Het leven zoals het zou moeten zijn. Ik hoop om elke lezer te kunnen blijven boeien met mijn verhaal. Mocht er iemand menen zich te herkennen in een bepaalde figuur, dan nmoet hij/zij zich vereerd voelen dat ik mij laat inspireren door zijn/haar persoon. Alvast veel leesplezier, en spaar me niet van uw welgewaardeerde opmerkingen of suggesties.
17-01-2013
17 Januari DE BAVIANEN WAKEN...!!!
Die ochtend ben ik al vroeg uit de veren! Vandaag mag ik mee op jacht met de mannen van het dorp. Eer we vertrekken word ik op een aantal dingen gewezen, noodzakelijk voor het welslagen van de jachtpartij. Zo mag ik niet alleen er op uit trekken, moet ik de aanwijzingen puntueel opvolgen, geen lawaai maken en zeker niet op eigen houtje een dier benaderen of uitdagen! Het spreekt vanzelf dat ik me strikt aan die reglementen zal houden, ik heb nog geen zinin een ontmoeting met Pietje de Dood! De vrouwen en kinderen doen ons uitgeleide na de zegen van de tovenaar, die met magische bezweringen de bescherming van de goden afgesmeekt heeft. We houden er strak de pas in, allen achtereen op een langgerekte rij, door de broeierige hitte van de savanne, die ligt te blaken onder de verzengende stralen van de tropenzon. In de verte ontwaarik een troep dieren, gnoes en elanden en antilopen en gazellen grazen vreedzaam bijeen, ook een aantal zebra's bevindt er zich bij. Boven hen vliegen enkele vogeltje die jachtmaken op vliegen, muggen en andere parasieten die steeds in grote getale voorkomen bij de dieren. Wat verderop ligt een kadaver van een wilde buffel, half verslonden door vermoedelijk een leeuw, die er zijn buikje aan rond gegeten heeft en de rest achterliet voor de aaseters. Het krioelt dan ook van hyena's die dit eetfestijn weten te appreciëren, daarbij fel beconcureerd door een zwerm aasgieren die dit banket niet aan hun neus willen laten voorbijgaan! Ze gaan zo op in hun bezigheden dat ze onze aanwezigheid nauwelijks bemerken. Aan de andere zijde bemerk ik een bende olifanten die langzaam hun weg vervolgen naar een voor hen bekende bestemming. Een van hen, de leider denk ik, trompettert eens luid om ons attent te maken op hun aanwezigheid en dat zij ook weten dat wij er zijn. Stilaan begin ik vermoeid te geraken, maar bijt op mijn tanden want mijn kompanen lijken nog lang niet van zin om wat te vertragen, laat staan even halt te houden! We naderen de rand van het oerwoud, aan alle kanten groeien al wat struiken en kleine boompjes. In het struikgewas is het een gekweel van je welste van een aantal vogeltjes, het ene al bonter gevederd dan het andere. Dan geeft de leider ons een teken om halt te houden! Blijkbaar heeft de spoorzoeker wat bemerkt in de bosschages. Plotsklaps springt een vervaarlijk brullende leeuw van tussen het gebladerte! Waarschijnlijk voelt ze zich bedreigd en vooral haar nest welpen dat naar ik meen tussen de struiken verborgen zit. De mannen steken hun werpspiezen verdedigend voor zich uit maar het beest stormt recht op mij af, instinctief voelt ze aan dat ik de zwakkeling in de groep ben! Doch op hetzelfde ogenblik weerklinkt een oorverdovend gekrijs en stormt een ganse meute bavianen met wijdopengesperde muil vanuit het struikgewas op ons af! Ze verjagen de moederleeuw! De grootste baviaan, witgrijs van huid, komt naar me toegerend, en gaat voor me op zijn achterste zitten. Het dier bekijkt me met zijn pientere oogjes, brult nog eens luid waarbij ik zijn vervaarlijke gebit ten volle in ogenschouw krijg! Mens wat een kracht gaat ervn het dier uit! Hierop keert het me de rug toe en verdwijnt even geheimzinnig als het tevoorschijnkwam, weg tussen de struiken, gevolgd door de rest van de krijsende en brullende bende. We blijven verbijsterd en onthutst achter, onbeweeglijk alsof we niet goed beseffen wat zich hier voor onze ogen afgespeeld heeft. Langzaam komen we weer tot onszelf en de mannen beginnen wild gesticulerend het gebeurde te vertellen aan elkaar, alsof ze zo de schrik willen verdrijven. Tot de leider beduidt dat ze moeten ophouden met palaveren. Hij besluit dat we maar beter op onze passen terugkeren naar het dorp. Onverrichterzake komen we weer in het dorp, waar iedereen het verhaal in geuren en kleuren uit de doeken doet. De achtergeblevenen bekijken mij met verwondering. Voor hen lijdt het geen twijfel dat ik beschermd werd door de bavianen en door het amulet om mijn hals! Pas laat keert de rust weer in het dorp en het duurt nog uren eer ik de slaap kan vatten op mijn veldbed, voor mijn geestesoog herhaalt zich steeds opnieuw het tafereel van de bende bavianen die me van een gewisse dood gered heeft! Op kantoor verloopt de tijd maar traag. Meneer Oerlemans komt uit zijn kot met de opdracht dat ik moet proberen de muis te vangen die al enige tijd in onze kantoren huist. Als ik erin geslaagd ben moet ik over het voorval een bondig verslag maken dat hij, na goedkeuring, doorstuurt naar het Comité voor Veiligheid en Hygiëne. Daar heeft hij een hele dag werk aan, en ik ook want ik moet de nodige verbeteringen aanbrengen in mijn verslag waarna het weer ter goedkeuring op zijn bureau belandt. Freddy heeft er zijn schik in en noemt me de gigiboy van de directeur, hij behandelt me net als zijn hulp in Congo, toen hij daar nog gestationneerd was als kolonialist. Nu, wat het ook zij, daarmee weet ik ook weer wat gedaan, en doorbreekt het zo de dagdagelijkse slameur van het behandelen van dossiers over al dan niet belangrijkezaken. Intussen speelt gans de affaire met Mama Afrika steeds weer door mijn hoofd. Tijdens onze lunchpauze praten Freddy en ik over niks anders meer, en 's avonds zoek ik een en ander op in lijvige naslagwerken die ik uit de stadsbiliotheek ontleend heb. Daar lees ik de avonturen van de roemruchte ontdekkingsreizigers die in de 19e eeuw het Afrikaanse continent ontsloten hebben. Ik leer alles over Livingstone, Cecil Rhodes, Stanley en alle andere onvervaarden die hunleven op het spel zetten teneinde het onbekende binnenland te verkennen en op de kaart te zetten! Daarbij droom ik weg in gedachten naar de ongerepte brousse van het verre Congo en dwaal ik over de savanne temidden de wilde dieren en tussen de ongeciviliseerde zwarte bevolking in hun schamele dorpjes zonder stress of tijdsnood, genietend van de vrije natuur. Wat zal het bezoek aan die oude Afrikaanse vrouw opleveren?