Na een snoeiharde evaluatie hebben we besloten niet te fietsen door Laos. Dat was een pijnlijk moeilijke beslissing, maar het zou voor mijn lies een te zware beproeving zijn. We gaan dus met de bus naar Luang Prabang: 11 uur genieten van een van de mooiste busritten ter wereld.
Luang Prabang is een rustiek stadje met talloze restaurantjes en bars waar we lekker eten en veel kaarten. Ik lig wel een dag plat door duivelse krampen, koorts en een resem beten van bedbugs. Gelukkig maar, ik begon al te twijfelen of we wel in Azië waren.
De volgende dag gaan we met een brommer de grotten van Pak Ou bezoeken waar we moeten gaan lopen van onze veerboot kapitein nadat wij niet akkoord waren met zijn plotse inflatie van 700 procent.
En de Kuang Si watervallen, waar we ons ontdekkingsreizigers wanen en het voorgekauwde pad verlaten om die later gauw terug op te zoeken na een kolossale charge opgezet door het spinnen buurt comité.
En als we uiteindelijk de zonsondergang willen bewonderen met een honderd andere toeristen, moeten we ook hier het hazepad kiezen. Deze keer voor de muggen, wij waren blijkbaar de enigen zonder Deet op zak.