar in plaats daarvan krijg ik krokant gebakken varkensvlees met een oranjerode saus. Niet erg, denk ik, want dit is ook heel lekker. Maar dit blijkt maar een voorgerechtje te zijn want de kokkin blijft druk bezig in haar mobiele keukentje en komt even later aanzetten met een grote kom noedels met varkensvlees (en dat alles voor 50 Baht). Daar gaat mijn goede voornemen om wat minder te gaan eten Op weg naar huis koop ik op het marktje nog een watermeloen, dat is tenminste low-calorie.
Wanneer ik terug op mn kamer kom zie ik de hagedis van op mijn matras naar de muur spurten. Ze hadden me gezegd dat die beesten alleen op muren en plafonds komen maar dit is toch een iets avontuurlijker exemplaar. k Heb weer chance. Wat ben ik blij dat ik mijn muskietennet heb voor s nachts niet alleen tegen de muskieten!
Er zijn al heel veel Thaise mensen vooral vrouwen natuurlijk die me gezegd hebben dat ze jaloers zijn op mijn witte huid terwijl ik het net mooi vind als je een bruin kleurtje hebt. k Ga me hiermee dus niet aantrekkelijker maken bij het vrouwvolk van Thailand maar ik kan het niet laten: ik doe mn zwembroek aan en ga een uurtje zonnebaden! Ondertussen lees ik in het handboek Engels van de vierdejaars, aan wie ik volgende week les moet geven.
Aangezien het internet op de school (alweer) niet werkt rij ik naar het internetcafé om mn emails te checken en mijn blog bij te werken. Ik stuur ook een mailke naar Mathias want t is vandaag zijn verjaardag. Op de site van De Redactie staat te lezen: Thailand op de rand van de confrontatie. Na de aanslag op een hoge piet van de roodhemden is het geweld terug opgelaaid. Gisteren zijn er 17 doden gevallen en in bepaalde straten is de avondklok ingesteld. Maar de rellen blijven beperkt tot Bangkok, en dan nog maar een welbepaalde wijk. k Zal me voorlopig dus niet te veel zorgen maken, we zien wel hoe de situatie over vier weken is wanneer ik terug naar huis moet.
Na twee uur internetten (30B) maak ik me klaar om te gaan joggen en daar staat Mr. Winai voor mn deur. Goeie timing. De tweelingbroertjes B1 en B2 zijn ook mee, ze zitten met zn drieën op de scooter. We lopen vijf rondjes rond het voetbalveld terwijl B1 en B2 wat shotten, daarna naar het parkje om te fitnessen. Mr. Winai wil me naar de school terugbrengen maar met vier op de scooter lijkt me toch iets te riskant, ik loop liever. Hij loopt dan maar met me mee uit solidariteit, terwijl B1 en B2 volgen met de scooter. Ze zijn pas 11 jaar!
Op het schooldomein komen we Ms. Pu tegen die ook aan het joggen is en wanneer Mr. Winai weer vertrokken is besluit ik nog wat mee te lopen met haar. We lopen in een slakkengangetje een paar rondjes rond het basketbalterrein. Pu nodigt me uit om te komen eten en dat sla ik niet af. Ik breng wel mn watermeloen mee. Ms. Ob en Ms. Nii komen er ook bij zitten, maar alle drie eten ze zo goed als niks. Ms. Pu heeft al om 17u gegeten omdat het slecht is voor de lijn als je te laat eet. Er is gebakken ei Thaise stijl (met onder andere sojasaus erin, smaakt een beetje zoet), gedroogd varkensvlees uit Ubon (ook zoet) en pad thai.t Is weer heel lekker maar deze keer hou ik me toch een beetje in. Zij diëten en ik moddervet worden zeker!
Het is al pikdonker wanneer Ms. Dokkoon op de school arriveert het wordt hier wel heel vroeg donker, al kort na 18u. Dokkoon is in de wolken want geslaagd voor haar overheidsexamen (de resultaten zijn dit weekend op het internet gepubliceerd). Mr. Chuay en Mr. Lek ook, maar spijtig genoeg zijn Ms. Khem en Ms. Jay niet bij de gelukkigen.
Nog iets dat zo typisch is: wanneer ik vraag of er in de regio malaria voorkomt schudden de dames allemaal van neen: not in Thailand!. Maar even later vertellen ze dat er elk jaar een vijftigtal leerlingen van Buached Wittaya malaria krijgen! Misschien heb ik hen verkeerd verstaan, maar k ga voor de zekerheid toch maar mijn doxycycline blijven innemen Het is me trouwens ook niet meer duidelijk hoever we hier zijn van de grens met Cambodja; de ene zegt 30km, de andere 150.
Vandaag gaan we naar Ban Tha Klang, het olifantendorp! Om 7u30 wandel ik naar de ingang van de school waar de minibus al klaar staat, muziek vollen bak. Mr. Suwan is er met zijn vrouw en zijn twee kinderen: Champ(ion), een jongetje van 14 jaar en Shon, een meisje van 11. Kort daarop arriveert Mr. Klaang met zn vrouw en hun dochtertje (naam vergeten), en even later ook Mr. Sumeth met vrouw en zoontje Ed. Mr. Klaang is een heel sympathieke vent die redelijk goed Engels spreekt, als is hij wiskundeleraar. Mr. Sumeth, die leraar Engels is, spreekt eigenlijk zo goed als geen Engels: bijna geen woordenschat en compleet fout qua grammatica. Na een rit van een kleine twee uur komen we aan in Ban Tha Klang.
t Is de eerste keer dat ik zoveel farangs bij elkaar zie, al is de grote meerderheid van de toeristen toch Thais. We zijn mooi op tijd om de olifantenshow te zien, waarbij chans in alle maten de revue passeren: van een baby-olifantje van anderhalve meter hoog tot het pronkstuk van de hoop, een gigantisch exemplaar (k weet niet hoeveel meter) van 36 jaar oud. Ze staan op hun achterpoten, shotten naar een goal, spelen basketball, maken een schilderij dat daarna voor 200B wordt verkocht en gooien met hun slurf pijltjes naar een bord met ballonnen. t Zijn kunstjes die de dag van vandaag in de circussen van Europa not done zijn denk ik, maar goed. We kopen wat trossen kleine banaantjes, die de kinderen na elk nummer aan de olifanten mogen gaan geven. Voor een ander nummer gaan Mr. Klaang en ik temidden van de piste op een matje liggen, waarna een olifant over ons heen stapt en ons ondertussen een lichte tik geeft. Na de show loop ik nog wat rond op het domein, waar her en der olifanten staan. Grappig om te zien is een huis met een carport waaronder een olifant geparkeerd staat. Een mahout is zijn beest aan het wassen en Mr. Suwan neemt een foto van mij terwijl ik naast de kolos sta en zn oor vasthoud; het voelt aan als een zeemvel.
Rond de middag laten we Ban Tha Klang alweer achter ons. Langs de weg stoppen we om aan een stalletje een ware lekkernij te kopen: een bamboestok gevuld met zoete, kleverige rijst met kokosmelk. k Vrees wel dat het een caloriebom is, het vult in ieder geval heel erg maar t is zo lekker dat ik er van blijf eten. Ik ga ervan uit dat dit ons middagmaal is maar een kwartiertje later slaan we een aardewegje in en stoppen aan het huis van de moeder van Mr. Suwan waar heel ons gezelschap verwacht wordt voor de lunch. Op het menu staan tom-yam en som-tam, dat laatste is de typische pikante papayasalade. t Is een heel gezellige boel. De broer en de vier zussen van Mr. Suwan komen ook langs. Sommigen van hen zijn ook leerkracht net als hij, andere landbouwer. Na de maaltijd komt er fruit op tafel, onder andere mango die wordt gedipt in rietsuiker met pikante toevoeging.
Een man met een gammele bakfiets hobbelt langs over het aardewegje. Het is zowaar de ijskar! Ik vermoed dat ik weer niet ga mogen betalen voor mijn eten (wat later ook blijkt: its my duty to take care of you zegt Mr. Suwan altijd) dus grijp ik mijn kans en trakteer alle kinderen die daar rondlopen op een ijsje. 45B voor negen ijsjes, t is de wereld niet. Sommigen kiezen voor iets wat wij niet kennen: ijsbollen op een hotdogbroodje in plaats van in een hoorntje!
In de namiddag gaan we shoppen in Surin. Eerst naar een department store, vergelijkbaar met de Inno bij ons, en daarna in een Big-C, een soort Carrefour. Ik koop een joggingshirt, een olifantenhemd zoals de leerkrachten op woensdag dragen, een paar onderhemden (ik heb gemerkt dat je er minder doorweekt uitziet wanneer je een onderhemd aan hebt), een rugzakje (mijn tirette is kapot) en een massa Thaise snoeprepen die zullen dienen als prijs voor de English class. Voor de kinderen in ons busje koop ik echte Snickers, die bijna evenveel kosten als bij ons en dus voor hen heel duur zijn.
Om halfzes zijn we terug in Buached Wittaya School. Het heeft ondertussen geregend. Mr. Klaang en Mr. Suwan nodigen me uit om te komen eten. Ik neem snel een douche, maak een pakketje Belgische chocolaatjes klaar voor de kinderen en even later staat Mr. Klaang met zn scooter voor mijn deur om me naar zijn huis te brengen. Mr. Klaang heeft een mooi houten huis met veel grond. Hij is niet alleen leraar maar verbouwt ook rijst, zes percelen van 20m op 20m. Een ander stuk grond is hij aan het klaarmaken om mangobomen op te zetten.
Onder het grote afdak voor het huis is Mr. Suwan al bezig de Thaise barbecue aan te steken; we gaan weer eten in Djengis Khan-stijl, zoals vorige week op restaurant. Ik weet dat ik in herhaling val maar t is weer enorm lekker. Rond half negen brengt Mr. Klaang me terug naar de school. Ik heb geen zin om al in mijn kamer te gaan zitten en maak nog een wandelingetje door de drie straten die Buached rijk is. Terug op weg naar de school kom ik Mr. Suwan tegen, die me met zijn scooter tot voor mijn deur brengt. Hij zegt dat het wel veilig is in Buached, maar toch ik ben een farang en hij is verantwoordelijk voor mij. In mijn kamer begin ik aan mijn verslag van de voorbije dagen
Het overheidsexamen was blijkbaar moeilijk, de missen Khem en Jay zien er niet al te happy uit. Maandag krijgen ze de resultaten, ik ben benieuwd. Het is een concours, hoe hoger je scoort hoe sneller je een benoeming in een school kan krijgen.
Ik moet vandaag het eerste uur lesgeven aan Mathayom 1/4, gastjes die net van de basisschool komen. Het is een moeilijke klas, ze kunnen niet stil blijven en zijn redelijk brutaal naar Thaïse normen. Maar er zitten er wel een paar bij die toch al een behoorlijk niveau van Engels hebben.
Terug in de leraarskamer ontmoet ik Mr. Udom en zijn vrouw. Mr. Udom is inspecteur/coördinator voor Engels, verantwoordelijk voor 256 scholen in de regio. Vandaag bezoekt hij enkele scholen waaronder de onze. t Is een heel vriendelijke man die goed Engels spreekt. Terloops polst hij of ik niet voor drie maanden of langer kan blijven, want zes weken is toch zo kort. In de buurt zit een Amerikaan van het Peace Corps die hier voor 2 jaar is. Ik zal t eens vragen aan mijn vrouw
Lunch in de cantine. De leerkrachten hebben hun zinnetjes van gisteren goed onthouden: how are you; Im fine thank you; how is your lunch; I must go now; In de namiddag geef ik mijn laatste lessen aan Mathayom 3, volgende week wordt het Mathayom 4. Ik leg extra veel nadruk op de uitspraak van de eind-medeklinkers. I like spreken ze steevast uit als I lie, sometimes als somtam. En meervouden gebruiken ze niet: one book, two book. Ook de meeste leraressen maken deze fouten constant, dus van hen gaan ze t niet leren. Ik probeer het erin te pompen door hen het zinnetje I sometimes eat som-tam te doen opdreunen. Ze vinden het super grappig en het helpt hoop ik om hen duidelijk te maken dat je sometimes niet op dezelfde manier uitspreekt als som-tam (een Thais gerecht, papayasalade). k Hoop dat Mrs. Surin goed meeluistert J.
Na schooltijd ga ik lopen met Mr. Winai en daarna weer fitnessen in het park. Het is vrijdag en dus vertrekken veel van de leerkrachten die tijdens de week op de school verblijven nu naar hun stad of dorp, vaak op een paar uur rijden. Ms. Nyang gaat dit weekend niet naar huis en Ms. Khem morgen pas, en zo hebben we afgesproken om samen op restaurant te gaan. Omdat je in Buached geen echte restaurants vindt rijden we naar Sangkha, een kleine 20km verder. t Is een gezellig restaurant met een mooi terras en veel groen. De vrouw die ons bedient spreekt tamelijk goed Engels. Ze trouwt binnenkort met een Noorse man en gaat daarna mee naar Noorwegen. We eten een gele curry met inktvis, een grote kom tom-yam en een hele vis op een bedje van groenten. Nyang en vooral Khem eten bijzonder weinig en ik probeer dat te compenseren door weer véél te veel te eten. Het restaurant heeft ook een karaoke-gedeelte heel populair in Thailand en zo kunnen we meegenieten van het gekweel van enkele would-be zangeressen. Gelukkig gaat het niet te luid, ze zingen alleen maar romantische muziek.
Vandaag zijn de leerkrachten in sportieve outfit: blauwe traingsbroek en grasgroene sportieve polo. Dat is blijkbaar elke donderdag zo, of er nu sport op het programma staat of niet. Voor mijn ontbijtheeft Mrs. Surin een soort Thaise paella meegebracht.
Ik begin elke les met een herhaling van de grammatica die we tot nu toe hebben geleerd: frequency en like/enjoy/love/hate. Opnieuw worden de niveauverschillen duidelijk: sommigen lijken er absoluut niks van te hebben opgestoken, zelfs aflezen uit hun boek lukt niet. Er zijn er bij die nauwelijks Thais kunnen lezen, laat staan Engels. Bij anderen lukt het al veel beter, dat geeft dan weer hoop.
Aangezien ik druk aan t werk ben met de voorbereiding van de Engelse les voor de teachers en met het aanmaken van mijn blog (www.bloggen.be/teachinginthailand) heb ik geen tijd om te koken en maakt Mrs. Surin de lunch klaar. Het wordt tom yam kung. Ze heeft ook een cadeautje voor mij: een sportpolo zoals de leerkrachten op donderdag dragen. Mijn hemd is ondertussen al doorweekt (het is in de veertig graden) dus dat komt al meteen van pas.
Rond halfvijf starten we met de les English for teachers. Er zijn wel een stuk of twintig geïnteresseerden en zelfs de schooldirecteur is erbij. De les vindt plaats op een luxe-locatie: een lokaal met airco. Ook Mr. G die onderwijzer is op de basisschool (Prathom 1 tot 6) is gekomen. Kinderen in de basisschool krijgen in principe al Engelse les maar het probleem is dat de leraars nauwelijks Engels spreken. Mr. G is heel gemotiveerd om te leren. We beginnen met the very basics: good morning/afternoon/evening, how are you, enz. Daarna wat zinnetjes over het weer en over eten (How was your lunch? It was delicious!) Een jonge lerares wil weten hoe ze me in t Engels uit eten kan vragen J. De naschoolse les voor leerkrachten wordt positief onthaald want achteraf vragen ze om het twee keer per week te doen. De leerlingen zullen het dan maar met een English club minder moeten stellen.
Mr. Winai is een fervent jogger en nu wil ik eindelijk eens met hem meegaan. We joggen vier rondjes rond het voetbalveld. Daarna neemt hij me mee op zijn scooter naar het parkje waar niet alleen speeltuigen voor de kinderen staan maar ook fitnesstoestellen in de open lucht. Het zijn simpele ijzeren tuigen maar er staan er toch wel een stuk of vijftien. We fitnessen een halfuurtje en daarna weer de scooter op. Mr. Winai laat me de woonwijk zien waar veel leerkrachten wonen. We eindigen bij het huis van de familie Mee-in en daar aangekomen speel ik wat voetbal met B1 en B2. Mrs. Surin geeft me stukken mango om ter plekke op te eten en nog twee extra mangos om mee te nemen. Daarna brengt Mr. Winai me terug naar de school.
Zoals ik had gehoopt nodigen de dames van de overkant me opnieuw uit om te komen eten. Ik wil niet met lege handen aankomen en rij eerst met de fiets naar het marktje om wat fruit te kopen: rambutan en jackfruit. Hier zullen ze wel van eten denk ik, t is tamelijk low-calorie.
Het wordt een heel gezellige avond met Mrs. Anyarin, Ms. Rung-tip en een nieuw gezicht, Ms. Ob (ook Ms. Frog genoemd, omdat kikkers ob ob ob zeggen). Zij heeft tom yam kaeng meegebracht, met vis erin. Het is lekker maar moeilijk om te eten want de kleine vissen liggen er op hun geheel in en zitten vol met graten. Ze zijn blij dat ze met mij de zinnetjes kunnen inoefenen die we eerder vanavond in de les hebben gezien.
Anyarin krijgt nog telefoon met breaking news: er is in Bangkok een aanslag gepleegd op Seh Daeng, een overgelopen generaal die nu een van de leiders is van de roodhemden. Het geweld zal nu wel weer toenemen. Ze zijn verrassend open over de politiek: volgens hen is heel de school aanhanger van de geelhemden met uitzondering van vier personen, die ze ook bij naam noemen. Mrs. Jintana was hier vanmiddag voorzichtiger in: ze zei dat er twee taboes zijn in Thailand, politiek en seks.
We blijven babbelen tot 23u, wat uitzonderlijk laat is hier. De touké is ook weer van de partij. We zien een schorpioen, ik kan hem heel dicht benaderen om een foto te nemen. Met een hagedis op mijn kamer kan ik nog leven maar dit beest wil ik liever niet te vaak tegenkomen.
Ik begin stilaan te begrijpen dat er op school een dresscode is voor elke dag van de week. Vandaag dragen de meeste leerkrachten een kleurrijk hemd overdadig bedrukt met olifanten en tempelruïnes. Je hebt ze in t lichtblauw en in t roze, maar dat heeft niks met geslacht te maken: sommige leraressen dragen blauw, sommige leraars roze.
Ms. Khem en Ms. Jay zijn naar Surin vertrokken om er deel te nemen aan het overheidsexamen, dat over twee dagen is gespreid. Vandaag is ook de dag dat de naschoolse clubs worden aangekondigd: de leerlingen hebben de keuze om na schooltijd een extra les te volgen in een bepaald domein. Zo heb je bijvoorbeeld een math club, een sports club, een yoga club (gegeven door Ms. Pu), en natuurlijk ook een English club. De English club zal op woensdag worden gehouden door mezelf en Mrs. Jintana. Maar ook veel leerkrachten willen hun Engels verbeteren en daarom beslissen we om op donderdag na schooltijd ook voor hen een Engelse les te organiseren.
Ik heb vandaag maar vier lessen te geven aan Mathayom 3, dus is er tussendoor tijd om de andere sessies voor te bereiden. Ik ben het natuurlijk niet gewoon om les te geven maar t gaat steeds beter. Ondertussen weet ik ook al een beetje wat ik kan verwachten van een Mathayom 3/5 in vergelijking met een 3/1. En gaandeweg begin ik meer visuele hulpmiddeltjes te gebruiken, bijvoorbeeld smileys om het verschil tussen to like, to enjoy, to love en to hate uit te leggen. Dat vinden ze enorm grappig! En k hoop dat ze het nu ook wat beter gaan onthouden
s Middags is er weer kookles voor mij in de leraarskamer, met instructies van Mrs. Jintana en Mrs. Surin: varkensvlees met groenten, deze keer zonder chilipepers. Misschien hebben ze gemerkt dat de kost van gisteren vonken uit mijn neus deed schieten.
Na de lessen in de namiddag heb ik een uurtje vrij, daarna begint de English club. We hebben tegen de dertig inschrijvingen, de meesten uit Mathayoms 5 en 6. We beginnen met een spelletje associations: de leerlingen staan in een cirkel rond Mrs. Jintana en mezelf. We zeggen een Engels woord (bijvoorbeeld tomato) en ze moeten om beurten een woord zeggen dat ze ermee associëren. Wie niks kan zeggen valt af, tot er nog eentje overblijft. De winnares mag een snoepreep uitkiezen, die ik vooraf in het schoolwinkeltje ben gaan kopen. Daarna doen we word guessing: we delen ze in in teams van zes, ik schrijf een woord op een papiertje en de teams moeten om beurten een vraag stellen waarop ik enkel met ja of neen antwoord. De leden van het winnende team mogen weer een prijs kiezen. Het is blijkbaar een succes, want na afloop vragen ze om niet één maar drie English clubs per week te doen!
Terug in mijn kamer trek ik een lade open en de hagedis springt eruit en nestelt zich op de muur net onder het plafond. Ik vrees dat ik zal moeten wennen aan mijn nieuwe huisdier. k Hoop wel dat hij geen vriendjes meebrengt één hagedis in mijn kamer is voor mij meer dan voldoende.
Mr. Klaang, die ik nog nooit heb gezien, fietst voorbij met zijn dochtertje en zegt dat ik een fiets van hem mag gebruiken. Wanneer ik uit de douche kom staat de fiets voor mijn deur. Ik gebruik hem meteen om naar de woensdagse avondmarkt te rijden. Mrs. Anyarin en de andere ladies hebben me alweer uitgenodigd om bij hen te komen eten maar deze keer wil ik ook mijn bijdrage leveren. Ik koop een groene en een rode curry, gebakken rijst met blokjes gemaakt van kippenbloed (dat wist ik niet toen ik het kocht, bweurk) en een zak popcorn. De dames eten er niet veel van want ze letten allemaal heel erg op hun lijn ik heb blijkbaar gekozen voor high-calorie gerechten. Hun salades zijn low-calorie maar toch heel lekker.
Na het avondeten belt Inge en krijg ik te horen dat Victor al sinds maandag in het ziekenhuis ligt met een zwaar abces. Gelukkig is hij ondertussen al beter, maar hij zal toch niet voor het einde van de week naar huis mogen. Inge heeft me niet eerder gebeld dan we hadden afgesproken (vandaag) om me niet ongerust te maken. Lief hé.
Gisteren hebben we vooral woordenschat aangeleerd over sporten en emoties. Met de beste klassen kunnen we nu overgaan tot de volgende onderwerpen op het verlanglijstje van Mrs. Surin: adverbs of frequency (always, usually, often, sometimes, seldom/rarely, never) en verbs of liking (like/enjoy/love/hate). Je merkt wel opnieuw de grote niveauverschillen: sommigen kunnen bijvoorbeeld geen enkele dag van de week opnoemen.
Mrs. Jintana is een echte schat. Ze weet dat ik dol ben op de Thaise kost en dat ik graag Thais zou leren koken, en daarom heeft ze een kookplaat en een boel ingrediënten meegebracht zodat ik zelf in de leraarskamer mijn lunch kan klaarmaken! We beginnen met een scheut soja-olie, veel look en een massa rode chilipepers. Daarna een portie inktvis, uien, verse kruidenblaadjes uit de tuin van Mrs. Jintana, preischeuten (denk ik), oestersaus, een beetje seasoning sauce, wat kruidenmix uit een pakje en een eetlepel lichtbruine rietsuiker. Als je weet wat je erin moet doen is het in een wip klaar. Het is zo pikant dat ik tijdens het eten af en toe mijn neus moet snuiten maar toch o zo lekker.
Na meer dan een week heb ik al een flinke hoop vuile was om naar het wassalon te brengen. Mijn ondergoed moet ik zelf wassen, het betaamt blijkbaar niet om dat ook mee te geven. Ik stap met mn wasmand onder de arm de schoolpoort uit en k heb alweer geluk: een computerlerares die op haar scooter passeert neemt me mee achterop en brengt me tot voor de deur. Mrs. Jintana heeft me een briefje meegegeven waarop in het Thais geschreven staat wat er moet gebeuren: wassen, strijken en geen farang-prijzen aanrekenen.
Rond halfzes ga ik een halfuurtje joggen, de eerste keer sinds ik in Thailand ben. Het moet nog diep in de dertig graden zijn. Ik keer terug met een kop zo rood als een tomaat maar het heeft wel deugd gedaan. Ik neem een douche en vertrek naar de markt om te eten, maar word na vijf stappen al geroepen door de dames aan de overkant: Mrs. Anyarin, Ms. Pu, Ms. Tip en Mrs. At (verwacht een baby in december). Ze schuiven direct een stoeltje bij, scheppen een bord rijst op en ik mag me bedienen van de gerechtjes die op tafel staan waaronder visschotel, groentenschotel, kikker (!) met groenten en een bordje geroosterde insecten! Van dat laatste proef ik nu toch ook eens: ik begin met een halve kever en neem er daarna nog een hele bij, weliswaar een klein exemplaar. Het smaakt niet slecht maar je mag er toch niet teveel bij nadenken. Daarna eten we nog wat fruit als dessert.
Er vliegen vandaag ongelooflijk veel insecten rond, doordat het gisteravond zo hard en lang heeft geregend. Insecten zijn hier een gewone zaak, de dames vissen ze gewoon uit het eten en doen verder. Wanneer er een sprinkhaan in Pus haar belandt begint ze niet te gillen maar pakt hem rustig vast tussen duim en wijsvinger en zet hem wat verder neer. Onder ons afdak steekt een grote hagedis zijn kop naar buiten. Hij maakt een vreselijk lawaai, het lijkt bijna op het blaffen van een klein hondje. Ze noemen het een touké en zeggen dat ik er niet te dicht bij mag komen omdat hij me wel eens zou kunnen aanvallen. En als iemand wordt gebeten door een touké zullen er drie koppels scheiden, zo zegt het bijgeloof. Dat wil ik niet op mn geweten hebben!
Ik blijf nog wat hangen bij Ms. Khem en Ms. Nyang die voor Khems huisje aan het babbelen zijn en ga dan slapen. Op de aardeweg tussen onze huisjes zit een kleine krab. We zitten hier nochtans heel ver van de zee, maar deze leeft in de rijstvelden.
Vannacht heb ik ontdekt dat er een hagedis in mijn kamer is binnengedrongen. Met veel moeite heb ik hem naar buiten gekregen, de gang op, maar om 5u30 haalt het rotbeest me toch weer uit mijn bed met zijn oorverdovende geroep. Hij zit terug achter mijn kast. Niet verwonderlijk eigenlijk dat hij weer is binnengekomen, de kier onder de deur is een halve centimeter hoog. Ik denk dat ik er voortaan een handdoek voor zal leggen.
Deze week assisteer ik Mrs. Surin en bijna alle lessen zijn met Mathayom 3, het derde middelbaar dus. Tijdens het ochtendritueel valt het me op dat de vastbenoemde leerkrachten (government teachers) een militair uniform aan hebben. Dat is elke maandag zo, in alle scholen van Thailand, zegt Mrs. Surin. De contractuele leerkrachten dragen gewone kleren. Na de gebruikelijke toespraken die voor mij uiteraard totaal onbegrijpelijk zijn klimt Mr. Winai het podium op. Hij gedraagt zich als een militair, roept dingen naar de leerlingen die klinken als bevelen. Maar af en toe gooit hij er blijkbaar een kwinkslag tussen, want de leerlingen vinden de tussenkomst van Mr. Winai duidelijk grappig. Zo serieus moeten we het dus ook allemaal niet nemen.
Er zit een echte ladyboy in een van de klassen van Mathayom 3. Ik heb er eigenlijk nog niet zoveel gezien ofwel hebben die anderen zich wel héél goed getransformeerd. Mrs. Surin heeft me het leerboek van Mathayom 3 gegeven en aangeduid welke lessen ik deze week moet geven. Al snel blijkt dat we de verwachtingen zullen moeten bijstellen want veel leerlingen spreken nauwelijks een woord Engels. Volgens Mrs. Surin komt dit doordat er op de lagere school van Buached geen leraar Engels was en ze dus later dan normaal gestart zijn. Het niveau van Mathayom 3/1 is wel duidelijk veel hoger dan dat van 3/5, en zelfs binnen dezelfde klas zijn er grote verschillen.
Omdat het zo heet is stelt Mrs. Surin voor dat ik voortaan in het kantoor van de schooldirecteur ga slapen in plaats van mijn kamertje in de bungalow, want daar is er airco. Ik krijg zelfs een rondleiding van haar. Het is een heel grote kamer met vasttapijt, TV met DVD-speler, douche en een westers toilet. Ik zeg dat ik er nog eens over zal nadenken maar eigenlijk ben ik helemaal niet van plan het te doen. Ten eerste wil ik me niet laten kennen en ten tweede zou ik dan afgezonderd zitten van de andere leerkrachten die op de school verblijven.
Na schooltijd blijf ik nog wat verder werken in de leraarskamer, tot rond halfzes. De zon is nu volledig verdwenen achter een dik pak grijze wolken en de wind is opgestoken. Alles wijst erop dat we ons aan een tropische regenbui kunnen verwachten het moest er een keer van komen.
Ik heb om 18u met Ms. Jay afgesproken om haar te helpen met de voorbereiding van haar examen Engels, één van de onderdelen van het overheidsexamen waar ze deze week aan deelneemt. Mrs. Surin en haar man komen nog langs om me een nieuwe voorraad drinkwater te brengen en we eten wat Belgische chocolade terwijl het weer steeds dreigender wordt. Kort na hun vertrek breekt de moesson los. t Is nog geen kwartier bezig met stortregenen en de elektriciteit valt al uit!
Maar plicht roept: ik moet Ms. Jay gaan helpen, dus moet ik de tropische regenbui trotseren. Ik ben hier tenslotte om te werken hé. We hebben afgesproken bij mijn overbuurvrouw, Ms. Khem, die ook aan het examen deelneemt. Maar omdat het keihard blijft doorregenen moet Ms. Jay verstek laten. Nu ik er toch ben nodigen Ms. Khem en een van haar huisgenotes me uit om te blijven eten. De andere huisgenote, Mrs. Anyarin, is er niet. Omdat er geen elektriciteit is moeten we ons behelpen en zo wordt het een heel speciale maaltijd. We zitten op een mat op de grond, met een klein kaarsje als enige verlichting. We maken kleine pakketjes met onderaan een slablad en daar bovenop rijstpapier dat in water is gedrenkt, drie soorten kruidenblaadjes, groene banaan, stervrucht, kleine stukjes varkensworst en speciale zoete saus die ze hebben laten meebrengen uit Ubon. Als ik in het kantoor van de directeur was gaan slapen had ik een onvergetelijke ervaring gemist.
Plots floepen de lichten weer aan. Ik blijf nog een uurtje babbelen en keer dan terug naar mijn kamer. Voor mijn deur zit een enorme pad ter grootte van mijn handpalm en wat verderop een miniatuur kikkertje zo groot als mijn kleine teen.