Den Grooten Oorlog '14-'18
Welkom op mijn Eerste Wereld Oorlog blog!

Gastenboek
  • bedankt,info gevonden
  • Foto brand universiteitsbibliotheek Leuven

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek. Dank u !


    Zoeken in blog


    De Eerste Wereldoorlog Dag na Dag
    05-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.5 augustus : de slag om Luik

    Op 5 augustus om 22.00 uur opende generaal Otto von Emmich een aanval op de forten rond Luik.

    Deze forten vormden een blokkade voor het Duitse 1e en 2e leger in hun opmars naar Frankrijk.



    De Duitse 38e en 43e brigades probeerden in het zuiden tussen Boncelles en de Ourthe door te breken.

    De Duitse 34e brigade ging in het noorden bij Lieze (Lixhe) de Maas over.

    De Belgische generaal Leman trok zich met zijn hoofdkwartier in de Citadel terug.

    's Nachts begon de werkelijke slag om Luik. De volgende dag kwamen ook Franse legers te hulp

    05-08-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Schieffenplan

    Het Schlieffenplan is de naam voor het plan dat de Duitse generaal Alfred von Schlieffen (1833-1913) had ontwikkeld om in geval van oorlog met Frankrijk laatstgenoemd land zo snel mogelijk te kunnen overrompelen.


     
    Alfred von Schlieffen

    Als gevolg van de Frans-Russische samenwerking in het begin van de jaren negentig van de 19e eeuw was de Duitse generale staf zich intensief gaan voorbereiden op een tweefrontenoorlog.

    Het Duitse opperbevel ging ervan uit dat het Duitse leger niet sterk genoeg was om het Franse en het Russische leger tegelijkertijd te verslaan.

    Aanvankelijk was de doctrine defensief: men zou verdedigen in het westen en voorzichtig aanvallen in het oosten.

    Dit was een voorzichtige en conservatieve strategie, waarbij men bovendien ervoor beducht was zich het Russische achterland in te laten lokken, zoals Napoleon Bonaparte een eeuw eerder.

    Von Schlieffen bedacht voor het westelijk front echter een gedurfder plan, dat een snelle uitschakeling van Frankrijk beoogde, waarna met Rusland zou worden afgerekend.

    Deze aanpak werd in 1906 bepleit in een definitieve notitie, beter bekend als het Schlieffenplan.

    Dit plan ging ervan uit dat Rusland ten minste zes weken nodig zou hebben om volledig te mobiliseren, door het gebrek aan industrialisatie, infrastructuur en de enorme afmetingen van het land.

    Von Schlieffen veronderstelde bovendien dat Frankrijk de neutraliteit van de Lage landen en Zwitserland niet zou schenden en haar hoofdmacht zou concentreren tussen Belfort en Sedan.

    De Duitsers zouden een schijnaanval doen en zich vervolgens in Elzas-Lotharingen terugtrekken.

    De hoofdmacht zou, met als draaipunt de regio Thionville-Metz, een sikkelbeweging maken met een zo sterk mogelijke rechtervleugel, en zou zo het Franse leger insluiten.

    Het noordoosten van Frankrijk speelde in het plan een secundaire rol. In Lotharingen moest nog een bescheiden strijdmacht worden gelegerd, terwijl de Elzas nauwelijks zou worden verdedigd.

    Het wijken voor een te verwachten Franse opmars in deze streken paste zelfs uitstekend in het plan; de tegenstander zou op deze wijze namelijk steeds dieper in de val lopen.



    Het plan behelsde een grote cirkelvormige beweging door België en Nederland, waardoor Frankrijk in feite langs een breed front vanuit het noorden werd aangevallen.

    Het plan sloeg geen acht op de Belgische en Nederlandse neutraliteit en vereiste durf bij de uitvoering ervan.

    Een belangrijk onderdeel van het plan was de verovering van de versterkte forten rond Luik en Verdun en de stad Parijs.

    In de aanvankelijke versie van het plan zou overigens slechts opgerukt worden door Luxemburg en het uiterste zuiden van België.

    Hierdoor zou Frankrijk in een tijdsbestek van 42 dagen (6 weken) uitgeschakeld worden.

    Vervolgens moest dan het hele Duitse leger met de trein naar het oosten verplaatst worden, om de Russische aanval te kunnen opvangen.

    Door het Schlieffenplan zou Duitsland een voor een met zijn vijanden kunnen afrekenen in plaats van met beiden tegelijk te worden geconfronteerd.

    Voorwaarde voor succes was wel dat de Duitsers het tijdschema strikt aanhielden.

    Von Schlieffen ging ervan uit dat Duitsland na significante vertraging maar beter kon gaan onderhandelen omdat dan de kans op de overwinning voorbij was.


    Helmut von Moltke

    Het Schlieffenplan werd veranderd met de komst van de nieuwe legerchef Helmuth von Moltke.

    Eén van de wijzigingen die in het plan die hem veelvuldig verweten zijn, is dat hij de linkervleugel versterkt zou hebben ten koste van de rechtervleugel.

    Een telling van de divisies op de beide vleugels laat echter zien dat dit verwijt geen stand kan houden.

    In de verwijten die hem gemaakt werden, zou hij de legendarische laatste woorden van Von Schlieffen: 'Macht mir nur den Rechten stark' blijkbaar vergeten hebben.

    Nog een belangrijke verandering die Von Moltke aanbracht was dat de Duitse troepen niet meer door Nederland zouden trekken om Frankrijk aan te vallen.

    Een neutraal Nederland werd nuttig geacht als een "luchtpijp naar de Noordzee".

    Het Duitse opperbevel raakte door de aanvankelijke Duitse successen in Lotharingen in een euforische stemming.

    Von Moltke gaf beide legers opdracht om het offensief voort te zetten, om de verdedigingswerken bij Nancy te veroveren.

    De niet langer defensief opererende linkervleugel zou zo kunnen bijdragen tot een reusachtige herhaling van de slag bij Cannae: de gehele vijandelijke strijdmacht omsingeld in een gelijktijdige tangbeweging vanuit het oosten en het westen.

    Daartoe moest de in opzet immers zwakkere linkervleugel worden versterkt.


    Alexander von Kluck

    Het Schlieffenplan had een aantal cruciale zwakheden, die zouden bijdragen tot Duitslands ondergang in 1918, vooral in het licht van de toenmalige communicatietechnologie.

    Telefoonlijnen liepen slechts tot de grens of tot het front, waardoor telefonie in een bewegingsoorlog waardeloos was.

    Hetzelfde gold voor telegrafie, terwijl radio nog niet geavanceerd genoeg was om als communicatiemiddel te worden gebruikt.

    Men vertrouwde voornamelijk nog op koeriers en viel dus terug op een rigide planning. Het plan moest hoe dan ook gevolgd worden, ongeacht de situatie.

    Lagere officieren hadden geen enkele vrijheid van handelen.

    Allereerst was het plan bedacht voor en door militairen, en volstrekt niet op de politieke situatie ingespeeld.

    Het plan voorzag in Franse oorlogsdeelname, maar Frankrijk had zich, ondanks zijn Frans-Russische Alliantie met Rusland,

    in de crisis van juli 1914 afzijdig gehouden en leek niet van plan om zich voor een crisis op de Balkan in een oorlog te willen storten.

    Omdat het Schlieffenplan echter ervan uitging dat Frankrijk wel aanviel, werd Frankrijk toch bij de oorlog betrokken toen de Duitsers eenzijdig de Fransen de oorlog verklaarden.

    Bovendien werden neutrale landen aangevallen, landen die Duitsland niets misdaan hadden maar de pech hadden in het pad van de beoogde opmars te liggen.

    Dit leidde in eerste instantie tot Britse oorlogsdeelname, ook hier met tegenzin, op grond van het Verdrag van Londen (1839), en daarnaast voor de Duitsers ook tot een groot verlies aan politiek krediet.

    De andere landen waren veel minder geneigd om met de Duitsers te onderhandelen over een 'vreedzame oplossing' van de crisis.

    Vanaf 1914 zou Duitsland als de grootste agressor van Europa worden gezien, en doordat het zichzelf de vijandigheid van andere staten op de hals had gehaald, had het zijn eigen "boemannen" gecreëerd.

    Verder was het wegen- en spoorwegnet van België en Noord-Frankrijk te beperkt voor een optimale troepenverplaatsing.

    Kortom: het Duitse leger was te groot en kon door deze beperkingen zijn capaciteiten niet optimaal benutten. Dit ging ten koste van de snelheid van het offensief, en snelheid was cruciaal.

    Wanneer men een cirkel bepaalt met Sedan als middelpunt en de afstand Sedan-Maastricht als straal, valt op dat deze cirkel vér van de Kanaalkust blijft.

    Met andere woorden: naarmate de Duitsers verder oprukten werd het front breder, zodat ze hun strijdkrachten steeds meer moesten verspreiden.

    Alexander von Kluck met zijn buitenste leger kwam in Noord-Frankrijk dan ook voor een onaangename keus te staan: op de Kanaalkust afgaan en de Fransen de gelegenheid geven een wig te drijven in zijn dan verzwakte linkerflank of naar binnen draaien en

    zijn dan verzwakte rechterflank bloot stellen aan Franse tegenacties. Hij koos voor deze laatste optie, mede ingegeven door de overtuiging dat de British Expeditionary Force (BEF), gelegerd op de uiterste linkerflank van het Franse dispositief, in eerste

    instantie weigerachtig was om zich bij een offensief betrokken te raken. Daarenboven was het Franse vijfde leger op de terugtocht.

    Von Kluck wilde dit leger omsingelen en besloot daarom af te wijken van zijn lijn en niet ten zuiden - maar ten noorden van Parijs de Schlieffen-tang te sluiten.

    Hierdoor gaf hij zijn rechterflank bloot aan de Franse troepen die Parijs verdedigden en die tot de aanval overgingen. De slag aan de Marne begon. Als gevolg daarvan bleef Parijs buiten bereik.

    Daarnaast had het Duitse opperbevel niet geleerd van de Frans-Pruisische oorlog van 1870: wanneer een leger verslagen is, is het land nog niet verslagen.

    Na de nederlaag van het Franse leger, de gevangenneming van de Franse keizer, en de omsingeling van Parijs bleek Frankrijk, nu als republiek, nog steeds in staat zich te verdedigen.

    Het Duitse opperbevel ging er in het Schlieffenplan van uit dat Frankrijk zich zou overgeven, en dat het omsingelde Franse leger geen last stand zou maken of het op een confrontatie zou laten aankomen.

    Ook bleek dat het Belgische leger en de Belgische wil tot verzet danig waren onderschat. Dat zou allemaal leiden tot vertragingen die Duitsland zich niet kon veroorloven.

    Ten slotte ging het plan ervan uit dat Rusland acht weken lang niet in staat was tot actie. Ook deze veronderstelling bleek onjuist.

    Rusland bezat zelfs in vredestijd een formidabel staand leger aan de grens, dat in augustus 1914 dan ook direct Oost-Pruisen kon binnenvallen.

    Hoewel Duitsland dit leger in twee eclatante overwinningen wist te verslaan (de Slag bij Tannenberg en de veldslag bij de Mazurische Meren) was het Duitse opperbevel aanvankelijk in paniek

    en besloot het talrijke gevechtseenheden te onttrekken aan het Westfront en deze te transporteren naar het Oostfront. Hierdoor werd de rechterflank van de 'Schlieffen tang' verzwakt, waardoor onder andere het leger van Von Kluck verzwakt werd.

    Daardoor heeft de nederlaag van de Russen de facto veel bijgedragen tot het overleven van het Franse verzet aan het westelijke front.

    En ook na deze Duitse overwinning wist het Russische opperbevel veel sneller nieuwe lichtingen te mobiliseren en in te zetten dan het Schlieffenplan had voorzien.

    Ook kan gesteld worden dat het Schlieffenplan als zodanig een belangrijke factor is geweest in het ontstaan van de Eerste Wereldoorlog.

    Omdat, althans volgens dit plan, Frankrijk "moest" worden verslagen terwijl Rusland mobiliseerde, zou een Russische mobilisatie direct moeten worden beantwoord met een aanval op Frankrijk.

    Op het moment dat een conflict tot voorbij een diplomatiek conflict escaleerde, was er nog maar een weg open: naar de grote pan-Europese oorlog.

    Toen de oorlog in 1914 uitbrak, werd het in deze gewijzigde vorm uitgevoerd en een aantal factoren leidden tot zijn mislukking, waaronder gebrek aan mobiliteit bij de Duitsers, effectieve Franse weerstand, onderschatting van de problemen aan het Russische

    front, het hardnekkige Belgische verzet (tijdwinst voor de tegenpartij) en de tegenzin bij Helmut von Moltke, de opvolger van Alfred von Schlieffen als hoofd van de Generale Staf, om troepen weg te halen aan het Oostfront zodat ook hierdoor de Duitse

    legers in Frankrijk te weinig slagkracht hadden om Parijs te omsingelen.

    De samenwerkende legers van het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk slaagden er, ondanks deze problemen voor het Duitse opperbevel, slechts ternauwernood in het Duitse leger tot staan te brengen voordat Parijs werd bereikt.

    Na de Race naar de Zee, de eerste slag bij Ieper, de slag aan de Marne en de eerste slag bij Verdun kwam de oorlog in het najaar van 1914 tot stilstand in een verschrikkelijke loopgravenoorlog over een front van 700 kilometer die pas in 1918 eindigde.

    Uiteindelijk, wanneer men het krijgsverloop na deze eerste veldtocht van 1914 overziet, dan blijkt dat de Duitse strategie terug was gevallen op de oude doctrine die vóór het Schlieffenplan was aangehangen: verdedigen in het westen en voorzichtig aanvallen

    in het oosten. Men had echter nu, behalve met Frankrijk en Rusland, ook met het Verenigd Koninkrijk en een zeeblokkade te maken.

    05-08-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.5 augustus : nieuwe oorlogsverklaringen en de belegering van Luik

    Om 12.00 uur verklaart Oostenrijk-Hongarije de oorlog aan Rusland.

    De Balkanstaat Montenegro, die nauwe banden onderhoudt met Servië, verklaart de oorlog aan Oostenrijk-Hongarije.

    In België nemen Duitse troepen 's nachts de stad Luik onder vuur maar kunnen de buitenste stadsring met zijn 12 machtige forten die de stad beschermen niet innemen.

    Bovendien zijn de forten een blokkade voor het Duitse 1ste en 2de leger bij hun opmars naar de Franse grens, alvorens zuidwaarts te trekken naar Parijs, een onderdeel van het 'Plan Schlieffen' (de Duitse oorlogsstrategie).


    Op 5 augustus om 22.00 uur opende generaal Otto von Emmich een aanval op de forten rond Luik.


    Deze forten vormden een blokkade voor het Duitse 1e en 2e leger in hun opmars naar Frankrijk.

    De Duitse 38e en 43e brigades probeerden in het zuiden tussen Boncelles en de Ourthe door te breken.

    De Duitse 34e brigade ging in het noorden bij Lieze (Lixhe) de Maas over.

    De Belgische generaal Leman trok zich met zijn hoofdkwartier in de Citadel terug.

    's Nachts begon de werkelijke slag om Luik. De volgende dag kwamen ook Franse legers te hulp


    05-08-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.4 augustus : meer oorlogsverklaringen

    Op 4 augustus om 23.00uur verklaart de Britse regering de oorlog met Duitsland wanneer deze het ultimatum verwerpen om hun troepen van Belgisch grondgebied te halen.


    De Duitse regering verklaart daarop België de oorlog en laat haar legers over een smal front massaal binnenvallen.



    De hoofdaanval wordt geleid door het 1ste leger onder bevel van Generaal Alexander von Kluck en het 2de leger van Generaal Karl von Bülow.


         


    De Verenigde Staten van Amerika verklaren zich voorlopig nog neutraal...


    Op de middellandse zee begint het ook al te roeren...

    Twee Duitse oorlogsbodems - de slagkruiser Goeben en de lichte kruiser Breslau - onder het bevel van vice-admiraal Wilhelm von Souchon,

    vuren tien minuten lang op Bône en Phillipville, twee havens in Frans-Algerije


     


    Na de aanval zet Souchon koers naar de Turkse kust.
    Wanneer hij oostwaarts vaart op de middellandse zee stuit zijn kleine eskader op twee Britse slagkruisers die in westelijke richting voeren :
    de HMS Indefatigable en de HMS Indomitable...



    De Britse bevelhebber - vice-admiraal Sir A.Berkeley-Milne - opent het vuur echter niet, omdat het Britse ultimatum waarin gesteld wordt
    dat de Duitsers zich ofwel uit België terugtrekken ofwel om oorlog vragen, pas om middernacht afloopt !



    Souchon onderneemt evenmin actie en vaart verder naar Turkije.


    04-08-2014, 10:06 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.4 augustus : Duitsers vallen Luik binnen

    Op 4 augustus viel Duitsland België binnen zonder formele oorlogsverklaring.

    De aanval werd geleid door het 1e Duitse leger onder generaal Alexander von Kluck en het 2e leger van generaal Karl von Bülow.

    Om 7.30 uur vielen Duitse troepen binnen bij Gemmenich, bij Luik.



    En terwijl de Belgische legertop ruzie maakte over de verdediging van Luik, naderden 34.000 Duitsers onder leiding van generaal Von Emmich met 125 stukken geschut de forten rond Luik.

    De forten werden verdedigd door de Belgische 3e divisie (ca. 23.000 man) onder generaal Gérard Leman, de 15e brigade van de 4e divisie uit Namen, 4 vestingsinfanterieregimenten, wat kleinere eenheden, 500 burgerwachten en de bemanning van de forten

    (ca. 32.000 man). Samen beschikten ze over circa 250 nieuwe kanonnen, een honderdtal verouderde stukken en 30 machinegeweren.

    In Brussel sprak de koning om 10.00 uur het parlement toe. Hij vroeg de politieke onenigheid te negeren voor de duur van de oorlog.

    Er werd goedkeuring verleend voor 200 miljoen frank oorlogskredieten. 's Middags besloot de Kroonraad beroep te doen op Britse, Franse en Russische steun.

    Via Hombourg bereikten de Duitsers Visé. Toen ze een bruggenhoofd over de Maas probeerden te slaan werden ze door artillerie vanuit het Fort Pontisse teruggedreven.


    Als represaille haalden ze alle bewoners uit hun huizen en brachten ze naar het station.

    De woningen werden in brand gestoken, de vrouwen moesten de stad verlaten en ongeveer 600 mannen werden naar een kamp in Münder gebracht. 36 mensen werden neergeschoten.

    Om 23.00 uur gebood Groot-Brittannië in een ultimatum Duitsland België te verlaten en verklaarde na weigering de oorlog aan Duitsland.

    De Britse Veldmaarschalk Horatio Kitchener gaf het bevel het Kanaal over te steken.



    's Nachts bouwden de Duitsers iets ten noorden van Visé, bij het dorp Moelingen, en zo ver mogelijk verwijderd van de kanonnen van het noordelijkste Luikse fort Pontisse vervolgens een noodbrug over de Maas.

    Over deze pontonbrug zouden vanaf 5 augustus 1914 duizenden Duitse soldaten met hun kanonnen de overkant van de Maas bereiken om vervolgens de Luikse forten ook van de westkant aan te kunnen vallen.



    04-08-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (1 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Britse engagement

    Groor-Brittannië was bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog de enige grote Europese strijdmacht zonder dienstplicht.

    Zijn beroepsleger - veel kleiner dan dat van zijn Europese bondgenoten - bestond volledig uit vrijwilligers.

    Toch was het vermoedelijk een van de beste. De beroepsinfanteristen bvb waren sterk getraind, bekwaam in alle aspecten van het oorlogsvoeren,

    en befaamd om het volume en de doeltreffendheid van hun vuursalvo's.

    Een Britse beroepssoldaat beschreef eens de invloed van doeltreffende salvo's op een compgnie Duitsers in Bergen in augustus 1914...

    " Ze werden gewoonweg de lucht ingeblazen door een salvo vanaf 680 meter en bijna iedere kogel trof tweemaal doel in hun krankzinnige formatie".



    Het leger dat Groot-Brittannië in 1914 naar Frankrijk stuurde stond bekend als de British Expeditionary Force en bestond aanvankelijk uit ongeveer 100.000 manschappen.


    (King George inspecting troops of the British Expeditionary Force)


    Het was een goed uitgebalanceerd leger, maar het bleek niet opgewassen tegen het leven in de loopgraven en de zware Duitse artillerie-aanvallen.

    Bovendien had het te weinig machinegeweren (slechts 120 in augustus 2014), dit in tegenstelling met het Duitse leger waar zij over meer dan 10500 stuks konden beschikken... het Duitse leger was dan ook veel groter...


    (twee Britse soldaten met een vickers machinegeweer)


    De grootste troef van de Britten was hun sterke zeemacht.

    Op het belangrijke vlak van dreadnought-slagschepen en -kruisers, genoor de Britse zeemacht een meerderheid van 28_18 ten opzichte van de Duitse Hochseeflotte.

    De dreadnought was een type van slagschip dat in het begin van de 20e eeuw door diverse landen gebouwd werd.

    De naam is afgeleid van het eerste schip van dit type, de Britse HMS Dreadnought.

    Tot aan het begin van de twintigste eeuw hadden pantserschepen meerdere kalibers geschut, die, volgens de gewoonte bij de houten linieschepen uit de zeiltijd, opgesteld waren op meerdere dekken en door geschutpoorten in de romp vuurden.

    Aan dek was nog ruimte voor twee tot vier kanons van een zwaarder kaliber.

    Men begon in te zien dat dit een verspilling van draagvermogen was: op zee wordt het gevecht gevoerd met de zwaarste kanons op grote afstand en beter was het om het lichtere geschut op te geven en het vrijkomende gewicht te benutten om meer stukken

    van het zwaardere kaliber te voeren. Een ander nadeel van het plaatsen van geschut van uiteenlopend kaliber was dat de vuurleiding moeite had om in te schatten of de afgevuurde granaten op de juiste plaats "dekkend" neerkwamen.

    Er waren immers allerlei fonteinen van water te zien.

    Wanneer al het geschut hetzelfde kaliber had was dit probleem weggenomen.

    In 1906 nam Groot-Brittannië als eerste een slagschip in gebruik volgens dit idee, HMS Dreadnought.



    Het schip was bewapend met 10 kanons van 304,8 mm (12 inch) in 5 dubbeltorens en het was sneller en beter bepantserd dan zijn tijdgenoten.

    De voordelen zijn overigens niet alleen verkregen door de secundaire bewapening te beperken: met een waterverplaatsing van 18.000 longton was het ook het grootste oorlogsschip van zijn tijd.

    Het concept was wel dermate vernieuwend dat alle andere slagschepen op slag verouderd waren.

    Men sprak vanaf die tijd dan ook vaak van dreadnought-type slagschepen (of kortweg dreadnoughts) en pre-dreadnoughts.

    Alle andere toonaangevende marines haastten zich vanaf dat moment om soortgelijke schepen te bouwen.

    De wapenwedloop op zee die al enkele jaren tussen Engeland en Duitsland gaande was kreeg daarmee een nieuwe impuls.

    Vlak voor de Eerste Wereldoorlog had Nederland ook plannen om dergelijke schepen aan te schaffen maar door de oorlog werden de schepen nooit gebouwd.

    Hier onder volgt een lijst met landen met marines die dreadnoughts in dienst hadden:

    Europa

    • Groot-Brittannië
    • Duitsland
    • Frankrijk
    • Italië
    • Rusland
    • Oostenrijk-Hongarije
    • Spanje




    04-08-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (1 Stemmen)
    03-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.3 augustus : Groot-Brittannië mobiliseerd

    De Belgische regering verwerpt het ultimatum van Duitsland.

    Zij krijgt de bevestiging dat Groot-Brittannië en Frankrijk gewapende steun zullen leveren bij een Duitse aanval.

    En daarop volgt een algemeen mobilisatiebevel in Groot-Brittannië.


      


    Duitsland verklaart Frankrijk de oorlog.

    Tot ergernis van zijn partners in de 'triple alliance' (Duitsland en Oostenrijk-Hongarije), verklaart Italië om neutraal te blijven.

    De Italiaanse regering argumenteert dat de aanval op Servië niet gedekt wordt door de voornamelijk defensieve bepalingen van het verdrag van de Triple Alliance.



    Ondanks de wens van de ziekelijke koning Karel van Roemenië om aan te sluiten bij Duitsland en Oostenrijk-Hongarije, kiest zijn regering voor gewapende neutraliteit.

    In een begin augustus opgestelde geheime regeringsovereenkomst met Rusland, werd echter afgesproken dat Roemenië er territorium bij krijgt als de Russische strijdkrachten succesvol zouden blijken in de oorlog tegen Duitsland en Oostenrijk-Hongarije.

    De ware belangen van Roemenië werden duidelijk op 23 oktober, wanneer het zijn grenzen sluit voor Duitse bevoorrading op weg naar Turkije.

    Turkije neemt daarop officieel het standpunt in van gewapende neutraliteit en mobiliseert zijn strijdkrachten.


    03-08-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Strategische en tactische oorlogsplannen in het oosten.

    De oorlogsstrategieën van Oostenrijk-Hongarije en Rusland zaten grotendeels op één lijn met die van Duitsland.

    Oostenrijk-Hongarije had twee plannen : ten eerste was er plan B om te vechten in de Balkan, met Servië als vijand, en ten tweede was er plan R om te vechten op twee fronten tegen Servië en hun bondgenoot Rusland.

    Volgens het latere (aangepaste) scenario zouden de Oostenrijks-Hongaarse legers vechten ter ondersteuning van hun Duitse bondgenoten, die in Oost-Pruisen gelegerd zaten.

    De Oostenrijks-Hongaarse legers kregen orders om Polen in het zuiden binnen te vallen om de aandacht van de Russische troepen af te leiden van Oost-Pruisen.

    Andere Oostenrijks-Hongaarse strijdkrachten moesten Servië aanvallen.

    Ook Rusland had twee oorlogsplannen.

    Als Duitsland Rusland zou aanvallen, zouden de Russen in het defensief gaan.

    Tsaar Nicolaas II bezoekt de frontstreek met zijn militaire staf.


    Vielen de Duitsers Frankrijk aan, dan zouden de Russische troepen naar Oost-Pruisen oprukken.

    De Servische strategie daarin werd dus bepaald door de relatief kleine omvang van zijn gewapende strijdkrachten.

    Alleen een defensieve oorlogsvoering was hier realistisch in de hoop dat de gebeurtenissen op de andere fronten de vijand zouden dwingen om troepen snel uit Servië weg te halen...


    03-08-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    02-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 augustus : Duitsland verklaart de oorlog aan Frankrijk

    Op 2 augustus 1914 schreef Koning Albert I een persoonlijke brief aan de Duitse keizer, in een laatste poging het onheil af te wenden.

    Om 19.00 uur kwam als antwoord een ultimatum waarin werd meegedeeld dat Frankrijk Duitsland zou aanvallen door België en dat België niet in staat zou zijn deze aanval af te weren.



    Duitsland verzocht toestemming door België heen te trekken om Frankrijk tegen te houden.

    Op datzelfde moment passeerden Duitse troepen reeds de Luxemburgse grens.

    De Luxemburgse regering ontving een telegram waarin stond dat Duitsland op de hoogte was van de Franse optocht naar Luxemburg en dat Duitsland daarom uit zelfverdediging de

    Luxemburgse neutraliteit moest schenden. Diezelfde dag nog kwam Luxemburg in Duitse handen.

    Koning Albert I gaf op 3 augustus een ontkennend antwoord aan Duitsland nadat hij de bevestiging voor gewapende steun ontving van het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk.

    Als antwoord hierop verklaart Duitsland de oorlog aan Frankrijk.

    De Belgische legers werden hierop als volgt verplaatst:

    • 1e divisie van Gent naar Tienen
    • 2e divisie van Antwerpen naar Leuven
    • 3e divisie zou verhuizen naar Tongeren (want Koning Albert I vreesde een inval via Nederlands-Limburg) maar minister van oorlog De Brocqueville hield deze divisie in Luik
    • 4e divisie bleef in Namen
    • 5e divisie van Bergen naar Perwez
    • 6e divisie van Brussel naar Waver



    02-08-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 augustus : de Franse mobilisatie

    President Raymond Pointcaré van Frankrijk gaat dan toch akkoord met de uitvaardiging van een algemene mobilisatie.



    Terwijl Duitse troepen Luxemburg bezetten, stelt Duitsland aan België een ultimatum :

    de Duitse troepen moeten ongehinderd over Belgisch grondgebied kunnen trekken om een Franse aanval te verhinderen.

    Het ultimatum is maar 12 uur geldig en er worden reeds grensconflicten tussen Franse en Duitse troepen gemeld.

    In Turkije is de Minister van Oorlog - Enver Pasha - , een agressieve nationalist die de glorie van het Ottomaanse Rijk als een grote regionale macht wil herstellen,

    arrangeert een geheime militaire alliantie met Duitsland om zijn land te beschermen tegen een mogelijke Russische aanval.

    Later wordt hij waarnemend bevelhebber van het Turkse leger.




    02-08-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    01-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.1 augustus : mobilisatie

    De Belgische regering verklaart haar militaire neutraliteit te bewaren bij elk conflict en wordt daarin gesteund door Groot-Brittannië en Frankrijk.

    In Duitsland zijn ze om 17.00u begonnen met de mobilisatie en verklaart het Rusland om 19.10u de oorlog.


         

    01-08-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (3 Stemmen)
    31-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.31 juli : Duitsland mobiliseert

    De chef van de Duitse Generale Staf - Generaal Helmuth von Moltke - bericht aan zijn Oostenrijks-Hongaarse evenknie - Generaal Franz Conrad von Hötzendorf - dat Duitsland zijn troepen zal mobiliseren.

    Rusland moet op 1 augustus om 12.00uur 's middags zijn oorlogsvoorbereidingen staken.

    De Franse regering moet haar politieke standpunt duidelijk maken over elk conflict tussen Duitsland en Rusland.

     

    31-07-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    30-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.30 juli : Nederland

    De Nederlandse regering verklaart neutraal te blijven.

    Toch werden veel soldaten opgeroepen om de grenzen te bewaken.



    30-07-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (3 Stemmen)
    29-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.29 juli : de Duitse marine mobiliseert

    De Balkanstaat blijft neutraal.

    De Duitse zeemacht krijgt opdracht te mobiliseren.

    Daaronder valt de belangrijkste troepenmacht - de Hochseeflotte - die begint te verzamelen langs de Jade-rivier.



    Rusland wordt ervan op de hoogte gebracht dat zijn recente gedeeltelijke mobilisatie de oorlog zal doen uitbreiden.

    Tsaar Nicolaas II ondertekent om 18.00u het bevel tot gedeeltelijke mobilisatie dat van kracht zal zijn vanaf 4 augustus.

    Bij het eerste gevecht van wat WOI zal worden, bombarderen Oostenrijks-Hongaarse schepende stad Belgrado vanaf de Donau.





    29-07-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    28-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.28 juli : de oorlogsverklaring

    Oostenrijk-Hongarije verklaart 's middags de oorlog aan Servië...



    De regering van Groot-Brittannië stuurt haar oorlogsschepen naar de diverse bases.

    De belangrijkste troepenmacht - de Home Fleet - verzamelt in de oorlogshaven van Scapa Flow in de Orkneys voor Schotland,

    vanwaar ze de Noordzee kan domineren en de toegang tot de wereldzeeën kan ontzeggen.


    28-07-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    27-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.27 juli : Belgie mobiliseert

    Op 27 juli 1914 bestond het leger uit 15 gevechtsklare eenheden waarvan er elf door loting waren samengesteld, drie door persoonlijke dienstplicht en één door opgevoerde dienstplicht.

    Het veldleger bestond formeel uit 143.000 man, maar hiervan waren 40.000 man niet komen opdagen.

    Verder waren er 14.000 beroepsmilitairen, 65.000 in het vestingsleger en 19.000 rijkswachters en leden van het officierskader.

    Op 31 juli 1914 kondigde België de algemene mobilisatie af. Het veldleger bestond uit zes divisies, één cavaleriedivisie (4500 ruiters) en legertroepen.

    Een legerdivisie bestond uit drie of vier brigades, op hun beurt bestaande uit twee infanterieregimenten, een artilleriegroep (twaalf kanonnen na 75 mm),

    een regiment cavalerie, een regiment artillerie (36, 75 en 150 mm kanonnen), genietroepen en diensten.

    Verder beschikte het leger over 37.600 paarden, 2600 wagens en 1500 auto's.

    • 1e divisie in Gent, naar het Verenigd Koninkrijk gericht
    • 2e divisie in Antwerpen naar Nederland gericht.
    • 3e divisie in Luik, tegen het Duitse leger
    • 4e divisie in Namen, tegen de Franse troepen
    • 5e divisie in Bergen, in de streek tussen Maubeuge en Rijsel
    • 6e divisie in Brussel als hoofdkwartier van de cavalerie

    Het veldleger beschikte over 93.000 geweren, 6000 sabels, 324 kanonnen en 102 machinegeweren.

    Het kader had geen ervaring en er bestond geen opleiding voor soldaten, zodat ze met hun verschillende uniformen en zonder wapens een ordeloze troep vormden.

    De infanterie was in reorganisatie en beschikt daardoor niet over voldoende zwaar geschut.

    Dit alles stond onder het bevel van generaal Gérard Leman.



    Ook de eensgezindheid omtrent de verdediging was ver te zoeken.

    Luitenant-generaal Selliers de Moranville wilde het leger terugtrekken naar Antwerpen dat als bevoorradingsplaats dienst kon doen, terwijl vestingtroepen in Luik en Namen de Duitse opmars moesten belemmeren.



    Kolonel baron Louis de Ryckel wilde daarentegen het veldleger positie laten innemen tussen de Ourthe en de Duitse grens, met later eventueel terugtrekking tot Antwerpen.



    Koning Albert I koos uiteindelijk voor een legerconcentratie op de linkeroever van de Maas, met Antwerpen als basis voor bevoorrading.



    27-07-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    25-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.25 juli : de politieke situatie in Servie

    Terwijl ze hun strijdkrachten mobiliseren, stemmen de Serviers in met negen van de tien eisen van het ultimatum.

    De Oostenrijks-Hongaren vinden dat onaanvaardbaar en Keizer Franz-Joseph beveelt de mobilisatie van zijn troepen.

    De Russische Tsaar Nicolaas II en zijn minister van oorlog, de groothertog Nicolaas, stemmen in met een gedeeltelijke mobilisatie van de troepen om Servie te beschermen.

    Duitsland dreigt, samen met Italie die ook een bondgenoot is van Oostenrijk-Hongarije, zijn strijdkrachten te mobiliseren als Groot-Brittannië en Frankrijk de oorlogsvoorbereidingen van Rusland niet beteugelen.



    25-07-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (1 Stemmen)
    23-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.23 juli : de politieke situatie in Oostenrijk-Hongarije

    Oostenrijk-Hongarije stelt Servie een ultimatum na diverse ontmoetingen met de Duitse Keizer Wilhelm II en zijn adviseurs, die Oostenrijk-Hongarije steunen.

    De eisen van het ultimatum zouden Servie zijn onafhankelijkheid ontnemen.

    Oostenrijk-Hongarije eist een antwoord binnen de 24 uur.


      



    23-07-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    28-06-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De moord op aartshertog Franz Ferdinand

    28 juni 1914

    Aartshertog Franz Ferdinand, troonsopvolger voor het Oostenrijks-Hongaarse Rijk en zijn vrouw worden vermoord in Sarajevo, de hoofdstad van de provincie Bosnië.

    Gravrilo Princip, een radicale Bosnische Serviër, wordt samen met enkele samenzweerders gearresteerd.

    Princip is lid van een Servische nationalistische organisatie, De Zwarte Hand, die de Balkan onder Servische heerschappij wenst te zien.

    Oostenrijk-Hongarije verdenkt Servië ervan rechtstreeks bij de aanslag betrokken te zijn...








    28-06-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Inleiding



    De wortels van Wereldoorlog I moeten gezocht worden in het vierde kwartaal van de 19de eeuw, toen de leidinggevende machten in Europa - net zoals in de rest van de wereld -  een politiek hoogst riskant spelletje speelden.

    Tot de betrokken partijen behoorden vooral Oostenrijk, Hongarije, Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland en Rusland.

    Voorwerp van hun rivaliteit, aangewakkerd door een alom aanwezig nationalisme, waren de economische expansie, de wedloop naar kolonies en hert streven naar militair prestige.

    Aan de wedren naar macht en aanzien nam ook de Duitse Keizer Wilhelm II deel, een besluitloze en beïnvloedbare militarist die zichzelf betitelde als 'Duitslands Eerste Soldaat'.

    Hij kwam in 1888 aan de macht.


    Het kolonialisme, waarbij een andere staat de heerschappij verwierf over een gebied en zijn inwoners, werd gestimuleerd door het nationalisme, de mening dat een ras superieur is aan een ander.

    De Europese kolonisten waren overtuigd van hun superioriteit en hun recht om gebieden te bezetten van volkeren die zij als inferieur beschouwden.

    Voor de leidinggevende machten in Europa, net als in de Verenigde Staten en Japan, boden kolonies twee voordelen.

    Onder het mom dat ze de inheemse bevolking beschaving zouden bijbrengen, gebruikten ze die kolonies als bronnen van grondstoffen en potentiële afzetmarkten, wat hun regeringen prestige opleverde.

    Hoewel de wedloop naar kolonies duur uitviel en ze meestal geëxploiteerd werden door privéondernemingen, deden de Europese regeringen er alles aan om hun rivalen bij te blijven.

    De koloniale expansie kwam pas echt op dreef in de tweede helft van de 19de eeuw : in 1870 controleerden de Europese machten zo'n 70% van de wereldbol, in 1914 was dat al 85% !

    Ze concentreerden zich vooral op Afrika, dat eerder aan kolonisatie ontsnapt was.

    Hoewel de medische wetenschap erop vooruitging en dodelijke ziektes zoals de gele koorts geneesbaar maakte, bezweken vele Afrikaanse kolonisten.

    De technologie leverde moderne wapens waarmee relatief kleine groepjes Europeanen plaatselijke oppositie konden neerslaan.

    Tegen het eind van de 19de eeuw bleek het steeds moeilijker nieuwe kolonies te vinden.

    De leidinggevende machten raakten verwikkeld in een conflict - zo niet een openlijke oorlog - toen ze elk voor zich gebieden probeerden te bezetten die rijp waren voor kolonisatie.

    In 1898 dreigde een oorlog tussen Groot-Brittannië en Frankrijk toen een Franse expeditie optrok naar Fasjoda, een stad in het door Engeland gecontroleerde Soedan.

    In 1911 stuurde Duitsland een kanonneerboot naar Agadir in Marokko, een stad die bezet was door de Fransen, om er de Franse heerschappij te betwisten.

    Soms werd ook indirect actie ondernomen : zo voerden de Boeren van Zuid-Afrika in 1899 een langdurige onafhankelijkheidsoorlog tegen Groot-Brittannië, met de steun van Duitsland.



    Naast de strijd om kolonies raakten de grote Europese machten verwikkeld in een wapenwedloop.

    Ze moesten hun uitgebreide kolonies beschermen, de handel veilig stellen en evenveel militaire macht behouden als hun buren.

    Geen enkel land gunde een ander een onbetwist militair voordeel. De wapenwedloop viel samen met de snelle industrialisering en vernieuwing van de militaire technologie.

    Wapens werden steeds krachtiger, dodelijker en in grote hoeveelheden beschikbaar door standaardisering en massaproductie.

    Typisch voor de wens van militaire gelijkheid, zo niet regelrechte superioriteit, was de maritieme wapenwedloop.



    In de late jaren '90 van de 19de eeuw beschikte Groot-Brittannië, de grootste koloniale macht, over 's werelds uitgebreidste zeemacht, op de voet gevolgd door Frankrijk en Rusland.

    De Britten dreven hun productie van oorlogsschepen op om een nieuwe zeemacht te vormen, die zowel de Russische als de Franse vloot moest aankunnen.

    Die strategie kwam hen echter letterlijk duur te staan, vooral toen ze vlak daarna betrokken raakten bij een maritieme wapenwedloop met Duitsland.

    De Britten wilden steeds betere oorlogsbodems bouwen, wat zijn apotheose bereikte in 1906 met de tewaterlating van HMS Dreadnought, een oorlogsschip uitgerust met nieuwe technologieën, dat alle andere schepen in de schaduw stelde.





    De rivalen van Groot-Brittannië, zich plotseling bewust van de kwetsbaarheid van hun vloten, begonnen hun eigen hoogtechnologische oorlogsbodems te bouwen naar het voorbeeld van de Dreadnought.

    De koloniale, economische en militaire rivaliteit beïnvloedden het machtsevenwicht dat de relaties beheerste tussen de vooraanstaande Europese naties.

    Behaalde één natie een voordeel, dan zou haar belangrijkste rivaal dat voordeel op een bepaalde manier ontkennen.

    Het machtsevenwicht draaide erom geen enkele natie de onbetwistbare leiding te geven.

    Bij het begin van de 20ste eeuw bleek Duitsland te land superieur, het bezat een dynamische industriële basis en wilde zijn macht in Europa uitbreiden.

    Groot-Brittannië was de grootste koloniale macht, beschikte over de sterkste zeemacht en een sterke industrie.

    Rusland daarentegen bleef in wezen een feodale agrarische maatschappij. Zijn strijdkrachten leden een vernederende nederlaag tijdens de Russisch-Japanse Oorlog (1904-1905).




    Oostenrijk-Hongarije raakte verscheurd door etnische spanningen, vooral in de Balkan, waar zijn macht betwist werd door de vurige Servische nationalisten.

    Frankrijk was politiek onstabiel, industrieel zwak en wrokkig na zijn nederlaag in de Frans-Pruisische Oorlog (1870-1871).

    Voor het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog waren de Europese machten steeds wisselende allianties met elkaar aangegaan, afhankelijk van welk land het machtsevenwicht scheen te bedreigen.

    Vanaf 1890 werd de aandacht gericht op Duitsland, waar Keizer Wilhelm II een strategie uitdokterde om Duitsland tot een leidinggevende Europese macht te maken.

    Die strategie stond steeds centraler in Wilhelms buitenlands beleid toen Duitsland zijn overzeese bezittingen niet kon uitbreiden omdat er nog maar weining landen gekoloniseerd konden worden.

    Duitsland en Oostenrijk-Hongarije sloten een verbond en werden samen de 'centralen'. Daartegenover stonden Groot-Brittannië, Frankrijk en Rusland de 'triple entente'.

    Die allianties, zowel informeel als formeel, betekenden dat een aanval op één alliantielid beschouwd werd als een aanval op de gehele alliantie.

    Keizer Wilhelm  koesterde ambities om het Duitse territorium  uit te breiden tot in het door Rusland gedomineerde Oost-Europa, wat de aanzet zou zijn tot een oorlog met Frankrijk, bondgenoot van Rusland.

    Wilde Duitsland een expansie doorvoeren in Oost-Europa, dan had het een reden nodig om oorlog te voeren.



    Alle Europese machten waren zich bewust van het netwerk van allianties en de meeste oorlogsplannen waren gebaseerd

    op de premisse dat bij een oorlog tussen twee leden van de rivaliserende allianties de overige naties meteen zouden reageren.

    Zodoende moest men plannen ontwikkelen om de legers snel te kunnen mobiliseren en naar het front te brengen, wat dan meestal per trein diende te gebeuren.

    Die noodzaak deed zich het sterkste voelen in Duitsland dat mogelijk oorlog moest voeren op twee fronten tegen het geallieerde Frankrijk in het westen en Rusland in het oosten.

    Snelle mobilisatie gevolgd door een preventieve aanval op Frankrijk - dat vermoedelijk rapper zou mobiliseren dan Rusland -  werd het sleutelelement in de Duitse oorlogsstrategie.

    Dat betekende een aanval op België, waarvan de koolmijnen waardevol waren voor de Duitse zware metaalindustrie.

    België's neutraliteit werde echter gewaarborgd door Groot-Brittannië en alle andere grote Europese machten, inclusief Duitsland.

    Het ontbrandingspunt tussen de twee allianties was de Balkan, een streek verscheurd door etnische verdeeldheid en nationalistische aspiraties,

    met als bijkomend probleem de ambities van Oostenrijk-Hongarije en Rusland die beide hun voordeel wilden doen met de tanende Turkse invloed in de streek. Servië, waarvoor Rusland garant stond, was een ambitieuze Balkan-macht, die de Oostenrijks-

    Hongaarse expansie in de regio wilde beteugelen en een 'Groot-Servië' realiseren.

    Oostenrijk-Hongarije, de zwakste van de 'centralen' werd gesteund door Duitsland. Keizer Wilhelm II had zijn plannenmakers de opdracht gegeven zich voor te bereiden op een oorlog eind 1912-begin 1913

    toen bij een lokaal conflict in de Balkan Servië territorium verwierf op het Turkse Rijk en de Oostenrijks-Hongaarse bezittingen in het Noord-Adriatische gebied bedreigde.

    Oostenrijk-Hongarije zou de oorlog verklaren indien Servië zijn veroveringen langs de Adriatische kust niet opgaf.

    Dat zou een reactie van Rusland uitlokken, en van Frankrijk.

    Onder diplomatieke druk trok Servië zich terug. De weg naar een lokaal conflict dat een Europese Oorlog kon ontketenen lag open.



    Duitsland hoefde niet lang te wachten om te profiteren van een soortgelijk politiek incident.

    Op 28 juni 1914 werd de Oostenrijks-Hongaarse troonopvolger, aartshertog Ferdinand, tijdens een bezoek aan Sarajevo (toen de hoofdstad van de Oostenrijks-Hongaarse provincie Bosnië)

    vermoord door een Servische nationalist.



    In 1914 geloofden de meeste landen, evenals hun burgers en politici, dat ze voor een gerechtvaardigde zaak zouden strijden. Algemeen heerste er een enthousiasme voor de oorlog, een enthousiasme dat echter gedoemd was te sterven, net als de duizenden soldaten die geveld werden door machinegeweren, artellerievuur en gevechten in de loopgraven tijdens het eerste oorlogsjaar...


    28-06-2014, 00:00 geschreven door guy  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (6 Stemmen)
    Zoeken in blog


    Inhoud blog
  • 15 juli : 2de Slag bij de Marne
  • 1 maart 1918 : vierde slag om Ieper en wapenstilstand op 11 november
  • 20 november 1917 : Slag om Kamerijk / Cambrai
  • 10 november 1917 : einde van de oorlog rond Ieper
  • 6 november 1917 : Passendale valt
  • 26 oktober 1917 : Passendale onder het gifgas
  • 12 oktober 1917 : Gen. Haig verliest opnieuw Passendale
  • 4 oktober : Slag bij Tyne Cot
  • 31 juli 1917 : Slag om Passendale
  • 11 juli 1917 : Britten bombarderen de Duitsers in Ieper
  • 7 juni 1917 : Slag om Mesen
  • 12 juni 1916 : Hill 62 in Canadese handen
  • 6 juni 1916 : de Hill's 60 en 62 in Duitse handen
  • 2 juni 1916 : de strijd om Mount Sorrel
  • 30 juli 1915 : 't Hooge in de vlammen
  • 18 juli :'t Hooge opgeblazen
  • 25 mei 1915 : offensief valt stil
  • 24 mei 1915 : Britten verdedigen Bellewaerde
  • 8 mei 1915 : Duitsers veroveren de Frezenberg
  • 6 mei 1915 : generaalswissel aan het front
  • 17 april 2015 : 2de Slag om Ieper
  • 25 december : het fameuze kerstbestand
  • 8 december : Slag bij de Falkland-eilanden
  • 5 december : Slag bij Limanowa-Łapanów
  • 17 november : Slag bij Lodz
  • 21 oktober : Slag op Langemark
  • 12 oktober : Gent en Brugge vallen
  • 10 oktober : de val van Antwerpen
  • 9 oktober : Slag bij Iwangorod
  • 9 oktober : de Slag bij Warschau


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs