We wagen het erop. Op Google blijkt dat voor een hernia, bewegen eigenlijk beter is dan stil liggen dus gaan we vandaag een klein tochtje maken tot Plei Kan. Het is maar 28 kilometer en een goede test om te zien of het fietsen te doen is. Dak To hebben we nu wel al genoeg gezien.
De eerste berg rijdt Guy al van me weg alsof hij Hernia nog nooit ontmoet heeft. Van rechts nadert plots een onguur duo op een brommertje. Ze snijden me zeer ostentatief de pas af. Nu ben ik hier wel al vaker ingehaald om dan te bemerken dat ze vlak voor mijn neus stoppen omdat ze hun doel bereikt hebben waarbij je automatisch je afvraagt: kont ge nu niet efkes achter mij blijven zodat ik nu niet gelijk ne debiel helemaal rond u moet liggen manoeuvreren? Een zeer typisch staaltje Vietnamese beleefdheid trouwens, maar deze twee heren doen wel heel raar. Ze rijden me zelfs aan met hun brommer. Ik bliksem hun even een welgemeende What The Fuck blik toe, maar echt veel indruk maak dat niet. Voor ik het goed doorheb wat deze naar mijn vermoeden dronkaards van plan zijn grijpt de bestuurder naar mijn fiets en trekt wild aan het stuur. Ik kan nog juist recht staan. Nu dringt het pas tot mij door dat een fysieke confrontatie in de maak is. Twee tegen een. Dus roep ik Guy, om op zijn minst het spelers-aantal te vereffenen. Guy stopt, kijkt even achterom en begint een aantal vlinders de Für Elise toe te fluiten. Of iets anders vredevols, honderd procent zeker weet ik het niet, maar zo zag het er alleszins naar uit. Hoe dan ook maakt hij duidelijk geen aanstalten in woestenij een aanvalsformatie in te nemen en naar beneden te stormen.
De snoodaards is dit natuurlijk ook niet ontgaan en nu proberen ze mijn buikzakske af te pakken. In een korte flits bedenk ik me hoe ik hier als overwinnaar uit dit gevecht kan geraken. Een eerste obstakel is mijn ligfiets. Ik kan die moeilijk laten vallen, daarvoor is hij me te dierbaar geworden. Langs de andere kant kan ik moeilijk vragen aan 1 van deze sinistere heerschappen even mijn fiets vast te houden terwijl ik zijn kameraad bijeen timmer. Een tweede obstakel is dat ik ondertussen al lang doorheb dat als je ooit in een gevecht terecht komt met een Zuid Oost Aziaat, je bij voorbaat eigenlijk al verloren bent. Ik heb die kerels al meerdere malen elkaars gezicht zien bewerken en dat is steeds op zo'n manier verlopen dat ik mezelf heb gezworen dit spelletje nooit mee te spelen. Die houden zich trouwens niet bezig met hun vuisten, dat is voor westerse mietjes, meestal is de eerste daad van agressie een achterhielkickstamp onder uw kin, nog voor ge BHV kunt spellen. En uiteraard het derde obstakel is dat mijn compagnon nu een beetje verder wat bloemetjes staat te plukken en ik dus niet met 1 maar met 2 zotten zou moeten afrekenen. Ik heb al genoeg klop gehad om te weten dat dit een gevecht is dat ik beter aan mij laat passeren. Choose your battles wisely Steven-San zou mij perfect op zulk een moment kunnen aangeboden worden als tip door een wijze grijsaard. Ik ken er een, maar die is ondertussen druk bezig wat kindertjes te bezwaaien en hondjes te aaien. Hij had in de verste verte geen besef wat er zich eigenlijk afspeelde.
Goed, conclusie is duidelijk: zwaar plat op de buik gaan, de broek tot op de enkels, een knieval zonder weerga is op zijn plaats om het in het huidig politiek correct jargon uit te drukken. Ik heb over de jaren een extreem seutige maar efficiënte techniek ontworpen met zulke zaken om te gaan. Ik kan deze methode het best omschrijven als geveinsde naïviteit met overgul enthousiaste vriendelijkheid. Terwijl de boef mijn zakske grijpen wil, pak ik zijn hand vast en begin er stevig mee te schudden. 'Nice to meet you man, my name is Steven, what is your name?' En, 'that is a lovely motorbike, is it a Honda?' Soit, ik overdonder deze kleine bandieten na een halve minuut, ze weten echt niet goed wat hun juist overkomt, en kan ze overtuigen in een gesprek over te gaan ipv mij bruut aan te randen. Ik corrigeer nog even hun Engelse tongval hier en daar, en we zwaaien elkaar al lachend uit alsof de kans er wel in zit dat we in de nabije toekomst vriendjes worden op facebook. Het is niet de eerste keer dat ik deze techniek toepas en ik heb ze ondertussen kunnen laten stoven tot de perfectie, maar ik moet toegeven dat het me altijd wel pijn doet dat ik zulk crapuul niet eens stevig mores heb kunnen leren.
Pffff, mannen, tis overal hetzelfde eigenlijk. Of iemand nu gelooft dat de mens gecreëerd is door een god of door de natuur, 1 ding is er toch onnoemelijk fout gelopen in dit proces: Waarom in godsnaam testosteron? Is niet ongeveer alle kwaad in de wereld toe te schrijven aan zulke pippo's, verslaafd aan hun eigen ego zich te moeten laten gelden. Tja, ikzelf zal ook er ook wel onder lijden, zeer zeker omdat mijn ego juist weer een stevige slag heeft moeten ondergaan. De komende weken zal ik meerdere keren dromen dat ik heroïsch met 1 enkele vinger deze sloebers een lesje nederigheid aanleer, dat weet ik nu al. Deze gedachten malen in crescendo door mijn hoofd en somberen mijn blik. Ondertussen kijken de bergen van de Vietnamese hooglanden me aan. Het zijn oude bergen want de scherpe kantjes zijn er af. Ze golven blauwgroen met ons mee en fluisteren me toe: Laat het gaan kerel. Fluit de Für Elise, tel de vlinders. En lach. Lachen is als een spiegel, als jij het doet, doet de ander het ook. Gevolgd door een knipoog. Tja; en als bergen je beginnen toe te fluisteren en/of knipogen wordt het inderdaad tijd te stoppen met denken. En zo geschiedde, de rest van de dag lach ik iedereen toe, en iedereen lacht terug.
05-10-2011
Dag 25-27: Dak Tooooooo
Gisteren avond laat heeft Guy een verkeerde beweging gedaan in de poging gezwind vanuit het muskietennet onder de wasdraad te kruipen. We vrezen een hernia en hij ligt nu al 3 dagen plat terwijl ik het dorp waar we gestrand zijn en diens omgeving wat verken. Het is echt een klein dorpje waar ze ons allemaal kennen al denk ik. We hopen natuurlijk dat Guy er snel bovenop komt, we zullen het rustig aan moeten doen. Dak To vergeten we niet gauw meer.
02-10-2011
Dag 24: Pleiku - Dak To
We rijden Pleiku uit richting Dak To. Het is een fantastische dag, de zon brandt, de bergen zijn terug heuvels geworden, hetgeen voor een ligfiets stukken aangenamer is en we komen een koppel Duitsers tegen. De eerste fietsers die we tegenkomen na een maand. Ze doen ook de Ho Chi Minh Trail maar in de andere richting.
Het einde van het regenseizoen is in zicht, de stortbuien worden korter maar zijn nog steeds zeer intens. We drinken iets in een cafe en kijken naar hoe de Vietnamezen zelf omgaan met dat nat geweld. Ze stoppen vlak voor ons, stropen de broekspijpen korter en pakken routineus hun regen poncho om de storm te trotseren, terwijl wij schuilen en van een bizar lekkere frisdrank slurpen. Toch een stoer volk eigenlijk.
01-10-2011
Dag 23: Ons eerste busrit
Om 5 uur de bus op om rond 17 toe te komen. De bus zit stampvol en onze fietsen liggen op het dak. Mijn knieën zitten een hele dag gekneld tegen de stoel voor mij, maar het landschap is prachtig. Ik kan enorm genieten van wat muziek te beluisteren en mij amuseren het gezellige geknikkebol van Guy en zijn buurman te aanschouwen. Ze doen me soms denken aan de vreemde dansgrooves uit de New Age era.
Als we in Pleiku toekomen vinden we een goedkoop kamertje met een afschuwelijke vochtige schimmel geur, maar we kunnen redelijk goed slapen. De twee eigenaressen zijn echt zotte dozen en kressen en gillen van het lachen zonder dat we enig idee hebben waarom. Heel grappig, maar ik verstop mijn vermoeide kop zo snel ik kan in onze kamer, hetgeen dikwijls de enigste plek is waar we een beetje op ons gemak kunnen komen zonder tientallen gapende ogen, wijzende vingers, piepende kinderen, kressende moeders of rochelende venten.
30-09-2011
Dag 22: Lost
Het heeft zo lang geduurd eer we Dalat hebben kunnen bereiken, maar nu we willen vertrekken geraken we moeilijk weg. We hadden nochtans een schitterende theoretische shortcut gevonden op de kaart door de wouden rond Dalat om later de snelweg terug op te rijden, maar om 3 uur in de namiddag, na bijna 7 uur fietsen, op de top van een berg in het midden van het oerwoud komen we eindelijk terug mensen tegen. Ze komen van de andere kant en waarschuwen ons dat de weg, die er al behoorlijk modderig bij ligt (hetgeen Guy graag bewijst door eens stevig het decor in te glibberen, dat doet hij trouwens steevast als het modderig is, den decor inglibberen, het wordt een beetje een traditie geloof ik), verder onberijdbaar wordt. Daaaaamn!!! Nu hebben we een hele dag gefietst, over 2 uur wordt het donker en moeten we helemaal terug naar waar we vandaag komen: Dalat. Een andere optie is om met het tentje dat ik als backup mee heb de tocht toch verder te zetten. Hmm liever niet. En gelukkig hebben we dat niet gedaan, het zou ons minstens drie nachten in dat tentje gekost hebben zonder eten en drinken, blijkbaar duik je via dat weggetje een niet te onderschatten wildernis in. Het was wel mooi daar. Gelukkig is de terugtocht wel meer bergaf dan bergop, maar als we toekomen in het pikdonker zijn we echt stikkapot. Maar in een backpacker alley vinden we een goedkoop kamertje en de eigenaar regelt voor ons een bus die ons om 5 uur 's morgens zal komen oppikken voor ons deur om ons tot in Pleiku te brengen. We moeten namelijk een beetje opletten dat we op tijd terug in Bangkok zijn en onze lus door Zuid Oost Azië is nog heel lang.
29-09-2011
Dag 21: Onze eerste rustdag
Dalat, het hart van de centrale hooglanden in Zuid Vietnam. We nemen een rustdag van het fietsen, de eerste dag zonder trappen na drie weken non stop fietsen (zelfs de dagen dat we in Siem Reap verbleven fietsten we nog uren per dag om de tempels te bezoeken). Mijn benen weten niet goed wat hun overkomt en ik voel wat krachten terug komen naarmate de dag vordert.
We maken een wandeling rond het meer, bezoeken de bloementuin en als hoogtepunt van de dag nemen we een oud treintje naar Trai Mat waar wat extreem kitscherige tempels pronken in de zon. Het was een dag vol genieten: 's morgens eten we een lokale specialiteit, ik zou het een broodje kip pikant noemen, we drinken koffie en aardbeien shake en 's avonds slapen we in een zalig proper hotelleke met een super lief gastvrij gezin. We hebben hun wat koeken gekocht en als we de volgende dag vertrekken nemen ze een foto van ons: heel charmant allemaal.
En morgen is Christiane jarig!
28-09-2011
Dag 20: Dalat
Ik sta vroeg op en ga op zoek naar een oplossing voor mijn fiets. Een barmhartig man biedt me een rit aan op zijn brommer naar een fietsenmaker. Tussen ons twee: de ligfiets. Zeer bizar. Maar het loont, de fietsenmaker heeft een nieuwe buitenband voor mijn voorwiel en een aantal spaken. Zo leer ik ook spaken vervangen en aantrekken. Ik heb ze wel wat moeten inkorten, maar de fiets is terug klaar voor de weg.
We zetten koers richting Dalat en pikken nog de Olifantenwaterval mee. Uiteindelijk klimmen we nog 28 km tot 1500 meter hoogte, het wordt zelfs wat koud als we toekomen. Iedereen draagt hier jassen en mutsen en kijken wat verbaasd naar onze korte mouwen en broek, maar wij zijn natuurlijk al veel kouder gewoon.
27-09-2011
Dag 19: Als water valt
Vandaag slechts 72 kilometer tot Nam Ban, weer niet tot in Dalat geraakt, we gaan hier heel traag in het gebergte, maar vandaag hebben we weer een heel stuk door het platteland kunnen rijden, weg van de hoofdwegen. We moeten wel veel de weg vragen zo en we moeten goed zoeken maar het loont: tussen de plassen en putten slalommen in de koffie en thee plantages is super leuk. Mijn fiets begint het wel moeilijk te krijgen, er zijn nu al 3 spaken kapot waardoor het achterwiel blokkeert. Hopelijk vinden we morgen een hersteller in de buurt, of toch al wat nieuwe rayons, want die ben ik domweg vergeten.
Ook de buitenband van het voorwiel moet vervangen worden, dat wordt niet makkelijk te vinden vrees ik, problemen voor morgen echter. Vandaag hebben we een nieuw hoogtepunt bereikt: de watervallen van Pogour. Niet de grootste of de hoogste die ik ooit heb gezien maar misschien wel de mooiste. Door de kleine trapjes overal gaf het een zeer rustieke sfeer. Ik heb enorm genoten van wat chips en een cola, spelend met een klein katje en op de achtergrond het relaxerende gespetter van de waterval en zijn rivier. Onderweg moest ik wel even heel bruut remmen tot ik gelukkig tot stilstand kwam, zo'n 20 centimeter voor een slang op de weg. Amai ik was keihard geschrokken, ik moet nogal een gezicht getrokken hebben. Toen de slang weggleed meende ik hem potverdorie nog eens goed te zien grinniken met mijn panieksmoel. Bleiter.
26-09-2011
Dag 18: klimmen geblazen
Vandaag hebben we een hele voormiddag geklommen met de fiets, heel zwaar maar we zitten eindelijk echt in de hooglanden van Zuid Vietnam. Links en rechts watervalletjes en groene heuvel toppen, prachtig. Tot in Di Linh geraakt, slechts 55 kilometer, maar we zijn serieus pompaf.
25-09-2011
Dag 17: Verloren
Het verkeer in Vietnam is op zijn zachts uitgedrukt intrigerend te noemen. Hoe het juist in elkaar zit weet ik niet, er wordt langs alle kanten ingehaald, zonder te kijken gemanoeuvreerd en zelden wordt er echt afgeremd. Maar de claxon staat centraal. Die mannen tunen hun voertuigen door er volgens mij een tuuter van een olietanker erin te monteren. Ik ben een paar keer stevig uit mijne zetel gevlogen als er zo'n gigatuuter wordt afgestoken. En meestal doen ze dat gewoon om even naar ons te zwaaien. Guy vat dit allemaal prachtig samen: ik peins dat ze hier een toeter kopen en der nen oto bijkrijgen.
Daarom hebben we besloten een kaart te kopen van Vietnam met wat
kleinere wegen op en zo komen we dieper het platteland binnen waar het
echt aangenaam fietsen is. Zo belandden we in een moerassig gebied
tussen een hoop rijstvelden en ganzekwekerijen. Het was wel spannend om
eens helemaal verloren te zijn tussen de ratten en wat verlaten koeien,
ver weg van de bewoonde wereld aan de grens van de jungle.
Uiteindelijk vinden we toch de weg en rijden we naar Ba M'Ri, slechts 70 kilometer verder, maar doordat we nu toch wel de bergen van de Central Highlands aan het binnen rijden zijn, toch nog zeer vermoeiend. We komen tegen valavond toe en vinden een vunzig kamertje met een pad in de douche. Buiten dreunt een bar wat beats.
24-09-2011
Dag 16: Een wijs spelletje
In Vietnam de weg vragen is wat ik noem prettig gestoord. We stoppen langs de weg en al gauw komen er vele nieuwsgierigen ons omringen. En terwijl een paar klein mannen de fietsbel doen rinkelen en wat aan mijn pedalen draaien, een bonpa mijn arm een paar stevige kletsen doneert, de lokale scheve dorpsgek zich op mijn schoot nestelt, een bonma haar achterkleinkind in mijn nek zwiert en een paar vrouwen Guy zijn leeftijd gissen, roep ik een paar keer zo goed ik kan de naam van het dorp waar we graag naartoe willen.
Als ze die verstaan wijst de helft naar links en de andere helft naar rechts. Daarna vraag ik het nog eens, om te zien of ze zeker van stuk zijn, waarop ongeveer iedereen de andere richting uitwijst als ervoor. Op zo'n momenten komt eindelijk de statistiek van school van pas. Ik gooi er een standaard-deviatietje, mediaan en gemiddelde tegenaan, roer dat eens goed om met een Gausscurve om zo verder te rijden in wat je evengoed een gok mag noemen en een paar honderd meter verderop van voorafaan te herbeginnen.
Een jongen wil met zijn brommertje meerijden en toont ons een meer onderweg. Het was een leuk gesprek en de kinderen die we tegenkwamen waren weer superlief. Guy gaat die kleine paggaders nog missen denk ik. We nemen afscheid van onze nieuwe vriend, die graag had meegegaan tot Dalat, en rijden uiteindelijk 104 kilometer vandaag tot in Dinh Quan.
23-09-2011
Dag 15: Cu Chi Tunnels
Deze morgen zijn we vanuit Cu Chi naar de tunnels gefietst. We zijn de enigste toeristen en krijgen een wat fletse rondleiding over de 200+ kilometer tunnels die door de Vietnamese strijders gegraven zijn geweest. Het thema van de dag is 'killing Americans'. Een beetje wreed allemaal. We zien ook een aantal militaire kerkhoven onderweg naar Bien Hoa.
22-09-2011
Dag 14: Vietnam
Vietnam. Ik kan het niet laten het uit te spreken zoals ik de naam ken uit de Amerikaanse series en films: Viii-Jet-Naaam! We geraken de grens over na slechts 5 controles en zijn benieuwd naar wat ons hier te wachten staat. Alles is toch wat properder, de mensen zijn iets terughoudend maar immens vriendelijk. Uiteraard gaat de ligfiets weer de show stelen. Soms rijden er vier of vijf brommertjes rondom ons, als een zwerm vliegen. Soms staren ze tientallen minuten lang. Dat heeft ook zijn voordelen, kunnen wij ondertussen al rijdend hun de weg ook even vragen.
We stoppen aan een mooi versierde tempel en een priester komt een klapke met ons doen. Hij staart ons aan met zijn 1 oog en vraagt ons uit zoals alleen Aziaten dat kunnen, binnen de minuut kan hij onze stambomen zowat optekenen. Het is een zeer charmante man en hij zal bidden voor geluk op onze reis en geeft me een flinke schouderklop. Dat doen ze hier wel graag op mijn verbrande bovenarm loeihard kletsen.
De hele dag hebben we meewind en fietsen we 130 kilometer, ons record tot nu toe, tot in Cu Chi, 30 kilometer van Saigon. De diverse Vietnamese keuken heeft ons al intens verwend en we zijn heel benieuwd naar wat nog komen zal.
21-09-2011
Dag 13: Ongeluk op dag 13
We rijden over de Nationale Snelweg nummer 7. Het begint harder te regenen en we willen schuilen. Ik zie voor me aan de linkerkant van de weg een zoveelste tankstation in opbouw. Ik draai af en nog geen 20 meter voor mij rammen twee zware trucks elkaar. De twee cabines springen de hoogte in en rijzen meters boven mij uit, als vechtende leeuwen. Ze landen in het grind. Het staat allemaal in slow motion op mijn netvlies gebrand. De twee stalen monsters laten hun laatste zucht en kijken mij zielloos aan. Ik ben helemaal alleen en voel me opeens vrij lullig op mijn ligfietske. Ik zoek de chauffeurs. De ene strompelt uit zijn camion maar lijkt ok. Waar is de andere? Die ligt drie meter voor mij in een plas water. Ik loop naar hem toe en voel me compleet machteloos. Bloederige slierten in de modder. Ik verleg zijn gezicht voorzichtig uit de plas om te kunnen ademen, als hij nog leeft. Hij ademt. In volle hysterie probeer ik de Cambodjanen die toesnellen te overtuigen een ambulance te bellen. Ze willen hem verplaatsen, uit de regen, die op dit moment in volle hevigheid mij doordrenkt, maar ik voel het niet. Ik probeer ze uit te leggen dat we hem niet mogen verplaatsten voor als hij zijn rug of nek zou gebroken hebben. Tien minuten later zegt Guy dat de ambulance nu toch wel heel lang weg blijft. Ik vertel hem dat ik niet zeker ben of er wel een komt. In de twee weken dat we hier zijn heb ik er nog maar 1 gezien. Een lokale huisarts komt met zijn brommer toe, ze laden de jonge kerel op de achterbank van een vier maal vier en vertrekken.
'S avonds komen we toe aan de laatste slaapplaats voor we de grens van Vietnam oversteken. In Traek. We gaan iets eten waar een karaoke avond georganiseerd is. De manager is al wat beschonken en stelt ons een meisje voor. You like her, you just ask. Genant. We gaan naar ons kamer, kruiswoordraadsels invullen. De ruige kant van Cambodja gezien vandaag, een schril contrast met de duizenden kinderen die ons de laatste twee weken toeriepen.
20-09-2011
Dag 12: Kompong Cham
Het was maar 50 kilometer vandaag en tegen de middag komen we al toe in Kompong Cham. De namiddag huren we een tuktuk en bezoeken wat religieuze plaatsen in de buurt. Daar drinken we limoen met suikerriet sap: kweetniethoe lekker. We keuvelen met wat lokale kinderen, mijden de apen en laten onze benen genieten van een namiddagje rust.
19-09-2011
Dag 11: Skun: the far west
Vandaag gefietst van Kompong thom tot Skun. Terug 90 kilometer, heel zwaar maar gelukkig het laatste uur was het wat overtrokken. Dat maakte het wat koeler. Weer heerlijk geluncht langs de kant van de weg. Dat blijft toch de beste tip dat ik ooit gekregen heb op reis: eet in de standjes langs de kant van de weg, eerder dan in restaurantjes. Overheerlijk en supercharmant. Terwijl de honden tussen je benen zoeken naar gevallen restjes. Skun zelf is een echt western dorp recht vanuit de film: een typisch kruispunt stadje met een paar guest houses en een marktje.
18-09-2011
Dag 10: Kapper op rust?
Gefietst tot in Kompong Thom vandaag.
Hier ben ik 3 jaar geleden even gestopt om een aantal mangos te eten. Ik herken onmiddelijk het trottoir waar ik toen heb gezeten en het marktje waar ik de mangos gekocht heb. Dit zijn mooie herinneringen die boven komen den ik ben blij hier nog eens te mogen staan.
We nemen een brommer taxi tot aan een aantal bomen die gekend zijn doordat ze vol zitten met vleermuizen en geen kleintjes. Guy heeft mijn haar een stukje geknipt, het werd gewoon te warm met die bos haar. Ik ben wel een beetje verbrand op mijn kruin en mijn verkoudheid breekt nu helemaal door, ik hoop dat het morgen wat minder is als we door rijden richting Kompong Cham.
17-09-2011
Dag 9: On the road again!
Aah Siem Reap, een luxe-oase tenmidden van het ruwe Cambodja, 3 dagen airconditioning, super smakelijke Khmer curries en tientallen fruit shakes, zalig. Maar, gulzige veelvraten van de nietsnuttige zingeving dat we zijn, we moeten verder, terug de weg op richting Vietnam. Onze rusteloze benen krijgen hun zin en we bollen verder in wat ik het best omschrijven kan als een bad hitte gevuld met schattige paalhuizen en kinderstemmetjes: hello, hello, helloooo!
We komen toe in Kompong Tpei en ontmoeten op onze laatavondwandeling een jonge man. Het is een leraar Engels weet hij ons te vertellen en zou graag zijn Engels wat aanscherpen. Geen probleem uiteraard. Onderweg laat hij ons nog een brug zien uit het oude Angkor tijdperk. We zien geen steek uiteraard, maar beloven hem in het ochtendgloren de brug zeker te bezoeken. Tijdens ons gesprek heeft Guy een prangend vraagje, Excuse me, wiefiel temperatuur it is?, met wat beleefd gefrons aan de overzijde van het communicatieveld als gevolg. Een kleine dwaling van mijn ietwat oudere leerling. Zodoende voel ik toch een drukkend verantwoordelijkheidsbesef dat op dit ogenblik wel wat duiding verschaft mag worden. Mijn kleine correctie zet het vastgelopen gesprek weer op het gezellig drafje van voorheen. Hij maakt veel progressie in zijn Engels, de Guy, maar zo laat op de avond was deze poging misschien wat overmoedig.
16-09-2011
Dag 8: Laatste tempels.
Vandaag zijn we de laatste tempels gaan bezien op ons lijstje. Het blijft fascinerend om te zien, deze oude ruïnes. De Cambodjaanse voorouders hebben hun nabestaanden een paar mooie geschenkjes achtergelaten. Hetgeen zeer sterk gewaardeerd en gerespecteerd wordt. De kinderen blijven proberen ons iets te verkopen, vooral Guy. Ze wegen zwaar op zijn geweten in de hoop toch een sjaaltje of een bord met een foto van onze kop in geplakt te kunnen verpatsen voor een aantal dollars. Hij biedt moedig weerstand, maar als hij een piano ziet is hij niet meer te houden, ook al is het geen piano.
In de late namiddag fiets ik nog even naar het Tonle Sap meer, gewoon voor de lol. Het is een prachtige rit, maar mijn behendigheid op een ligfiets wordt heel zwaar op de proef gesteld. De straten zijn namelijk een halve meter onder water gelopen en zitten vol putten die je moeilijk kan zien. Oppassen geblazen en het lukt me de rit droog uit te rijden, al was het een paar keer heel krap.