De officiële grensovergang met Haïti begin deze maand, was
zoals verwacht een hele belevenis. Een logge muur van bureaucratie, corruptie
en machtsmisbruik. Elke instantie plukt onbeschaamd zijn dollartje mee, van
politie tot douanebeamte, aan beide landsgrenzen. Een toonbeeld van duidelijk
oplopende spanningen tussen beide landen op het eiland. (Gelukkig gaan we op
andere dagen bijna dagelijks via in-officiële bergwegen de grens over naar Haïti.
Dat kost geen geld en je bespaart je heel wat tijd en papierwerk. De keerzijde
is dat de putten in de weg gewoon nog dieper zijn.)
Ons verblijf in het gezondheisdispensarium in Carice was
heel verrijkend. We deden er consultatie en werden hartverwarmend ontvangen
door een Franse zuster. Creools en Frans lijken aardig op elkaar. Met goede wil
kom je heel ver. We bezochten s ochtends vroeg te voet door de heuvels de
fabriek waar Mayi-ji voor ondervoede kinderen wordt gemaakt. Mayi-ji is een
calorierijke dense mengeling van mais, pindanoten, sesam, zout en suiker. Het
geeft locale werkgelegenheid (in een stadje waar de werkloosheid dicht tegen de
100% ligt!) en is heel goedkoop aan te kopen (8 eurocent per zakje). 


Nadien
volgde intensief werk tot s avonds laat in de medische dossiers van de
ondervoede kinderen. Het uitpluizen van de gegevens van gewicht, armomtrek,
lengte, geboortedata, gezinssamenstelling van de kinderen nam meer tijd in
beslag omdat er toch wat minder overzicht en orde was dan oorspronkelijk gedacht.
In elk geval hebben we een interventie-onderzoek opgezet, wat, indien er goede
resultaten uit volgen, een steun kan betekenen voor het locale fabriekje en de
ondervoede kinderen.


In Haïti trekken we in elk geval steeds onze ogen open. Daar
is een armoede die nauwelijks te beschrijven is, badend in een schijnbaar
muurvaste sfeer van politieke corruptie, analfabetisme, werkloosheid,
verhongering, gebrek aan een warme opvoeding en wegtrekken van internationale
hulporganisaties. En dat in een natuur en klimaat als van het aards paradijs. Je
wordt er weemoedig van. Heel wat mensen leven eerder in de omstandigheden van
het Neolithicum dan in de Middeleeuwen. Hoe moet dit duurzaam aangepakt worden?
Een thema waar we het vaak met de Dominicanen, die trouwens ook heel wat
herkennen in eigen land, over hebben. Toch enkele foto's van de rijke natuur (oefen alvast je Creools)!




|