Stan Haag hoorde ik voor het eerst midden jaren 60 toen hij voor Radio Luxemburg werkte. De zender uit het Groot Hertogdom stond meestal op bij mijn ouders. Hij was de favoriet van pa Bostyn. Stan kwam bij de mensen langs. Hij praatte tegen hen. Het was alsof hij bij jou thuis met een bakje koffie aan tafel zat. Niet enkel wat hij zei charmeerde, zeker ook de manier waarop hij de dingen bracht. De kunst van het radiomaken is de luisteraar het gevoel geven dat je tegen hem of haar persoonlijk bezig bent. Niet tegen een massa. Stan Haag beheerste die kunde tot in het kleinste detail. Hij vertelde, entertainde, charmeerde.
Toen heer Haag Luxemburg verruilde voor Radio Veronica verdween hij ietwat uit beeld. De ontvangst van de zeezender liet in Geluwe vaak te wensen over. Zeker na 16:00 uur, toen er nog werd uitgezonden op 192 meter. Na de verhuis naar 538 meter kon een paar uur langer geluisterd worden. Op die manier stond zijn verzoekprogramma Juke Box ook weer regelmatig op. Toen hij het team van Radio Mi Amigo vervoegde eind 1974, was hij weer helemaal terug in Geluwe. Twee keer per dag zelfs. Een uurtje in de voormiddag en eentje 's avonds.
Stan ontmoette ik voor het eerst in Playa de Aro in april 1975. Het Mi Amigo-team had er een soort enclave van waaruit men rustig radio kon blijven maken zonder de bemoeienissen van de overheden in de Lage Landen. We interviewden hem voor Baffle. Net daarom vroeg ik Joey om een cover-illustratie te maken van hem. De babbel werd gebruikt voor een documentaire over twee jaar Mi Amigo die Pierre Deseyn, Frans Schuurbiers en ikzelf in elkaar staken en die werd uitgezonden door
Radio Mi Amigo op zondag 4 januari 1976 (16:30-17:00 uur).
Ik zou Stan nog vaak zien in Spanje. Ik schreef ook zijn eerste teksten voor het zondagse praatje dat hij hield. Klokslag 12:00 uur sprak hij in naam Van Mi Amigo de luisteraars toe. Na een poosje maakte Stan die boodschappen zelf en evolueerde het nieuws over het verbannen radioteam in de mini enclave tot een column. Ernst werd humor. In 1978 keerde hij uit Spaanse ballingschap terug. Hij ging in het Limburgse Diepenbeek woonde en presenteerde zijn Juke Box voor diverse lokale radiostations.
Ik zag hem pas terug in Zoersel op 1 oktober 2000 tijdens de Mi Amigo revival, georganiseerd door kabelradio Magdalena. Ik was er, net zoals Stan, één van de vele genodigden. Ook Peter Vandam, Marc Jacobs, Bart van Leeuwen, Johan Visser, Bert Bennett, Norbert, Will vander Steen en vele andere oud-medewerkers waren van de partij.
Stan was fysiek een flink stuk ouder geworden, maar had nog steeds dat typische gevoel voor humor, zijn gave om met woorden te spelen en om van het leven te genieten. Een borrel sloeg hij bijgevolg nooit af. Maar dat zag zijn vrouw Lut net iets minder zitten. Met enige aandrang werd ik gevraagd of ik Stan die dag kon
begeleiden. Het werd niet met zoveel woorden gezegd, maar ik begreep dat ik er vooral op moest letten dat er geen wittekes werden geschonken en gedronken.
Het liep niet helemaal volgens plan. Uiteraard ging ik overstag. Wie kon Stan iets weigeren? Het was maar één keer feest en wie was ik om hem dat plezier te ontzeggen? De borrel werd netjes gecamoufleerd in een glas cola. Lut keek af en toe in onze richting en dacht dat het goed ging. Stan genoot van de belangstelling, danste ondanks zijn 80 jaar nog op een tafel en deelde handtekeningen uit met zijn breedste glimlach.
Het zou de laatste keer zijn dat ik hem zag. Op 1 december 2001 overleed hij.
#stanhaag #playadearo #jukebox





|