De terugvlucht viel midden in de nacht. We werden om middernacht afgezet op de luchthaven van Amman. Het duurde zoals altijd wel eventjes vooraleer we voorbij de douane raakten. Rond half vier s nachts vertrok dan onze vlucht naar Frankfurt. Ik heb niet gemerkt wanneer of hoe het vliegtuig is opgestegen. Zo vlug sliep ik al. De rest van de reis verliep redelijk vlot. Na de tussenstop in Duitsland kwamen we uiteindelijk rond tien uur aan in Zaventem. Nog één euvel voor we naar huis konden: onze valies terugvinden. Blijkbaar waren de lomperds (sorry) vergeten om een container leeg te maken waar onze koffers zich in bevonden en zo werd het al vlug weer een uurtje later. We raakten ten slotte veilig thuis met de trein
Hoewel wij in één van de warmste streken van de wereld geweest zijn, blijkt dat het ook in België net dan erg warm geweest is. Wij hadden daar alle dagen temperaturen van meer dan 35°C, met regelmatige uitschieters tot 45°C. Maar meestal was het daar erg droog en was daardoor de warmte vrij goed te verdragen. In België daarentegen Iedereen had te warm, het was de langste hittegolf die er in tijden geweest was, op een gemiddelde dag werd het ook al vlug 35°C. En de Belgen zijn zoiets niet gewoon. Het klinkt vrij ironisch dat net op het moment dat ik in het buitenland ben het zo extreem weer is. Maar dat is niet de eerste keer: als ik op wintersport ga, is er net die ene sneeuwbui van het jaar in België, of er zijn extreme onweren of overstromingen wanneer ik het land uit ben.
Hou jullie maar vast want binnenkort vertrek ik alweer (voor een verlengd weekendje) naar Noorwegen
Een veel gestelde vraag als iemand op reis is geweest is: hoe was het met het eten?
Niet zo spectaculair volgens mij in ieder geval. We hadden elke dag de keuze tussen koude en/of warme mezze met daarna een hoofdgerecht, veelal gegrild vlees zoals een brochette.
De mezze bestond uit verschillende soorten hapjes: vooral slaatjes, olijven, kekererwtenpasta, Turks brood (zo van die platte pannekoeken gemaakt uit twee lagen),
gevulde druivenbladeren, geitenkaas (veel te zout) of andere warme hapjes. Wie mij kent weet dat ik niet echt van rauwe groenten houd. Veel heb ik dus niet gegeten van die mezze.
De warme gerechten vielen meer bij mij in de smaak. Maar ook dan was ik steeds op zoek naar andere dingen om te eten. Zo hadden we af en toe de kans om pizza te eten of andere meer westerse gerechten. Ook al was het niet zo lekker als thuis, het was een leuke afwisseling.
Een andere vraag is: Wat mochten jullie daar dragen? Moesten jullie een boerka aandoen? Nee, gelukkig hoefden we geen boerka te dragen. We moesten er gewoon voor te zorgen dat we er deftig uitzagen, dus vooral niet te bloot. Soms droeg ik wel een topje om s avonds te gaan eten, maar dan droeg ik daarover steeds een sjaal om mijn schouders te bedekken. Zo heb ik ook nooit een short aangehad, wel vaker een rok dan thuis. Af en toe heb ik mijn bedoeïenensjaal gedragen die ik daar heb gekocht, al was dat dan meer een gadget dan een echte noodzaak.
De warmste plaats van onze reis was Aqaba. Subjectief dan toch omdat de vochtigheidsgraad daar zo hoog was (Aqaba ligt namelijk aan de Rode zee, naast Eilat, Israël). Ik had me een prachtige afsluiter voorgesteld in een luxe-hotel, met zwembad of met de zee in de buurt om direct een duik te kunnen nemen wanneer het te warm was. Maar dat viel tegen. Het was zo warm dat er niets anders opzat dan op de kamer af te koelen na elke poging om de stad te verkennen. Bovendien had ik pech met de kamer: de badkamer (vooral het putje) verspreidde een vreselijke geur.
De volgende dag- de laatste dag van de reis- deden we een poging om met een glasboot naar een strand te varen waar we dan zouden kunnen snorkelen. Wegens miscommunicatie tussen luc en de organisator in het hotel echter is van dat snorkelen niets in huis gekomen. Het was trouwens zelfs daarvoor te warm. We waren al blij dat we niet achtergelaten waren op het strand en dat we eten gevonden hadden. Het effect met de glasboot is wel heel mooi: de visjes en de koralen kan je op die manier zien zoals je aan het snorkelen bent.
Betrouw nooit de shampoo uit de zakjes in de hotels als je niet precies weet wat het is.
Op een bepaald moment wou ik na een ligbad mijn haar wassen.
Ik deed een zakje shampoo open en deed de inhoud op mijn haar. Het was een rode substantie die wel erg vloeibaar was. Maar het schuimde niet dus deed ik er nog een zakje bij (misschien was het eerste zakje naast mijn haar terechtgekomen?). Ook met dit tweede zakje schuimde het nog niet. Dus spoelde ik mijn haar dan maar af en begon me af te drogen. Maar, wat was dat? Mijn handdoek werd rood door het wrijven op mijn haar. Dat rode goedje was er dus nog niet helemaal uit. Ik stapte opnieuw in de douche en spoelde mijn haar nog een keer. Dat hielp ook niet. Heb het dan maar laten drogen, maar zelfs dat ging niet goed. Mijn haar bleef er de ganse avond nat uitzien. Wellicht was het een product dat dient om een kroezelkopje in model te houden. Er zat niets anders op dan de volgende morgen mijn haar opnieuw te wassen, waarna het er stukken beter uitzag.
Nog een hoogtepunt op onze reis was het bezoek aan de Wadi Rum woestijn. We arriveerden met onze handbagage waarin alles zat voor een nachtje in de woestijn. En we moesten overstappen in de 4x4 wagens die werden bestuurd door Atallah en zijn collega van 16 jaar. Bij het kennismaken met Atallah dacht hij dat hij de grappigste was. Ik zei wie ik was waarop hij zei: youre Petra? Im Wadi Rum!
De woestijn is echt prachtig. Het is iets wat je je niet kan voorstellen tot wanneer je het met je eigen ogen hebt gezien. De Wadi Rum is een rotswoestijn, ooit een soort rivierbedding type de Grand Canyons. De hoofdkleur in deze woestijn is rood. Ongelooflijk!
Er was echter één facet aan ons bezoek aan de Wadi Rum dat ik me toch anders had voorgesteld. Atallah zelf namelijk Bij het verwelkomen droeg hij nog de echte bedoeïenenkledij. Een half uurtje later was hij al volledig omgekleed en droeg hij een jeansbroek met moderne sandalen en een T-shirtje. Ook zijn mooie rode hoofddoek was verdwenen. Dat viel toch tegen. Nog wat later bleek dat hij in het bezit was van een gsm. Een hypermodern model dat meer dan 200 fotos kon maken en zelfs videofilmpjes. Hij wou onze e-mail adressen om de fotos naar ons door te kunnen sturen. Daar ging de charme van de primitieve woestijn.
Hij bracht ons - met een aantal tussenstops - naar zijn kamp. Ook dat had ik me primitiever voorgesteld. Maar ok: het eten viel wel mee, er was een wc, en bovenal we hebben uiteindelijk goed geslapen onder een prachtige sterrenhemel met ongelooflijk veel vallende sterren. Romantischer kan je het niet dromen.
Stilaan kwam het hoogtepunt van de reis in zicht. Bezoek aan de stad Petra. We bleven twee dagen overnachten in het Petra Diamond Hotel. Een van de hotels die net naast de oude site gelegen is in het moderne deel dat er achteraf is bijgebouwd.
Het geeft wel een raar gevoel om overal je naam te zien. Ik heb dan ook een poging gedaan om fotos te nemen van alle voorwerpen of gebouwen waar mijn naam vermeld was. Met die fotos heb ik achteraf een collage gemaakt.
In de moderne stad was ook een Irish Pub, waar ze o.a. Petra Beer verkochten. Best wel lekker, maar behoorlijk straf goedje (33 cl blond beer van 8°).
De volgende morgen stonden we paraat om de volledige dag door te brengen in de oude stad.
Het was minstens even indrukwekkend als ze altijd verteld hebben. De kloof de eigenlijke term is Siq - waar we door moesten was al spectaculair op zich: steeds smaller tot er op bepaalde plaatsen maar ongeveer twee meter overbleef. En dan het eerste zicht op de schatkamer. Het allerbekendste beeld van Petra. Maar dan begon het nog maar. Je beseft pas hoe groot al deze in de rotsen uitgehouwen gebouwen zijn wanneer je er dichterbij staat. Echt gigantisch Om dan nog maar te zwijgen over de kleuren die te vinden zijn in die rotsen, heel prachtig.
Heel de site werd echter bevolkt door mannen en kinderen die probeerden geld te verdienen aan de toeristen. Ze verkochten van alles en nog wat, ze boden ritjes aan op een ezeltje, een paard of een dromedaris of verdienden hun boterham op een andere manier. Niemand kan ontkennen dat het een grote commerciële bedoening is, maar dat proberen we vlug te vergeten zodat we enkel nog de mooie herinneringen overhouden aan deze superstad.
Ook op diezelfde dag brachten we een bezoek aan de Dode Zee.
We betaalden een all-in prijs aan een resort-hotel, waarbij we gebruik konden maken van alle faciliteiten en daar s middags konden genieten van een uitgebreid buffet; we konden zwemmen in de verschillende zwembaden en hadden een goede douche. Dit laatste is erg handig want het is belangrijk dat je na het drijven het zout goed kan afspoelen omdat het na een tijdje toch begint te prikken op bepaalde plaatsen. Het zwemmen in de Dode Zee is dus effectief onmogelijk zoals ze zeggen. Het is onvoorstelbaar, maar je blijft gewoon drijven. En het water is bovendien zalig warm. Je moet je dan volgens de traditie bovendien ook nog volledig insmeren met de modder zodat je een prachtig zacht velleke krijgt. Nog een unieke belevenis die ik niet had willen missen.
Op de tweede dag van ons verblijf in Amman, was het de verjaardag van Freek. We hadden de avond ervoor zodanig slecht gegeten dat niemand het nog zag zitten om in groep te gaan. Maar alleen gaan eten was het andere uiterste, en toch zeker niet op iemands verjaardag. Sarah, Anneke en ik hebben ons met plezier opgeofferd om samen met Freek een leuk restaurantje te zoeken. Het mocht al eens wat deftiger en duurder zijn voor de gelegenheid. Zo kwamen we terecht in het chicste hotel van de stad waar keuze was tussen zes verschillende soorten restaurants. Voor Anneke en Freek bleef het gelijk, maar Sarah en ik hadden zin in Japans.
Laat ons zeggen dat het behoorlijk lekker was, maar dat de vrouwelijke tepanyaki-kok, een ingestudeerd lesje bracht dat bestond uit de ene flauwe mop na de andere.
Nadien nog enkele drankjes in de bar, en al bij al was het een geslaagde avond. Zo geslaagd zelfs dat ik de volgende morgen mijn wekker niet gehoord had (om half zeven) en pas wakker werd om acht uur, toen we eigenlijk al op de bus moesten stappen. Om 8u11 kon ook ik instappen
Amman is in mijn ogen niet echt de leukste stad van het Midden-Oosten, er is echt niet veel te zien, en bovendien zaten we een aantal kilometer uit het centrum waardoor het sowieso onmogelijk werd om vlug eventjes in de stad te gaan wandelen. s Avonds deden we een poging om met de groep te gaan dineren. Voor velen was dat echter alles behalve wat ze ervan hadden gedacht. Door een gebrek aan goede afspraken, was het om te beginnen al erg moeilijk om de groep weer te herenigen na de taxirit omdat we op verschillende plaatsen waren afgezet. Nadat dit euvel was verholpen zijn we op zoek gegaan naar een geschikt restaurant. Luc stelde een restaurantje voor met de naam Jerusalem, maar toen we daar toekwamen viel dat niet zo in de smaak bij een aantal van ons. Na veel gepalaver zijn we uiteindelijk daar toch gaan eten. Luc had gelijk, het was extreem . goedkoop.Want dat hadden we al gemerkt: Luc probeerde alles zo goedkoop mogelijk te houden en was er fier op als hij s middags maar een halve euro had uitgegeven voor een middagmaal. De rest van de groep bestond hoofdzakelijk uit Bourgondiërs die niet keken naar de centjes, als het maar lekker en gezellig was. Kan niet klikken als je het zo hoort
Toen we vanuit Syrië naar Jordanië gingen, stapte er een man op onze bus net voor de grensovergang. Hij vroeg in het Spaans of alle vrouwen wilden meekomen voor de controle. Omdat de meeste van ons geen Spaans verstaan, kreeg die man alleen maar verbaasde gezichten te zien. Hij vroeg daarop (ook in het Spaans) of er soms geen vrouwen op de bus waren (natuurlijk reageerden we ook niet) maar net op dat moment kwam er een andere man op de bus gestapt die dezelfde vraag in het Engels stelde. De eerste man had op de volgende bus moeten stappen waarop Venezolaanse toeristen zaten. Die tweede man was Khaled, een officiële gids, aangesteld door de Jordaanse overheid, die de komende week samen met ons zou doorbrengen. In Jordanië is het verplicht voor alle groepen om met een officiële gids te reizen. Dit veroorzaakt een echt Big-Brother gevoel. De taak van Luc werd op dat moment tot een mimimum beperkt waar hij zich hoogst waarschijnlijk een beetje aan ergerde.
Een eigen gids geeft als voordeel dat je altijd extra informatie kunt vragen i.v.m. het land. Zo bleek bijvoorbeeld dat de man zelf een Palestijn was en kregen we ook daarover eens de andere kant van de feiten te horen.
Maar het nadeel is dat we op de meeste sites dubbel moet betalen: zo betaal je in Petra voor Khaled, maar tegelijkertijd ook voor een fictieve gids die je sowieso moet betalen als je in groep de stad bezoekt, maar die je dan niet te zien krijgt omdat de andere gids erbij is. Bovendien ben je verplicht in Petra om als groep te betalen voor de paarden die je een korte afstand willen vervoeren, ook al maak je er geen gebruik van.
Jordanië weet dat de toeristen geld hebben en ze hebben geen scrupules om het je afhandig te maken
De allereerste dag van de reis waren we geland in Damascus. Toen was het enkel een tussenstop op weg naar Libanon. Toch beleefden we daar toen al ons eerste avontuur: Sarah en ik wouden al een stukje van de stad verkennen en kwamen daarbij terecht op een kunst - en ambachtsmarktje. We gingen al vlug winkeltje in en winkeltje uit en het viel ons op dat ze daar met een cameraploeg opnames aan het maken waren. Maar na een tijdje viel het ons ook op dat de cameras ons aan het volgen waren (niet verwonderlijk gezien vooral Sarah haar looks J). Uiteindelijk kwam het erop neer dat ze ons zelfs kwamen vragen om mee te doen in hun filmpje ter promotie van de kunstnijverheid in Damascus. We konden niet weigeren en moesten in het Engels verklaren hoezeer we in de wolken waren over de kleine unieke winkeltjes en de leuke geweven stofjes. Enkele weken later zou het uitgezonden worden op de nationale televisie
Halverwege de reis verbleven we nog eens drie nachten in Damascus. Het leek me wel lang omdat we er ook volledig vrij waren en met de groep niets hadden afgesproken. Enkel op vrijdag zouden we proberen met een minibusje naar een christelijk bedevaartsoord te gaan.
Tegen donderdagmiddag had ik al de souq bezocht en de moskee gezien en toen wou ik naar de andere kant van de stad gaan om daar iets te drinken bij een gezellig Italiaans restaurantje. Ik nam mijn plannetje erbij en probeerde me te oriënteren. Op dat moment kwam Achmed voorbij, een Egyptenaar die als banketbakker werkt voor een of andere sjeik in Saoedi-Arabië. Hij stelde me voor om me de weg tot daar te tonen. Hoe kon ik weten dat hij absoluut geen kaart kon lezen? Na vijf minuutjes stappen waren we terug bij de moskee, absoluut de andere kant van de stad. Ik vroeg dus of hij geen taxi wou regelen die me naar daar zou brengen. Dat was geen probleem, maar hij wou persé met me mee iets gaan drinken. Daarna vroeg hij me of ik dan eventjes met hem mee wou gaan om iets af te geven aan de ouders van zijn beste vriend uit Saoedi-Arabië. Die mensen woonden aan de andere kant van de stad en ik mocht mee met hem en we zouden daar dan iets eten.
Veel kans om te protesteren kreeg ik niet en voor ik het goed en wel besefte zat ik bij de vriendelijke mensen thuis. Het duurde daar langer dan verwacht maar ook daarna mocht ik nog niet direct naar huis. De schoonouders van zijn vriend woonden enkele huizen verder en we moesten daar ook een bezoekje brengen.
Pas tegen acht uur was ik terug in het hotel. Achmed stelde voor om de volgende dag ergens naar toe te gaan, maar ik zei dat ik op vrijdag met de groep weg zou gaan. Hij zei toen dat we dan samen zouden gaan ontbijten en dat ik dan nadien (om 10u00) met de groep kon optrekken. Bleek dat even een communicatiestoornis De ontbijtplek lag 50km uit de stad. Zijn vrienden brachten ons daar naartoe. Maar we waren helemaal niet terug in het hotel om 10u00, we moesten op dat moment zelfs nog aan ons ontbijt beginnen. Ik was behoorlijk kwaad op dat moment, vooral ook op mezelf omdat ik me laten vangen had.
Uiteindelijk zijn we pas na 12u30 bij de groep gearriveerd met een taxi die Achmed betaald heeft. Na een kort bezoek aan het klooster moesten we daar alweer vertrekken. Achmed wou één en ander goed maken en heeft het minibusje voor de terugweg geregeld (en betaald)voor de groep. Na nog een bezoek aan een ander bedevaartsoord op de terugweg, konden we terug naar Damascus. Ik wou op dat moment al lang van Achmed af, maar had geen keuze gehad, maar nu wou ik die zo snel mogelijk kwijt. Luc zei echter dat ik hem niet zomaar kon droppen omdat hij net de rit had betaald voor de groep. Met veel moeite, en na nog een glaasje te drinken, zijn Anneke en ik (bedankt Anneke omdat je erbij was)er uiteindelijk in geslaagd om hem kwijt te raken. Oef, dat was een spannende dag, waarbij ik vooral geleerd heb om niet meer met vreemde mannen mee te gaan. Het is goed afgelopen, maar het had ook anders kunnen zijn. Mijn beschermengel had nog maar eens zijn werk goed gedaan
Er valt heel wat te vertellen over onze begeleider Luc. Het was de eerste reis die Luc mocht begeleiden. Hiervoor had hij een cursus van twee dagen gevolgd. (blijkbaar is dat voor Koning Aap voldoende) Wellicht kan hij er zelf ook niet aan doen, maar de man heeft ondanks de cursus- echt niet de goede capaciteiten om reisbegeleider te zijn.
Het opvallendste is dat hij blijkbaar heel selectief hoort, of met een ernstig concentratieprobleem zit. Daardoor kwamen we af en toe in een pijnlijke, maar ook soms grappige situatie terecht. Het meest frappante voorbeeld was dit toen iemand hem vroeg of we de tweede dag in de Wadi Rum ook een 4x4 ter beschikking zouden hebben. Hij antwoordde: ja, hier. Waarop wij: nee, 4x4. En hij ja ja, hier en zo ging het nog eventjes door. De helft van de groep zat op dat moment met de slappe lach, maar we konden niet luidop of in zijn gezicht lachen. Misschien heeft hij wel gemerkt dat we als groep niet helemaal tevreden waren over onze begeleider. Of misschien ook niet, zoals er wel meer aan zijn aandacht ontgaan is.
In Aleppo sliepen we in een hotel in het midden van de souq. Het was het origineelste hotel dat we op de hele reis gehad hebben. Niet het beste qua comfort, maar zo mooi ingericht: echt een decor uit de sprookjes van duizend-en-één-nacht. Toen we daar na het avondeten terug arriveerden, bleken er ook twee Noren in ons hotel te slapen. We hebben samen een paar glazen gedronken en een tijdje zitten praten op het dakterras. Altijd boeiend om nieuwe mensen tegen te komen, en zelfs uitgenodigd te worden om daar ooit eens op bezoek te gaan als ik nog eens in Noorwegen ben.
De volgende dag heb ik in Aleppo samen met Tineke de hammam bezocht. Niet helemaal te vergelijken met onze saunas, maar minstens een even grote belevenis.
Je krijgt een katoenen doek rond je en dan ga je naar de stoomruimte. Na tien minuten is het niet meer uit te houden van de warmte, maar vooral door het lawaai van de stoommotor. Als je daar buiten komt wordt je overgeleverd aan de handen van hammamvrouw. (een fort van een dame, enkel gekleed in een rood onderkleed). We begrepen haar woorden niet echt, maar het werd ons wel snel duidelijk of we moesten liggen of zitten of moesten draaien of ons moesten afspoelen. Ze waste eerst ons haar met een stuk zeep, wreef toen over ons lichaam met een soort schuurpapier tot alle dode huidcellen weg waren, en begon ons toen in te zepen met een spons. De massage was eerder beperkt: een klein neepje in onze pijnlijke spieren volstond blijkbaar.
We eindigden ons bezoek aan de hammam met een tweede keer het stoombad en na ons afgespoeld te hebben kregen we een propere, droge katoenen doek en werden we uitgenodigd op een glaasje thee. Het was echt zalig, ik had het niet willen missen.
Die namiddag deed ik een poging om de souq te bezoeken. Het was erg warm in Aleppo dus ik wist wel op voorhand dat ik niet ver zou rondlopen, maar dat ik na 100 meter al een Arabier zou tegenkomen die me in het Nederlands aansprak, had ik toch ook niet verwacht. Hij vroeg of hij een eindje met me mocht meelopen omdat hij gids was van een groep uit Nederland, maar de groep was voorlopig nog niet gearriveerd omdat de luchthaven van Beiroet dicht was. Hij wou me trakteren op een glaasje thee op een terrasje aan de voet van de citadel en ik heb van de gelegenheid gebruik gemaakt om wat meer te weten te komen over de plaatselijke gewoonten en over een aantal Arabische woorden die belangrijk zijn voor toeristen. Door het feit dat hij een tijdje in Nederland had gewoond, kon hij beide werelden vergelijken en had hij duidelijk niet dezelfde bedoelingen als de andere mannen daar. Sympathieke kerel, wellicht een goede gids.
De groep was evenwichtig opgebouwd dit jaar. We waren met 12 personen, waarvan 6 mannen en 6 vrouwen. Bovendien waren 6 personen van gemiddelde leeftijd (tussen 50 en 60 jaar) en 6 personen wat jonger (van 20 tot 36). Er waren vier koppels mee (waarvan 1 koppel uit Nederland), één zoon van een koppel, en nog drie vrijgezellen. Ik had met iedereen van de groep een goed contact, wat de voorbije jaren niet altijd het geval was.De oudere mensen in de groep waren van de leeftijd van mijn ouders, ik kon erg goed met hen opschieten. De jongeren waren dan eerder een optie om eens een glas mee te gaan drinken. Voor diegenen die me op voorhand gewaarschuwd hadden dat er bij Koning Aap enkel koppels meegingen en dat je dan als vrijgezel zo een beetje aan je lot wordt overgelaten: jullie hadden ongelijk. Ook s avonds zijn we haast altijd in groep gaan uit eten. Misschien is het niet altijd zo bij Koning Aap, maar het is dus wel mogelijk
Syriërs zijn de meest gastvrije mensen die ik ken. Deze uitspraak kwam ik overal tegen vooraleer ik op reis vertrok. Ik kon er mij niets bij voorstellen, maar achteraf kan ik het enkel bevestigen. Probeer maar eens op een vrije namiddag door de souq te gaan wandelen, in Aleppo of in Damascus bijvoorbeeld. Het is onmogelijk om daar gewoon te gaan window-shoppen zoals bij ons de gewoonte is. Waar je ook komt word je aangesproken door de mannen voor de ingang van hun winkel: Welcome, Hello, Where you from?,Speak English?, Als je dan uit beleefdheid antwoordt dat je uit België komt en dat je inderdaad Engels spreekt, dan begint het pas. Je wordt uitgenodigd om in de winkel een kijkje te nemen, je krijgt een kopje thee of koffie aangeboden en de conversatie begint.
Voor je het weet is de namiddag alweer om en heb je niets gezien van de souq
Maar deze gastvrijheid heeft ook een keerzijde. Gastvrijheid wordt dikwijls vrijpostigheid. De eerstvolgende vraag die je krijgt is of je getrouwd bent. De eerste maal maakte ik de fout door te zeggen dat ik niet getrouwd was. Toen ik de tweede keer die vraag kreeg, was ik natuurlijk wel getrouwd, maar zei ik dat mijn man thuis was. Ook geen goed idee
Vanaf toen zei ik dat mijn man ergens in de straat liep, en een andere winkel aan het bezoeken was. Maar zelfs dat is niet voldoende voor een Moslim-man. Het lijkt of elke Westerse vrouw daar met een briefje pak mij op haar voorhoofd loopt. Maar het is niet omdat wij geen boerka dragen dat we sekspoppen zijn. Ze proberen je aan te raken en alle excuses zijn goed daarvoor. Die ene vieze, vuile vent uit Palmyra ga ik niet meer vergeten. deze ketting kan je op verschillende manier dragen, terwijl hij verschillende malen zogezegd toevallig over mijn boezem wreef. Ik was eerst nog te verbouwereerd om iets te zeggen, maar heb me vlug uit de voeten gemaakt, toen hij erover begon dat hij me een cadeautje kon geven in zijn huis, en dat het maar 20 minuten zou duren
Dat is het ergste aan die landen: de mentaliteit van mannen ten opzichte van single Westerse vrouwen. Wellicht heeft het ermee te maken dat hun vrouwen er enkel sexy uitzien ónder hun boerka: de lingerie die ze daaronder dragen, is zo pikant dat velen van ons ze niet zouden durven kopen.
Met de woorden van Luc: Nu is het nóg niet gelukt om je kwijt te raken Het leek wel of hij achter iedere hoek in elke stad een man had geplaatst die graag een conversatie met me begon. Zoals die man in Damascus: Hello, this are my children, they really like you. Would you like to come with me?
Iedereen vraagt me: is het Midden-Oosten mooi? Is daar veel te zien? Hier kan ik enkel bevestigend op antwoorden. Iedereen die een beetje geïnteresseerd is in onze eigen cultuur zal zeker zijn gading vinden in het Midden-Oosten. Vooral Syrië is een stukje van onze eigen geschiedenis. Als reisliteratuur had ik het boek meegenomen van Dolf de Vries Syrië en Jordanië in een rugzak. Een aanrader omdat het erg vlot leest en toch genoeg achtergrondinformatie geeft voor mensen die in die landen zijn geïnteresseerd. Zelf kan ik het belang van Syrië niet beter verwoorden dan met een fragmentje uit dat boek.
Het klinkt ietwat bombastisch, maar als ik in het boekje dat het ministerie van toerisme verspreidt lees dat ieder cultureel geïnteresseerd mens twee vaderlanden heeft, het zijne en Syrië dan aanvaard ik wat ik enkele weken geleden overdreven had genoemd. Waar komt het beroemde Venetiaans glas vandaan? Twee Italianen leerden de kunst in Syrië. Waar kwam Paulus tot geloof? Op de weg naar Damascus. Waar werd voor het eerst landbouw bedreven, werden de eerste liederen gezongen, drukten mensen hun gevoelens voor het eerst uit in steen, koper en brons? Waar komt het alfabet vandaan? Waar wetenschap en architectuur?
Ook zonder het boekje van Dolf de Vries zijn deze invloeden wel te merken als je in Syrië rondloopt.
Het meest opvallende zijn de overblijfselen van de Romeinen en hun tijdgenoten, denk daarbij vooral aan Palmyra en Apamea. Ook de burchten uit de tijd van de kruisvaarders zijn op vele plaatsen nog duidelijk aanwezig zoals in Crac du Chevaliers of Kerak. Een heel belangrijk deel van onze eigen geschiedenis heeft zich hier afgespeeld
Als je mij echter een persoonlijke mening vraagt over welk van de drie bezochte landen het mooiste was, dan zeg ik zonder twijfel Libanon. Jammer genoeg zal het nu nog een tijdje duren vooraleer het weer te bezoeken valt. Op de tweede plaats zou ik Jordanië durven plaatsen, maar dat heeft meer te maken met de indrukwekkende plaatsen die we bezocht hebben. Syrië is en blijft echter het meest typische land voor het Midden-Oosten: hier vind je de echte Arabische sfeer uit de sprookjes van duizend-en-één-nacht.
Misschien vraag je je af of wij daar dan niets hebben gemerkt van de feiten die zich op dat moment afspeelden. Eigenlijk niet, we zouden niets geweten hebben als we niet zelf naar CNN hadden gekeken. Één uitzondering echter
Op maandag 17 juli zaten we in Deir-el-Zur, dit is een stad in het oosten van Syrië, dicht tegen de Irakese grens. We kregen de kans om die dag erg vroeg op te staan om een Romeinse site te bezoeken die nog dichter bij Irak ligt. Voor de helft van de groep was dat niet nodig, wij bleven liever in de stad wat rondhangen, en genoten ervan om wat langer te kunnen uitslapen.
Na het ontbijt besloten Freek en ik om de stad te gaan verkennen, maar er bleek net die dag een betoging te zijn tegen de oorlog in Libanon. Met velen waren ze naar Deir-el-Zur afgezakt, gewapend met Hezbollah-vlaggen en soms ook met echte wapens.
Onze poging om de stad te verkennen liep al vlug op niets uit: uit pure schrik zijn we vlug teruggekeerd naar het hotel. We werden bekeken als Westerlingen en een man riep: Fucking George Bush. Echt veilig kon je het op dat moment niet noemen.
We hebben een uurtje later nog een tweede poging ondernomen om toch nog iets te zien van de stad. Samen met Jan en Tineke raakten we toen toch een heel stuk verder. De betoging was ook al bijna ontbonden en de Hezbollah-mannen waren al een heel stuk gekalmeerd.
Soms had ik het idee dat alle geluk aan mijn zijde was. Om te beginnen had ik door de troubles bij het boeken van de reis een behoorlijke korting gekregen. Iets waar de anderen enkel jaloers konden op zijn. Dan waren er die momenten waarbij ik geld verdiende door het uit te geven. Daar kreeg je zopas al een voorsmaakje van, maar het is me ook overkomen in Palmyra waar de ober me twee keer 5 pond heeft teruggegeven en ik dus weer gratis had gedronken.
Een ander facet van geluk hebben zit in de kamerverdeling. Omdat Koning Aap geen gemengde kamers maakt, leek het er op het eerste gezicht op alsof ik de hele reis een kamer zou delen met Sarah omdat we de enige vrouwen waren die geen partner hadden. Maar Sarah had 250 over voor een single room Bijgevolg sliep ik dus ook alleen, maar dan zonder extra te betalen. Bovendien had ik dikwijls ook nog een grotere kamer of een beter uitgeruste kamer (bijvoorbeeld ligbad) in vergelijking met Sarah. Nochtans had Luc de sleutels steeds willekeurig uitgedeeld Vooral in het eerste deel van de reis viel dit erg mee voor mij. De laatste dagen was ik niet erg tevreden van de kamers die ik kreeg en had zij minder te klagen. De kunst is echter om tevreden te zijn met wat je krijgt en vooral (achteraf) te beseffen dat je soms geluk hebt gehad. Een derde facet van geluk komt straks te pas bij hoofdstuk 3. Dit is nog het sterkste voorbeeld van wat het betekent om het geluk aan jouw kant te hebben.
Soms is het een probleem om geld te wisselen als je in een vreemd land bent.
Neem nu in Libanon. Men had ons gezegd dat er mogelijkheden waren om met dollars te betalen of om geld uit de muur te halen. Dus had ik bij de grens nog niet de moeite gedaan om euros te wisselen in lires.
Bij aankomst in Beiroet had ik niet direct geld nodig, maar bij het avondmaal en bij het betalen van mijn deel van de taxi wel. Gelukkig kon ik voor de eerste maal beroep doen op vriendelijke reisgenoten die mij wilden voorschieten. Maar op die manier kreeg ik wel direct het gevoel van bij hen in de schuld te staan. En wie mij kent weet hoe ik dat gevoel haat
Gelukkig gingen we de volgende dag op uitstap naar het zuiden van Libanon: Sidon,
Tyre en nog een paar kleine plaatsen. Op een van die stopplaatsen deed ik een poging om een briefje van $50 te wisselen door iets te kopen. Een fles water bijvoorbeeld. Blijkbaar was dat geen realistisch idee, want men gaf mij de fles water liever cadeau dan dat ze de dollars konden wisselen. Poging mislukt.
In Sidon vond ik een geldautomaat om te pinnen. Ik kreeg één briefje van 50 000 lire (valt wel mee als je het omzet in euro). Om het te wisselen zou ik dan het middageten betalen voor onze tafel en zij zouden mij terugbetalen. Op die manier zou ik ook wat klein geld hebben. Het was echter niet helemaal duidelijk hoeveel iedereen mij moest en toen puntje bij paaltje kwam, had ik op het einde nog steeds 50 000 lire over, zij het dan in kleinere briefjes gewisseld. Ik had dus gratis gegeten en gedronken zonder dat ik daarom had gevraagd.
Toen we een uurtje later in de bus zaten, vroeg Luc me of ik zijn briefje van 50 000 lire niet kon wisselen in kleiner geld Daar zat ik dus terug met mijn briefje van 50 000 lire.
Bij het volgende drankje, in Tyre aan zee, was Anneke me voor en had al voor ons beiden betaald voor ik er erg in had en ik kon haar niets terugbetalen omdat ik nog steeds geen klein geld had.
s Avonds in het hotel dacht ik een rondje te betalen voor Jalel, Sylvia en Matthias. Matthias had blijkbaar hetzelfde idee en hij was me voor. Weer mislukt dus
Gelukkig kon ik hen de volgende dag ik Byblos ook eens trakteren.
Uiteindelijk is het allemaal wel in orde gekomen. Ik heb -denk ik- iedereen nog wel eens getrakteerd, maar heb er ook wel voor gezorgd dat ik de volgende dagen en in de volgende landen genoeg geld bij me had zodat ik zoiets niet meer ben tegengekomen.
Verhalen van 1001 (of waren het er 21?) nachten in Libanon, Syrië en Jordanië. Zo begon het allemaal...
Binnenkort maak ik een reis naar het Midden-Oosten. Meer bepaald naar Syrië, Jordanië en Libanon. De reis wordt georganiseerd door Koning-Aap reizen België. Voor mij is het de eerste keer dat ik voor deze reisorganisator kies. Hiervoor ben ik al enkele jaren op reis gegaan met Joker-reizen. Ik heb met hen prachtige reizen gemaakt naar de Baltische Staten, Guatemala en Honduras, Kenia, Lapland en Argentinië. Er is zeker niet een duidelijke reden waarom ik nu veranderd ben van reisbureau. Het belangrijkste argument voor mij is wellicht dat ik hoop dat ik meer vrijheid krijg bij Koning Aap. Niet omdat mijn vrijheidsdrang zo groot is, maar omdat bij Joker verondersteld wordt dat je meedoet met de groepsactiviteiten, ook al heb je daar niet de juiste conditie voor of veel zin in. Dat kan meevallen, maar soms ook tegenvallen. Verder alleen maar positieve zaken over Joker. Maar de conclusie is dat ik behoefte had aan frisse wind... dus een ander reisbureau.
Eigenlijk was het Midden-Oosten helemaal niet mijn eerste keus. Ik wou vooral naar Azië, meerbepaald Zuidoost-Azië. De reis naar Cambodja, gecombineerd met Thailand en Vietnam, sprak me wel aan, en daarvoor ging ik me dan ook inschrijven. Alles verliep vlot. Kort nadien werd de reis "gegarandeerd" wat wil zeggen dat ik naar de Vietnamese Ambassade trok om mijn visum te gaan regelen. En toen begon het: enkele dagen daarna kreeg ik het bericht dat de reis toch niet kon doorgaan. Wegens een gebrek aan vliegtuigtickets. Nu kan je zeggen wat je wilt, ik vind dit toch minstens een grove fout van Koning Aap. Als ze iemand laten inschrijven en als ze dan op de website melden dat de reis gegarandeerd doorgaat, moeten ze toch eerst zeker zijn dat de vliegtuigtickets nog beschikbaar zijn...
Een andere keuze was lastig: Men stelde me voor om naar Myanmar te gaan, een buurland van Thailand dus vergelijkbaar tot op zekere hoogte. Maar na het lezen van de reisbeschrijving was ik niet overtuigd. Zó graag wou ik nu ook niet naar Azië. Om eerlijk te zijn verplichtte ik mezelf tot dan toe om dit jaar naar Azië te gaan, omdat ik eerder de neiging vertoon voor zwoele zuiderse, Afrikaanse of Latijns-Amerikaanse landen, maar besefte dat ik ook wel eens een ander stukje van de wereld moest zien. Maar dat voornemen wou ik nu wel met plezier aan mijn laars lappen, zodat Cuba mijn evidente keuze zou worden. De juli reizen naar Cuba waren echter volgeboekt. Dus kreeg ik het voorstel om de info over het Midden-Oosten eens te lezen, en ik zou zelfs korting krijgen mocht ik voor die reis inschrijven. Zo geschiede... Enkele dagen daarna was ik al ingeschreven, kreeg ik de beloofde korting en ook de belofte dat men mijn visumkosten zou terugbetalen en zelfs mijn visum zou afhalen in Brussel bij de Vietnamese ambassade.
Oef ik kan dit jaar dus toch op reis, het komt goedkoper uit voor mij en ik zal de stad Petra zien, want daar draait het voor mij uiteindelijk toch een beetje om.
Men waarschuwt me nu al voor de strenge regels i.v.m. kledij, de rol van de vrouw, het woelige politieke klimaat, de hitte in de maand juli, maar ook voor de onvergetelijke schoonheid van de historische gebouwen en plaatsen, voor de pracht van de woestijn, de gastvrije mensen met hun lekkere thee en nog zo veel meer moois. Ik denk er het mijne van. We zullen wel zien...