We kijken nieuwsgierig op de menukaart van een
restaurantje in Xela. Na 3 dagen zelf koken in primitieve omstandigheden in de
groezelige keuken van ons Beach House in Tilapita, kijken we uit naar een
echte warme maaltijd. Terwijl Julie en Mateo al naar binnen stappen, bestuderen
wij de menukaart die op een tafeltje in de deuropening ligt.
Er is geen plaats. zegt Mateo, waarop iemand met Ik
ben dadelijk weg, hoor. reageert. Dat is speciaal, denken we, nog een Belg.
Die kom je niet vaak tegen! Het wordt echter nog specialer wanneer dezelfde
stem Dag Serge. zegt! Het is Davina, een vriendin van Benthe, die net
afscheid heeft genomen van een groep mensen die ze als reisbegeleidster heeft
rondgeleid in Guatemala en Honduras. We schuiven uiteindelijk gezellig aan en
delen wat reiservaringen- en tips. Voor Mateo en Julie is het leuk om nog eens
echt aan een gesprek met iemand die we tegenkomen te kunnen deelnemen, zonder
dat mama of papa moet vertalen.
We blijven wat langer plakken dan gepland en nemen
uiteindelijk vrij gehaast afscheid, omdat we anders te laat zijn om onze was te
gaan halen in de lavanderia. Wanneer we de hoek van de straat omdraaien,
botsen we op een stoet mensen. Bij wijze van uitnodiging om mee te lopen met de
optocht, knallen een rits bommetjes ons rond de oren. Een fanfare begeleidt met
slome muziek het slakkengangetje van de menigte die tergend langzaam meeloopt
met een 10-tal mannen die het kindje Jesus op een met bloemen versierd altaar
richting kathedraal dragen. Schattige vrouwtjes met kleurrijke kleren dragen
kaarsen en vaandels. De massa mensen zwelt aan, terwijl de ondergaande zon de kathedraal
doet baden in het licht tegen een gitzwarte achtergrond van wolken die dreigen met een onweer. Het zorgt voor een magische sfeer.
We hebben Jesus niet tot in het huis van God weten
geraken. Niet alleen omdat we dringend moesten doorgaan om onze was te halen,
maar ook omdat er uiteindelijk zoveel volk was, dat er geen doorkomen meer aan
was. Het zal voor een andere keer zijn.
De muziek van de fanfare klinkt nog na in ons hoofd,
maar wordt uiteindelijk overstemd door donderslagen die de lucht doen trillen.
We zijn net op tijd in de lavanderia, maar worden daarna wel kletsnat tijdens
de laatste 100 meter spurt naar ons huisje. De regendruppels donderen naar beneden
en roffel als bommetjes op het golfplaten dak. Tijd om te schuilen voor een
tropische regenbui.
|