Inhoud blog
  • EEN SOLDAAT MET BEVROREN VOETEN...
  • SAPEUR VAN NAPOLEON
  • KIJKTIP - LES GROGNARDS
  • SLAG BIJ HOOGSTRATEN 1814 - 2014
  • KIJKTIP - 1812 : ROAD TO MOSCOW
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Zij dienden onder de Franse vaandels
    Onze soldaten van Napoléon Buonaprte
    08-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.JAN NORBERT CROES - DEEL 1

    Het ligt in mijn bedoeling dat ik op deze blog nader in zal gaan op de lotgevallen van onze jongens die onder de Franse vaandels dienden. Graag steek ik van wal met een persoonlijke noot, namelijk met het verhaal van Jan  Norbert Croes, de broer van een van mijn betovergrootvaders….

     

    Op 7 april 1785 werd in het huis ‘De Roode Hert’ aan de Vrijheid in Hoogstraten Joannes Josephus Norbertus Croes geboren als oudste zoon in het gezin van Joannes Nicolaas Croes en Maria Francisca Lievens. Getuigen bij zijn doopsel waren zijn oom Petrus Josephus Lievens die speciaal voor de gelegenheid vanuit Leuven was overgekomen en de Hoogstraatse notaris Josephus Joannes Gerardi, een vriend des huizes. De familie Croes woonde nog maar twee generaties in Hoogstraten want Jan Jozef’s grootvader, Theodor Kroes was afkomstig uit Anholt in Westfalen. Als voerman van de hertogen van Salm-Salm was hij op het kasteel van Hoogstraten beland waar hij - na zijn huwelijk met de Wortelse Lucia Doms- tuinman werd. Vader Joanes Nicolaas Croes bleek een pientere knaap te zijn en mocht onder bescherming van de hertogin in Antwerpen verder studeren voor apotheker. Hij keerde niet alleen terug met zijn geboortestad met zijn  bul maar ook met zijn kersverse bruid waarmee hij in de Antwerpse St. Jacobsparochie in het huwelijk was getreden.

     

    Over de jeugdjaren van Jan Jozef Croes is weinig geweten, buiten het feit dat zijn moeder op 24 januari 1790 in het kraambed overleed bij de bevalling van haar vierde kind. Zijn vader hertrouwde op 24 mei 1791 met Cornelia Verheyen uit Loenhout. Het werd een erg vruchtbaar huwelijk want er zouden maar liefst twaalf kinderen uit voortspruiten. De familie Croes was ‘in goede doen’. Vader Jan Nicolaas had een bloeiende zaak aan de Vrijheid en behoorde tot de notabelen van het dorp. Hij was niet alleen gedurende een lange periode gemeenteraadslid en voorzitter van het Armenbestuur maar bovendien in de Napoleontische tijd lid van de kerkfabriek van St. Catharina. Jan Jozef kende dus naar alle waarschijnlijkheid een onbekommerde jeugd en hij werd –luidens de familielegende- geacht om na zijn schooltijd in de lokale Latijnse school , zijn vader als leerling-apotheker bij te gaan staan in de zaak. Er wachtte hem ongetwijfeld een rooskleurige toekomst. Maar de conscriptiewetten beslisten daar anders over…

    Hij werd ingeschreven in de lichting van het jaar XIV en moest –zoals alle conscrits- voor de keuringscommissie verschijnen. Commissie, waarin nota bene zijn bloedeigen vader zitting had… Hij werd goed bevonden voor de dienst en ingelijfd bij de cavalerie, meer bepaald in het 2 ième Régiment des Dragons in Versailles onder het stamboeknummer 1070. Ik weet niet of Croes, zoals veel van zijn lotgenoten, met een bezwaard gemoed naar Versailles is vertrokken. Volgens de familielegende was hij niet alleen avontuurlijk aangelegd, maar had men hem ook wijsgemaakt dat hij, eens in het leger aangekomen in aanmerking zou komen voor een opleiding tot chirurgijn en dat was ongetwijfeld een kolfje naar de hand van een ambitieuze apothekersleerling…  

     

    Het 2e Regiment Dragonders had al een behoorlijk gevulde militaire voorgeschiedenis. Het regiment was in 1635 ontstaan uit een cavaleriekorps dat al in 1556 was opgericht. Het droeg de naam Condé naar haar stichter, de hertog d’Anguien, die in 1646 prins van Condé werd. Bij koninklijke ordonnantie van 25 mei 1776 werd het Condé cavalerieregiment omgevormd tot het dragondersregiment Condé. In feite was deze eenheid het eerste koninklijke Franse dragondersregiment, maar door een administratieve vergissing werd het bij een reorganisatie omstreeks 1770 –foutief- genummerd als het 2e regiment. Tijdens de revolutiejaren bleef het regiment bestaan in dienst van de republiek en was het onder meer betrokken bij de veldslagen van Valmy (1792) en Neerwinden (1793). Op het ogenblik dat Croes zijn intrede deed in dit beroemde regiment stond het onder leiding van kolonel Ythier Sylvain Privé. 

     

    Napoléon –die enorm belang hechtte aan een sterke cavalerie- besteedde veel aandacht aan de uitbouw en verbetering van de regimenten dragonders. De Napoleontische dragonders waren ongetwijfeld de meest flexibele ruiters van de Franse cavalerie. Door hun opleiding, uitrusting én bewapening werden ze geacht –om naargelang de omstandigheden- zowel als cavaleristen als infanteristen te kunnen strijden. Door deze multifunctionele opstelling waren ze erg waardevol op het slagveld en bij zowat alle belangrijke veldslagen uit deze periode waren de dragonders van de partij. Ze boden niet alleen in hun imponerende groene uniformen met de wapperende verenbos op hun bronzen helmen een imponerende aanblik, maar ze waren vooral vermaard omwille van hun vechtlust en vakkundige optreden op het slagveld. 

     

    Jan Jozef Norbert Croes kwam in het begin van december 1805 in het depot van de dragonders in Versailles aan. Hij kreeg er een degelijke, vier maanden durende opleiding en vertrok midden 1806 naar de Duitse landen voor wat later in de geschiedenisboeken bekend zou worden als de Vierde Coallitieoorlog. Het 2e Regiment Dragonders werd ingedeeld bij de Divisie Latour-Mauburg, die op haar beurt deel uitmaakte van het Cavaleriekorps van houwdegen Joachim Murat. Op 14 oktober 1806 kreeg Jan Norbert Croes zijn vuurdoop bij Jena waar de Fransen de Pruisen verpletterend versloegen. Het 2e Dragonders onderscheidde zich door haar bravoure. Kolonel Privé leidde zijn regiment in drie charges waarbij niet alleen een volledig Pruisisch infanteriebataljon gedwongen werd de wapens neer te keggen, maar waarbij ook twee Pruisisch regimentsvaandel en 15 stukken geschut in handen van de dragonders vielen…

     

    Om te verhinderen dat de inmiddels ook in actie gekomen Russen de Pruisen ter hulp zouden komen trokken de Fransen op naar de Vistula-rivier waar Napoléon Buonaparte zijn winterkwartieren wou vestigen. In de nacht van 23 op 24 december verrasten de Fransen onder Davout de Russen door de Narew over te steken en de Russen uit Czarnowo te verdrijven. Het 2e Dragonders ondersteunde deze aanval door een actie op diezelfde 24e december bij Nasielk waar ze een Russische cavalerie-eenheid aanviel. Twee dagen later botsten ze bij Golymin op een kleine 17.000 Russen die konden rekenen op de steun van 28 kanonnen. Door de onverwacht ingetreden dooi en de gutsende regen was de Franse artillerie er niet in geslaagd om tijdig Murat’s Korps te vervoegen. Dit belette Murat – die over bijna 30.000 mannen beschikte - niet om zonder artilleriesteun en slecht gecoördineerd de troepen van prins Golitsyn frontaal aan te vallen. De dragonders ondervonden heel wat moeilijkheden toen ze de Russische cavalerie aanvielen, want ze werden vanuit de bosen en moerassen, aan beide zijden van de weg naar Pultusk ongenadig onder vuur genomen door daar verschanste infanteristen. Ondanks de tegenstand kon het 2e Dragonders drie Russische kanonnen veroveren. Prins Golitsyn slaagde er door de hardnekkige weerstand in de Franse opmars te vertragen, maar door de Russische nederlaag bij Pultusk diezelfde dag had dit weinig effect op het geheel van de Franse operaties.

     

    Veel tijd om de wonden te likken had Croes’ regiment niet want op 7 februari 1807 om 14.00u. kwamen het IVe Franse Korps onder Davout en Murats Cavaleriekorps aan bij Preussisch Eylau – nu Bagrationovsk – waar ze onmiddellijk slaags raakten met de Russische achterhoede onder Bagration. Tegen de avond was Eylau na een reeks van uiterst bloedige gevechten in Franse handen gevallen. De volgende ochten stonden beide partijen in een verblindende sneeuwstorm tegenover elkaar. Na een tee uur durend artillerieduel kreeg vooral het IVe Korps het erg zwaar te verduren door de Russische infanterieaanvallen.  In een mum van tijd telde het 929 doden en 4.271 gewonden… De resten van het korps zagen zich genoodzaakt om terug te plooien op Eylau, waar op een bepaald ogenblik zelfs het hoofdkwartier van de Franse keizer rechtstreeks bedreigd werd door de oprukkende Russen. De inderhaast opgeroepen grenadiers van de Keizerlijke Garde moesten, ondersteund door de Jagers te Paard van de Garde Buonaparte ontzetten. Om een nederlaag af te wenden besloot de keizer zijn reserve, het Cavaleriekorps van Murat, 80 eskadrons, goed voor een kleine 11.000 sabels, in te zetten. Het resultaat was één van de grootste en meest imponerende cavaleriecharges uit de geschiedenis. Door de sneeuw konden de opeengedrongen cavaleristen niet galopperen. Geformeerd in twee enorme colonnes viel de Franse cavalerie met aan roekeloosheid grenzende moed ‘botte à botte’, paard tegen paard aan. Bijna vier kilometer moest de kolossale ruitermassa overbruggen tot aan het Russische centrum. De eerste kilometers bijna stapvoets terwijl de kanons- en kartetskogels hen om de oren suisden en grote gaten in de oprukkende formaties sloegen.  Pas op tweehonderd meter van de Russen gingen ze over in draf en op tachtig meter van de Russische bajonetten bliezen de trompetters de aanval en wisten ze – ondanks de grote verliezen het Russische centrum te breken. Maar de dragonders on de Grouchy werden teruggedreven. Pas na drie charges door de vermoeide Franse cavalerie was het Russische gevaar definitief afgewend, maar de Franse ruiters betaalden een erg hoge prijs voor deze Phyrusoverwinning. Vijftienhonderd gesneuvelde cavaleristen kleurden met hun bloed de sneeuwvelden rood. Een van de duizenden gewonden was Jan Norbert Croes. Een musketkogel had zijn linkerbovenarm geschampt, maar omdat het een vleeswonde was recupereerde hij vrij snel van deze kwetsuur. Zes dragonders van het 2e Regiment werden omwille van hun betoonde moed op de legerdagorders geciteerd onder hen was overigens ook hun bevelhebber, kolonel Privé die gewond werd door een kartetsschot.

     

    (wordt vervolgd…)




    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail *
    URL
    Titel *
    Reactie * Very Happy Smile Sad Surprised Shocked Confused Cool Laughing Mad Razz Embarassed Crying or Very sad Evil or Very Mad Twisted Evil Rolling Eyes Wink Exclamation Question Idea Arrow
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)



    Archief per week
  • 25/04-01/05 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs