Op het einde van volgende week (dus de eerste zondag van de krokusvakantie) ga ik kijken wie er allemaal gereageerd heeft op dit bericht. De klas die het meest personen heeft (die gereageerd hebben op dit bericht), wint! Je mag (per persoon) maximaal één keer reageren op dit bericht. Speel het spel eerlijk. (Maar je mag natuurlijk via Facebook of sms bijvoorbeeld je klasgenoten aanmoedigen.)
Opgelet: tijdens de les Latijn zal ik hier niet over spreken, dus het hangt volledig af van jullie.
Spannend! Eens kijken welke klas van deze site eigenlijk gebruik maakt, want Suzanne heeft gelijk: als ik hier zoveel tijd in steek en niemand kijkt... dan is het eigenlijk de moeite niet hé.
Ken je nog zo'n twijfelgevallen? Zo ja, plaats ze als reactie op deze site.
Wie kan trouwens de werkwoorden opsommen van de vijfde vervoeging (= de werkwoorden die eindigen op een korte -ere en in de tweede kolom eindigen op -io)?
Op de volgende link kan je zien waar de andere mensen wonen met dezelfde familienaam + hoeveel er zijn in België met dezelfde familienaam. http://www.familienaam.be/
Tip: maak een lijstje met voorzetsels zodat je weet welk voorzetsel + acc. is en welk voorzetsel + abl. Even testen. Plaats erbij +acc. of +abl. en geef de vertaling.
praeter sine sub post apud de inter in cum ante pro ob propter
Onderstreep de bijvoeglijke bepalingen (= BVB's = bepalingen die bijvoeglijk zijn bij een substantief) en trek een pijltje naar de dominant (of: typ de dominant naast het zinnetje.) De vertaling mag je ook altijd typen.
1. Amici tui dominae meae donum da!
2. Servi vestri cottidie miseri sunt.
3. Amicae meae pater numquam me invitat.
Extra vraagjes: - Splits in zinsdelen! (Let op, een genitief is altijd slechts een stukje van een zinsdeel.) - Benoem de functies van de zinsdelen. - Wat is de dominant van... a. een onderwerp? b. een van-bepaling? c. een lijdend voorwerp? d. een meewerkend voorwerp? e. een NWDG? f. een datief van voor- of nadeel? g. een aanspreking? h. een bijg.adj.? - Plaats bij de oefening hierboven (in verband met de dominant) de naamval die je verwacht bij deze functies.
Wie de vorige begrijpend lezen oefening nog eens wil hermaken: je vindt hier de lege versie in de bijlage. Je vindt er ook de correctiesleutel.
Indien vragen, stel ze gerust!
Jullie hebben allemaal heel goed gewerkt, dus ik hoop dat jullie van de vakantie genieten en als je je verveelt... probeer dan eens een cartoon te tekenen voor Latijn ;-).
In de bijlage vinden jullie het leerstofoverzicht.
Vergeet niet dat je 1. controletoetsen hebt om de theorie te studeren én 2. je moet ook oefeningen hermaken of extra oefeningen maken bij het studeren.
Bij de vragen stelde Suzanne al een hele tijd geleden een vraag... Niemand helpt haar! Dit verontrust me eigenlijk wel... Wil alsjeblief iemand haar helpen en gauw?
Vraag over HB p. 55 oef F de 3de zin Dominus dominaque ubique pericula sentiunt. Hoe vertaal je dat? en HB p. 66 oef I snap ik ook niet goed kan iemand mij helpen? xd suzanne
Nieuwe vraagjes: nom. of acc.? 1. Laetam puellam video. 2. Oppida magna sunt. 3. Dona damus.
ond. of LV? 1. Nos vident. 2. Viros exspectant. (viros komt van 'vir') 3. Rosae pulchrae sunt.