We krijgen het bericht dat er vanuit Nederland een pakketje werd toegestuurd met 55 gratis busjes zonnemelk factor 30 voor de Albinostichting in Dakar. Of we dit pakje even snel zouden willen afhalen? Wij zitten immers dicht bij de luchthaven. Sure, no worries. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Lies en ik springen om 14u in haar oude auto en sputteren naar de luchthaven. Zodra we uitgestapt zijn worden we volledig omsingeld door een tiental kerels die elkaar wegduwen en om ter hardst hun best doen om onze aandacht te trekken. What the
? Als twee rasechte ninjas slagen we er uiteindelijk in om hen van ons af te schudden en ons het kantoor binnen te wriemelen. Ok, nu effe snel documentjes laten zien, pakketje ontvangen, en weg. Yeah right.
Een buddha-achtig figuur bekijkt ons vanuit zijn luie zetel, schuift zuchtend zijn krant opzij en neemt met een trage beweging ons document aan. Hij praat en lacht ondertussen ongestoord verder met zijn collegas, rekt zich eens uit, en werpt pas na dikke vijf minuten een blik op ons papier. Na kort overleg met zijn naaste collega, ondertekent hij het document, laat ons een belachelijk hoog bedrag van twintigduizend CFA (dertig euro) douanekosten betalen (voor GRATIS goederen!), murmelt iets onverstaanbaars in het Wolof en wijst terwijl naar het gebouw ernaast. Kunnen we daar dan eindelijk ons pakketje gaan afhalen?
We lopen naar buiten en worden door dezelfde gasten omringd. Eén van hen draagt een badge, ziet er redelijk betrouwbaar uit, en we vragen hem wat uitleg over het verdere verloop van de procedure. Hij neemt ons mee naar een chic bureau, en legt uit dat het net pauze is, maar dat hij toch zal proberen om iets te forceren. Hoezo, iets forceren? Een douanier in uniform komt furieus voorbijgestormd, duwt ons zijn horloge onder onze neus, en baant zich een weg naar zijn bureau. Ok, das duidelijk, t is dus echt wel pauze.
We zetten ons geduldig in de schaduw buiten, en na een uurtje koekeloeren wagen we onze kans nog eens. We worden binnengelaten in een veel te groot airco-bureau waar achter een belachelijk klein tafeltje een belangrijke meneer zit. We gaan voorzichtig in de lederen stoelen zitten, leggen uit waarvoor we zijn gekomen, en krijgen na veel zwaarwichtige woorden een bescheiden stempeltje op onze documenten. Was het dat nu? En nu ons pakketje dan? Was het maar waar
Eerst de rekening betalen! Hoezo, betalen, dat hebben we daarnet toch al gedaan? Awel ja, ge weet wel, la declaration hé!
We worden meegenomen naar een pakhuis, krijgen ons pakketje te zien, maar mogen het niet aanraken
Vier hoge pieten in uniform buigen zich geïnteresseerd over ons kartonnen doosje, beginnen het als kleine kinderen open te scheuren en halen er elk een flesje uit. Vragende blikken: is dit een vrouwenproduct? Ah, crème
zonnecrème? We proberen uit te leggen dat ze daar echt niks mee kunnen doen, en dat het bovendien een hoge factor is die enkel bedoeld is voor de albinos in Senegal, of voor bleke toebabs zoals wij. Ach zo
Ik hoor ze het gewoon denken: Slaagt dat tegen zeg. Drie onder hen duwen snel hun flesje terug in de doos, maar de vierde besluit het toch maar in zijn zak te steken, hij moest het zo ooit eens nodig hebben
Ik moet me inhouden om geen commentaar te geven.
Ons pakketje wordt terug meegenomen, en wij volgen onze man door een aantal gangen, naar een verlaten pakhuis. We zetten ons neer, en moeten wachten tot mevrouw (jawel, a woman in charge!) klaar is met bidden. Ze kruipt na enkele minuten terug recht vanonder haar bureau, fatsoeneert haar kapsel, en begint nog enkele stempels op onze documenten te zetten. Dat is dan nog eens dertigduizend CFA alstublieft. Pardon? We proberen wat te onderhandelen, en slagen erin om een beetje op haar gevoelens in te spelen. Uiteindelijk eindigen we op vijfentwintigduizend CFA. We kunnen er echter niet onderuit, het is een verplichte declaration.
Ondertussen zijn we al een uur of drie verder, veertigduizend CFA armer, en weeral een teleurstelling rijker
En dat was nog niet het einde, want toen we uiteindelijk ons pakketje mochten gaan halen en meenemen, moesten we nog eens tienduizend neertellen voor de magazijnier en tienduizend aan onze man met badge voor zijn bewezen diensten
Dat maakt 60 000 CFA voor een doosje gratis hulpgoederen, oftewel bijna 92 euro voor een cadeau. Jawadde
|