ALLE dieren op de volgende en voorgaande pagina's zijn, tenzij anders vermeld, gefotografeerd in hun natuurlijke biotoop en werden op geen enkele wijze gemanipuleerd om de foto te kunnen nemen.
Net op tijd toegekomen om een deel vee opeen roadtraintje van 3 remorqueskes zien geladen te worden.
Een echte BUSHDOUCHE. De ijzeren deurtjes naast de douche zijn van de stookketel voor het warm water. Het hout voor het vuurke ligt er al klaar gestapeld se.
Onderweg naar Fitzroy Crossing wilden we een oud goudzoekersstadje bezoeken, Old Halls Creek genaamd. Dat ging echter niet lukken. Het stadje lag zo'n 12tal km buiten het nieuwe stadje en was zo'n 40 min "unsealed road" (= zo ne goeie kiezelweg waarbij je geen auto mag hebben die haast uiteen valt) Dat zagenwe niet zitten daar we net daarvoor een steen in onze ruit gekregen hadden van een voorbijrijdende Road train.
Onderweg naar Broome hebben we nog een boottochtje gemaakt in de Geiki Gorge. Het eigenaardige aan de benaming is dat degene naar wie deze Gorge genoemd is, NOOIT in Australië geweest is. Anderen hebben in zijn plaats beslist. Nu denkt men erover om de naam nameer dan een eeuw weer te veranderen in een onuitspreekbare naam maar deze naam is de naam van de Aboriginal clan die hier altijd geleefd heeft. Regelmatig met vloedtij staat de boel daar serieus onderwater. Zo heeft de gazebo waar je je ticketten koopt al meermaals meer dan een meter onderwater gestaan terwijl ze zelf toch al 3a 4 meter hoog is. De rivier zelf in de kloof kan nog meer stijgen. Dan denken we in hoogtes van een 11-tal meter of meer.
In Broome hebben we 3 nachten geslapen met zicht op zee. En het was een blauwe zee. Prachtig gewoon. De eerste dag zijn we naar de historie van de parelvissers gaan kijken. Een pareltje gezien dat van bijlange niet perfect was , maar bij de vondst in 1993 geschat en verzekerd werd op AU$100 000. Vandaag de dag is hij het driedubbele waard en om gemakkelijk te rekenen , trek je er 1/3 vanaf voor de waarde in .
De tweede dag naar Gantheaume point geweest en het Japans kerkhof. Dit is een kerkhof ter nagedachtenis van de vele Japanse parelvissers die hun leven lieten op een of andere wijze tijdens het parelduiken. Gantheaumepoint is eigenlijk een van de vele natuurreservaten maarwaar nog Dinopoten te zien zijn bij laag water.De derde dag was een dagje Cable Beach. Dit wordt het mooiste strand van de wereld genoemd wat misschien wat overdreven is, maar als je er de woordjes "een van de " voor zet, ben je aardig in de buurt van de waarheid.
Dit was dagje van rijden, rijden, rijden,............. meer dan 600 km. Aangekomen in Port Hedland,, wat een van de belangrijkste havens is van het land, zagen we een treintje staan, ik geloof dat ik ne foto of 5 nodig had om he erop te krijgen. Ik heb er op een bepaald moment langsgereden en er mocht al een "k" voor de meters komen. ik heb een kleine 2km gemeten op de teller en we hadden het einde nog niet gezien. Tussenin worden om de zoveel wagons twee loco's gestoken om te helpen.
Onderweg naar onzevolgende slaapplaats nog het stadje Roebourne aangedaan en Cossack. In Roebourne staan nog de echte oude gebouwen en Cossack is een verlaten stadje waar de oude gebouwen gerestaureerd zijn en nu als museum dienen. Een Australisch Bokrijk zeg maar.
Dit was echt wel een ongelooflijke ervaring. Midden in de 'bush' kamperen. Een 4WD busritje gedaan. In de prijs was 2 keer eten voorzien. In de avond was dat een echte "stu" met rijst. Echt lekker. Het gebied waar we in rondgereden hebben is 7000000 acres in totaal. De camping ligt op een privedomein. een uurke om van de ene kant naar de andere te rijden, is geen aardigheidje hier.
Op weg naar Timber Creek heft de Pe samen met de vrienden de 'Escarpment Walk' gedaan. Je moet bijna een gems zijn om hem te doen. Natuurlijk was het veeeeeeeeel te warm om zoietske te doen. 1 liter ijskoud water in nog geen uur erdoor. Wel mooi zicht. Ons Conny zat ondertussen in de microgolfwagen te bakken en een boekske te lezen. Dan verder door naar Timber Creek. De geplande Rivercruise was afgeschaft. Het "restaurant' was een smerige bedoening en dus hebben we daar maar niet gegeten. Het enige interessante aan de hele camping was 's avonds het voederen van de wilde arenden en het 'crocfeeding'. Dit is het voederen van de zoetwaterkrokodillen, liefkozend "freshies" genoemd. De andere zijn ietske gevaarlijker en worden liefkozend "salties" genoemd. Vleermuizen dat we gezien hebben........ En groot dat ze waren........ honderden.... (letterlijk) en vechtend om een 'hangplekje' in dezelfde boom.