There is no post today
...Because Saan says so!
Visioenen van chocopotten met vikinghelmen.
28-10-2008
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Flits!
Okelidokeli, ultra-mega-mini-update!

Deze week is alles crimineel zot. Aangezien ik dit vergeten te vertellen was tegen mijn mammie, wil dit zeggen dat mijn gewoonlijk lessenrooster niet van toepassing is.

Belangrijker punt: Vandaag is het 28 oktober. Dit wil zeggen dat mijn gastouders vandaag hun huwelijksverjaardag vieren: 19 jaar samen! Gratulerer!

Iets minder, maar nog steeds belangrijk punt: Vandaag werd ik wakker en zag dat de tuin helemaal wit zag van de ijskristalletjes. Dit bracht de jaarlijkse filosofie-sessie van rijm-rijp teweeg, maar (tegen alle weersvoorspellingen in) ik moest me er geen zorgen om maken aangezien het halverwege mijn haastig ontbijtje begon te SNEEEEUWEEEEEEEEEN!!!! Ja, ja, ja, mijn eerste Noorse sneeuwvlokjes, lekker dik (in het begin toch) en de gladde plekken op mijn wandeltochtje naar school verhullend. Gelukkig niet tegen de grond gegaan.

This week is totally crazy. Seeing as I forgot to tell this to my mommy, it means that my usually class schedule does not apply.

More important note: Today is 28th October. This means my host parents have their wedding anniversary today: 19 years together! Gratulerer!

Slightly less, but still important note: today I woke up to see that the garden was white with frost. This brought on the annual philosophising on what was the actual name for this in Dutch, but (against all weather forecasts) I needn't worry since, halfway through my hasty breakfast, it began to SNOOOOOOOOW!!!!! Yes, my very first Norwegian snowflakes, nice and thick (at least in the beginning) en hiding all the slippery spots on my way from Stange bus stop to school. Luckily, I didn't go down.

PICASA-ALBUM


EDIT:
29/10/2008: De sneeuw van gisteren is gesmolten. Vandaag begon het op school opnieuw te sneeuwen, en hij blijft liggen en plakt en is geweldig. Maar niemand wil mee een sneeuwman bouwen en ik heb mijn camera thuis laten liggen.

Yesterday's snow melted. Today it started snowing again at school, and this one stays and is sticky and is totally awesome. But no one wants to build a snowman with me and I left my camera at home.

28-10-2008 om 00:00 geschreven door Saan  


22-10-2008
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Herfstvakantieeeeeeeeeeeeeeeeee!!!!

Het ongewoon luchtje dat rond dit berichtje hangt is de unieke mélange van houtvuur (dat ik heb leren aanmaken en in leven houden, jawel!), een week lang ongewassen uitwisselingsstudente, sparhars, berkhars, tractordampen, regen, Frede’s rugpijnstillers, houtsplijtersmeersel, kaarsvet en eland.

 

Zolas eerder vermeld bestond mijn herstvakantie uit ballingschap naar Godvergeten Vlek Op De Kaart, Fjågesund, Telemark, Noorwegen met mijn gastbroertje Georg, mijn gastvader Frede en de gasthond Max. Tegen alle verwachtingen in viel dit niet zo hard tegen als de meesten (inclusief mezelf) gedacht zouden hebben. Op het programma stond het familiekampioenschap Stoere Ventendingen: bomen vellen, brandhout kappen, kampvuur uit fjord-drijfsels bouwen, toilet in het tuinhuisje (dat bijna net zo groot als de hele hut is, trouwens), geen elektriciteit, verwarmen met houtvuur, bijlichten met kaarsjes, ‘zelf’ koken, (YES!) elandenjacht en (voor de echt wanhopigen) bad in een ijskoud fjord.

 

We kwamen ’s avonds aan—na een korte stop bij farmor (aka. Fredes Mama) die ons van appeltaart, brood, de reservesleutel van de blokhut (die wij dus waren vergeten) en de Noorse specialiteit ‘vleeskoekjes’ voorzag—in het pikkedonker (Noren behandelen straatverlichting als versiering voor grootsteden). Omdat de hut aan het strand en in de schaduw van een vochtig bosje ligt, was het binnen dus niet enkel donker, maar ook nog eens een gezellige twee graden Celsius. Ter plekke werden Georg en ik al doende aangeleerd hoe men een haardvuur aanmaakt, terwijl Frede meer gedroogd brandhout ging halen. Nadat we dat hadden uitgevist (oké, nadat Georg zich daarmee bezighield en ik alle kaarsen aanstak zodat we tenminste zouden kunnen zien of we een tweede- of derdegraadsbrandwond hadden opgelopen als er iets vreselijk mis ging) moesten we nog kveldsmat eten (in mijn geval: zwarte salami op brood) en de dekbedden van schone overtrekken voorzien. Daarna speelden we Yathzee tot het warm genoeg was om te gaan slapen.

 

De volgende dag verzamelden Georg en Frede fjord-hout (aangespoeld brandbaar spul, waaronder een door een bever omgeknaagde berkenstam) terwijl ik vrijwilligdere om op het vuur te passen en notities over te schrijven in de juiste schriftjes. ’s Avonds vuur (volgens mij wordt pyromanie niet als een probleem gezien in dit land) en pinda’s met meer Yathzee.

 

De dag erna, regen. Ik op vuurwacht terwijl ik verder nota’s overschreef, wat me ook met de plicht van afwassen opzadelde en maakte dat ik middag (avondeten, dus) moest bereidden. Frede en Georg gebruikten de laatste benzine in de kettingzaag om een berk te vellen. Na de spagetthi meer Yathzee.

 

De derde dag (dit begint lichtelijk op een bijbelverhaal te lijken, ik weet het) moesten we ‘echt wel verder werken aan die bomen’.  Met dat bomenkappen werd dde hulp ingeroepen van Fredes neef Nils, die (nadat wij de benzine hadden bijgevuld en het ding nog steeds niet aan de praat hadden gekregen) voor ons de veiligheid van de motorzaag haalde (hé, hoe lang zit dàt ding daar al?) en met behulp van dat en allerlei andere mysterieuze gereedschappen twee edelsparren tegen de grond werkte.  Terwijl de jongens kapten en zaagden begon ik in het Noors te lezen en doorliep wederom de afwas-middag-dril. Daarna meer Yathzee.

 

De vierde dag was grotendeels identiek aan de derde, minus Nils, kettingzaagproblemen en de spin die de vorige avond in mijn bed was gekropen.

 

Op vrijdag waren we getuigen van de terugkeer van Nils, die zijn tractor en tractor-geopereerde houtsplijter mee had genomen. In de krant was er snowboardnieuws. Deze keer deed Georg de afwas.

Het vertrouwen dat mensen hier in mijn verantwoordelijkheidsgevoel hebben is grenzenloos tot op het beangstigende af. Niet alleen laat men mij alleen met vuur en lucifers in een brandbaar houten blokhutje (overdag haardvuur en ’s nachts mijn kaarsje) en maakt niemand zich er zorgen om als ze mij carte blanche hebben gegeven met als recept voor middag ‘poederpakje van de dag, aardappels en wat je in de voorraadkast vindt’, maar ze installeren ook nog eens een contraptie voor de voordeur, bedoeld om loodzware houtblokken in twee of meer brandklare stukjes te persen tegen een opstaand, vlijmscherp mes van, laat ons zeggen, veertig centimeter lang met behulp van een bewegend, verbrijzelend sterk, stalen plaatje van een paar centimeter dik. Dan zetten ze het jongste, meest puberaal wezen in een straal van drie kilometer (lees: ‘13-jarige Georg’, om verwarring te voorkomen) aan dat mes met de opdracht zijn vingers niet tussen de houtblokken en de machine te zetten. (Als dit lichtjes te dramatisch begint te worden, laat iemand anders verder lezen en je de rest van de paragraaf met minder adjectieven vertellen.) Als derde stap zetten ze oorbeschermers op deze jongen zijn oren en mijn MP3-spelers oortelefoontjes in de mijne. Vervolgens krijgt nachtblinde ik de opdracht om dit werktuig te opereren terwijl mijn gastvader de laatste stukjes boom gaat afzagen, Nils terug naar huis is gewandeld en Max de Verschrikkelijke vrolijk tussen de twee werkstations dartelt en achter vallende houtsblokken aan rent. Deze scene houdt zich een uur of twee, drie aan, terwijl het langzaam donkerder wordt, iedereen meer en meer honger krijgt en ik het gestadig moeilijker begin te vinden om te zien waar Georgs bruine sweater eindigt en het roestige lemmet zich bevindt. Dan zijn we klaar en gaan we met z’n allen naar binnen voor het avondeten, Yathzee en vroeg te gaan slapen, omdat we de volgende dag vroeg uit de veren moeten om met een geweerd door het bos te gaan lopen.

 

Op zaterdag voor dag (niet dauw, rond deze tijd van het jaar is—waar de blokhut is—alles namelijk van vijf uur in de namiddag tot elf uur ’s ochtends NAT) uit de veren met wat hulp van de GSM. Broertjelief wekken, naar beneden gaan, boterhammetje bringebærsyltetøy naar binnen werken en constateren dat we de dag ervoor een nieuwe pot hadden moeten kopen. Drie glazen melk drinken, het lege pak aan Max geven, die het buiten vakkundig ging demonteren. Boterhammetje voor ’s middags smeren. Daarop volgde de eerste handeling van de dag die me ertoe dwong enige hersenactiviteit op te wekken: schoenen vinden. Frede biedt na enige gefaalde pogingen een paar laarzen aan die vijf minuten later van Georg blijken te zijn. Ik heb ondertussen drie paar sokken van dun naar dik aangetrokken en de laarzen aangetrokken. Georg en ik gooien het op een akkoordje: ik zijn laarzen als hij verlost wordt van het mysterie ‘hoe vul ik een fles met water als ik noch een kraan noch een trechter heb’. Ik slaag erin de fles gevuld te krijgen zonder de keuken te inonderen en akke-akke-tuut-tuut, weg zijn wij.

Vol enthousiasme en goede bedoelingen komen we een uur te laat aan. Communicatiefoutje. De eerste ronde jacht gemist, maar niet getreurd, we mogen drijven bij de volgende ronde, gezien de consensus van de eerste ingen elg (‘geen eland’) is. Drijver zijn lijkt verdacht leuk: je mag rondhossen en je mag—nee, MOET—de longen uit je lijf roepen en brullen. Even later blijkt dat je er echter ook enig evenwichtsgevoel en uithoudingsvermogen voor moet bezitten. Bij gebrek aan woordenschat en adem voor ‘mijn voetjes doen pijhijn!’ en ‘is het nog véhéééér?’ puf ik dus in drie kwartier aan het staartje van de groep de halve berg op. En hoewel de rest meer dan genoeg lawaai maakt en mijn periodieke kreetjes van bijna-vallen er ook mogen wezen, blijven de elanden AWOL. Gezien het koud en vroeg en herfstvakantie is, geef ik de beestjes niet volledig ongelijk.

We rijden verder (hoewel men schijnbaar geen jachtvergunning moet hebben, is het illegaal om te jagen als je geen toestemming hebt van de eigenaar van het stuk bos waar je je in bevindt) naar iemand anders’ land. De jeugd (drie kindjes, dus) opteert deze keer voor ‘post’. De uitwisselingsstudente met het beleefd gezegd simplistische Noors krijgt de opdracht ‘hem’ te volgen en geen lawaai te maken. De jongens staan wild van een post met wat ik na een tijdje doorheb een toren (tårn) te zijn. Blijkt dat de gastzus zonder bosmanoevreertalenten naar het midden van een stuk veen moet. Soppend en springend en uiteindelijk met vochtige broekspijpen houden we halt bij een vogelkijktorentje zonder dak, in de schaduw van een spar. Nadat de man met het geweer naar boven is geklommen, doe ik dat dus ook. Het verschil tussen hem en mij is voornamelijk dat hij om zeven uur ’s ochtends op een zaterdag niet denkt dat een blauwe jeans een perfecte keuze is voor een dagje jacht, en in de plaats een boskleurige jagersbroek aanheeft: ik heb een pracht van een groene, hopelijk-geen-algen vlek op mijn linkerknie, hij schijnbaar niet.

Een uurtje in een boom zitten in de wind en de ochtendkou valt mee, eigenlijk. Goed, de bedoeling was om de oogjes open te houden voor elanden, maar na zo’n tien minuten intensief koekeloeren gaf ik me gewonnen en redefiniëerde mijn doel van de dag van ‘dampend elandenlijk verkrijgen’ naar ‘dagje apengapen naar de Noorse bossen’. Niet alleen was dit lichtjes realistischer voor geweer-loze mij, maar nadat de drijvers verschenen en we moesten toegeven dat we ingen elg hadden, was ik één van de weinigen—drijvershond-voor-een-dag Max was de andere—die het gevoel had dat het niet erg zou zijn mocht de dag zo verder gaan.

Terug met beide voetjes op de nogal onzekere grond begint een tweede jager—Tor—in het Frans tegen mij te praten. Blijkt dat de kerel nog in Wallonnië heeft gewoond en schrijnt te denkten dat ik beter Frans dan Noors kan. Theorethisch gezien heeft hij gelijk, ware het niet dat ik maar drie talen kan balanceren—Nederlands denken, Noors communiceren en Engels om de vertaling van woorden naar Noors uit te vissen—zonder dat er iets vreselijk fout loopt. Gevolg: ik begrijp de man wel, maar kan plots niet het simpelste antwoord in het Frans genereren. Mijn Noors gespreks-IQ wordt een tandje teruggezet terwijl ik mentaal begin te hyperventileren dat ik être toch wel zou moeten  kunnen vervoegen. Maar mijn onkunde wordt me vergeven (“Dank u, dank u,” huilde het wanhopige meisje inwendig.) en we trekken terug naar de auto.

Onderweg net geen kettingbotsing als er doodleuk een eland opduikt. Het beestje, geschrokken van de auto’s, loopt halsoverkop in de richting van het veen dat wij zojuist verlaten hebben. Korte discussie bij de jagers: er achteraan, of lunchen? Blijkbaar zegt de meerderheid dat het om een jong kalf ging. De (on)geschreven wet is dat we enkel volwassen, klein/oud/zwak/ziek en bij voorkeur mannelijk elandenvlees op tafel zullen brengen, dus trekken we relatief onbezorgd verder. Eenmaal een picnicplaats geselecteerd is, komen er plots bijlen en lucifers uit rugzakken. Frede’s neef heeft een grote, rode bijl en zijn zoontje een zwart, functioneel kindermodel. Wij eten appels en boterhammetjes terwijl de rest worstjes en—jawel—koekenpannen op stokjes prikken. Die koekenpannen worden met spek gevuld. terwijl de ergste honger gestild wordt met geroosterde worstjes in aardappel-pannenkoek-toestanden met ketchup kijken Frede, Georg en ik toe, lichtjes geïntimideerd door zoveel niet-‘bokes met kaas’.

Volgende stop: Tors land en bos. Ik mag met hem meegaan en hij placeert ons in het zonnetje, relatief droog, onder een set spanningskabels, op een plek met een geweldig uitzicht. De kabels zoemen lichtjes, wat maakt dat ik veilig mijn Ixusje kan bovenhalen en mij daar een halfuurtje mee kan amuseren terwijl het warme zonnetje mijn jeans droogstraalt. Ingen elg. Tegen dan is het halfvijf. Volgens de planning het punt waar we naar huis zouden gaan en eten. Maar gezien we na drie keer een goed uur jagen, lunch en ettelijke liters benzine aan heen-en-weer rijden nog steeds niet bij ‘dampend elandenlijk’ zaten, gingen we het nog één keertje ergens anders proberen. Deze keer zat ik opnieuw bij Tor, relatief dicht bij de autoweg, met uitzicht op de fjord. Voor de foto’s, check de link naar het picasa-album. Ingen elg. Even wachten op de jongens bij de wegsplitsing (nog twee à drie foto’s) en dan naar huis. Thuis maakten de jongens nog eens het avondeten terwijl ik de strips uit de krant van vrijdag knipte en me avroeg of mijn Belgisch broertje wist of Burton een goed merk voor snowboards is. Rendiervlees op het avondeten (jammie, trouwens) en daarna Yathzee en naar bed.

 

De laatste dag was het opruimen geblazen. Ik mocht alleen de rest van de bedden (de overige drie) dekken met de schizofrene Noorse dekbedden. Terwijl Frede het huis schoondweilde, werd ik bevolen het hyttebok in te vullen, in het Nederlands dan. Daarna begonnen we de vlucht uit Fjågesund. Het afval werd gedeponeerd in één van de containers bedoeld voor de hutjestoeristen, en dan was het zo georganiseerd dat we ons middagmaal zouden gebruiken ter huize van Mama Fjågesund. Daar aangekomen werden we eerst getrakteert op rømmegrøtt (roompap) en daarna op notencake. In Noorwegen hebben ze het geweldig compromis gesloten om, als ze noten gebruiken, gebruik te maken van heel fijn gemaalde noten, zodat je net zo goed hagelslag in je cake zou kunnen strooien. Beiden waren superb. Er werd nog wat verder gebabbeld over koetjes en kalfjes, terwijl eerst Georg en dan ik naar het toilet gingen. Na een weekje zonder was het wel even wennen om geen frisse bries over je blote billetjes te voelen gaan wanneer je jezelf op de pot placeerde.  Terwijl Frede Max en zijn eerstgeboren zoon ging zoeken, bleef ik achter met farmor, die zich geweldig zorgen maakte over mijn continentale sokken, die niet van wol waren, en niet thuisgebreid, zoals meer dan dertig procent van alle sokken die ik hier al gezien heb. Sinds de laatste keer dat ik haar gezien had (mijn eerste hyttetur dus), had ze speciaal voor mij een paar Noorse sokken gebreid: met de hand, van wol, en met het streepjespatroon van de Noorse vlag. Wederom: foto’s op picasa. Daarna stopten we even bij een andere bloedverwant van Frede, waar de vaders verwikkeld raakten in een historische discussie die uiteindelijk meermaals met Wikipedia moest bedaard worden. De zoon des huizes luisterde naar onze jachtproblemen en trots zijn vangst van de dag toonde. Hij jaagt op klein wild, vooral småfugl, en had twee dode duiven verkregen met één schot. Ééntje had blijkbaar een zwak hart.  Daarna tsjoek-tsjoekten we terug naar Stange, waar we uitpakten, kveldsmat aten en eindelijk een douche konden nemen.

 

Ik heb in deze week dus geleerd:

-          Hoe verder te borduren op bereidingen die denken volledig te zijn na toevoeging van X dl bronwater in de letterlijkste betekenis van het woord en Y minuten ‘koken’

-          Hoe een vuur aan te maken

-          Hoe mijn tanden poesten met een bekertje water in de plaats van een kraan

-          Hoe afwassen zonder kraan

-          Hoe een houtsplijter te gebruiken

-          Dat ik genoeg Noors kan om 85% van een Noors boek te begrijpen nadat ik het uit heb.

 

Oh, juist, nog een paar compleet niet ingewerkte nieuwtjes.

Max en ik hebben beide wat water bij de wijn gedaan en zijn min of meer vriendjes nu.

Groentensoep met veel dobbelsteen-grote stukjes (Yatzy-terninger) aardappel, worst en brocolli is niet enkel lekker, maar stilt snel grote honger.

Mijn totnogtoe lievelingschocolade is Daim. Mijn lievelingsijsje heet Big Deal.

Ik heb meer keukentalenten dan Yathzee-talenten.

Ik heb van de hele week mijn vingers NIET verbrand.

Het Noorse woord voor ‘hout’ is ved, maar dat spreek je uit als ‘vee’.

We zijn één keer tegengehouden op de weg omdat er asfaltarbeid plaatsvond en we niet verder konden/mochten rijden.

Dit berichtje werd grotendeels met de hand geschreven in de achterkant van mijn Noors notitieboek (een ringschrift, ik kan het uitscheuren!) in de hut.

Ik zit nu al aan mijn derde balpen hier in Noorwegen, en mijn vierde tippex-roller.

Nog steeds geen sneeuw waar ik zit.

De auto van mijn gastfamilie is een aftandse Ford Galaxy waar je bij praktisch elke mechanische handeling ‘het truukje moet kennen’. Maar hij heeft ook gatverwarming, en dat is een zwaar ondergeappreciëerde luxe.

Hey, Ingeborg!

Alles wat mij is toegestuurd is dus goed aangekomen, inclusief de dingen die ik niet echt nodig had.

Kaartjes zal ik sturen zodra ik er vindt, maar alles gaat goed met me.

De drie dagen voor het posten van dit bericht zat ik in Frederiksstad op biologie-excursie. Ik heb daar Zweden gezien vanuit zee, visjes en krabben gevangen, foto’s genomen (met wat geluk edit ik dit berichtje later met een link naar de foto’s) en enkele biologische fenomenen gezien. We hebben er ook alle gevaren van mosselen eten geleerd, zelfgevangen vis gerookt en pollak gegeten. Een zeer lekker visje als je hem in een pan gooit met wat boter, in een jasje van bloem, peper en zout. Het was ook Merete’s verjaardag. Ze is nu dus officieel  volwassen. Gratulerer. We hebben onze visjes ingedeeld in de juiste families enzo, en mijn favoriet was de zeekomkommer, omdat die het schattigst was.  Jammer genoeg stierf hij ook in gevangenschap.

 

Zo, dat was ongeveer alles (5 pagina’s O.o;;;;;). Tot de volgende.


EDIT!!!! Foto's hier en hier

22-10-2008 om 15:01 geschreven door Saan  


16-10-2008
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.*dum dum duuuuuum*
Heeeey!

Ik ben terug (Joehoeeee!) en leef nog (Joehoeeeeeeee-er!). Ik heb het vorige bericht nog niet vertaald (Eeeeh, sorry daarvoor trouwens) en ben dat eigenlijk voorlopig niet van plan omdat ik mijn (eveneens onvertaald) reisverslagje van mijn herfstvakantie wil intikken en het net op smijten. Terwijl ik daar aan verderwerk (of slaap en met vriendseltjes mij amuseer, het verschil merken jullie toch niet) presenteer ik jullie graag met de foto's van mijn weekje Telemark.

I'm back (Yaaaaay!) and still alive (Yaaaaaaaay-er!). I haven't translated the last message (erm, sorry for that, by the way) en am not planning on doing so any time soon because I want to type in my (equally untranslated) travel report of my autumn break and throw it on the net. While I work on that (or sleep and hang out with my friendlies, you'll never know the difference anyway) I present you with pleasure the pictures of my week in Telemark.

Ha det bra!

http://picasaweb.google.no/andries.sarah/TripFjaagesundHerfstvakantie?authkey=0UT4QrgM4SQ#

16-10-2008 om 14:22 geschreven door Saan  


03-10-2008
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oké, ter ere van mijn moeders verjaardag: verslag! (Will translate to English at some point in the... future)
Oké, dit ben ik nog eens! Kent iedereen mij nog? Nee? Dat verwachtte ik ook niet. :)

Zit nu al een tijdje in Noorwegen (52 dagen om exact te zijn) en het wordt hoog tijd dat ik eens vertel wat er nu eigenlijk gebeurt is na het jacuzzi-hotel.

Als welkomstgeschenkje kreeg ik van mijn gastmama een mascotte die je niet door de straten van Noorwegen ziet lopen (wat ik verbazend zou hebben gevonden, maar kom): mijn glazen ijsbeertje. Mijn ruil hiervoor was Belgische chocolade voor iedereen behalve Frede, die Belgisch bier kreeg en daar zeer gelukkig mee was. De speculaaspasta delen we. Kort nadat ik alles geïnstalleerd had bleek dat mijn storste lillebror Nikolai het paswoord voor de WiFi heeft meegenomen naar de States. Ik kan dus niet op het internet met mijn laptop en tekstjes tikken op een Noorse QWERTY is, zacht gezegd, flirten met chaos. Vandaar dus weinig tot geen updates. Sorry voor hen die daardoor dachten dat ik te ver naar boven was gewandeld en van de aarbol was gevallen.

Op maandag begon school, met ik enkel in het bezit van een Bic vulpotlood en Atlantis gelbalpen. De leerlingenbegleidster leek echter lichtjes helderziend te zijn en had elke uitwisselingsstudent (ik zit op school met Nut (uitspraak 'nat') en Aleena ('alina') uit Thailand) een schriftje gegeven. Vandaag heb ik daar de laatste restjes witruimte in opgevuld met Biologie. Mijn lessenrooster was oorspronkelijk: Noors-Geschiedenis-Religie-Engelse Literatuur-Sociale Wiskunde-LO-Biologie-Fysica en 1 uurtje klassenstime. Voor zij die hierin geïnteresseerd zouden zijn: dit gaf mij een dertig-uren week van zes uur per dag volle bak travakken, aangezien mijn klassenstime (lees: computeren onder toezicht) werd vervangen door 'Noors voor Uitwisselingsstudenten'. Aangezien Fysica verderging op de leerstof waar ik vorig jaar op gebuisd was en ik het al niet snap in Nederlands werd Fysica hardhandig mijn lessenrooster uit geschopt en ingeruild voor 'fritime': Woensdag tussen halftwaalf en twee zit ik dus meestal op mijn laptopje (en Skype), evenals vrijdag tussen halftwaalf en halfdrie.

Maandag heb ik in de plaats van Noors Noors Als Tweede Taal, zo dat ik tenminste iets versta van de les. In de eerste les echt noors begonnen we met een Deense tekst te lezen. Ik snap het ook niet helemaal.

Op school maakte ik enkele friendseltjes (en van de meeste kon ik de namen nog onthouden ook). Deze friendseltjes houden het momenteel nog altijd uit met het hyperactief Belgisch botsballetje dat op de meest inopportune momenten vragen stelt in de trent van 'Waar heeft Terge (llk. Bio, we spreken ze hier aan met hun voornaam) het over?' en dan moeten uitleggen dat het om parasieten ging die de handelingen van mieren controleren om ze zelfmoord te doen plegen. Drie ervan nemen ofwel 's morgens ofwel 's avonds ofwel altijd mijn bus, de andere zitten altijd bij mij in de les (behalve tijdens wiskunde, waar mijn leerkracht ook Terge is, die nu officieel de coolste leekracht wiskunde is die ik ooit heb gehad).

'S morgens sta ik vrijwillig op, kleed mij aan, neem de badkamer voor een tiental minuutjes over en ga ik naar beneden. Daar help ik de tafel zetten, maak mijn lunchpakket, bid samen met de rest van het gezin, eet ontbijt, zie ik na één boterham dat ik dringend naar de bushalte moet spurten en mis ik hopelijk de eerste bus niet, want dan kan ik rustig een tiental minuutjes wakker worden met uitzicht op Mjøsa. Dat is 'het meertje' dat nonkel L. had opgemerkt. De kerk staat een halve kilometer van het strand. Ik zeg strand omdat het monster van een meer zo'n honderd kilometer lang is, driekwart van de westgrens van Hedmark (mijn provincie) beslaat en eigenlijk de grootste insjø van Noorwegen is. 'S zondags moet dit kortjakje enkel naar de kerk als deze zich in de achtertuin kerk van Stange bevindt. Ik heb in de afgelopen twee maand meer bessen en fruit gegeten (het feit dat dit in muffins, confituur en onder vanillesaus was is irrelevant) dan de meeste chronische blaasontstekingslijders in een jaar naar binnen werken, en ze zijn nog niet op. @~@ Ohw, en de vraag naar Luikse wafels wordt hier herhaaldelijk gesteld. Kan iemand effe een receptje daarvoor doormailen?

Postkaartjes: ze komen zodra ik de rest van mijn paperasserij heb weggewerkt. 'K ga straks naar de bank voor een rekeningnummer waarmee ik mijn buskaart (die ik daar dan onmiddellijk maar ook ga aanvragen, nu ik EINDELIJK mijn persoonsnummer heb) kan betalen.

Het eerste weekend na mijn YFU-kamp gingen we naar de hytte (een blokhutje zonder stromend water, electriciteit, telefoon of badkamer) waar ik mijn volgende week (jeej, herfstvakantie!) zal doorbrengen. Daar ben ik enkele familieleden van Frede tegen het lijf gelopen en heb ik geleerd hoe je rijstpap op z'n Noors eet (met boter, suiker en kaneel, gloeiend heet). Het ligt vlak aan een meer, waar mijn twee broertjes gezwind indoken. Harald vloog er tamelijk snel terug uit, ook, aangezien het zelfs in de late zomer niet echt warm is. In de buurt ervan ging Gudrun gordijnstof kopen, waar ik mijn praktisch enige niet-levensnoodzakelijke aankoop heb gedaan: borduurspullen. Dat projectje zal waarschijnlijk volgende week worden afgewerkt. Wat volgende week nog zal gebeuren (volgens mijn gastouders): ik zal leren vissen (wacht, wat?), hout kappen (euhm?), vis schoonmaken (stop met lachen) en (dit vind IK dan weer grappig) Max zal leren op elanden jagen. Mijn gastvader gaat er twee schieten in zijn bos, zegt hij. Als Max meegaat vermoed ik (en mijn gastbroertjes gaan akkoord) dat hij vooral voor dag en dauw een hele lange wandeling gaat maken met een geweer in zijn handen, maar ik probeer zijn fantasie nog niet direct aan stukken te slaan.

Mijn spullen zijn op tijd aangekomen voor de klasfoto (die ik zal proberen in te scannen en uploaden wanneer hij aankomt) en pasfoto's (die te laat gaan aankomen, waarschijnlijk). Mijn russ-outfit is ook besteld.

Er was ook nog een keitoffe pizza-avond in Hamar (de dichtstbijzijnde stad met meer dan één klerenwinkel) voor YFU-studenten in Oppland en Hedmark, gevolgd door de seksukerstref: een weekendje met alle YFU-studenten in Noorwegen. Daar heb ik geleerd om te improviseren wanneer de begeleiding verwacht dat je kookt zonder recept, een minimum aan ervaring en maar een klein deel van alle ingrediënten die je zou willen hebben. Probeer eens: room, kaas, groene pesto, zout, peper, fijngehakte ajuin en mais. Als ik de vegetariërs mag geloven (behalve Andrina, die mij niet vertrouwde en niet wou proeven) is het een eetbaar recept voor spagetthisaus. Héél even overwogen we om er wat vergruizelde paprikachips in te gooien, maar de begeleiding kwam binnen met andere smaakmakers. Voor foto's, zie mijn facebook.

Dus: veel vriendjes, nog geen heimwee, nog steeds in leven, alles begint stilletjesaan in de plooi te vallen en gelukkige verjaardag, mama!

03-10-2008 om 12:33 geschreven door Saan  



We have an old-fashioned tom-a-to... A Long Island pot-a-to... Yes! We have no bananas! We have no bananas today!
Archief per maand
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 06-2008
  • 09-2005

    Foto



    Uitwisselingsstudenten (X-change studentzzz)
  • Inge (Zweden)
  • Vincent (Japan)
  • Sien (Estland)
  • Lotte (Argentinië)
  • Eva (Argentinië)
  • Nathalie (Australië) (Cultuurbad)
  • Stijn (Uruguay)
  • Heleen (Zweden)
  • Anneleen (Argentinië)
  • Femke (Ecuador)

    Nog meer uitwisselingsstudenten. (A few more X-change studentzzz)
  • Vera (Zuid-Afrika) (Vrijwilliger)
  • Nathan (China)
  • Valérie (Ecuador) (Cultuurbad)
  • Aurélie (VSA)
  • Birgitt aka. 'Bie' (VSA)
  • Kelly (VSA)
  • Fien (VSA)
  • Annelien (VSA)
  • YFU Vlaanderen
  • Jarno (Noorwegen)


    E-mail

    Alle niet-snail-mail naar hier. All non-snail-mail goes here.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs