Onlangs maakte
wetenschapster Natasha Karp e.a. de wetenschappelijke wereld erop
attent dat een mogelijke reden waarom er zo weinig geneesmiddelen die
op muizen goed werken doorstoten naar de geneesmiddel voor mensen. De oorzaak ligt hem
in de verschillen tussen mens en dier en de fouten in de methodiek
Hoog tijd dat daar
verandering in komt, stelt een groep wetenschappers in Nature
Communications. Om grip te krijgen op de verschillen tussen
mannetjes- en vrouwtjesdieren analyseerden ze 234 kenmerken van meer
dan 50.000 muizen uit tien onderzoeksinstituten over de hele wereld.
De resultaten zijn schokkend.
Ze bestudeerden
ongeveer 14000 dieren op hun biometrie en andere eigenschappen. Zowel
categorische eigenschappen o.a. abnormale schedelomvang of
een vertroebeld hoornvlies als de continue eigenschappen als
gewicht, botdichtheid, glucoseintolerantie, enz . Wat bleek? Dat er
duidelijk verschillen waren tussen deze eigenschappen én dat ze
geslachtelijk gebonden waren! Ook het erfelijk
materiaal van de labo muizen bleek significant te verschillen. Bv.
bij de gen muizen die gekweekt worden voor erfelijk onderzoek.
Vermits het aandeel
mannetjes bij proefmuizen veel groter is dan dit van de vrouwtjes
kan dat leiden tot de zogenaamde bias of vertekening van een
onderzoek. Omdat bij vrouwtjes andere resultaten kunnen bekomen
worden.
Uit vorig onderzoek
bleek al dat de omgevingstemperatuur in labos te laag is voor de
muizen en de dieren erdoor in continue koudestress verkeren. Ook
reageren hun hersenen en immuunsysteem anders dan dat van ons. Allemaal factoren
die een labo-experiment bij deze dieren kunnen beïnvloeden, negatief
of positief, en daardoor ook de
resultaten .
Dit zijn ernstige
argumenten om in de toekomst mee rekening te houden
bron: Natasha Karp et
al. Prevalence of sexual dismorfism in mammalian phenotypic traits, Nature
Communications, 26 juni 2017.
Schaapfoetus groeit verder in plastieken baarmoeder
Wetenschappers
zijn erin gelukt om een schaapfoetus met succes verder te laten
groeien in een plastieken baarmoeder.
Verschillende
lammeren werden met keizersnede geboren en daarna geëuthanaseerd
voor verder onderzoek. Eén dier loopt nu vrij rond bij een boer in
Pennysylvania.
Het
is niet de bedoeling om menselijke foetussen jonger dan 23 weken te
laten ontwikkelen in een plastieken baarmoeder. Deze zou wel de
couveuse kunnen vervangen bij foetussen vanaf 23 weken.
Aldus
de onderzoekers.
Er
zijn nog geen ethische of morele kwesties maar ze komen eraan dat is
zeker. Je kan je de vraag stellen of al dit gesleutel aan de
menselijke voortplanting wel hoeft! We zitten op dit moment al met de
gevolgen van een overpopulatie aan homo sapiens specimen op deze
planeet. Wat gaan de gevolgen zijn voor de mensheid? Maar laat ons
verder kijken, de mens staat niet stil en wil verder doorgaan. Gaan
we naar een stadium vergelijkbaar met de eierleggende zoogdieren?
De
prestatiegerichte economie zal er wel onder varen. Vrouwen kunnen
langer aan het werk! Maar hoe gaan de relaties tussen man en vrouw
evolueren nu vrouwen niet meer het alleenrecht op het voortbrengen
van het nageslacht meer hebben? Gaan vrouwen verlaagt worden tot
stoeipoezen voor de mannelijke lusten? Wat met de kind
ouderbinding? Nog veel meer vragen zullen zich opdringen. Dit kan een
tsunami effect hebben voor onze samenleving. Alsmaar een bewijs dat
we meer en meer vervreemden van onze roots en de leefomgeving.
Morele
vraagstukken bvb. Wat met ouders die op geen andere manier kinderen
zouden kunnen krijgen?
Hier
is een lange weg te gaan. We moeten ons realiseren dat we niet meer
alleen het individueel belang moeten leren respecteren maar ook leren
luisteren naar wat de natuur ons vertelt.
Dit
vraagt een totale mentaliteitswijziging bij de moderne mens. De
volkeren die meer met de natuur leven hebben dit al geleerd en
aanvaarden het verdict beter. Hier kunnen we nog iets van leren.
Cheeta of jachtluipaard Leefgebied cheeta vroeger en nu
Het jachtluipaard of cheeta wordt door het CITES op de rode lijst van
bedreigde diersoorten geplaatst. Men schat het aantal in het wild
levende cheeta's rond de 7000 stuks. De soort wordt bedreigt door
teloorgang van hun habitat door menselijke ingrepen bvb. omvorming van
grond voor landbouwactiviteiten, illegaal afschot en stroperij van de
jonge dieren die dan als huisdier worden verkocht. Als de dieren
volwassen worden dumpt men ze meestal. Het jachtluipaard heeft kenmerken
van de katachtigen als van de hondachtigen. Ze maken een blaffend
geluid en hun klauwen zijn niet intrekbaar. Hun leefgebied omvatte
vroeger Afrika en Azië.
In Azië leeft in Irak een restpopulatie van een 40 tal dieren. Maar
door de genetische bottleneck fenomeen dat de soort bedreigt is de kans
op overleving van de soort er dramatisch. Het bottleneck fenomeen
ontstond doordat de soort een 10.000 jaar geleden bijna uitgestorven
was. Uit de overblijvende restdieren zijn de huidige dieren ontstaan.
Maar dit heeft tot gevolg dat de dieren sterk genetisch verwant zijn en
dus kwetsbaar! Er zijn diverse projecten in onder andere Zuid-Afrika en
India om de jachtluipaard voor uitsterven te behoeden. het project in
India behelst een herintroductie project.De jachtluipaard wordt als
snelste roofdier op het land beschouwd. Er wordt aangenomen dat de
maximumsnelheid 105 km/uur bedraagt. De hoogst gemeten snelheid was 98
km/u. De cheeta heeft dit nodig omdat ie op het zicht jaagt en zijn
prooi achtervolgt door ze achterna te zitten. Andere katachtigen jagen
uit een hinderlaag. Tenslotte nog een woord over de koningscheeta die
vroeger als ondersoort werd beschouwd is gewoon een kleurvariëteit. Typisch
zijn het grotere vlekkenpatroon dat in elkaar overloopt, grilliger is
en de zwarte lijn op de rug. Tegenwoordig komt deze variëteit meer voor
in gevangenschap omdat ze gekweekt worden dan in het wild waar ze zeer
zeldzaam zijn
Het IUCN heeft de giraf op de rode lijst van bedreigde diersoorten gezet. De achteruitgang van deze bekende soort waarvan in 1985 er nog 163.000 exemplaren werden geteld is anno 2016 met 97.000 dieren dramatisch te noemen. Als reden van hun sterke achteruitgang worden verschillende redenen aangehaald zoals stroperij en verlies van hun natuurlijke habitat. Maar de soort wordt ook getroffen door het toenemende geweld in verschillende delen Afrika.Zoals in het noorden van Kenia, Somalia, Ethiopië en Zuid Soedan.
Een vakantieganger van Zuid Frankrijk beschrijft in zijn blog een
vreemde waarneming van een relmuis (slaapmuizen) en een bosmuis (ware
muizen). De twee verbleven samen op zolder en rotzooiden er met hels
kabaal gedurende de nacht. Tot ergernis van de bewoner. Dit is wel een
zeer opmerkelijke waarneming omdat beide soorten niet verwant zijn.
Volgens biologen zou de overvloed aan geslachtshormonen tot zulke
situatie kunnen leiden door gebrek aan een soorteigen partner. Of is
hier sprake van xenofilie bij dieren? Alleszins een rare manier van
vreemd gaan.
Teken zijn de schrik van iedereen die buiten actief is omdat ze de
ziekte van lyme kunnen overbrengen. De ziekte wordt veroorzaakt door de
bacterie Borrelia burgdorferi en leidt onder meer tot
aandoeningen van huid, hart, hersenen en spieren. Maar nieuw onderzoek
wijst op een mogelijke remedie tegen de ziekte. Onderzoekers wisten dat
het bba64-gen actief blijkt te zijn bij de overdracht van Borrelia bacterie.
Dus hoopten ze dat bij uitschakeling van dit gen door genetische
manipulatie de besmetting met de bacterie kon voorkomen worden. Dit
bleek bij muizen in het labo. Het uitschakelen van het gen zorgt ervoor
dat teken de ziekte van Lyme nauwelijks meer kunnen overdragen.
Zo hoopt men een vaccin tegen deze vervelende ziekte te kunnen
ontwikkelen zodat men na elke wandeling in het bos zich niet meer hoeft
na te kijken of men gebeten is door een teek.
Bron: PNAS, 5 april 2018 en special ziekte van lyme, kennis van nu nieuws, augustus 2016)
14/7/2016 In de ochtend van 23 september 2015 werd een
dode wasbeer op de E34 te Lille (Wechelderzande) gemeld en ingezameld
door beambte van het Agentschap Natuur en Bos, Werner Van Hove. Het was
een klein vrouwtje van 3010 gram. Na autopsie in Het INBO bleek het om
een jong dier te gaan dat ongeveer 5 maanden werd geschat. De kans is
dus reëel dat het om een lokaal in het wild geboren dier betreft. Na een
wasbeerhond in Vorselaar (zie verder in het blog) is dit het 2de geval
van een exoot in onze contreien. De bestrijding van deze soort
is moeilijk omdat wasberen omnivoor zijn en zich makkelijk kunnen
aanpassen waardoor ze een concurrent voor inheemse soorten worden. Dat
het niet makkelijk is de zulke soort te bestrijden hebben we in het
verleden al gezien bij de inheemse vos die heeft weten te overleven
ondanks de menselijke vervolging. Deze soort is altijd, spijtig genoeg,
bestreden uit onwetendheid ,als concurrent voor de mens en als prooi
voor een elite trofeejagers. Gelukkig wist de vos te overleven en wordt
nu gezien als een eco-regulerende soort door de biologen. Voor de
wasbeer geldt dit niet omdat het eerder een verstoorder is van onze
inheemse eco-systemen.
Op
5 augustus 2014 werd op de E34 ter hoogte van de parking Vorselaar een
wasbeerhond ingezameld door agenten van de snelwegpolitie. Het dier werd
overgebracht naar een diepvriezer van ANB in Ravels. Het ging om een
volwassen mannelijk dier dat 5800 gram woog en in prima conditie
verkeerde. Hoewel ver buiten het voortplantingsseizoen (= vroege
voorjaar) waren er nog vrije zaadcellen aanwezig in de bijballen. Omdat
de testikels een seizoensgebonden cyclus ondergaan (oa. grootte,
aanwezigheid van het aantal actieve zaadcellen, etc...) bleek het hier
om overblijfsel te gaan van een vorige seksuele actieve periode en dus
was het een meerjarig of ouder dier. Ook de slijtage aan het gebit wees
in die richting. De maag bevatte restanten van een bruine rat en veel
gekookt maar ook bedorven kippenvlees. Samen met grote aantallen wormen
van de blauwe vleesvlieg (in volksmond dol of bromvlieg genoemd). Dit
alles wijst erop dat het dier heeft weten te overleven op eigen kracht.
De teennagels waren intact, zonder extra slijtage wat men wel eens ziet
bij dieren in gevangenschap. De vraag blijft wel hoe dit dier daar
terecht kwam omdat het een exoot is wiens leefgebied zich uitstrekt in
Oost Azië.
Meer info op: http://www.zoogdiervereniging.nl/wasbeerhond-nyctereutes-procyonoides
Foto INBO: De wasbeerhond op de autopsietafel, ingezameld op 5/8/2014 te Vorselaar
Het lag in de lijn der verwachting dat de bossen van de provincie
Antwerpen een nieuwe locatie voor boommarters kon worden.Dit werd u
met cameravallen vastgesteld. Toch is de aanwezigheid van boommarter in
de bossen van (Oost) Malle niet nieuw. Enige tijd terug in het begin
van de jaren 90- meldde Ilf Jacobs al de vondst van twee dode
boommarters op minder dan een jaar tijd. De bossen van (Oost) Malle
worden in het zuiden begrensd door de E34, maar aan de overzijde van de
autosnelweg lopen de bossen gewoon door. Daar werd op 1 september 2013
door JNM Neteland een eerstejaars boommarter gefotografeerd met een
cameraval in het gebied Lovenhoek in Vorselaar (INBO-Marternieuws 12).
Ook in Ravels (gewestbossen) en Brasschaat (vondst Peter Symens) zijn er
voorkomende boommarters gemeld.
De populatie exotische pallas'eekhoorns of roodbuikeekhoorns rond Dadizele zijn uitgeroeid schrijft het INBO. De exoten waren een bedreiging voor onze inlandse rode eekhoorn. Vermits de populatie nog beperkt was ging men over tot een uitvangproject, met een positief resultaat tot gevolg. Navraag bij het INBO naar de bestemming van de 248 exemplaren leidde al snel tot een antwoord dat de dieren geëuthanaseerd waren. Iets waar een dierenliefhebber van gaat gruwelen. Te beseffen dat de dieren er gekomen zijn door menselijke domheid en nu worden gedood door diezelfde mens. Met enige ethiek hadden de dieren kunnen gehuisvest worden in afgesloten inrichtingen als bvb. zoo's of andere opvangcentra. Maar dit brengt enorme kosten met zich mee en in tijden van crisis en besparingen koos men voor een radicale oplossing.
Bij een bizar ongeluk in Jumilhac-le-Grand (Dordogne) is eind juli 2010 een Nederlander om het leven gekomen. De 53-jarige man was met
een geweer op jacht naar relmuizen, schrijft de regionale krant.
Hij hield het wapen bij de loop vast en probeerde de dieren met de kolf
dood te slaan. Door onduidelijke oorzaak ging het wapen af. Dat raakte
de man in de buik, met fatale gevolgen.
Relmuizen, ook wel zevenslapers genoemd, komen in Nederland niet voor wel in België (Wallonië).
Vele Nederlanders met een (tweede) huis in Frankrijk weten echter mee te
praten van de overlast die deze uit de kluiten gewassen slaapmuis (hij wordt
15 tot 20 centimeter groot) veroorzaakt. Het nachtdier, dat graag op zolders
huist, maakt zoveel kabaal dat mensen er wanhopig van worden. Het
slachtoffer moet tot het uiterste getergd zijn, aldus de krant. De waarheid achter dit verhaal is echter dat deze man al jaren achtereen samen met een vriend van hem er een sport
van maakte om op deze slaapmuizen te schieten in zijn tuin in Frankrijk. Dat de als ook
beveiliging van het geweer haperde is pure onzin.
noot: Bij ons zijn deze dieren beschermd, in Frankrijk niet !
De 50-jarige vader Stephen Whinfrey uit Doncaster was een geoefend
konijnenjager. Toch maakte hij afgelopen nieuwjaarsdag de fatale
vergissing om zijn hoofd in een smal konijnenhol te steken, zo melden
Britse media vandaag op basis van het lijkschouwrapport. Whinfrey
kwam muurvast te zitten. Hij heeft nog verwoede pogingen gedaan zich
los te wurmen, zo blijkt uit de klauwsporen in de grond naast het
gat, maar tevergeefs.
Een wandelaar vond het levenloze lichaam van de man de volgende
middag. Naast hem lag een dood konijn. Zijn hond zat even verderop,
vastgebonden aan een boom.
In Nederland werd door onderzoekers van Alterra bij toeval een
goudjakhals geregistreerd tijdens een onderzoek naar het terreingebruik
van hoefdieren . Binnen Europa is de soort aan een opmars bezig.
Aanvankelijk kwam de goudjakhals vooral voor op de Balkan en in
Griekenland en Turkije. Inmiddels is de soort echter ook meer naar het
westen en noorden aangetroffen, in landen als Italië, Oostenrijk,
Zwitserland, Tsjechië, Polen en de Baltische Staten. Ook in Duitsland
wordt de soort op een groeiend aantal plekken gezien. De
dichtstbijzijnde melding is afkomstig uit de omgeving van Frankfurt.
We weten nog niets over de oorsprong van het waargenomen dier, zegt
Alterra-onderzoeker Edgar van der Grift. Hij kan op eigen kracht ons
land zijn binnengewandeld, maar het kan ook zijn dat het een ontsnapt
of illegaal uitgezet dier is. Op dit moment proberen we DNA-materiaal
van de goudjakhals te vinden, zoals uitwerpselen of haren. Dat kan meer
inzicht geven in de herkomst van dit dier.
Iedereen een zalig werkjaar toegewenst. Zo ook zijn we uit onze winterslaap ontwaakt bij de eerste lentekriebels. Laat ons al beginnen met nieuws:
- Greenpeace waarschuwt ons voor een dreigende catastrofe van de boreale regenwouden in Canada. dit zijn de laatste oerbossen van het boreale type. De andere komen voor in Rusland, Siberië. De bossen in Noord Europa zijn al jaren beïnvloed door een bosbeheer en worden niet meer aanzien als oerbos. Ook het Bialowiza woud in Polen wat eerst een oerbosrestant bleek te zijn is nu onder menselijke invloed. Dus ook het boreaal oerwoud wordt bedreigt met houtkap. Dit ecosysteem is thuis voor vele dieren en planten. Voor zoogdieren is het habitat voor beer, wolf, lynx,veelvraat, hertachtigen oa. rendier/kariboe en zelfs de siberische tijger. Verder nog slaapmuizen, andere muizen eekhoorns, boommarter e.a. Nu wordt het bedreigt door de ongecontroleerde houtkap van de een van de grootste papier, hout en pulp producenten ter wereld Resolute forest products. Greenpeace wil hier iets aan doen door een petitie te starten. Heb je interesse ga dan naar onderstaande link:
- Vossen massaal geveld door pijlen van Cupido. Dit jaar zijn volgens natuurbericht al 140 vossen hun leven verloren door verkeersongevallen. Reden hiervoor is dat nu de dieren in de paartijd komen en de hoofden helemaal gericht staan op de voortplanting, terwijl de lichamen bulken van de geslachtshormonen. Gevolg is dat de dieren minder onachtzaam zijn en niet attent genoeg voor het naderende verkeer. Ook in het najaar ziet men een piek van verkeersdoden, dan betreft het jonge dieren die gedwongen worden een eigen territorium te gaan opzoeken en dus gaan zwerven. Meer info vindt je op volgende link:
De bruinvis is een aan onze kust normaal voorkomende dolfijnsoort. De soort kwam zelfs voor in rivieren in het binnenland. jaarlijks werd bijna altijd een waarneming van een bruinvis in het binnenland gemeld.Het Schelde estuarium is hiervoor gekend.Maar een laatste laatste survey van het Inbo toonde aan dat de soort drastisch was afgenomen. Als mogelijke oorzaak werden de warrelnetten .
Bij
de strandvisserij wordt het net bij zeer laag tij uitgezet in zee
evenwijdig met de kust van op het strand,met
een waadpak. Soms kan het net ook op het strand zelf, dicht bij de
laagwaterlijn, geplaatst worden. Het net wordt verankerd (de laatste
jaren zien we dat dit zelf gebeurt met betonblokken en metalen staven. Bij
het type warrelnet is het steeds de bedoeling dat het net een soort
zak vormt waardoor de vis als het ware
verward wordt in het net. Eenmaal een vis of zeezoogdier in contact
komt met het type warrelnet is vluchten geen optie meer, want hoe
groter het verweer, des te meer het zeezoogdier verward en
verdrinkt in het net.
Vanaf volgend jaar zijn warrelnetten, na gecoordineerd protest van oa. Natuurpunt, Blue shark, Seasheperd en Sea First België, verboden voor amateurvissers. Beroepsvissers gebruiken de netten nog wel maar deze worden veel verder in zee uitgezet en meer gecontroleerd.
Mollen
zijn niet meteen de meest populaire zoogdieren. Hoewel ze de bodem
gezond maken, zorgt hun graafgedrag en dan vooral de molshopen die
daar het resultaat van zijn, ervoor dat ze in gazon minnend Vlaanderen
geen graag geziene gasten zijn. Vaak worden ze dan ook hardhandig uit
de tuin verwijderd. Wie liever geen mollen in zijn tuin heeft, maar
ze ook niet wil doden, kan gelukkig een beroep doen op minder
drastische maatregelen.Dit bericht is gebaseerd op
een artikel dat verschijnt in het zomernummer van Zoogdier. Voor het
volledige verhaal en veel meer kan je terecht in het tijdschrift, dat
wordt uitgegeven door de Nederlandse Zoogdiervereniging en
Natuurpunt.
Bericht uitgegeven door
Natuurpunt Zoogdierenwerkgoep op woensdag 9 juli 2014
2014 is uitgeroepen tot het jaar van de steenmarter door Natuurpunt.
De steenmarter (martes fiona) een marterachtige die vroeger over gans het land verspreid was maar na de tweede wereldoorlog met de veranderende landbouwmethoden en de booming urbanisatie van ons land bijna geheel uit Vlaanderen verdwenen was. De laatste jaren zien we een voorzichtig herstel al is het aantal van voor 1940 nog steeds niet bereikt. De doorgedreven beschermingsmethoden en veranderende mentaliteit tegenover de natuur begint vruchten af te werpen. Een volwassen steenmarter is tussen de 40 en 50 centimer lang, met
relatief korte poten. De staart in ongeveer 25 centimer lang.
Steenmarters zijn bruin van kleur met een (grijs)witte vlek op hun keel
en borst. Mannelijke steenmarters wegen 1,5 tot 2,0 kilo, vrouwtjes
wegen 0,7 tot 1,7 kilo. Steenmarters hebben een heel eigen 'huppelende'
manier van lopen. Ze kunnen goed klimmen en sprongen tot 1,5 meter hoog
maken. Ook zijn steenmarters erg flexibel en kunnen ze kleine gaten (5
tot 7 centimer in doorsnee) kruipen. Steenmarters leggen uitwerpselen
van 4 tot 8 centimeter lang en 0,5-1,5 centimeter dik. Dit lijken
worstjes met een gedraaide punt, vaak in de vorm van een vraagteken.
Vaak zijn er nog pitten van steenvruchten in zichtbaar. De steenmarter is een nachtdier en leeft graag in menselijke nabijheid in tegenstelling tot zijn neef de boommarter (martes martes) die uitsluitend in bosgebieden leeft. Steenmarters eten vooral vlees (kikkers, muizen, ratten,
eekhoorns), aangevuld met vruchten en eieren. Als de steenmarter naar de
steden en dorpen trekt (wat steeds vaker gebeurt) dan eet de
steenmarter ook rondslingerend afval. Ook valt de steenmarter soms
kippen, konijnen of andere kleine huisdieren aan. Overdag zoeken ze vaak een rustige plek op,
wisselend zijn dat in de zomer, hopen takken, greppels en holle bomen.
In winter zijn spouwmuren, funderingen, zolders, kelders en schuren
favoriet. Wanneer de steenmarter actief is blijft hij graag in de
beschutting. Hij loopt niet graag op open terrein maar verplaatst zich
lang bosjes of gebouwen. Ook worden steenmarters waargenomen in
dakgoten, langs regenpijpen, in funderingen en in schuren. Marterachtigen leven meestal solitair. Ze verdedigen een territorium. In de paartijd verdragen mannetjes bronstige vrouwtjes in hun nabijheid. Het
voorjaar is de periode dat vele jonge dieren het levenslicht zien en
bij de steenmarter is dat niet anders. Tijdens deze periode van het jaar
zal een drachtig steenmarterwijfje zich terugtrekken in een
comfortabele schuilplaats en een nest van 2 à 3 jongen werpen. Deze zijn
nog een hele tijd hulpeloos en worden de daaropvolgende weken verzorgd
door hun moeder. Dat gebeurt tot ze na een tweetal maanden oud genoeg
zijn om de schuilplaats te verlaten. Steenmarters zijn gekend voor hun voorliefde voor rubber waardoor ze de rubberen slangen van auto's doorbijten. Ook kan de stank en het lawaai van nestelende steenmarters voor ernstige overlast zorgen. Hoe dit te voorkomen en te bestrijden kan je vinden op onderstaande links en bij lokale overheden.
natuurbericht: Twee op drie zoogdieren bedreigt in Vlaanderen
Twee op drie zoogdieren bedreigt in Vlaanderen (2 mei 2014)
Het
gaat niet goed met de Vlaamse zoogdieren. Voor twee derde van de
soorten is het onzeker of ze hier nog kunnen overleven. Dat staat te
lezen in de nieuwe Rode Lijst van zoogdieren, een rapport dat tot stand
kwam onder coördinatie van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek
(INBO) en waaraan Natuurpunt meegewerkt heeft. Er is geen tijd te
verliezen voor soorten als de Boommarter, de Eikelmuis en de groep van
vleermuizen. Enkele concrete actieplannen om onze soorten te redden
liggen klaar, maar de Vlaamse regering heeft de afgelopen legislatuur
geen enkel van die plannen goedgekeurd of uitgevoerd. Hierdoor is het lot van de hamster in Vlaanderen al bezegeld. Het dier is het uitsterven nabij.
Een
Rode Lijst is een lijst van een groep onderzochte planten of dieren die
analyseert hoe groot de kans is dat een soort in een gebied zal
uitsterven. Het INBO coördineert de samenstelling van de Rode Lijsten Vlaanderen,
maar het is aan de minister van Natuur om ze te bekrachtigen.
In de berichten van natuurbericht vallen de aandacht voor de terugkeer op van de wolf in Vlaanderen en de invasie van de wasbeer in onze contreien. Voor meer info:
Olifanten zijn toegevoegd aan het lijstje van dieren met een
emotioneel inlevingsvermogen. Waar de meeste mensen het kunnen aanvoelen
wanneer iemand een knuffel nodig heeft, kunnen olifanten dit net zo
goed. Eerder was deze zeldzame gave al bij mensapen en hondachtigen
ontdekt.Dit is onderzocht door een groep van 26 Aziatische olifanten
een jaar lang te volgen in hun reservaat in Thailand.
Wanneer een olifant schikt of gestresst raakt, door
bijvoorbeeld een voorbijlopende hond, draait hij zijn oren naar buiten
om groter te lijken, zet zijn staart rechtop en maakt een soort grommend
geluid. Dikwijls doen ze dan ook schijnaanvallen.
Wanneer
een olifant dit gedrag vertoonde, zagen de verzorgers dat de andere
olifanten hierop reageerden door naar de gestreste olifant toe te gaan.
Vervolgens geven ze deze olifant een knuffel door hem zacht in het
gezicht aan te raken met hun slurf of deze zelfs in hun mond te stoppen.
Ook maakt de olifant dan een troostend, hoog geluid. Zoals mensen vaak
tegen puppys of babys praten. Dit gedrag is niet te zien wanneer de
groep ontspannen is. Dit is vergelijkbaar met een knuffel of handen
schudden. Dit is een erg kwetsbare positie om jezelf in te begeven
omdat je gebeten zou kunnen worden. Het zou een signaal kunnen geven dat
zegt, Stil maar, het is oké, zegt onderzoeker dr. Plotnik in een
persbericht van Emory University.
Het
onderzoek is wel uitgevoerd met olifanten in gevangenschap, deze
reageren mogelijk anders dan wilde olifanten. Plotnik zou het onderzoek
dan ook graag opnieuw uitvoeren met een wilde groep, maar dit is
moeilijk aangezien deze zeldzaam zijn door bedreiging.