1.Wat is het COI?
Het coi of complément objet indirect is de vertaling voor het Nederlandse meewerkend voorwerp
vb Ik geef bloemen aan mijn mama
. Aan wie geef ik de bloemen? Aan mijn mama - mijn mama is meewerkend voorwerp
Je donne des fleurs à ma maman
. à qui je donne des fleurs? A ma maman - ma maman is COI
2. Hoe herkennen we het COI?
de meest voorkomende vorm = à + een persoon (à + une personne)
heel soms (zelden) pour + een persoon
woordje à is sowieso altijd verbonden met het werkwoord -- enkele veel voorkomende werkwoorden die sowieso een coi in de zin geven
dire à, envoyer à, offrir à, donner à, ecouter à, attendre à, téléphoner à, parler à, présenter à, montrer à, demander à,
iets geven aan mam, iets vragen aan mama, iets kopen voor mama
voor mama telkens is wat saai dus we gaan mama gewoon vervangen door "haar" of "hem" - lui - ons coi in de zin bestaat uit een voorzetsel (à, pour, + persoon) gaan we vervangen door een
pronom personnel coi
vb il demande 5 euro à moi - hij vraagt 5 euro aan mij - il me demande 5 euro
elle demande 5 euro à toi - zij vraagt 5 euro aan jou - elle te demande 5 euro
il demande 5 euro à Luc - hij vraagt 5 euro aan Luc - il lui demande 5 euro
elle demande 5 euro à Ann - zij vraagt 5 euro aan Ann - elle lui demande 5 euro
il demande 5 euro à nous (à vous) - hij vraagt 5 euro aan ons (aan jullie) - il nous (vous) demande 5 euro
elle demande 5 euro à Luc et Ann - zij vraagt 5 euro aan Luc en Ann - elle leur demande 5 euro
3. Speciale aandacht
faire attention à, faire appel à, être à, penser à, s'interesser à,
.. zijn normaal gezien werkwoorden die volgen door een COI - nu dit is niet zo, ze worden altijd gevolgd door een pronom tonique
moi - toi - lui - elle - nous - vous - eux - elles
|