Droog
De simpele, droge mening van een studente.
10-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kroniek van een geliefde auto

Onlangs vroeg mijn moeder mij of ik mijn auto niet zou wegdoen. “Het zal niet meer door de keuring geraken”, meende ze. Maar mijn autootje geef ik niet zomaar op. Onder het motto “zolang het rijdt, is het goed”, ga ik mijn bakje nog niet vaarwel zeggen.

Mijn autootje, een Toyota, heeft al de gezegende leeftijd van dertien jaar bereikt. Gedurende die dertien jaar heeft dat karretje al wat meegemaakt. Eigenaardig genoeg heeft het vooral heel wat meegemaakt toen ik de chauffeur van dienst werd. Dat is ondertussen al zes jaar geleden, toen ik zeventien was. De eerste chauffeur, ons moeder genaamd, had de auto na zes jaar overgelaten aan mijn broer. Toen leek het bakje nog splinternieuw. Nadat mijn broer zijn eigen auto had gekocht, mocht ik de wagen overnemen.

Ik begon met de Toyota te rijden toen ik leerde autorijden. Twee pogingen heb ik moeten ondernemen om mijn rijbewijs te halen. Het eerste praktijkexamen liep al faliekant af bij de manoeuvres. Bij de tweede poging was dezelfde examinator van de partij. De vrouw leek net als de bij eerste keer niet erg goed gezind. Toch mocht ik na de manoeuvres de baan op, en dat verliep zonder enige problemen. Nu ja, toen ik rechtdoor moest rijden op een Y-splitsing had ik gegokt op de verkeerde straat. Kan gebeuren, natuurlijk. Desondanks kreeg ik een formuliertje in mijn handen waarmee ik mijn rijbewijs kon halen in het gemeentehuis. En toch had mevrouw de examinator de hele tijd een zuur gezicht. Staat dat bij de vereisten voor de job, misschien?

Twee maanden had ik dat rijbewijs op zak, toen ik mijn eerste ongeval veroorzaakte. Ik wilde mijn straat inrijden, waarvoor een tegenligger mij moest doorlaten. Die tegenligger was een bestelwagen. Vlak voor het inrijden van mijn straat zwaaide ik de bestuurder een bedankje toe.  Jammer genoeg kon die bestuurder me niet laten weten dat er naast hem een bromfietser reed. Resultaat: voordat ik mijn straat kon inrijden, reed ik de bromfietser aan. Gelukkig had de man enkel een pijnlijke knie opgelopen bij zijn val. Zijn bromfiets kon ook nog rijden. De bumper van mijn auto had minder geluk. Hij hing nog – gedeeltelijk – aan mijn auto, maar een mooi zicht was het natuurlijk niet. Ons moeder belde een bevriende verkoper van auto-onderdelen op, en mijn groene Toyota werd opgesmukt met een tweedehands bumper. In bordeauxrood. Twee maanden had ik mijn rijbewijs en meteen had ik mijn auto uniek gemaakt. Een groene Toyota met een bordeauxrode bumper: ik denk niet dat er zo twee rondrijden.

De tweede “aanpassing” aan mijn auto kwam er toen ik al twee jaar op kot zat in Brussel. Mijn auto liet ik steeds staan in de straat van mijn kot. Toen mijn vriend op een ochtend mijn auto wilde gebruiken, belde hij me wakker. “Ik denk dat je best eens naar beneden komt….Er is ingebroken in je auto”. En ja hoor: mijn zijruit was ingeslagen, mijn gps werd uit het handschoenenkastje gehaald. Omdat ik de auto die dag nog moest gebruiken, kleefde ik een vuilzak over de ongewilde auto-opening met zeer sterke kleefband. In Brussel zijn er gelukkig veel verkopers van auto-onderdelen. U moet maar eens denken aan de verscheidene kaartjes die u in Brussel onder de ruitenwissers krijgt met “wij zijn geïnteresseerd in uw auto, wij kopen cash alle auto’s, zelfs beschadigd of zonder keuringsbewijs.” Bij een bezoek aan zo’n verkoper werd mijn Toyotaatje met een verse tweedehandse zijruit opgesmukt. De tweede aanpassing was een feit. Maar de erg sterke kleefband die ik had gebruikt om een vuilzak op de ruitloze opening te bedekken laat nog steeds zijn sporen na. Sterke kleefband, inderdaad…

Een jaar nadien kreeg mijn Toyota in Brussel wederom ongewild bezoek. Op een vrijdag stapte ik naar de auto om naar huis te rijden. Toen ik mijn vuile was in de koffer wilde leggen, leek er iets niet te kloppen: het slot van de kofferbak was verdwenen, een rond gat met een diameter van zo’n twee centimeter was er in de plaats gekomen. Een slot van een kofferbak inslaan: dat was een soort vandalisme dat ik nog nooit had gezien. Waarschijnlijk wilde de ongewilde bezoeker zo mijn koffer opendoen. Jammer voor hem is het hem niet gelukt. Maar mijn auto zat nu wel zonder kofferslot. Mijn auto was toen al elf jaar en dus al sterk verminderd in waarde. De onderdelenverkoper waarbij ik de zijruit had laten vervangen bood me een “bon prix de mille euros” aan als ik mijn bakje wilde verkopen. Zouden bij al die kaartjes onder mijn ruitenwisser enkele van hem komen? Het leek me dus maar stom om in mijn oud wagentje nog meer geld in te steken. Dus besloot ik om geen nieuw slot erin te zetten. Oplossing: een stukje kleefband over het gaatje kleven. Niet de bruine kleefband die nu nog gedeeltelijk rond de tweedehandse zijruit te bewonderen is, maar een groene die minder zou opvallen op mijn groene auto. Toch een geweldige zet, niet?

En nu wacht er een nieuwe aanpassing: de zijspiegel. Alweer heeft mijn auto ongewild bezoek gekregen in het Brusselse. Het lijkt een jaarlijkse traditie te worden. De zijspiegel zelf hangt nog even goed aan de auto als voordien, maar het spiegelglas heeft een flinke klap gekregen: scherven alom. Dat een auto tegen een zijspiegel rijdt, maar enkel het glas breekt, lijkt me onwaarschijnlijk. Vandalisme lijkt me logischer. In dat nieuwe glas móet ik nu wel geld insteken. De autokeuring komt er namelijk aan.

Ondertussen is mijn Toyota nog met een aantal grote krassen versierd. Betonnen pilaren zijn blijkbaar mijn vrienden niet bij het parkeren… Mijn unieke groene Toyota met bordeauxrode bumper, bruine kleefband langs de zijruit, groene kleefband op de koffer en talloze krassen blijf ik desondanks nog steeds graag zien. Nog nooit kreeg mijn auto panne, nog nooit heeft hij grote technische mankementen opgelopen. De ene keer dat ik benzine in de tank goot in plaats van diesel – ja hoor, ik ben een van de gemiddeld 120 000 Belgische bestuurders die al eens verkeerd heeft getankt – heeft hij ook overleefd. Daarom mag ik er van ons moeder nog maximum twee jaar mee rijden. Als hij door de keuring geraakt, tenminste. Het afscheid van mijn Toyotaatje lijkt dus nog eventjes afgewend, maar ik weet dat die tijd onherroepelijk zal komen.

Zou ik er dan nog een “bon prix de mille euros” voor krijgen? Ik vrees ervoor.

Groetjes,

 

T.

 

 

10-06-2010 om 00:00 geschreven door T.  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Tags:auto, toyota, schade, zijspiegel, zijruit, bumper, brussel


Inhoud blog
  • Tips aan Secretary Plus, of hoe een bedrijf zijn eigen raad in de wind slaat
  • Speciaal voor dt-twijfelaars
  • De teloorgang van kwaliteitsvolle journalistiek: na de rioolpers, nu ook de internetpers?
  • Kroniek van een geliefde auto
  • België, gij zijt gevangen...
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Archief per week
  • 31/01-06/02 2011
  • 28/06-04/07 2010
  • 21/06-27/06 2010
  • 07/06-13/06 2010
  • 31/05-06/06 2010

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs