Vanavond om 20 uur: Club Brugge R. Francs Borains
Vanavond speelt Club Brugge in het kader van de 1/16de finales van de Beker van België tegen derdeklasser Francs Borains. Als bekerhouder en huidig competitieleider is blauw-zwart uiteraard torenhoog favoriet. Op papier lijkt dit een makkelijk klusje maar we mogen aannemen dat de groenwitten van coach Francis Préseau hun huid duur zullen willen verkopen.
Tekst: Michel VERHAEGHE
PLOEGENNIEUWS
Jacky Mathijssen kan voor de eerste bekeropdracht geen beroep doen op Wesley Sonck, Philippe Clement, Salou Ibrahim, Brecht Capon, Antolin Alcaraz en Glenn Verbauwhede.
François Sterchele, geblesseerd in de aanloop naar de interlands tegen Polen en Azerbeidzjan, mag van de Belgische Voetbalbond spelen.
Voor het eerst mogen nu ook voor Belgische bekerwedstrijden 18 spelers op het scheidsrechtersblad worden ingeschreven.
Fusieclub Royal Francs Borains is afkomstig uit Boussu; een stadje in de Borinage.
Francs Borains (stamnummer 167) ontstond in 1982 na een samensmelting tussen CS Boussu-Bois en CS Elouges. Voorzitter is André Arbonnier.
De derdeklasser speelt zijn thuiswedstrijden in het Stade Vedette, dat plaats biedt aan 8.500 toeschouwers.
Coach Préseau maakte een selectie van 15 namen bekend.
Wedstrijdselectie: Tangara, Duez, Delplace, Gallo, Monet, Leclercq, Savigny, Martin, Silvestri, Di Barbora, Mazoyer, Adjaoudi, Issankoy, Dalmat en Hongne.
SPELER IN DE KIJKER
François Sterchele
Enkele jaartjes terug speelde François Sterchele zelf nog in derde klasse maar ondertussen wist de Luikenaar zich op te werken tot de nationale ploeg. Met zijn doelpunt in de burenstrijd tegen Cercle bewees Swa dat hij zijn torinstinct nog niet verloren heeft. Kan hij die lijn tegen Francs Borains straks verder trekken
Anthony Delplace
Met een 13de plaats op 16 ploegen doet Francs Borains het allesbehalve schitterend in derde klasse A. De Waaltjes wonnen nog maar drie maal en wisten bovendien nog maar elf doelpunten te scoren. Bijna de helft hiervan staat op het conto van Anthony Delplace. De Franse spits, die eerder nog bij Valenciennes actief was, vond vijf maal de weg naar het doel. Het wordt dan ook een zaak om het nummer 24 uit de wedstrijd te houden.
DE SCHEIDSRECHTER
De bekerpartij tussen Club en Francs Borains staat onder leiding van scheidsrechter Jean-Baptist Bultynck. Deze 39 jarige geboren Bruggeling maar nu in Leuven wonende Licencaat Lichamelijke Opvoeding zal hierbij geassisteerd worden door assistent-scheidsrechters Edgard Vanden Boer en Edwin Rys.
Jonathan, zoon van Stéphane Blondel en Kathy Lavens, sluit zich als duiveltje aan bij US Ploegsteert, waar Jean Castrique hem onder z’n hoede had. “Hij speelde hier twee seizoenen en scoorde 253 doelpunten”, weet de huidige schepen van Ploegsteert. “Logisch dat hij vlug de overstap maakte naar de preminiemen van Excelsior Moeskroen”. En het gaat snel, want bij les Hurlus tekent Blondel in 2001 zijn eerste profcontract. “Er was toen al interesse van Rijsel, Lens, Dortmund, Anderlecht en… Club Brugge, maar we kozen bewust voor Moeskroen”, zegt vader Stéphane Blondel.
Maar Jo wordt nog steeds van nabij gevolgd door enkele buitenlandse clubs en op 11 juli 2002, na amper een handvol wedstrijden in de Belgische competitie, trekt hij naar Tottenham Hotspur, dat zestig miljoen oude Belgische franken veil heeft voor de nauwelijks achttienjarige speler, die volgens insiders een slordige 12.500 euro per maand verdiende bij de Henegouwse club.
In Tottenham heeft hij het aanvankelijk naar z’n zin. “Hier is vanalles te beleven. De contacten zijn wel veel harder dan in de Belgische competitie, dus moet ik vooral op fysiek vlak nog vorderingen maken. Daarom zit ik bijna dagelijks in het krachthonk”, klinkt het enkele maanden na de aankomst van Jonathan Blondel op White Hart Lane.
Aan het succesverhaal lijkt geen einde te komen, want bondscoach Aimé Antheunis roept hem nog datzelfde jaar op voor de A-oefeninterland tegen Polen. “Een verrassing. Op zo’n jonge leeftijd mogen debuteren in de nationale ploeg, is slechts weinigen gegeven. Maar ik hoop nu zo snel mogelijk een basisplaats bij Tottenham te versieren.”
Maar dat lukt niet en een terugkeer naar Moeskroen is plots aan de orde. “Er is inderdaad gesproken”, bevestigt Gino Gylain in oktober 2002. “Onze voorzitter heeft zijn Engelse collega opgebeld toen hij hoorde dat Jonathan niet aan de bak kwam. Wij hopen dat we hem kunnen helpen.” Helaas, er verandert niets. “Niet dat ik absoluut weg wil, maar ik zit momenteel in een moeilijke situatie. Ik geraak niet in de ploeg, dat klopt, maar ik stoor me nog meer aan de mentaliteit. Na de training zoekt iedereen gewoon zijn eigen weg, buiten het veld is er totaal geen contact tussen de spelers.”
En niet Moeskroen, dat tijdens de winterstop opnieuw naast Blondel grijpt, maar Club Brugge reikt hem uiteindelijk een helpende hand.