Vandaag kwamen onze jongens en meisjes verkleed naar school. Het was een enorme fijne dag! Spijtig genoeg eindigde de dag niet zo leuk voor Spiderman uit onze klas, namelijk Davy. Hij is zijn masker (uit stof) verloren. Heb jij het gezien of per ongeluk mee naar huis genomen? Laat het even weten, dan is onze Spiderman weer gelukkig.
Bereidingstijd Ongeveer 10 tot 15 minuten (exclusief baktijd).
Bereidingswijze 1) Verwarm de over voor. 2) Bekleed de bakplaat met bakpapier. 3) Doe de mix in een kom en voeg het water toe (gebruik 1 zakje mix voor 1 bakplaat). 4) Meng het geheel met de hand of met een lepel totdat het water is opgenomen en er kruimels zijn gevormd. 5) Kneed met de hand net zo lang tot dat de kruimels een deeg vormen. 6) Bestuif het aanrecht met bloem en rol het deeg tot een deegrol van circa 40 cm en verdeel deze in 2 gelijke delen. 7) Rol de 2 deegrollen nog iets langer en verdeel elk deel weer door de helft. 8) Verdeel nogmaals elk deel deeg door de helft, zo ontstaan er 8 rolletjes deeg. 9) Verdeel nu elk rolletje deeg in 7 stukjes. 10) Draai van de stukjes deeg kleine bolletjes. 11) Leg de bolletjes op een bakplaat in 8 rijen van 7. Zorg er voor dat de bolletjes goed over de plaat verdeeld zijn (tussenruimte van ongeveer 3 - 5 cm). 12) Bak de kruidnoten in het midden van de oven in circa 10 minuten gaar. Let op dat de onderkant van de kruidnoten niet te donker wordt. 13) Haal direct na het bakken de kruidnoten met het bakpapier van de bakplaat en laat ze even afkoelen.
In de klas worden verschillende lessen gegeven rond wegen en meten van inhouden en gewichten. Maar hoe kunnen we dit nu thuis oefenen? Onze kinderen kregen een week de tijd om een recept uit te werken en hierbij natuurlijk zelf alle ingrediënten juist en gepast te wegen en af te meten. De resultaten waren super! Er waren enkele jongens en meisjes die hun eigen koekjes, cakejes of taarten mee naar school brachten. Zo konden wij het resultaat zien. Van sommige lekkernijen mochten we zelfs proeven. Maar er waren ook heel wat trotse ouders die foto's trokken tijdens het bakken. En daar willen wij natuurlijk allemaal naar kijken.
Vandaag kreeg ik opnieuw 2 zeer leuke verslagen. Eén daarvan was van Felix. Dank je wel Felix.
Verslag
Toneelbezoek:Erik en het
kleine insectenboek
Door Felix Frsion
3E
1.Herinneringen ophalen
Ik kende het verhaal nog. Erik ontmoet een
slak, een worm, en een doodgraver. Eén meneer speelt Erik en één mevrouw speelt
alle insecten. Voor de worm gebruikt ze haar oog, en voor de spin gebruikt ze
een net voor haar gezicht. De doodgraver had een bril met twee lichtjes. Als
Erik over de dam klimt, kan hij weer naar huis.
De muziek wordt gemaakt door een computer.
Het was mooie muziek.
De mevrouw gebruikt allerlei dingen om de
dieren na te doen. Alles was donker, alleen scheen er een licht op het
schilderij en op de twee acteurs. Er stond ook een tafel en een beamer op het
podium.
Ik vond de mevrouw die de worm speelde een
beetje vies. Ik was niet bang maar ik moest ook niet lachen.
2. Filosoferen
Insecten hebben poten, mensen niet. Ik zou
geen insect willen zijn, want ik wil niet de hele tijd op de grond leven. Erik
zegt dat je een mens bent omdat je zintuigen hebt. Niet alle dieren zijn
insecten.
3. Persoonlijke fantasie
Misschien zou ik in een schilderij met een
boerderij en natuur willen rond lopen. Ik zou dan met alle dieren spelen.
Ik weet eigenlijk niet alles meer maar ik vond
het wel super leuk.
Ik heb gezien dat de spin Erik beet en dat was
zo vies.
Erik ontmoet heel veel insecten, hij ontmoette
een slak, een spin en een mug en nog veel andere insecten.
De insecten zijn heel raar en grappig.
Erik word gebeten door de spin daarna kwam er
een mier naar Erik en die dacht dat Erik dood was en de mier wou Erik opeten.
Erik kan naar huis door op de vlinder te gaan
zitten en over de muur te vliegen.
De muziek is meestal traag maar soms is hij
wel snel.
En er waren twee acteurs.
Ze gebruikten veel brillen.
En het licht was uit. Ik heb gevoeld dat niet
alle insecten zo gevaarlijk zijn.
Ik was wel een beetje bang toen het licht aan
het flitsen was. En ik moest lachen toen de slak kwam. Insecten zijn heel
anders dan mensen. Nee ik zou geen insect willen zijn omdat ik het leuker vind
om twee benen te hebben. Ik ben een mens op feestjes en zo. En ik ben een
insect als ik wil bespioneren. Nee een dier is geen insect. Ja het schilderij
is een schilderij met insecten. In het schilderij waar een manege op staat. Op
het schilderij staan schaapjes. En de insecten wonen daar. Ik zou daar veel
avonturen in beleven.
In de voormiddag oefenden we samen met juf Kirsten onze fietsvaardigheden. En in de namiddag mochten we deze tonen op de openbare weg. Met behulp van extra handen en ogen van enkele mama's en papa's, reden we gemiddeld 12 km/u. Dat is dus enorm flink van jullie.
Men is
het of men is het niet
Is men het, dan is men het ook
Maar is men het niet, dan is men het ook niet
En wordt men het ook niet
Terwijl als men het is, men ook gerust kan zijn
Want men is het en blijft het ook
Wat men ook doet en wat er ook gebeurt
Elke dag ontdek je nieuwe foto's van onze culturele uitstap.
Het schilderij bezat eigenlijk
helemaal geen naam maar Erik had het bij zichzelf Wolleweigedoopt omdat je er witte schaapjes zag
grazen in een groene weide. In de verte leunde een oude herder op zijn staf, en
een kleine herdersjongen blies op een koperen hoorn, maar wat Erik het mooiste
vond van dit schilderij, was dat de schilder er met eindeloos geduld alle
insecten op geschilderd had die men maar bedenken kon: rupsen en kevertjes
kropen over de takken van de bomen, kleine spinnen weefden er hun web, dikke
hommels droegen honing aan, en vlak tegen de onderlijst lag een enorm slakkenhuis.
Dat moest wel zo groot zijn omdat het vooraan lag, begreep Erik.
In het gras, rechts onderaan
kronkelde een worm, en een doodgravertje stond er belangstellend naar te kijken
alsof hij zich afvroeg welke kant het zou opgaan. Mieren waren er ook: zij holden
ijverig tussen de afgevallen bladeren door elkander heen, maar Erik kon niet
zien wie er nu een angelhad en wie niet.
Nu, misschien is het daar ook te donker voor besloot hij, en bleef met zijn
handen onder zijn hoofd het schilderij bekijken.
Wat moet het toch heerlijk zijndacht hij om daar te leven. Nooit geen
proefwerken meer over insecten, want iedereen is daar zelf insect; altijd
honing in overvloed, je speelt maar wat in het groene gras en de dag is
voorbij. s Avonds lang opblijven, niemand die er wat van zegt. En dan slapen
in die rode papaver daar links, of in het slakkenhuis, als daar plaats is.
s Ochtends sta je op, je wast je
handen in een waterdruppel, en klaar ben je. En dan loop je wat rond en kijkt
naar het leggen van de eieren en het uitkomen van de larfjes
Ik heb altijd zo verlangd om daar te kunnen
zijn. dacht Erik en hij besloot om nu eens niet zoals op andere avonden, in
slaap te vallen, maar goed op te letten of er misschien iets gebeuren ging.
En werkelijk, de schapen hieven
hun koppen op, de herder wuifde hem toe en de witte wolken dreven door de
blauwe lucht van de ene lijst naar de andere. En tegelijk zag Erik dat zijn
kussen tot een geweldige omvang was opgezwollen en als een besneeuwde berg voor
hem lag.
Maar bang was hij niet. Hij
begreep dat hij klein, verschrikkelijk klein was geworden om in het land
Wollewei te komen, en dapper stapte hij langs de knoopjes van zijn kussensloop
voorwaarts. Het volgende ogenblik stond hij op de bovenrand van zijn bed. Nu
de reuzenzwaai uit de gymnastiekles zei Erik. Hij klemde zijn tanden opeen,
pakte de onderlijst met beide handen beet, en, tjoep! In een boogje vloog hij
over de lijst en viel in het frisse, zachte gras