Een
tiental jaar geleden kwam ik aan bij een rivier. Ik ontmoette daar
een veerman, Vasudeva, die mij vertelde dat ik moest luisteren naar
wat de rivier tegen mij te zeggen had. De rivier vertelde mij vele
dingen en ik voelde dat ik hier moest blijven. Toen ik hier een paar
jaar woonde ontmoette ik Kamala terug, zij wou de rivier oversteken
om de Boeddha te ontmoeten. Ze was samen met een kleine jongen. Mijn
zoon, die ze had genoemd naar mijzelf, Siddhartha. Het noodlot sloeg
toe en ik verloor de vrouw van wie ik het meeste hield door een
slangenbeet. Ik moest nu voor de kleine jongen zorgen. Na een tijd
besefte ik dat ik meer van deze jongen hield dan ik mij ooit had
kunnen voorstellen. Maar de jongen begon te rebelleren, hij vond het
maar saai in een klein dorpje waar niets anders was dan een rivier.
Hij wou mij niet helpen en lachte mij uit om mijn goedhartigheid, hij
vond het zwakheid. Een paar weken geleden is hij vertrokken, zomaar.
Ik wou zo graag achter hem aan gaan maar mijn hart zei dat het zo
beter is. Ik miste mijn zoon zo hard, de pijn verteerde mij maar elke
keer als ik naar Vasudeva keek herinnerde hij mij er aan om te
luisteren naar wat de rivier te zeggen had. Vasudeva leerde mij nog
beter luisteren naar de rivier en al haar geheimen. De dag dat ik het
luisteren volkomen had geleerd klonk de rivier anders, het klonk als
de muziek van het leven. Maar 1 woord kwam toen in me op: Om, de
voltooiing. Ik had mijn doel bereikt. Mijn ik was de eenheid in
gevloeid, ik hield op met strijden tegen het lot, ik hield op met
lijden. Op mijn gezicht bloeide de opgewektheid, ik behoor toe aan de
eenheid.
bericht 4: de ziekte van de rijken en de ontsnapping
Het is
nu enkele jaren later, en ik bezit mijn eigen huis, eigen
dienspersoneel en een tuin maar dit is voor mij allemaal niet
belangrijk. Kamala is het enige belangrijke voor mij. Ik voel dat ik
mij begin te gedragen als een kindermens, ik voel mij beter dan de
anderen en kijk op hun neer. Ik geniet van mijn zacht bed en de
danseressen die voor mij dansen. Alles wat ik vroeger geleerd heb is
weg. Het enige wat nu telt is dobbelen, en drinken. Ik veracht
mijzelf voor dit alles. Langzaamaan krijgt de zielsziekte van de
rijken mij in haar greep. Ik verlies mijn kalmte, mijn geduld en mijn
goedhartigheid. Dit is niet waarom ik was beginnen reizen. Ik had
vanacht een bizarre droom die mij aan het denken heeft gezet. Ik heb
de kunst van de liefde geleerd. Maar ik weet niets meer van de vorige
lessen die ik heb geleerd. Ik word een kindermens. Ik hecht waarde
aan materiƫle dingen en kijk neer op mensen. Een nieuw verlangen
wekt in mij op. Ik wil mijn reis verder zetten, verder leren. Als ik
hier blijf word ik leeg. Niets zal de leegte in mijn borst vullen. Ik
heb het Kamala niet laten weten maar morgen vertrek ik en vervolg ik
mijn reis.
De
eerste keer dat ik haar zag werd ze gedragen door vier man en zat ze
op rode kussens. Mijn hart begon direct sneller te slaan. Haar haar
was zwart als de nacht met daaronder een bleek gezicht met een mond
als een pas opengesprongen vijg. Ik boog zo diep als ik kon toen ze
mij naderde. Dit was een goed voorteken, die mooie vrouw. Ze had mij
zelfs even naar mij geglimlacht. Ik schoor mij en waste mij voor ik
de mooie Kamala zou ontmoeten. Ik vroeg haar dat ze mijn vriendin en
lerares wou zijn in de kunst van de liefde. Ze vertelde mij dat de
meesten die dit zeiden rijk waren en die er verzorgd uitzagen en
nooit eerder had een samana haar dit gevraagd. Maar ik had mijn doel
gevonden. Ik wou de kunst van de liefde leren, en zij zou mij dit
bijbrengen. Ik bracht haar een gedicht dat mijn gevoelens mooi
verwoordde. Zij was hierdoor ontroerd en schonk mij een kus. Vanaf
dat moment was zij mijn meesteres. Ze leerde mij de kunst van de
liefde op een manier die ik nooit had kunnen bedenken. Ik denk dat ik
nog lang in deze stad zal blijven zodat Kamala mij de kunst van de
liefde kan blijven leren en perfectioneren.