Als een kip met een roggenrug, worstel ik me al een aantal maanden door het leven. Mijn vorige heler stortte zijn zweetdruppels tevergeefs op mijn lijf. Het was een softie die mijn lichaam amper onder zijn handen nam en me bij het eind van de sessie veel geluk toewenste.
Kruiwagens boordevol tuinaarde kan ik niet meer heffen, spa en bruis met zijn zessen zijn te zwaar, achterwaartse veegbewegingen worden tot een strikt minimum herleid en voor het oplossen van nachtelijke sudokus heb ik meer dan vier kussens nodig. Katjes moeten noodgedwongen op hun eten wachten tot na mijn dagelijks roderen.
Hoog tijd dus voor een alternatieve opinie die me moet bewijzen dat osteoporose, venenvernauwing en/of botkanker nog eventjes verder dan mijn bed liggen.
De verse osteopaat, die niet erg opkeek van mijn bezwaren, noteerde vluchtig zijn to-dos: rugklachten die hun weerslag hebben tot in mijn allerkleinste teentje, schoudergewrichten die niet meer naar behoren functioneren en nekspiertekortkomingen die me hinderen bij het naar achteren kijken.
Eerst op de rug, Artemis! Ik mag me gelukkig prijzen dat ik op de valreep een bijpassend setje vond en me vooraf ontdaan had van de overtollige haargroei.
Voeten worden op negentig graden geplooid, benen worden dooreen gemixt, mijn bekken wordt vervormd zodat het nog amper een centimeter op het laken blijft plakken en die man gebiedt me nog net op tijd om te relaxen. Artemis kleeft aan zijn lippen en doet alles wat hij met zachte stem voorzegt. Haar bekken draait gewillig, haar nek spuwt gretig lucht. De schouderbladen zijn niet gewillig en veroorzaken een nauwelijks te bedwingen pijn. Ik krijg korte adempauzes. Maar de aantrekkelijke man is nabij en een vrouw huilt nooit.
Volgende week hoef ik nog niet terug te komen. De manipulatie zal nog enkele dagen van zich laten horen, de pijn zal langzaam wegebben.
Typische klachten, ze zijn niet van onvoorbijgaande of ongeneeslijke aard. Volgens hem ben ik niet te dik en niet te oud. Mijn adrenaline zou nog kunnen stijgen. Tussen pijn en zweet hadden we een onderhoudende conversatie.
Mijn lichaam kraakt verder, de momentane pijn is al lang vergeten omwille van de verzachtende omstandigheden.
Een vrouw moet zich af en toe eens laten manipuleren door een wijzer man.
15-02-2007
Een poging tot fictie...
Men neme een willekeurig voorwerp, men notere de twintig eerste gedachten die dat voorwerp bij je oproepen, en men schrijve - allez, men probere - pure fictie te ontwikkelen. Alzo stelde lerares Leen het ons voor. Die twintig woorden dienen enkel als leidraad, je hoeft ze ook niet allemaal te gebruiken of te verwerken in hetgeen je wil schrijven. Het belangrijkste is dat je fantasie hiermee geprikkeld wordt. Op mijn bureel staat zo een voorwerp (zie foto hieronder) waarvan ik niet weet wat het voorstelt. Het kon ook een ander object zijn geweest. Elkeen heeft wel zoiets in huis. Onbeduidend, verloren, onbenullig en toch boeiend. Je zou het anders kunnen bekijken en beschrijven, dat is net het leuke van deze oefening. Ik koos dus twintig willekeurige woorden die het object, dat naast me staat, volgens mij beschrijven:
antiek
handbewerkt
hoefijzer
hout
kerk
klimmende aap
maden
nagel
ornament
ophangen
relikwie
rijk
tierlantijntjes
toren
trap
urn
versleten
vestingmuur
verering
vesting.
Mijn fantasie werd inderdaad geprikkeld en mijn allereerste fictieverhaaltje kwam zo tot stand, steeds vatbaar voor verbetering én interpretatie.
"Er is geen ontkomen meer aan. De vesting die de apenmensen in zee hebben gebouwd, houdt geen stand. Haar fundamenten brokkelen af en worden meegesleurd als klein visgoed voor de hebberige haaien. Het kasteel wordt bekogeld met napalmbommen, chemische mosterd en verschroeiende zonnebollen. De laatste ontsnappingspoging wordt ingezet. De acht overblijvende krijgers zetten zich schrap voor het ultieme overlevingsproces. Als bezetenen nestelen ze zich in elkaar en vertrouwen op het evenwicht van die met de sterkste staart. De achterflank wordt resoluut gebroken en valt krijsend neer in het kokende water. De laagste klimmers grijpen zich naar boven, zij die nu doelwit vormen voor het mensdom dat ooit volgen moet. Krampachtig hijsen ze zich naar de top waar de zoon van Aghmalis zijn vaders urn heeft verborgen. Ahmalis, de god van de ozonvrije planeet. Slechts vier krijgers overleven de slachting, zijnde de elite van het apenrijk. De flank wordt steiler, de hitte ondraaglijk, de zege is in zicht. Lismalis, de kleinzoon van de koning, komt als eerste boven, triomfeert en valt neer in de nagel des verderfs.
Het kasteel was in opbouw voor een onverwachte aanval. Die lacune heeft ons het mensdom gekost."
Lijkt het u iets?
14-02-2007
Freewriting
Op het allerlaatste nippertje kopieerde ik mijn huistaak in dertien exemplaren en was een minuut te laat in de les. Het voorlezen ervan werd uitgesteld tot na de krokusvakantie. Had ik dat geweten, had ik het bloggen niet gelaten. Enfin, we zouden het vandaag hebben over fictie. Eindelijk zou ik de plechtstatigheid van mijn schrijven overtreffen. Een halve rookstop om geen tijd te verliezen.
Een onbekend voorwerp beschrijven terwijl je het enkel mag voelen of zien is geen makkie. Er een fictieve scène van maken als je dat ding en zijn gebruiker ook nog een vreemde naam moet geven, is veel moeilijker. Vooral als metaforen, vergelijkingen en een pointe het stuk moeten opfleuren. Je staat ervan versteld welke staaltjes literatuur uiteindelijk uit een pen kunnen vloeien. Schrijven zullen we, als Leen het ons gebiedt. Geen gedraal, de volgende opdracht volgde meteen. Een doorschrijfoefening, een pen in beweging, une écriture automatique, a freewriting, dat zouden we creëren. Als ze het startschot gaf, moesten we beginnen met schrijven zonder ook maar één keer onze pen van het blad te lichten, tot ze het stopteken gaf. Oké, het eerste zinnetje kregen we cadeau: Een geur van vroeger die ik me herinner, is hetparfum dat Gelukkig moesten we dit gekrabbel niet voorlezen; ik was al aan mijn tweede pagina toe. Het was slechts een aanloop tot ons volgende huiswerk. "Onderlijn hieruit het belangrijkste stuk voor jou en maak er een fictieve scène van. Verander en vervorm vrij de personages en gebeurtenissen en begin met een actie". Ja, Artemis, begin er maar aan!
Weer veel geleerd vandaag. En dan heb ik het nog niet over dat onbekende voorwerp dat niet te beschrijven valt. Ik maakte er een uitdrijvingsritueel van, in Afrika. Waar ik leerde horen, zien en schrijven.
08-02-2007
Bankwissel
Waarom gebeuren deze dingen altijd met mij?
Vrijdag, er wordt gebeld door, naar ik achteraf verneem, een van de zevenentwintig opgetrommelde vrijwilligers, om mij een brief te overhandigen.
De Argenta bank verhuist van de ene dag op de andere, wegens onenigheden binnen hun huishouden. Ik voorzie om volgende week eens een kijkje te gaan nemen.
Donderdag nadien: een telefonische oproep van de vroegere Argenta bank. Of ik even langs wil komen voor een gesprek. Ik maak een afspraak voor diezelfde namiddag.
Wat blijkt? De Argenta bank bestaat niet meer, ik zie nieuwe affiches, ze zijn nu Axa geworden.Kunnen die nu ook al bankieren?Ik kijk een vrouwtje na dat naar de elektronische bankautomaat loopt. We gapen samen naar een bijna toegemetst gat waar we enkel nog een half hoofd van de metser zien verdwijnen. Het beeld is bloedserieus maar heel erg grappig.
Binnen word ik verwelkomd door twee vettige - je weet wel, niet echt vettig maar onnatuurlijk vriendelijke - mannen in zondagskostuum. Komt u binnen, komt u binnen, mevrouw. Wij willen het met u graag eens hebben over de aanbiedingen die we voor u speciaal in petto hebben. Voordeliger dan bij Argenta, wij zijn onschuldig in deze hele zaak en zijn tot alles bereid voor onze klanten.
Ik vraag die mannen hoe ze aan mijn naam komen vermits ik (nog) geen klant ben. Zenuwachtig vertellen ze me dat ik uit het plaatselijk telefoonboek werd gehaald. Wat een geheugen! Ik laat ze even hun zegje doen, luister naar de verschillende spaaracties waarmee ze me willen vangen en deel hen dan nuchter mee dat ik ooit koos voor Argenta en geen enkele bedoeling heb om daarin verandering te brengen.
Ik vermijd hen te zeggen dat ik slechts een piepklein niemendallespaardertje ben.
Maar mijn nieuwsgierigheid is intussen wel gewekt. Waar is mijn bank gebleven? Prompt ga ik ernaar op zoek en vind ze in een inderhaast opgekalefaterd kantoortje in niemandsland.
Onenigheid dus, de vrouwelijke secretaresse koos ook voor de nieuwe bank en heeft waarschijnlijk het adressenbestand meegepikt. Alles is oké mevrouw, u kan ons, als steeds, blijven vertrouwen.
Ik vraag me af hoe die andere 999 klanten zullen reageren.Zullen ze die quatschgeloven?
Mij zijn ze in ieder geval kwijt, allebei. Ik ga voor mijn luttele spaarcentjes op zoek naar een andere bank. Of nee, ik stop ze nog liever gewoon in een oude sok.
07-02-2007
Poetsdag
Veel heb ik er niet, zo van die dagen waarop het onvermijdelijke kwaad moreel niet langer uitgesteld kan worden. En toch, mijn dochters zijn niet astmatisch, hetgeen nogmaals wetenschappelijk bewijst dat elkeen kan immuun blijven voor stofdeeltjes. Op voorwaarde natuurlijk dat er niet te veel gepoetst wordt. En dat doe ik doelbewust en gemakshalve enkel wanneer iemand klaagt. Bezoekers hebben de eerste dag meestal geen last van hun verblijf alhier, invités brengen hun inhaleerspul mee met de nodige zuurstof voor de dag nadien ofblijven liefst niet overnachten.
Poetsen plan ik weken van tevoren en ik geef mezelf nog een speling van een aantal dagen voor het trotseren van deze psychische afgang en fysische martelgang. Alles op zijn gemak; een vrouw leeft tenslotte langer met minder huishoudelijke stress.
Op die bewuste dag rek ik het oplossen van de sudoku extra lang en probeer ik tal van redenen te verzinnen om toch maar niet aan de verloren-tijd-corvee te moeten beginnen. Vervolgens krabbel ik op mijn schrapbriefje de plekjes neer waar het vuil zich dit keer het meest heeft opgehoopt.
Douchen hoeft niet, haar kammen en tanden poetsen evenmin, deuren worden dubbel vergrendeld voor onaangekondige rustverstoorders. Geen kat hoef ik uit huis te jagen; het tevoorschijn halen van de stofzuiger is efficiënt genoeg. Hun fobie dateert van jaren geleden, toen ik plots de ingeving kreeg dat je ook haren uit een kat kan zuigen.
Dan pas ga ik chaotischer te werk. Matten worden brutaal uit de achterdeur gegooid, verloren muizen worden gededecteerd en stijf, stinkend en staartgewijs bij de buren gecatapulteerd, beddengoed wordt verschoond en spinnen worden "voorgoed" opgezogen.
Ik lach me te pletter met mijn eigen onhandigheid. Deftig poetsen zal ik immers nooit kunnen, ik wil die taak alleen maar sneller voor mekaar krijgen dan de doorsnee huisvrouw. Mijn nachtjapon wordt in een wervelfurie meermaals hooggezogen, aftrekkers knallen tegen Ikea-lampen en ik zing. Ik zing van: Het leven is meer dan afwassen alleen of Meister Proper putzt so sauber, dass mann sich derin spiegeln kann (overgehouden aan mijn verblijf in Zwitserland) of ook O sole mio.
Crschcrsch, de nieuwste tweede oorbel van mijn dochter is meegezogen. Pfugfluft , ook het parapluomhulsel is plots weg. Cratsch..., daar gaat het snoertje van de GSM-lader.Te noteren in mijn to-do-boekje: zoeken uit stofzuigerzak: één oorbel en een GSM-kabel. Het parapluhoesje hoef ik niet meer. Ik pulk er later alles wel weer uit, als ik het niet vergeet.
Mijn huis ruikt naar steen, naar laminaat, naar harenvrij. Het ruikt naar binnen onafzienbare tijd opnieuw beginnen.
Moet ik potverdorie nog een keertje poetsen voor die bloggers, eind maart! Hopelijk vegen ze hun voeten, de ignoranten!
05-02-2007
Babi
We hebben een speciale band, wij tweetjes. En dit om verschillende redenen. Babi is het jongste katinneke uit mijn poezenfamilie. Ze is al bijna drie jaar maar blijft erg schattig en klein. Ik kreeg ze van mijn beste vrienden, daarom is ze me nog dierbaarder. Babi is anders dan andere poezen. Ze is steeds tevreden, zeurt nooit om eten, doet de grappigste kunstjes en verandert elke dag van bed. Ik vind haar op de onmogelijkste plekken tot in de pijpleidingen van de konijntjes. Erg sociaal is ze niet, ze knuffelt nooit op bevel en moet zich nog steeds verweren tegen de vijf oudere huisbewoners van haar soort. Ze is de enige die op mijn bed mag slapen enkele dagen voor het dekbed verschoond moet worden. Maar Babi is al een tijdje ziek. Ze heeft de ongeneeslijke ziekte Rodent Ulcer, een auto-immuniteitsziekte. Deze aandoening uit zich in infecties op haar snoetje en onderlipje. Ze krabt de wonden steeds open, tot bloedens toe. De dierenarts heeft weinig hoop voor mijn lievelingskatje. De medicatie die ik in haar eten strooide, heeft ze ontdekt en afgewezen. De enige manier om haar te laten leven is een cortisonespuit, om de veertien dagen. De arts had nog een andere optie: haar het levensbeëindigend spuitje te geven. Deze oplossing komt voor mij niet eens in vraag en ik weet zeker dat Babi het ook niet zou willen, moest ze kunnen praten. Ze voelde het, dat kleintje, dat ze vandaag weer in het poezenmandje moest. Ze stribbelt, zoals steeds, niet tegen en geeft geen kik. Overmorgen klimt ze weer dartel in de hoogste toppen van de bomen, komt ze weer om korte knuffeltjes bedelen. Dan vind ik haar weer in een nieuw ontdekt bed en kijkt ze me weer begrijpend aan met die guitige oogjes. Mijn gordijntje moet blijven leven!
01-02-2007
Beseffen dat je ouder wordt
Het epileren van je bovenlip wordt moeilijk zonder leesbrilletje, er blijven al eens lange haren op je onderkin staan zonder dat je er weet van hebt. Plots zie je ze, in de januarizon, tijdens het lappen van de ramen. Je wordt boos omdat je dochters je er niet attent op maken. Och dochters, zij die de puberteit uiteindelijk hebben doorstaan, zien moeders enkel nog in hun overbodige moederrol en kijken snel heen over een niet ontwaard haartje.
Mijn deodorant en mascara komen ze nog wél pikken, gelukkig maar. Voor Kerst kreeg ik van hen een gel voor de ouderwordende huid. Het licht boven de badkamerspiegels wordt bewust gedempt, pashokjes die me een al te reële spiegel voorhouden worden vermeden, en aan het toekomstige zomerkleurtje besteed ik de laatste jaren veel te veel hoopvol belang.
Heupen deinen uit zonder dat je er iets voor hoeft te doen, borsten gaan hangen, zelfs ondanks de koud/warme douchestraal. Het borstvoedingsexcuus van toen geldt niet meer.
Beseffen dat je ouder wordt, is een regelrechte verschrikking. In een lichaam moeten leven waar je geen affiniteit mee hebt is nog veel erger. Ik begrijp vrouwen als Cher en Madonna die hun eeuwig jeugdgevoel willen vereenzelvigen met hun lichaam. En toch heb ik angst voor het verlies van mijn spontane (wegens botox-)lach, de wezenloze uitdrukking in mijn ogen, het niet herkennen van mijn eigen ik als een dokter me zou verbouwen in een wezen waar ik me beter in zou moeten voelen.
30-01-2007
Duikcursus
Met mijn oudste en gewilligste - elfjarige - kater Miep (ja, hij heeft vrouwelijke trekjes) wilde ik dit experiment ook wel eens proberen. Ik gooide hem verschillende keren in de vijver, zonder zuurstofhelmpie op. Mislukt; Miep wil een zwembad zoals in het onderstaande filmpje.
Pfff, verwend nest. Ik heb hem dan maar een fikse bolwassing gegeven, net zoals in filmpje twee.
29-01-2007
Duur spaargeld
Van mijn job in Zwitserland hield ik een rekeningnummer over bij de Schweizerische Kreditanstalt in Zürich. Leuk om met zon chic Zwitsers bankkaartje te pochen. Al die tijd bleef er een sommetje van minder dan 100 euro op staan en elk jaar bracht het enkele centiemen op. Voor de rest dommelde die rekening in. Ik behield ze; wie weet zou ooit één van mijn vrienden dringend met zijn kapitaal naar het buitenland moeten vluchten. Ik zou ook rijk kunnen worden en als geprivilegieerde Kontobesitzerin een eerste aanbetaling kunnen doen voor mijn nieuw optrekje in Davoz. Verleden week kreeg ik mijn bankuittreksel en zoals bij elk jaareinde besloeg dit drie grote paginas met cijfertjes die gemakkelijk op een vierde van een A-viertje pasten. Tot mijn verbijstering stond ik min drieënveertig euro. Onmiddellijk associeerde ik dit deficit met de diefstal van mijn portefeuille verleden maand en belde de Zwitserse bank op. Neen hoor, niemand had het geld afgehaald.
De Zwitserse banken hadden maatregelen genomen. Buitenlanders met een slapende rekening werden vanaf 2006 extra kosten aangerekend zodat die meer bedroegen dan mijn spaargelden zelf. Ik zou het tekort zo gauw mogelijk moeten aanzuiveren opdat me geen verdere interesten zouden worden aangerekend. Die verdomde buitenlandse overschrijving kostte me nog eens vijftien euro.
Ik had het al niet zo zeer voor dat bekrompen en bekakte volkje waar zelfs de nieuwsberichten enkel in hun dialect worden voorgelezen. Nu is er geen enkele aanleiding meer om daar nog een voet aan wal te zetten. En daarbij, ze hebben toch geen zee, die sukkelaars. Ze hebben enkel Seeën (meren).
De politie van Mechelen en ik hebben verschillende werkuren, dat is een feit.Om zeven uur eenentwintig minuten is mijn keel normaal nog niet geolied en staat mijn rug nog lang niet recht genoeg om gezwind uit bed te wippen. Laat staan dat ik in mijn soort holst van de nacht naar beneden kan rennen om enige hoorn op te nemen.De reden van de oproep werd me langzaam duidelijk toen die kwieke man het woord vuilbakje uitsprak, het buitensporige ding waarvoor zijn baas uiteindelijk het laatste woord moest uitspreken. Het geprivilegieerde sluikbakje dat ik voor mijn moeder zo graag aan kettingen had gehangen.
En waarachtig, HET WERD GOEDGEKEURD, met dien verstande dat mijn lumineus idee, volgens hen, gedoemd is te mislukken.
Jongeren zouden, plichtsbewust als ze tegenwoordig zijn, hun lege blikjes en hun andere rommel in mijn moeders private afvalbakje gooien. Het zou voor een kettingreactie zorgen.
De wetsvertegenwoordigers hadden hier tenslotte meer ervaring mee. Er bestaan dus nog degelijk moeders als de mijne.
De uitdaging is groter dan mijn ogen en mijn zinnen staan er nu eenmaal op. Het experiment kan nooit mislukken. Ik wil het vervolg met eigen ogen zien, ook de reacties van haar buren en die van de passanten.
Eén overvolle vuilbak kan tenslotte niet overwegen in een mensenleven.
23-01-2007
Huiswerk
Mijn eerste huiswerk voor de cursus "schrijven". De opgave was: schrijf een scène van twintig regels omtrent een aspect van een vakantie die je de laatste jaren maakte. De innerlijke gedachte moet overkomen bij de lezer. Er moet minstens één vergelijking bij. Ik beloofde dat ik jullie op de hoogte zou houden. Ik schreef het volgende stukje.
Uitgeput, bezweet maar voldaan verlieten we de metro na het bezoek aan La Sagrada Familia in Barcelona. We hadden immers samen gekozen voor een eerste culturele reis na de vele strandvakanties waarvan we ons de pointe niet meer konden herinneren. Ook de derde dag verliep smetteloos. Een voor een namen we een verkwikkende douche waarna A, mijn jongste, ons vergastte op een paar verleidelijke stripteasepasjes. Ik stond perplex van het humorgehalte van mijn ooit zo verlegen dochter. M en ik namen er een tiental kiekjes van als herinnering voor later. Hongerig maar bijzonder goed gemutst togen we de Las Ramblas Avenue in en belden eerst de telefoonkaart op naar onze respectievelijke dierbaren vooraleer we op zoek gingen naar een gezellig restaurant. Temidden van mijn twee knappe dochters genoot ik met volle teugen van de blikken die de Spaanse mannen hen toewierpen. De straatanimators zorgden voor een meerwaarde aan ons vakantiegevoel.
Mijn dochters stemden in met een aperitiefje vooraf op een net vrijgekomen terrasplaatsje.
De avond was zwoel, de stemming was opperbest, de talrijke voorbijgangers werden aan onze onschuldige kritiek onderworpen.
Unaniem kozen we voor dat ene gezellige visrestaurant. Als uitgehongerde wolvenjongen stortten we ons op de voorafjes, de in look gedrenkte broodjes met tomaat.
We maakten plannen voor de volgende dag, het zou een dagje strand worden in het midden van deze allesomvattende stad waar we ons welkom waanden.
Een dessert was overbodig, ook de jongleurs konden ons niet meer bekoren op de weg terug naar het hotel. Doodmoe trokken we onze nachtjapon aan. Mijn dochters vielen snel in slaap.
Ik genoot nog even na van mijn geluk, alleen op het terras, met een gin-tonic en een sigaret. Commentaar van de juf: Ik gaf een vertelling weer in plaats van een scène (ik had de eerste les gemist waar hierop dieper werd ingegaan). Ik had een bepaald moment moeten kiezen. Prozastukjes worden liefst geschreven in de tegenwoordige tijd (dat had de juf ook in de eerste les gezegd). De innerljke gedachte is duidelijk. Mijn schrijven is te plechtig. (om dit af te leren volg ik immers deze cursus) Voor de rest vond ze het goed en pikte er enkele zinnen uit die ze mooi vond.
Het was weer een interessante les vandaag, volledig praktijkgericht. Spontaan je eerste gedachten opschrijven. Volgende week geen les, onze juf gaat op skivakantie. Lekker veel tijd voor ons huiswerk.
20-01-2007
Sluikstort
Een vreemd GSM-nummer verscheen vrijdagmorgen op mijn display, daarom nam ik de eerste keer niet op. Een uurtje later werd er teruggebeld. Een vriendelijke mannenstemstem vroeg of ik de dochter van Mevrouw RV was uit Mechelen. Toen ik dat beaamde (ik weet niet waar hij mijn telefoonnummer vandaan haalde) en hem angstig vroeg of er iets aan de hand was met mijn moeder, stelde hij me gerust en deed het volgende verhaal: Hij had diezelfde morgen, samen met zijn collega, aangebeld bij mijn moeder. Haar buren hadden reeds meermaals geklaagd over haar eigenaardig gedrag en waren de situatie nu meer dan beu. Ze hadden er zelfs foto's van genomen hoe mijn moeder meermaals per dag haar afval kwam dumpen in het gemeentelijke vuilbakje dat zich enkele meters van haar huis bevindt. Op ongeregelde tijdstippen zagen ze hoe mijn moeder haar gebruikte koffiedik, lege yoghurt- of Yakultpotjes, kranten, briefomslagen, lege maaltijdverpakkingen, pet-flessen, sigarettenpeukjes en alle andere huishoudelijke afval in het vuilnisbakje kwam deponeren. Het gleufje van het bakje was een aantal maanden geleden aangepast zodat slechts nog kleine voorwerpen erin pastten.Mijn moeder had er niets beter op gevonden dan er een plastic zakje omheen te hangen en dit vol te proppen met de rommel die ze niet meer in huis duldde. Toen de politieagenten haar hierover vriendelijk interpelleerden en om haar identiteitskaart vroegen voor het opstellen van een onoverkomelijk PV, werden ze overweldigd met een denigrerende scheldpartij. De ene man was te dik, de andere was te klein en daarbij ook lelijk. Ze moesten onmiddellijk haar huis verlaten om nooit meer terug te keren en ze dreigde ermee klacht in te dienen bij de politie. Daarom belden zij mij. Ook omdat ze deze de huishoudster van mijn moeder, die de waarheden bevestigde, niet wilden vernoemen in het protocol. Ik kon inderdaad niet ontkennen dat mijn moeder zulke daden stelt. Ik vertelde de wetsdienaars dat ze dementerend is en haar woning onder geen enkel beding wil verlaten. Dat ik al ettelijke malen probeerde om haar te doen begrijpen dat ze haar stedelijke vuilniszakken moet gebruiken en dat mijn pogingen daaromtrent tevergeefs bleven. Ik beloofde hen om samen met mijn zussen naar een oplossing te zoeken. Toen ik mijn moeder's avonds opbelde, vertelde ze me dat twee vriendelijke politiemannen haar een bezoekje brachten en dat ze haar prezen voor haar burgerzin. Ze verzamelde namelijk alle achtergebleven papiertjes van haar straat en gooide ze netjes in het vuilbakje. Ik schrik er steeds weer van hoe mijn moeder de waarheid zo ongeloofelijk geloofbaar naar haar kant kan stellen. Onvoorstelbaar hoe ze blijft vechten tegen de realiteit die niet meer ontkend kan worden.
Ik denk na over een mogelijke oplossing. Het heeft geen zin om een emmertje in de hal te plaatsen. Mijn moeder wil buiten, ze wil mensen zien, ze wil ze allemaal begroeten, aanspreken. Plots had ik een lumineus idee. Zou ik aan de spijlen van het kelderraam van haar meer dan 100-jarig herenhuis een afvalbakje kunnen ketenen, eentje dat de gemeente daar speciaal voor haar is komen plaatsen? Waar ze op elk moment van de dag naartoe kan gaan om de wereld te zien en erbij te horen. Ik bel maandag de milieuafdeling van de stad, misschien maken ze wel een uitzondering, voor mijn moeder.
(wordt vervolgd)
18-01-2007
Orkaan in Duitsland
Moeilijk om mijn dochter te bereiken in Duisburg en toen ik eindelijk Anschluss kreeg, viel de verbinding voortdurend uit. Ze hebben daar geen internetconnectie meer, de houten omkadering van hun balkon is deels weggevlogen, de zonnewering van het terras is op straat gevallen en TV kijken kan ook niet. Er zijn overstromingen aan zee, mensen moeten geëvacueerd worden uit hun huizen. Mijn oudste zit veilig op kot in Antwerpen, die lange slanke zou sowieso wegvliegen.
Hier werkt de nieuwe versie van Explorer niet zoals ik het wil, had ik ze maar nooit gedownload. Ik kan mijn lettergrootte en -type in mijn blog niet meer aanpassen. Soms functioneert de technologie averechts als je opnieuw moet beginnen. Wat een storm(ge)loop!
Update: lettertype aangepast na enig gesukkel.
17-01-2007
Horen, zien en schrijven
Eén kostbaar lesuur had ik inmiddels gemist toen me ter ore kwam dat het Cultuurcentrum Zwaneberg in Heist-op-den-Berg een cursus schrijven organiseerde.De volgende sessie zou pas in januari 2008 plaatsvinden.Als ongeduldig, leergierig en enigszins gefrustreerd en zich nietig voelend blogschrijvertje, vond ik die wachttijd veel te lang en probeerde ik me alsnog voor de overige vijf zesden in te schrijven. Er kon, volgens het secretariaat, nog één dummy bij.
De deur van zaal vier was al gesloten - stiptheid heeft me altijd al parten gespeeld. Ik excuseerde me voor mijn late verschijning bij de verkeerde persoon omdat ik uit pure verlegenheid de docente niet direct in mijn gezichtsveld kreeg. Ik mocht bliksemsnel gaan zitten op het vergeten plekje tussen het onbekende vrouwtje en mijn onbaatzuchtige tipgever. Ietwat te enthousiast pikte ik in bij het voorlezen van het huiswerk van de ingewijden en probeerde te zwijgen, te luisteren.
AuteurLeen van den Bergzal me in de toekomst beter leren schrijven, anders doen denken en me vooral dingen leren zien.
Vandaag schreef ze vier paginas in haar nieuwe jeugdroman die momenteel nog maar vijfenvijftig bladzijden telt. We kregen de primeur. Vannacht zal ik dromen dat ze morgen inspiratie zal vinden in mijn verkreukte rok, mijn slobbertrui of in de ongepoetste laarzen waar ik me danig onwennig in voel. Misschien fixeerde ze zich op het oudere vrouwtje met het blauwwitte dotstrikje, het vrouwtje dat ik in eerste instantie als lesgeefster zag en dat ons zo graag de afscheidsrede voor haar overleden man had voorgelezen.
Leen geeft je ruimte, gunt je weinig tijd in het spontane denken, hamert ons meermaals het 'Less is more'- principe in, luistert, geeft opbouwende kritiek en kijkt elk van ons evenveel in de ogen. Ze leert ons datrijmen OUT is, dat we voor dt-fouten elders moeten zijn en dat we lange zinnen veel korter kunnen maken. Het aanbod aan adjectieven moet drastisch herleid worden zodat slechts het essentiële overblijft.
Eenvoud is een must.De cursus leidt tot zelfanalyse, tot spontane reflectie.
Het elfje leerde ik kennen -, --, ---,----,-. Een twaalfje of een dertientje mag ook. Alles wat neo is, kan.
We kregen, wegens tijdsgebrek, meer huiswerk mee voor volgende week. Zo moeten we een zo typerend mogelijke beschrijving geven van een maaltijd die we gisteren tot ons namen waarbij de sfeer geproefd wordt door de luisteraars. De tweede opgave bestaat erin dat we in een tekst van twintig zinnen het mooiste gevoel van een reis die we de laatste jaren ondernamen, weergeven.
Ik wil er al te graag aan beginnen en kijk uit naar wat anderen hebben geschreven, welke commentaar ze op mijn probeersels hebben. Hoe we elkaar kunnen aanvullen.
Boeiend!
15-01-2007
Natuur tureluur
Clichés zijn waardeloos tot het tegendeel wordt bewezen. Zelfs de weergoden moeten toegegeven dat er iets aan de hand is met onze natuur. Ik merkte het vandaag in werkelijkheid en weet niet of ik blij dan wel treurig moet zijn. Helleborussen zijn de allereerste bloeiers die na de strenge wintermaanden bestand zijn tegen de nog heersende vriestemperaturen. Ze houden zelfs van extreme kou en laten dan enkel hun kopje hangen. Verleden jaar was ik zo blij ze in vol ornaat te kunnen fotograferen. Het was 20 maart 2006. Verleden week, op 12 januari 2007, stonden ze even weelderig als toen. Ik geloof mijn eigen ogen niet meer. De helleborussen weten ook niet beter. Ze zullen niet verwelken wanneer de winterkou hen toch nog te beurt zal vallen. Maar het abnormaal signaal dat ze dit jaar kregen, zullen ze niet begrijpen. Ik geef jullie beide foto's mee. See for yourselves!
20 maart 2006
12 januari 2007
10-01-2007
Zoeven over de internetsnelweg
Eergisteren sloot ik mijn pc af met de achtergrond van Philou's blog. Daar was ik immers het laatst geweest vermits ik de blogtijden van Philou inmiddelsken: automatische postings vanaf middernacht. Zijn achtergrond bleef hardnekkig op mijn scherm gebrand. De PC moest er nog over slapen, zo dacht ik. De sporen van Philou's spinsels zouden de volgende morgen wel weer verdwenen zijn; computers denken ook. Maar neen, hij was er 's morgens nog, Philou in vol ornaat in plaats van de prachtige foto van mijn stenen engeltje op de oprit dat mij keer op keer verblijdt. De computer stonk ook uit zijn 'bek'; ik waande me op de brug van Vilvoorde. Zelfs Diva, mijn overgebleven dwergpapegaaitje, zat half op zijn stokje te zuchten en wreef voortdurend in zijn neusgaatjes. Er was dus duidelijk iets mis met mijn databankmachien en dit zou verdere gevolgen kunnen hebben voor mijn dagelijkse spelen. Op zulke momenten weet ik mijn prioriteiten te stellen en laat ik de rest van mijn leven voor wat het morgen weer zal zijn. Ik belde de computerwinkel op, noemde mijn problemen bij naam en spoedde me er naartoe, hen op voorhand mededelend dat ik een computerfreak was en mijn PC niet minder dan een dag kon missen. Mijn behoeftebeest zou de volgende dag weer gebruiksklaar worden gestoomd,mits een nieuwe voeding en een latje extra geheugen. Ik had niet met de verleiding van de aanschaf van een nieuw speeltje gerekend, maar de verkoper had er een handje van weg om me hiertoe te bewegen. Meer geheugen, meer werkcapaciteit, smaller scherm en geruisloos vertier. Ik hapte toe, op mijn vrouwelijke eentje, mits de belofte dat al mijn gegevens op het nieuwe apparaat zouden geïnstalleerd worden. De avond zonder PC bracht ik smachtenddoor. Bijna even erg als een café zonder bier of een uur zonder sigaretten. Eten hoefde ik niet. Dan maar naar surrogaten zoeken. Er waren er veel voorhanden. De kerstboom moest nog ontbald en ontslingerd worden, twee wc's waren aan poetsen toe, het bureel moest gereorganiseerd worden voor de komst van het nieuwe elektronische beestje en er was tenslotte ook nog De slimste mens die ik eens niet zou missen. Uit pure miserie zou ik vroeg het bedinduiken. Het ontwarren van de kerstverlichting duurde langer dan voorzien. Ik wilde die lichtjes eindelijk eens een tweede jaar gebruiken. Toen ze allemaal rond de bamboestok gedraaid waren en ik ze in het stopcontact stak, gaven ze me onbruikbaar voor 2007 aan. Het was de challenge die telde, die dingen zijn nu eenmaal niet bestand tegen het meermaals over de grond sjouwen. Het had gekund, het was inmiddels vroege morgen, ik ben een stier. Mijn eerste PC-aansluiting, de plugkleurtjes doen passen in hun hun wederzijdse gaatje. En met wat telefonische bijstand van een niet-vrouwelijk brein kan ik weer, zij het nog een beetje hulpeloos, bloggen en mijn mails bekijken. Groter scherm (19 inch), wat ik nodig heb staat erop en de eerste man die ik nu bij zijn kraag kan vatten, zal de overige programma's moeten installeren. Ik zal hem moeten lokken met mijn looks of met de driedelige zaag die ik vandaag bij Aldi kocht, uit voorzorg. Het nieuwe hebbeding is prachtig De ouwe werkt nog, de voeding is oké, hij moet enkel wat uitgemest worden van stof en rook en zo. Hij kan nog enkele jaren dienen. Een ideale aanwinst voor families met veel zapjes of zwijntjes. Muis, keyboard en werkende printer worden er zomaar bijgeleverd. Hij ronkt, die ouwe, maar mits een nieuwe voeding à rato van 25 Euro is hij weer oké. Ik geef hem weg, degene die hem wil, weet me wel te vinden! Een simpel seintje volstaat. Intussen heb ik veel gemist; Stienie blogt (voorlopig?) niet meer, ik zie mooie liefdesgedichtjes en emotionele gedachten waarop ik antwoorden wil.
Het wordt weer laat vannacht.
08-01-2007
Schending van de privacy
Aan die consequenties had ik nooit gedacht. Ik was allang blij niet meer elke week naar het containerpark te moeten rijden. Een driekoppige familie verzamelt immers al gauw een hele vracht papier.
Verleden week regende het, de papierronde had om een onbekende reden niet plaatsgehad waardoor de bovenste lagen van mijn twee volle kartonnen dozen bijna tot moes herleid werden.
Deze week had ik meer geluk. Bij schemeravond kwam Interleuven eindelijk de papierhoop ophalen.
Toen ik door het raam keek om me ervan te vergewissen of alles meegenomen werd, zag ik dat de vuilniswagen aan mijn oprit stopte. Ik zag drie mannen naarstig lezen én schateren.
Zeer gefascineerd waren ze de papierinhoud van mezelf of van één van mijn buren aan het nalezen. Ik stond perplex, zo ver zou ik het nooit hebben gezocht. Een kopje koffie zou het hen nog gezelliger hebben gemaakt.
De hele avond heb ik mijn hoofd gebroken over het belachelijke van de geschriften die ik had weggeworpen. Waren het mijn bankuittreksels, de liefdesbrieven van mezelf of van mijn dochters die hen zo amuseerden? Mijn onverstuurde filosofische reflecties? De kleine ik houvan jou notas die ik mijn kinderen schreef? Of waren het de cartoons uit de tijdschriften of misschien zelfs mijn CVs? Uren heb ik erover gepiekerd om me uiteindelijk te verzoenen met het feit dat er niets belastend kon tussen zitten.
Dan zal hun interesse waarschijnlijk bij de papieren van mijn buren hebben gelegen. Zij gooiden wellicht hun vergeelde seksliteratuur weg of die ene brief die de driehoeksverhouding van een der koppels nog steeds niet beëindigde. Zij bleven in ieder geval gespaard van het aanschouwen van het gezellige leeskwartiertje dat hen evenzeer zou hebben doen transpireren.
Moeten we het overwegen om een buurtversnipperingsmachine aan het schaffen of zullen we elke tweede dinsdag van de maand een heimelijk vuurtje stoken?
Waar moeten we in hemelsnaam heen met ons oud papier dat niet vatbaar is voor vreemde ogen? Selecteren?
07-01-2007
Ego filosofie
Niet van mijn zielsuiting stond ik te kijken maar van het stilzwijgen van mijn vriendin.
Een zomeravond in 2006. Ik verplaatste de tuinstoelen naar het achterste deel van de tuin om nog zoveel mogelijk zon in onze gezichten te laten schijnen en mijn diep geïnhaleerde zucht was er een van intens geluk. Zonder dat ze me iets vroeg, vertelde ik haar dat ik een gelukkig mens was en dat ik, moest ik nu moeten gaan, kon terugblikken op een rijk en gelukkig leven.
Een leven dat ik zou overdoen en waar ik geen spijt van had.
De uitdrukking op haar gezicht is me steeds bijgebleven. Ze keek me heel verwonderd aan maar reageerde niet. Ik zag dat ze schrok over mijn gedurfde uitspraak. Al jaren keurde ze mijn levenswijze af.
Zij leeft binnen de perken, van uitspattingen houdt ze niet. We kunnen heel goed met elkaar praten. Ze vertelt weinig over zichzelf . Ze kan heel mooi filosoferen over het leven van anderen maar blijft steeds trouw aan haar principes die ze kost wat kost wil invullen. Van haar leefgewoontes wil ze niet afwijken al betrap ik haar soms op het tegendeel.
Ze rookt noch drinkt en heeft uniforme genotsuren waar ze zich strikt aan houdt en stelt haar blanke huid nooit bloot aan de kankerverwekkende zon. Ze behoeft weinig innig contact met haar zonen omdat die het blijkbaar ook niet wensen en heeft geen ambities om na haar scheiding ooit nog een andere man in haar leven toe te laten.
Ze gaat in haar eentje naar kunstvoorstellingen, haar pasmunten passen nooit in de parkeerautomaten als we samen uitgaan. Artisjokken eet ze met mes en vork, oesters wil ze geeneens proeven.
Ik rekende voor mezelf de uren geluk uit die zij ontbeert en de uren levensverlies die ik in de toekomst zal moeten derven.
En toch benijd ik haar niet, al zal ik op mijn sterfbed misschien toegeven dat zij uiteindelijk de juiste beslissing trof want zij zal er nog zijn.
Het lange of het intense leven? We zijn het er nog niet over eens.
04-01-2007
Leegte
Het voelt vreemd aan. Twee laptops zijn uit mijn bureel verdwenen. Hoe ze die aan mijn modem konden aansluiten, is me nog steeds een raadsel, maar het werkte en mijn computer doet het nog steeds. Het voelt plots zoveel kouder en mijn bureau lijkt zoveel groter. Gisteren nog zaten we hier samen, elkeen druk bezig met zn eigen ding. Mijn oudste studerend in de living voor de examens van januari. Mijn jongste en haar Duitse vriend speelden computerspelletjes. Ik snap niet hoe ze elkaar urenlang virtueel willen verschalken om elkaar dan meedogenloos af te schieten. Ik zat middenin die commotie en kon me onmogelijk concentreren op de aanmaak van een nieuw blogstukje. De laatste boeuf Stroganoff kreeg ik niet meer door mijn strot en ik hield het ook s morgens bij een simpel koffietje en Yakult om mijn dagelijkse vitamientjes tot me te nemen. Van het moment dat ik hoorde dat mijn gasten wakker werden, spoedde ik me naar de douche om niet te moeten aanschouwen hoe ze op hun nuchtere maag en zonder verpinken grote porties salami en camembert konden verorberen na de copieuze maaltijd van de avond voordien. Mijn oudste fronste haar wenkbrauwen achter haar bescheiden bordje light cornflakes. Wij zijn hier in België blijkbaar kleinere hoeveelheden gewend.
Meermaals heb ik eraan gedacht om hen zachtjes te vertellen dat een mens niet zoveel eten behoeft en dat een dagje vasten heus geen kwaad kan. Ik slikte mijn woorden in om geen onnodig verdriet te berokkenen.
We hadden een geweldige week samen, die drukte deed me deugd, de adrenaline kwam vanzelf, gezelligheid went zo gauw.
Alle drie vertrokken ze op hetzelfde moment, drie innige omhelzingen. Gelukkig komt er morgen eentje terug. Het zal lente zijn als ik de jongste weer in mijn armen kan sluiten. Ze is het kind-zijn pas ontgroeid.
Ik wil weer mijn eigen rust, oké, in ziel en lichaam, maar dat hoefde niet per se zo bruusk te gaan.
Aan de verdere toekomst durf ik niet te denken, al weet ik dat mijn jongste in Duitsland wil blijven bij haar vriendje. Het zal haar schoonmoeder in spe zijn die haar zwangerschap het eerst zal merken, die de kleinste babykleertjes zal mogen kiezen, die het dichtst in de buurt zal zijn als ervaren raadgeefster voor de eerste kinderkwaaltjes.