2 augustus 2008
nog altijd hoog in de bergen
Ondanks de grote hoogte, gaan Eva en ik een extra tochtje maken. De tegenoverliggende berg ziet er spectaculair uit. Dat kan ook gezegd worden van de beekjes in de delta, die op een uur tijd zijn omgetoverd tot een machtig bekken van snelstromend water. Het gewassen sneeuwwater dwingt ons rechtsomkeer te maken en dan maar de heuvel achter ons kamp te beklimmen. Er is geen pad. Losse stenen schuiven onder onze voeten naar beneden. Ik bereik als eerste een enorme rode rotsblok. Voor me liggen bergen van 6000 meter en hoger. Donkere wolken omhullen de spitsen. Rechts achter me priemen witte toppen tegen de dreigende lucht. Daartussen schijnt het zonnetje heerlijk. Ook Eva klimt nu op de rode rots. Het uitzicht maakt ons stil.
Op het nu volgende moment bereid ik me al maanden voor. Als Eva om een mueslireep vraagt, stop ik haar iets anders in de hand. Ze kijkt me verwonderd, doch opgewonden aan. Langzaam haalt ze het roze lintje van het kartonnen doosje, dat meer dan twee weken in mijn rugzak verstopt zat. De wind speelt door haar haar. Uiteindelijk heeft ze het kleine zilveren juweeltje in haar handen. Voorzichtig schuif ik de ring rond haar vinger. Hoera! Hij past wonderwel! Ik vraag of ze misschien de mama van mijn kinderen zou willen worden. Haar ogen stralen, een lange glimlach vormt zich op haar lippen. Dan draait ze zich om en volgt een langzame zoen...
Eva moet lachen. Herhaaldelijk vraagt ze zich af wat er nu zonet gebeurd is. Als een meisje dat net een nieuwe pop gekregen heeft, huppelt ze aan mijn hand de berg af. Ze kijkt me steeds weer aan en roept dan verbaasd Huh?.
De donkere wolken die daarstraks nog boven in de bergen hingen, zijn gezakt tot in de vallei. Er steekt een angstaanjagende wind op. De piketten van ons tentje worden uit de grond gerukt. Als ik naar buiten loop om wat verstevigingen aan te brengen, begint het te hagelen. De kleine witte bolletjes worden door de wind met een enorme snelheid tegen elk obstakel aan geblazen.
Als we s avonds ons tentje inkruipen, sneeuwt het zacht. Ik kruip wat dichter bij Eva.
Uit het reisdagboek van Wim
Categorie:Kvraagetaan
|