De krant De Standaard publiceerde deze week een aantal artikelen waarin wordt beschreven wat OCMWs zoal doen. Het OCMW van Dendermonde wordt daarin als doorsnee (gemene deler) van Vlaanderen opgevoerd en de reporter stelt vast dat een OCMW niet alleen geld uitdeelt, maar ook broeken inkort, kinderen opvangt, heggen snoeit en rodekool met appeltjes klaarmaakt.
De artikels vangen telkens aan met de volgende zin over de OCMWs: De Vlaamse Regering zou ze het liefst in het gemeentebestuur zien opgaan, uw grootvader noemt ze steevast de openbare onderstand en denkt dat ze geld uitdelen aan armen.
Als ik de verschillende programmas voor de gemeenteraadsverkiezingen in Evergem doorneem, dan valt het op dat het niet alleen de Vlaamse Regering is die denkt aan het opgaan van het OCMW in het gemeentebestuur.
In verkiezingstijden is men natuurlijk nog voorzichtig in het woordgebruik. Men spreekt dan eerder van een noodzakelijke samenwerking tussen die twee besturen of er bloeit iets moois tussen die twee.
Soms gebruikt men voor de gewone burger een onverstaanbaar vakjargon zoals PPS, de afkorting voor Privaat Publieke Samenwerking, waarbij het gemeentebestuur in de hoop leeft dat de private sector het wel allemaal zal doen, maar dan veel goedkoper dan het OCMW. Het gaat dan bijvoorbeeld over de bouw van bejaardenvoorzieningen en zelfs hun uitbating.
Wees gerust, na de verkiezingen komt de harde realiteit. Dan zullen de gemeentebesturen, daarin gesteund door een neoliberale strekking binnen de Vlaamse Regering, om louter financiële redenen, eisen dat de OCMWs maximaal onder hun vleugels komen; de private sector zal verder carte blanche krijgen om een deel van de welzijnssector over te nemen.
Beide acties zijn evenwel op voorhand gedoemd om te mislukken.
Wat het samenvoegen betreft kan dit enkel betrekking hebben op sommige administratieve en technische diensten van beide besturen. Zo denken sommigen er aan om de personeelsdiensten samen te voegen; laten we eens kijken in wat dit zou resulteren.
Bij het OCMW van Evergem bijvoorbeeld, functioneert deze dienst met 3 fulltime equivalent personeelsleden op C-niveau (secundair onderwijs) en dit voor ongeveer 380 personeelsleden. Bij het gemeentebestuur, met ongeveer 300 personeelsleden, worden hiervoor vandaag 5 fulltime equivalent personeelsleden ingezet, waarvan 1 op B-niveau (bachelor) en 1 op A-niveau (universitair). Logisch bekeken zou de nieuw samengestelde dienst dus moeten kunnen functioneren met 2 personen minder.
Ik voorspel dat de logica hier weinig kans maakt, meer zelfs de vroegere OCMW-dienst zou bij de samenvoeging wel eens tot het besef kunnen komen dat ze tot hiertoe te hard hebben gewerkt . Men riskeert in dat geval zelfs dat dit op termijn kan leiden tot een uitbreiding van de gemeenschappelijke personeelsdienst!
Het voorbeeld van de personeelsdienst is niet alleenstaand. Het is geweten dat de administratieve en technische diensten van de OCMWs, onder druk van de gemeente, zeer minimaal en, uit noodzaak, zo efficiënt mogelijk zijn uitgebouwd. Eén plus één dreigt dus in veel gevallen niet twee maar minstens drie te worden en weg zijn de zo begeerde besparingen.
Wat de PPS-projecten betreft, de weinige pilootprojecten zijn tot op heden mislukt of vallen duurder uit dan de klassieke financieringen. De grootste mislukking voor de Vlaamse Regering in de private samenwerking situeert zich in de sector van de schoolgebouwen; er werden de laatste jaren vrijwel geen dossiers gerealiseerd en dagelijks wordt er geklaagd over schoolgebouwen die aan vervanging toe zijn!
Samenvoeging van het OCMW met de gemeente en private overdracht zullen, indien ze toch worden geforceerd, vooral leiden tot een verlies van kwaliteit in de sociale dienstverlening.
Kwetsbare groepen zoals ouderen, kansarmen, komen dan terecht in de koele werking van de gemeentediensten of de commerciële organisaties.
Er zal geen onderscheid meer gemaakt worden tussen de afhandeling van een steunverlening of de toewijzing van een rusthuisbed en de toekenning van een bouwvergunning of de levering van een compostvat.
De commerciële diensten zullen uiteraard winst moeten maken voor hun aandeelhouders.
Als men weet dat de drie Evergemse OCMW-woonzorgcentra vandaag, op jaarbasis, een gezamenlijk verlies maken van ongeveer 1 miljoen en dat 80 % van de uitgaven van die woonzorgcentra kan toegewezen worden aan personeelskosten, dan weten we wat ons te wachten staat.
Het komt er maar op aan welke maatschappij men voor ogen heeft; nog kouder, asocialer dan nu reeds het geval is of een warme gemeenschap, waar mensen met een degelijke opleiding, in daartoe speciaal opgerichte diensten klaar staat om de zwakken te helpen.
Ik ben Luc Van Vynckt
Ik ben een man en woon in Evergem (België) en mijn beroep is gewezen OCMW-secretaris.
Ik ben geboren op 24/01/1952 en ben nu dus 73 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: vrijwilligerswerk, schilderen, kokkerellen, sporten,....