Ja, vandaag heb ik toch eens de knoop doorgehakt en er een rustige dag van gemaakt.
Na ongeveer vijf weken op stap gaan kan het geen kwaad om eens, op ons zonnig terras, een boek te lezen en mijn Spaans wat te oefenen. En dat hebben we dan ook gedaan.
Ons stappersgezelschap heeft ons gevolgd en meteen hebben we een afspraak gemaakt om 's avonds samen te BBQen. De aankopen werden verdeeld en wij op naar Los Llanos. De overdekte markt van groenten, fruit, vlees en vis bood een weelde aan eetwaren en ik vond er dan ook al de benodigdheden voor de avondactiviteit. Zo vond ik er zeer mooie moten tonijn tegen de helft van de prijs van bij ons. Die moesten zeker op het menu staan. De Palmese tomaten smaakten overheerlijk evenals alles wat we voorzien hadden om de inwendige mens te versterken. Dat alles overgoten met een lekker glaasje wijn en de avond kon niet meer stuk.
Het was een leuke bedoening en.... waar wij aan ons huisje geen zon meer hadden was het bij hen een stralend weertje. We hebben dat etentje dan ook in het lang en breed uitgespreid en van vier uur tot negen uur hebben we buiten kunnen genieten van een zalige lenteavond. Een spectaculaire zonsondergang ronde het geheel af en nu is het afwachten wat de dag van morgen zal brengen.
Vandaag stond er een volledig nieuwe wandeling op het programma en ik wist niet wat me te wachten stond. Eigenlijk was ik wat moe en dacht ik te passen maar als dappere Galliër wou ik me niet laten kennen.
Het weer oogde mooi maar in de verte hingen wel een pak wolken. Wat trekt dat weer dit jaar toch lelijke snuiten.
Volgens onze vrienden zou de wandeling niet te lang en te zwaar zijn en wij op stap. Het startpunt was een krom gegroeide drakenboom, het symbool van het eiland dat op elke folder terug te vinden is. Via de befaamde GR130 bereikten we Puntagorda. Een groep oudjes, allen met de befaamde sombrero op het hoofd, was erg opgezet met onze interesse en de daarbij horende fotoshoot.
Vier barranco's stonden op het programma, allen even mooi. Het was net of ze deelnamen aan een schoonheidswedstrijd. De natuur was overweldigend en gevarieerd en het werd één van de top-uitstappen. Op een bepaalde plek aangekomen lag de grond bezaaid met lekker fruit dat men zo maar liet rotten. Maar zoiets konden wij niet zien. Al die lekkere vitamientjes laten verloren gaan. Er werd duchtig geraapt en de vrije ruimte in de rugzak werd steeds maar kleiner. Gevuld met bananen, sinaasappelen en avocado's wogen ze behoorlijk zwaar en daarmee berg op en berg af was niet te onderschatten. Het was net of de rugzak bij elke helling die ik op moest zwaarder werd en mijn rug wist ook wat hij voor had. Maar ik weet wel dat al dat lekker fruit de volgende dagen zeker zal smaken. Een kermis is een geseling waard!
Na 14 km wandelen kwamen we moe maar voldaan bij de auto aan. En onderweg genoten we nog van fraai beschilderde wachthuisjes voor bussen, telkens beschilderd in een ander thema van de streek. Bij ons zouden die al lang beklad geweest zijn maar hier heeft men blijkbaar meer respect voor het werk van anderen.
Waar we een ganse dag genoten hadden van een fijn wandelweertje was er hier in een mum van tijd niets meer te zien. De wolken werden massaal uit het dal naar boven geblazen en weg was de oceaan en van de bergen geen spoor meer. Alleen hier en daar nog een flauwe schim. Voorzichtig keerden we huiswaarts. En thuis aangekomen klaarde het zowaar terug op. Wel had die "wolkenplaag" de temperatuur heel wat doen dalen en aperitieven moest binnen gebeuren. En we waren zelfs blij dat we de woonkamer wat konden verwarmen.
900 meter klimmen en dalen en 13 km stappen!!! Het resultaat van onze wandeling van vandaag. En dat op onze leeftijd. Heimelijk ben ik er wel wat fier op.
En nu wat minder bluf. Vandaag begon de dag zoals we er dit jaar nog weinig gekend hadden; een stralend blauwe lucht en wat zeker iets apart was, het wegblijven van de wind. Met een rustig gemoed vertrokken we. Al van bij het begin mochten we één van de talloze barranco's van dit eiland doorkruisen. En de stijl van onze wandeling was meteen gezet. Een constant dalen en klimmen, dan weer eens naar rechts draaiend en de volgende keer boog de bocht naar links. Onze eerste afdaling van 160 meter werd al snel genoteerd. Het was een spectaculaire barranco met imposante rotspartijen. Eventjes een droge rivierbedding door en we mochten terug klimmen tot we aan een lieflijk dorpje, Tijarafe, uitkwamen. Een verzorgd kerkpleintje met een oude laurierboom en verder kleurrijk, verzorgde huisjes waren zowat de enige tekens van leven tijdens onze tocht van vandaag.
Al snel begon een klim waar maar geen einde aan kwam. Steeds over hoge en oneffen rotspartijen en verderop, wanneer we werkelijk in de Canarische bossen wandelden waren de paden daarbij nog bezaaid met duizenden sparrennaalden. Oppassen om niet onderuit te gaan was de boodschap. Het zweet droop en liep het hele lichaam af maar de omgeving was onbeschrijflijk. De bossen hier zijn geen gesloten partijen maar ze laten de zon toe haar weldoende stralen over en door alles heen te laten vallen. Meteen genoot ik dan van het spel van licht en schaduw.
Eens we dachten het hoogste punt bereikt te hebben, nl. 1300 meter hoog, hielden we pauze om de inwendige mens wat te versterken en dat was geen overbodige luxe. Wanneer we dan terug vertrokken deed het wel even pijn om het ritme terug te pakken te krijgen. Maar nood dwingt en daar gingen we weer. Berg op, berg af en dat heeeel lang en op een pad dat uit een bijna vertikale wand gehouwen was. We moesten de volgende barranco door waar maar geen eind scheen aan te komen. En om echt te dalen: daar moesten we nog geruime tijd op wachten.
Uiteindelijk kwamen we bij één van de talloze kapelletjes die het eiland versieren. Joepie! Het ergste was achter de rug en we konden beginnen afdalen tot aan ons huisje. Maar, waar we dachten daar een zonnig terras te vinden, viel het anders uit. Plots was daar weer die befaamde wolk die de temperatuur een goed stuk deed dalen. Maar geen probleem, we hadden een prachtdag met een zware maar mooie wandeling. En na enige tijd verdween de wolk opnieuw en genoten we nog van een zachte avondzon.
Onze voorlaatste week is gestart met een stralende zon maar.... we hebben blijkbaar weer een verkeerde kant van het eiland gekozen. We waagden ons nogmaals aan de oostkant en dat was geen goed idee.
De wandeling op zich was mooi en begon ook met mooi weer. We stapten tussen de Canarische dennen en kwamen uit op een groot lavaveld met op de achtergrond een deel van de vulkanenroute. Maar, waar het aan ons huisje en bij de start van de wandeling een zalige temperatuur was, hebben wij het nadien vrij fris gehad. De zon stuurde haar kat en de wolken zorgde voor een gesluierde hemel en lage temperaturen. Daarbij een wind die met windkracht 5 woei en we trokken al onze reservekledij uit onze rugzak aan om het wat behaaglijk te hebben.
Voor de middagpauze zochten we een beschut plekje en dan maar verder de tocht afwerken. Het was een mooi pad dat bij wijlen voor wat zoekwerk zorgde. Maar dat maakte het boeiend. We hebben het zelfs klaar gespeeld om even fout te lopen. Dat heeft dan voor een nieuwe klim van 90 meter gezorgd tot we op het rechte pad waren beland; een stuk GR dat we de vorige jaren nog niet bewandeld hadden. De ganse trip had een niveauverschil van 650 meter en na 5 uur waren we terug bij de wagen. En dan naar huis in de hoop wat zon te vinden. En ja hoor, hoe korter bij huis, hoe warmer en we hebben gelukkig de dag kunnen afsluiten op het warme terras van onze stapvrienden.
Marleen en Wim, onze padvinders, krijgen vandaag het maximum aan punten.
Je moet het maar doen! Hier voor de achtste maal op dat eiland komen stappen en een totaal nieuwe wandeling uitdokteren. De wandelboekjes hebben ze even ter zijde gelaten en de kaart werd ter hand genomen. En het resultaat mocht er zijn. Een aaneenschakeling van steile paden over lavabrokken, prachtige vergezichten, een overweldigende natuur doorweven van wit bloeiende planten en een afdaling om U tegen te zeggen. We hadden nl. 600 meter gestegen en dat moesten we uiteraard terug naar beneden. Wat was ik blij dat ik mijn wandelstokken had want op sommige plekken was het niet van de poes en deze keer zou ik graag de vakantie eens afronden zonder vallen. In mijn geval is dat niet evident.
Tijdens de wandeling hebben we kennis gemaakt met een lavastroom in al zijn facetten. Indrukwekkend! Wat moet dat zijn bij een uitbarsting!
Meters diep en heel breed zagen we de gestolde lava. Dan eens een lavaplateau, dan weer touwlava, dan een grillig gevormde gestolde massa. Onmogelijk om dat op de juiste manier te beschrijven. Tussen die zwartgrijze en andere kleuren van gesteenten doen er kleine varens en ander groene plantjes een poging om hun kopje op te steken. Het was een wonderlijk beeld en we hebben genoten. De zon was niet altijd van de partij maar het was droog en onze ogen hebben alles proberen op onze eigen harde schijf vast te leggen. Maar dat was bijna onmogelijk.
Bij het naar huis rijden maakten we kennis met een ander weerbeeld. De wind woei zeer krachtig en de wuivende palmbomen vlogen in alle richtingen. Het was aan de vrienden hun beurt om te gaan aperitieven op hun zeer warm terras en we dachten even dat het niet zou lukken. Maar toch vonden we daar een warm hoekje en de dagelijkse Cava smaakte wonderwel.
Echt goed kunnen we die dag nog niet noemen maar toch is hij al wat minder stormachtig. We beslissen om er toch maar op uit te trekken want één dag zonder wandelen lukt me nog net maar meer???!!! En bij ons gezelschap is dat net hetzelfde.
In de hoogte willen we het nog niet gaan zoeken. De bergtoppen zien nog wit en in de bossen zou het kunnen een glijbaan zijn. Dus vertrekken we dalend. Aanvankelijk op een verharde ondergrond maar dat is niet echt voor wandelaars. De eerste aanduiding om toch maar via een geitenpaadje te dalen wordt genomen en is raak; veel mooier en indrukwekkender dan het vorige. Na anderhalf uur waren we aan alweer een andere"puerto" dan de vorigen . Door de grijze lucht oogde hij minder mooi dan hetgeen we de vorige weken/dagen gezien hadden maar het loonde toch de moeite. Temeer dat we daar geen hevige wind of regen hadden maar een schraal zonnetje. Ideaal om onze picknick aan te pakken.
Voor de terugweg hadden we de keuze tussen dezelfde weg terug of een iets kortere maar steile klim. Vermits Wim al 2 dagen niet in zijn beste doen is beslissen de vrienden om de kortere weg te nemen en ons nadien tegen te komen met de auto en wij zouden via hetzelfde pad terugkeren. Oorspronkelijk verliep alles naar wens; een flauw zonnetje duwde ons naar boven weliswaar onder een begeleiding van een sterke wind. Wim, wiens maag nog steeds ondersteboven ligt, deed het heel traag maar het lukte. Eventjes terug op een gemakkelijker stuk werden we weer nat gemaakt door mijnheer de wind. Minder leuk maar daar is nu eenmaal niets tegen te doen. En wij maar stappen, Goretex aan en kap op het hoofd, in de hoop dat de redding vlug aankwam.
En ja, na korte tijd vertraagt er een auto die vraagt of we meerijden. Wie zit daar in? Een vriendelijke local met zijn kinderen en onze stapmaten. Wim deed al teken aan die mens om verder te rijden en wilde het traject tot het einde uitstappen. Maar dan zag hij plots ons eigen volk zitten en veranderde hij van mening. Als vee op een kar mochten we achteraan in de pick-up plaats nemen. Echt warm was het niet maar we waren wel blij dat die gastvrije man ons wou meenemen. Met al de souplesse van twee zeventigers kropen we in die auto en wij weg, met de haren in de wind. Zeven kilometer lang reed die mens met ons tot aan de parking van ons eigen vervoer. Ik heb hem meermaals bedankt en dits gemaakt dat de Palmeros de gastvrijheid zelf waren. Daardoor waren we vroeger thuis dan verwacht en een lekker bakje troost deed de inwendige mens wat verwarmen.
In bijlage: enkele zichten en een rotspartij onderweg + onze pick-up historie
Vanaf vannacht wordt het eiland overmeesterd door een felle storm; windkracht 7 , felle regens en hagelbuien en een woeste oceaan. Die ronde bolletjes zorgen voor een wit kleed zowel op onze vierwieler dan op onze zonnestoelen. De regen valt met bakken uit de lucht en door de felle wind is de grond bezaaid met sinaasappelen, nespido's en avocado's. Mooi maar triestig. Van de oceaan is er meestal niet veel te bespeuren tot.... het zonnetje een schuchtere poging doet om wat kleur te brengen in het landschap. Maar die kleur bestaat alleen uit een reuzegrote regenboog die al zeer snel verdwijnt voor opnieuw de volgende bui. Intussen konden we even die grote waterplas waarnemen die, in plaats van die turkooisblauwe kleur,gevuld is met op en neer dansende enorme golven. Wat moet het zijn aan een strand!
We kunnen onze nieuwsgierigheid moeilijk bedwingen en na de middag rijden we naar "het warmste plekje" van het eiland. Daar staan de toeristen, gewapend met camera's om de golven van 3 à 4 meter hoog die tot op de dijk klotsen, vast te leggen op de gevoelige plaat. Indrukwekkend. En het is nog niet alles. Richting bergen zien we dat die hun zondags pak aangetrokken hebben en tot op een hoogte van 1500 meter een mooi wit kleedje dragen. En dat allemaal op het eiland van de eeuwige lente. Ja, dit is ook La Palma, la isla bonita!
Bij het terug rijden stoppen we bij onze stapvrienden die ons uitgenodigd hadden voor de koffie. Zoiets laten we niet aan onze neus voorbij gaan want bij zulk een prachtig weer smaakt een bakje troost overheerlijk.
En nu maar hopen dat het morgen toch iets minder onstuimig is alhoewel de weersvoorspellingen dit niet laten uitschijnen.
Na de zware dag van gisteren hebben we vandaag gekozen voor een rustdag.
Het weer begon mooi deze ochtend maar de voorspellingen waren niet zo rooskleurig. En inderdaad, iets na de middag waren die verdomde wolken er weer en koelde het af. Vermits onze mondvoorraad goed geslonken was, hebben we die eerst terug aangevuld en nadien zijn we wat tussen de bananenfinca's gaan kuieren. Daar is er steeds iets te beleven.
Wim voelde zich vandaag niet opperbest; zijn maag protesteerde de ganse tijd dus besloten we wijselijk om het toch maar rustig aan te doen en thuis wat te lezen. Ik ben eindelijk aan een Spaans tijdschrift geraakt om mij in in de taal wat te verdiepen en Wim heeft zich afgekapt in de zetel in de hoop op beterschap. Tot hier toe heeft dat nog niet veel uitgebracht en al onze hoop is op Motilium gericht.
Voor morgen zijn de voorspellingen op z'n Belgisch: regen en felle wind met een kracht van 6 en 7 Beaufort. Afhankelijk van de omstandigheden zullen we morgen dus een korte wandeling maken met zandzakjes aan de voeten ofwel eens rustig thuis blijven. Kan ook eens geen kwaad en morgen horen jullie er meer over.
Voor alle verliefde koppeltjes een zalige Valentijn.
Menslief, ik hou van jou! Zou ik willen vertalen in "eiland, ik hou van jou"! Maar iets minder van het stijgingspercentage van de wandelingen. Voor de schoonheid en variatie krijgt La Palma van mij een 10/10 en een kus van de juf maar voor de hellingen wil ik toch wat punten aftrekken.
Vandaag startte de dag enigszins bewolkt alhoewel de voorspellingen gunstig waren. Met zijn vieren beslisten we toch ons plan uit te voeren en we trokken op pad alweer gewapend met kaart, wandelboekje en GPS. Niettegenstaande al dat materiaal zijn we er toch in geslaagd om van bij het begin fout te lopen. Voor de afdaling leverde dat niet echt problemen op maar oh wee, de terugweg! Hebben we daar op afgezien. Eerst moesten we 165 meter klimmen, die nadien terug afdalen uiteraard via een ander pad en nadien mochten we "GENIETEN"van een onophoudelijke klim van 700 meter. Alles weer over smalle paden vol met keien maar bijna constant met zicht op een blauwe oceaan. De bergen zelf begroeid met kandelaarscactussen en wolfsmelk. Mooi maar zwaar.
Beneden aan de piratenbaai was het een uniek zicht. De Poris de Candelaria is een geweldige gebogen rotsbaai waar het prachtige turkooisblauwe water met geweld in klotst. Onder die gebogen rots staan enkele vissers- of weekendhuisjes gebouwd en je mag geen claustrofobie hebben om daar in te verblijven. Ze zijn donker, ver van alles verwijderd en je kan er maar één ding doen en dat is genieten van de rust en stilte. Het is een unieke plek maar of ik daar een gans weekend zou kunnen verblijven is een andere zaak. Geef mij maar ons verblijf op de berg waar we ook een constant zicht op de oceaan hebben en waar we vol bewondering staan voor de ontluiking van de natuur en genieten van de gevarieerde begroeiing.
Op de terugweg is er geen plekje schaduw. Gelukkig was het een warme maar wat bewolkte dag en toch heeft Wim weer zijn liters zweet achtergelaten; dat constant klimmen met een zware rugzak op je bult en daarbij steeds attent zijn om je voeten op de juiste plek neer te zetten weegt wel op je systeem. Om onze wandeling in cijfertjes samen te vatten, kan ik vertellen dat we heel dat zwaar parcours, heen en terug, afgehaspeld hebben op 5,20 uur met inbegrip van fotostops en middagpauze.
We hebben genoten en nadien nog meer genoten van een gezellige aperitief om die etappe af te sluiten.
Al van bij het ontwaken een lucht zoals België nooit kent en we hebben er moed op.
We hebben met de nieuwe stappers een inloopwandeling vastgelegd op de wijze van Wim t.t.z. een stijging van 625 meter en een afstand van 9,5 km op alweer die moeilijk te begane geitenpaadjes. En ik met mijn korte beentjes ....oeiejoei. Ik denk aan MachuPichu; daar zijn de te overbruggen hoogten ook zo moeilijk en het gevolg is dat het bij mij handen- en benenwerk is. Maar!!!! De Belgen waren de dappersten onder de Galliërs en vermits ik een Belg ben hoor ik erbij en haal ik het zonder problemen. Het zweet parelt bij Wim zijn voorhoofd af of beter gezegd, het loopt ervan af. Drinken is de boodschap maar uiteraard alleen water onder zulke omstandigheden. Op een dik uur hebben we die karwei geklaard en we zijn fier op onszelf. Dat mag ook eens nietwaar.
Eens boven zien we de dagelijkse wolken weer opduiken. Een speciaal zicht! Eerst die nevels die zich in het landschap vestigen en hun vreemde accenten leggen en nadien de dikker wordende wolken die eerst de bergtoppen inpalmen en later weer heel de omgeving in een waas van geheimzinnigheid hullen waarin de silhouetten van de bomen een spookachtig beeld op ons netvlies tekenen.
De terugweg verliep vrij normaal en waar we eerst in de overtuiging waren dat wij een verkeerde keuze gemaakt hadden en een andere kant hadden moeten kiezen voor de ontdekking kwamen we al snel tot het besef dat het ganse eiland dat spookachtig decor vertoonde.
Toch hebben we nog buiten kunnen aperitieven maar de rest van de avond hebben we alweer binnen moeten afwerken. En al bij al was het een dag die te genieten was en we hopen voor morgen terug op een blauw begin en, indien mogelijk, ook een blauw einde.
Een dag om U tegen te zeggen! Al van bij de start een stralende zon en we hebben er zin in. Vandaag nog eens extra onze benen beproeven voor we van start gaan met de 'echten'! En het lukte ons best.
We kozen voor een wandeling doorheen een woud met Canarische dennen want dat hadden we dit jaar nog niet uitgeprobeerd.. Al van bij de start alweer die klim. Onafgebroken klimmen we tot we de kaap van 550 meter stijgen in de benen hebben. Maar, leeftijd op of af, het lukte ons best. En maar goed dat we bedekt terrein kozen want in volle zon zou het afzien zijn. De ondergrond steeds even moeilijk begaanbaar. Dat wel. Maar die onbeschrijflijke kleuren: een azuurblauwe lucht, een kleurenspectrum van begroeiing en het spel van schaduw en licht. Niet te verwoorden! Een klein detail: op de ganse wandeling kwamen we wel geteld 2 personen tegen. Hoogseizoen of crisis? Dat doet een mens wel even nadenken. Stel dat er één van ons beiden een ongevalletje heeft en er moet hulp geroepen worden, wat dan? Maar tot de laatste snik was het een goede beslissing geweest want de trip loonde de moeite.
Bij het huiswaarts keren trokken we wel even de ogen open. Want hoe dichter bij huis, hoe dikker de bewolking. Hoe is het mogelijk om op zulk klein eiland zoveel verschillende weertypes mee te maken! Maar geen nood. Want tegen het moment dat ons nieuw gezelschap kwam dag zeggen kregen we terug een zalig zonnetje. En nu maar hopen dat het de volgende dagen zo blijft.
Intussen kregen we de huisbaas op bezoek die ons vertelde dat de twee vermiste Duitsers nog niet terug gevonden zijn. En dat na drie dagen intens zoeken met twee helikopters, duikers in de oceaan en alle hulpposten op post. Je moet het maar voor hebben. Onze beslissing is genomen. Dagelijks gaan we aan onze onderburen de wandelbestemming doorgeven zodat er bij eventueel onheil toch iemand is die ons komt zoeken.
Onze vrienden in Spanje hebben onze valse hoop gegeven op gebied van weer voor vandaag. De weerman vertelde dat het op de Canarische Eilanden zonnig zou zijn maar vergeet erbij te vertellen dat La Palma altijd wat moeilijk doet. Het is het meest westelijk gelegen eiland en staat de eerste in de rij om de regen die van over de oceaan komt te verwelkomen, en om dan nog maar van de passaatwolken te zwijgen. En ja hoor, vandaag was het zulk een dag; geen regen maar bewolking over het ganse eiland.
Toch zijn we niet thuis gebleven en hebben weer een klim van 600 meter in de benen. De paden bestonden uit lavabrokken en grint. Waar dat niet het geval is mochten we van de geitenpaadjes proeven. Vermits ik tot de orde van de gevallen vrouwen hoor heb ik maar mijn wandelstokken ter hand genomen en dat was geen slecht idee. Ze hebben hun diensten bewezen. Jammer genoeg was er hoog op de berg weinig te zien van het landschap dat we daar moesten verwachten. Maar dat wisten we vooraf en we hebben dan toch onze dagelijkse portie beenoefeningen gehad.
Nu zitten we warm in ons huisje en vanavond mogen we de matras keren. We zijn net halverwege ons verblijf. Die drie weken zijn voorbij gevlogen en morgen komen sterke stappers toe waarmee wij, als ouderdomsdeken, mee mogen optrekken. Onze benen zijn alvast geoefend en voor hetgeen ons te wachten staat zijn we in "blijde verwachting".
Zondag, rustdag. Zo was het in het verleden en zo was het vandaag voor ons. Waarom? Vanmorgen was het erg fris en bewolkt en we kozen even uit te rusten. Op de middag kregen we dan onze huisbaas op bezoek voor een leuke babbel. Meteen wisten we waarom die helikopter zo vaak heel laag rond cirkelde. Er zijn namelijk twee toeristen vermist en men vermoedt dat ze in een barranco terecht zijn gekomen. Adelto, onze huisbaas is ons de les even komen spellen en ons op het hart gedrukt dat we zeker nooit het wandelpad mochten verlaten en moesten oppassen voor de'Rolling Stones", zoals wij ze genoemd hebben. De volgende wandelingen zal ik toch maar de wandelstokken meenemen om alle miserie te voorkomen.
Na de middag klaarde het mooi uit maar Wim wilde eens rustig de dag doorbrengen en dat werd heet. Hopelijk morgen terug op stap.
Het afscheid van onze kleindochter nadert. Vanavond om 17,15 uur vertrekt ze naar het natte thuisland.
Hier is het weer ook niet wat het moet zijn maar toch veel beter dan in de heimat. De wolken vieren hier dit jaar hoogtij en doen de temperaturen wel wat dalen. Maar als doorwinterde "La Palma kenners" weten we steeds die kant te kiezen waar het genieten is. Ook zo vandaag. Overal wolken behalve aan een strand waar we samen gaan eten zijn. Zo heeft Vicky toch nog enkele uren zon kunnen opslaan.
Het afscheid op de luchthaven valt me altijd zwaar maar we hebben met z'n allen genoten. Thuis gekomen vonden we een mooie dankbrief en dat deed de traantjes wat vloeien. Nu is ze aan het vliegen en wij wachten vol spanning op een berichtje van aankomst.
Vandaag was het de koudste dag van de week. Amper 13°C aan ons huisje en de bewolking zorgde voor een kleine ontgoocheling. Voor Vicky haar laatste dag wilden we met haar naar een klein Palmees "strandje" en we hadden graag dat programma afgewerkt. We wachten nog even af en na de middag trekken we er toch op uit.
Playa de le Veta stond op ons programma; een strandje aan de westkant van het eiland alleen toegankelijk via een rotsafdaling. Normaal gezien kan je met de auto een gans stuk afdalen via een baantje dat vrij smal is, tot aan een parking. Maar het stukje wandelpad dat dan nog rest was voor ons, doorwinterde stappers, wat weinig. In algemeen overleg hebben we dan maar een klein stukje per auto afgelegd en wanneer er nog een 525 meter zakken op het programma stond hebben we ons autootje geparkeerd en zijn we als kranige stappers verder gegaan. Geen enkel probleem tot aan de parking. Het was steil maar de ondergrond goed te doen. Nadien begon het echte werk van: oppassen voor de kiezels, het klauteren over rotspartijen,door een tunnel stappen zonder licht (tot vorig jaar was er verlichting in dat donkere gat voorzien maar die was nu blijkbaar stuk) en zorgen dat we het rechte pad bleven bewandelen.
En Vicky maar zoeken naar dat strand. Nu moeten jullie niet denken op het eindpunt wat fijn lavagruis te vinden waar we rustig een boek kunnen lezen of wat luieren. Nee hoor! Op La Palma is dat anders. We komen aan een baai vol met rotsblokken waarop enkele mensen proberen al liggend te genieten, amaai mijn poep, of een boek te lezen. En dan maken we kennis met een woeste oceaan die al zijn duivels aan het ontbinden is. Golven van zeker 2 meter hoog bonken met groot geweld tegen rotsblokken die nog in de oceaan uitsteken. Een wolk van fijn water spat metershoog en verstuift aan alle kanten. Een scenario waar we uren kunnen van genieten, zo spectaculair het is. Hebben we minder mooi weer, we leren de woestheid van de natuur nog maar eens kennen. Maar aan alle mooie liedjes komt een einde.
De terugweg verliep buiten alle verwachtingen bijzonder goed. De klim hebben we intussen goed in onze benen en de 525 meter hoogteverschil hebben we op 1,15 uur afgewerkt. Onze jonge berggeit was niet te stuiten en er bleef zelfs nog tijd om een koud terrasje te doen. De witte wijn heeft dan ons binnenste wat opgewarmd en vanavond is het een afscheidsmaal in een gezellig restaurantje. En morgen dan.....
Gisteren hadden we twee verschillende dagplanningen gemaakt maar dat mag je op dit eiland nooit vooraf doen. Ofwel is het een schitterende zon en dan trek je de bossen in, wat je misschien niet gepland had, ofwel hangt er een dikke matras over de bergen op de plaats waar je juist een activiteit voorzien had en dan wordt het ook niets.
Dat hebben wij vandaag dus meegemaakt en we hebben voor een derde oplossing moeten zorgen. We zijn dan naar de oostkant van het eiland gereden nl. naar de hoofdstad Santa Cruz en van daaruit hebben we een serieuze wandeling gemaakt met alweer een klim van 550 meter. De inspanning was zwaar maar het uitzicht over de stad en haar omgeving waren schitterend.
Santa Cruz ligt aan een natuurlijke haven. Na de verovering van La Palma in 1493 door de Spanjaarden groeide het stadje in korte tijd uit tot één van de drie belangrijkste havens ter wereld. Handelslieden uit geheel Europa vestigden er zich en er werd goed geld verdiend met de export van suiker en de Malvasia wijn. Nu is het een stad met een goede 17.000 inwoners waar het gezellig wandelen is en waar de vroegere pakhuizen omgebouwd zijn tot mooie panden versierd met typische en rijk bebloemde balkonnetjes.
Nadat wij het startpunt van de wandeling bereikt hadden begon de klim. En medelijden had men zeker niet met ons. Al van bij de start voelden we aan onze kuiten wat ons te wachten stond. Een constant stijgingspercentage van gemiddeld 20% mochten we verwerken met tussendoor stukken van 30 tot 35% klimmen. Il faut le faire!!!
Maar het loonde de moeite. Op deze rondwandeling door de villabuitenwijken van Santa Cruz werden we beloond met prachtige uitzichten; een oceaan waar het zonlicht haar weldoende stralen liet op neervallen, in de verte kregen we steeds een mooi beeld van Tenerife met als hoogste top de Teide en wat verder zagen we La Gomera, het tweede kleinste eiland van de Canarische archipel.
Picknicken deden we heel devoot op de trappen van een nieuw gebouwd klooster van de cisterciënzers. Onze boterhammen smaakten dubbel zo goed. Nadien nog even klimmen en dan kon stilaan de terugweg aangepakt worden. Maar dat was geen lachertje. We hadden alleen een beschrijving en onze wandelkaart waren we vergeten. En dan moet je maar eens je weg trachten te vinden in de barranco's, overwoekerd met gewassen. Daartussen liep ergens een overdekt waterkanaal dat we zouden moeten volgen maar dat oorspronkelijk praktisch niet te zien was. Volgens het boekje zou het op sommige plaatsen wat moeilijk begaanbaar zijn wegens omwille van wat onkruid. Liever had ik gezegd: op sommige plaatsen zie je het kanaal wat en voor de rest kruip je maar wat door en tussen de wildgroei van het suikerriet en de weelderige groei van alle mogelijke onkruidsoorten. Vicky, onze padvinder, was bij wijlen amper te zien maar we hebben het gehaald. De wandeling tussen de wuivende palmbomen, de dennenbomen en de lieflijke huizen was goed te doen. Maar dan kwam er een pad om naar watermolens te gaan en daarop stonden mijn benen wel wat te trillen. Een heel smal pad in de barranco, met een diepte naast, vol Rolling Stones en amper te zien. Dat mocht ik verteren en de helpende hand van mijn kleindochter werd graag aanvaard. Maar we hebben het alweer gehaald en genoten van een mooie dag. Nadien nog even een shopping in de stad en vrij laat waren we terug thuis. Waar wij in bewolkt maar vrij mooi weer gestapt hadden, kregen ze aan de andere kant van het eiland heel wat minder fraais. Dus we hadden alweer geluk met de keuze.
Vandaag een topdag. Niet zodanig op wandelgebied maar wel op de spectaculaire uitzichten en de rit naar de hoogste top van het eiland nl. de roque de los muchachos. Een rit die niet te onderschatten is voor de chauffeur. Die heeft zo maar even 450 bochten moeten verwerken om tot op die hoogte te geraken met voor een groot deel een stijgingspercentage van 15% en dat vanaf het begin van de carretera de montaña. Niet te vergeten dat er dan een fameuze afgrond naast de baan is zodat we best voor ons kijken, vooral wanneer er een kleindochter met hoogtevrees naast de chauffeur zit.
Op gebied van weer hadden we geluk. Zulk een klare lucht en azuurblauwe hemel hebben we de vorige jaren amper te zien gekregen. En dat zal zeker in het voordeel zijn van het observatorium dat er op die hoogte gepland is en dat voor gaans Europa waarnemingen doet. Ons eigen Belgenlandje heeft er zelfs de Mercator, een kleine telescoop weliswaar zonder controlekamer. Hij wordt volledig vanuit België bestuurd. Op gebied van wetenschap was het een heel interessante ervaring temmer dat er een wetenschapper was die ons enkel woordjes uitleg verschafte en een kleind rondleiding in de controlekamer gaf.
En op gebied van natuur was de uitstap zeker ook niet te onderschatten. Tijdens de tocht naar boven hebben we verschillende zones van begroeiingen gezien en, hoe hoger we kwamen, hoe zeldzamer de bomen. Eens op 1950 meter hoogte maakten de bomen ,die net sokjes aanhadden, dan plaats voor een heel stugge lage begroeiing die zich moet verweren tegen weer en wind.
Het uitzicht daarboven was onbeschrijfelijk indrukwekkend. We hadden een fantastisch uitzicht op de Caldera de Taburiente. Deze enorme krater met een doorsnede van 10 km, een omvang van 28 km en een totale diepte van 1500 meter is één van de grootste ter wereld. Deze reusachtige kom biedt aan het oog een panorama van niet na te vertellen schoonheid. Er lopen ontelbare kloven door. De meer dan 2000 meter hoge wanden bieden een scala aan warme kleuren en tonen de meest verschillende vormen van verwering. Wat voelen wij ons, als mens, heel klein binnen die monumentale natuur. We genoten en schoten ontelbare foto's. Maar we moesten diezelfde spectaculaire weg terug naar beneden en dat deed wel even nadenken.
En nu maar hopen dat de chauffeur het goed en rustig aanpakt, dat de remmen het blijven volhouden en dat we in de talrijke, steile haarspeldbochten geen tegenliggers ontmoeten. Want dan zouden we wel eens koud zweet kunnen krijgen. Gelukkig is alles goed afgelopen en hebben we nadien nog van een warm terras kunnen genieten.
Onze tweede week zit erop en ze is snel verlopen. Wat is het leuk hier wat bezoek te ontvangen. Samen op stap gaan is altijd gezelliger dan alleen.
Vandaag stond het uiterste zuiden van het eiland op het programma. Vanaf de vulkaan Teneguia, een vulkaan die nog in 1971 uit 4 monden gedurende 25 dagen gespoten heeft, hebben we de afdaling gedaan naar het diepste punt van het eiland. En dat we op een vulkanisch eiland zitten weten we al. Eén van de vorige jaren hebben we hier de vulkanenroute gewandeld, een wandeling op de graat van een aaneenschakeling van vulkanen; zwaar maar het loonde zeker de moeite. Dit jaar is het weer erg wisselvallig en hebben we er ons nog niet aan gewaagd want het kan daarboven lelijk doen!
Maar ook dat vulkanische zuiden wilden we aan onze logee leren kennen. Aan ons huisje alweer een stralende zon en ze gaven op het internet voor het zuiden eveneens goed weer. Maar hoe meer zuidwaarts we reden, hoe dichter de bewolking en van de 15 graden bij ons zijn we gestart met een dikke wolk boven ons hoofd en amper 13°C maar het zijn de flauwen die daarvoor thuis blijven. Dus.... niettegenstaande ons Vicky een verkoudheid heeft zijn we toch doorgezet.
Niet te geloven wanneer je de gevolgen ziet van zulk een uitbarsting. Enorme kraters, gestolde lavablokken in allerhande kleuren en structuren en daartussen stapten wij op lavagruis. Dan eens fijn en dan grove korrels. En op het einde van de wandeling kon je onze schoenen en kousen leeg gieten. Lavastukjes meesmokkelen naar huis was dus blijkbaar geen goed idee. Op dat gruis en tussen die kleurrijke lavabrokken ontsproot heel voorzichtig fris groen. Een mooi interludium tussen dat grof geweld. We genoten.
Uiteindelijk waren we aan de "faro" met daarrond de zoutwinning. Een heel interessante rondleiding was er opgezet en zo hebben we het leerrijke aan het sportieve gekoppeld. De terugweg zou een constant klimmen zijn maar Vicky was niet echt in form. Wim heeft de terugweg dan maar alleen afgelegd om de auto te gaan halen en ons op te pikken. Wat een conditie op zijn leeftijd. Op 1,10 uur heeft hij de klim van 500 meter afgehandeld. Je moet het maar doen en een stop op een terrasje voor een wijntje met tapa's was zeker een welgekome beloning. In het terugrijden nog een stop in Los Llanos want daar zou Vicky nog wat gaan shoppen. En wanneer we dan 's avonds aan ons logement kwamen genoten we daar nog van een mooie zonsondergang. Jawel, hier was het mooi weer geweest en wij hebben overal de zon gezocht.
Wat hebben we vandaag weer geluk gehad! Bij het ontwaken keken we uit op een dik grijs wolkenpak. Eventjes kwam de zon er door en wij op stap.
De eerste uitstap van vandaag trok, langsheen een steil dalend pad, doorheen de tuinen van de inwoners. Stel je dat maar eens bij ons voor dat er zulke drie gekke wandelaars door onze tuin komen wandelen om onze planten te bestuderen. En wij verder, strompelend van de ene rotsblok op de andere, oppassend dat we onze voeten in de goede stand zetten om geen verstuiking op te lopen. En ondertussen maar genieten van de diepe barranco's, de bloesems, de bloeiende eucalyptusboom, sinaasappel- en citroenbomen, de felblauwe lucht met in de verte een zwaar wolkendek. Ik hoop maar dat het niet in onze richting wordt geblazen. Wanneer we de 1500-jarige drakenboom voorbij waren, kwamen we aan de buraca's en dan het grote werk; het muurklimmen. Mijn benen waren te kort om op dat smal pad met een diepe afgrond ernaast, van de ene rotsblok op de andere te klauteren. En dat met een kleindochter die last heeft van hoogtevrees. Maar dat kind was heel moedig om die schrik te overwinnen. Bij mij zou het niet gelukt zijn want een normaal pad kon je dat zeker niet noemen.
En wij verder terwijl Vicky en opa maar onnozel aan het doen waren. Ze konden immers even op adem komen omdat de ondergrond ,voor korte tijd, een normale bedekking had. Maar de pret was snel uit want daar kwam de volgende barranco aan. Terug oppassen geblazen en wij verder, berg op, berg af, tot aan onze picknickplaats. In een laatste zonnestraal hebben we gegeten met het zicht op de schitterende Canarische dennen en in de verte een rimpelloze blauwe Atlantische Oceaan. En ja hoor, de wolken dreven onze richting uit. Gelukkig was de terugweg heel veel klimmen zodat het niet zo erg was dat er geen zon stond te blinken. Na een uur zijn we terug bij de auto maar ons dagprogramma was nog niet afgewerkt.
Gaan we punt twee wel aanpakken? Ja hoor, we wagen het erop want hebben deze week nog heel wat te tonen aan Vicky. En wij de auto in, richting Santo Domingo, een dorpje in het noorden. Een korte stop om het mooie kerkplein met een typisch Spaans kerkje te bezoeken en dan verder afdalen richting oceaan. De zon was terug van de partij en het werd zowaar de warmste periode van de dag. Honderd meter boven de oceaan parkeren we, trekken opnieuw onze stapschoenen aan en beginnen de afdaling langsheen opnieuw een zeer moeilijk pad met veel 'Rolling Stones'. Hoe meer we afdaalden, hoe spectaculairder de oceaan werd. De metershoge steile kliffen waar het water tegenaan beukte en in de oceaan zelf grote stukken rotsblokken die fier als een kathedraal zich stonden te verweren tegen al het watergeweld. Het was onbeschrijfelijk mooi. Alle schakeringen van turkoois waren in de golven en de oceaan terug te vinden om dan geleidelijk aan als een grote wit schuimende massa naar de volgende klippen te rollen. Daar stoof het als een grote draaiende stofwolk omhoog om langzaam aan uit te deinen. Prachtig! Uren zouden we daar kunnen staan op kijken. Maar we moesten nog terug en de dag was al ver gevorderd. Met pijn in het hart verlaten we de geliefkoosde plek van Vicky. En laat of niet, onze chauffeur slaagt erin zich in route te vergissen. En in plaats van de kortste terugweg te nemen deed hij een siteseeing van de noordkant van het eiland en klommen we nog tot een hoogte van 1200 meter. De terugweg werd lang en hoeveel bochten hij moeten nemen heeft om thuis te geraken, weet ik niet. Maar het waren er veel te veel.
Thuis aangekomen lag alles nat en hier was het slecht weer geweest. Dus hadden we weer vandaag de juiste richting gekozen om op verkenning te gaan.
Terwijl ik hier zit te schrijven is onze kleindochter aan het skypen met haar mama. Die zijn beiden zo gek aan het doen dat ik er mijn aandacht niet kan van bijhouden. Hopelijk staan er niet teveel fouten in.
Met wat angst keek ik uit naar de eerste wandeldag met Vicky maar die angst was ongegrond. Een afdaling en dan natuurlijk nadien de klim van 500 meter stond op het programma. En dat is hier niet wandelen zoals bij ons, maar je moet op La Palma geweest zijn om te weten wat wandelen op dit eiland betekent. We zijn hier op het steilste eiland van de wereld. Maar Vicky trok de kop en er was geen stoppen aan. Wat was ik blij. Ze is zo doodvermoeid en uitgeput aangekomen en we zagen ze al op 1 dag openbloeien. Het is al een heel ander.
De wandeling liep via slangenkruid, wolfsmelk en nog veel andere begroeiingen tot aan een zwart lavastrand. We vertrokken met een stralende zon en zweten was de boodschap. Onze kleindochter trakteerde ons op een warme maaltijd en dat slaan we niet af. Ik moest niet koken en de sangría liet zich smaken. Maar tegen het einde van de maaltijd begon de bewolking weer op te zetten en tegen de tijd dat we moesten klimmen kleurde de lucht grijs. Maar daar waren we niet kwaad om want de klim was steil en zonder schaduw. Toch zijn we teruggekeerd met Vicky als een overrijpe tomaat. Ik hoop dat het morgen geen" pelleke pluk" wordt.