Rit 11 : Holwerd - Groningen. Het keerpunt.
We waren hier dan toch niet alleen vannacht. We kregen het gezelschap van een zwerm uitgehongerde muggen die uit waren op een slokje Belgisch bloed. Ook al is het motto van een trekker : 'Niet meegenomen, is mooi meegenomen', volgend jaar neem ik een anti-muggenmiddel mee!
Het ontbijt is tegen onze verwachtingen in zeer verzorgd. Er ligt een briefje bij 'dat we zeker wat mogen meenemen voor onderweg'. (Zie foto) Die man weet duidelijk dat er niets te vinden is in deze kleine dorpjes, we maken zeer dankbaar een klein lunchpakket, hij heeft zelfs plastiek zakjes voorzien. Zeg nu nog eens dat Hollanders krenterig zijn! Maar of het een goed idee is de chocolade mee te nemen, zien we straks wel.
Onder een staalblauwe hemel vertrekken we voor een nieuwe tocht langs de binnendijken. Enkel de schapen houden ons gezelschap. Om hen op de dijken te houden zijn er bij elke passage van een weg poortjes gemaakt. Ik speel dan voor portier, Paul rijdt de fietsen erdoor, een scenario dat zich vandaag tientallen keren afspeelt. We passeren vele kleine vissersdorpjes. In Wierum houden we even halt : boven op de kerktoren geen haan, maar een zeilschip. Er staat een monument voor de 22 vissers van het dorp die in een storm op 1/12/1893 het leven lieten. Even verder in Moddergat was de tol op 22/05/1883 nog veel zwaarder : 83 mannen kwamen niet meer thuis, de jongste 14, de oudste 70 jaar. 22 boten vergingen, die storm betekende het einde van de visvangst voor dit dorp. Er staat een prachtig beeld - Fiskersfrou - ter ere van de vissersvrouwen die alleen achter bleven en het gezin moesten recht houden. Toch wel een kippenvelmoment vandaag.
Naarmate we Lauwersoog naderen wordt het drukker op de dijk. We houden middagpauze op een terras aan het water en eten heerlijke gerookte vis. Het is zo helder dat we Schiermonnikoog in de verte kunnen zien. Hier zijn we op het keerpunt van onze tocht : vanaf nu rijden we huiswaarts.
Na de afsluitdijk van de Lauwerszee volgen we niet de LF10 die tot in Nieuwe Schans doorgaat (meest noordelijke punt van Nederland) en schakelen we over op de LF14, de Saksenroute. We volgen eerst het Lauwersmeer, waar we weer galloway-runderen zien die pootje baden in een ven. Gelijk hebben ze, want het is héél warm, en het wordt steeds warmer. We rijden door de velden op smalle veldwegeltjes, landelijker kan het niet. Geen dijken meer, wel overal grachten en kanalen die we via pittoreske bruggen oversteken. We passeren vele kleine dorpen, eigenlijk meer gehuchten, elk dorp met een grote kerk in het midden op een terp. Pas in Ezinge kunnen we even in de schaduw verpozen bij een fris biertje. Dat was nodig, want onze watervoorraad (ong 5 liter voor ons 2) is bijna op.
We naderen Groningen, en rijden langs een kanaal op een mooi fietspad de stad in. Wat een drukte, zeker na de zalige rust van het platteland. Fietsers komen langs alle kanten aangereden, verkeersregels zijn niet aan hen besteed, hier geldt het recht van de durfal. En toch loopt dit gesmeerd. We bereiken heelhuids het hotel, moe door de tegenwind en de warmte. Een stadsbezoek zal voor een andere keer zijn, eerst lekker eten in het restaurant en dan naar bed. Morgen wordt het weer zo warm.
Rit : 77 km 118 hm Totaal : 814 km 1688 hm
Ps : de chocolade was 's middags nog ok, maar bij aankomst in het hotel net niet drinkbaar 😥
|