29/08/2011 - De motor heeft het de afgelopen tijd zwaar te verduren gehad, en blijkbaar is het hem allemaal wat teveel geworden. In ieder geval doet ie het niet meer, en vandaag zijn we de auto gaan halen in Saint-Malo om hem weg te brengen. Een mooie gelegenheid om de omgeving eens vanaf het land te verkennen.
Zicht op Saint-Malo 'Intra muros'
Een van de eilanden voor Saint-Malo
De monding van de Rance, met in de verte de "Usine Marémotrice"
Het lijkt wel of deze boten zijn gestrand, maar zo is het hier de gewoonte. Veel ankerplaatsen vallen bij laagwater droog.
De "Anse Solidor" ten zuiden van Saint-Malo.
Somige schepen zien er uit of er al enige tijd niet meer mee is gevaren. Ook dit is een traditie hier, oude vissersschepen vinden hun einde ergens in een baai in Bretagne.
Op zondag 28/8 konden we om 16 uur met hoogwater vertrekken in Saint-Malo, de rivier de Rance op. De eerste hindernis was de "Usine Marémotrice" een electriciteitscentrale die werkt op het getij. voor de scheepvaart is er een sluis voorzien in de stuwdam. Daarna zij er nog altijd getijden, al wordt het wel afgeremd door de stuw.
De bruggen zijn voorlopig nog hoog genoeg voor de mast, we zeilen nog steeds. Hier de brug bij Port Saint-Hubert
Het water werd steeds smaller,
en smaller,
tot we uiteindelijk bleven vaststeken, wegens te ondiep. We moesten wachten tot 20 uur voor we uiteindelijk door de sluis konden naar het hoger gelegen "Canal d'Îlle-et-Rance, waar we vastmaakten in de Port De Plaisance De Lyvet. De Stippel vaart terug op zoet water, na 1,5 maand op zee te zijn geweest.
Klik hieronder op de pijl naar links voor het vervolg van de reis
09/09/2011 - Bretagne beschikt over een uitgebreid netwerk van kanalen, waarvan de 2 hoofdassen lopen van Nantes naar Brest (oost-west) en van Dinan naar La Roche-Bernard (noord-zuid). Respectievelijk meten deze kanalen 360km / 236 sluizen en 220km / 64 sluizen. Er zijn vertakkingen in Pontivy naar Lorient (Canal du Blavet) en bij Nantes over de Loire landinwaarts. Voor een deel werden bij de aanleg rivieren gekanaliseerd, en vervolgens met elkaar verbonden door middel van voor die tijd vernuftige hydraulische oplossingen - waterbekkens, aquaducten en tunnels werden aangelegd om de hoger gelegen panden (verbindingskanalen) van water te voorzien. In 1842 werd het eerste gedeelte in gebruik genomen. In de jaren 1970 kwam een einde aan de commerciele vaart op de kanalen: door de grote dichtheid van sluizen en de beperkte capaciteit ervan was het niet langer rendabel voor het vervoer van vracht. De pleziervaart heeft gelukkig gezorgd voor het behoud en zelfs restauratie van deze kanalen en kunstwerken, die een uniek beeld schetsen van de vroegere binnenvaart. De noord-zuid verbinding wordt veelvuldig gebruikt door zeiljachten die van het Engels Kanaal (La Manche) naar de Atlantische Oceaan (Biskaje/Gasconge) willen varen, en verder varen er veel 'Houseboats' die hier ter plaatse kunnen gehuurd worden. Met eigen schip kan natuurlijk ook, maar dan moet je over zee komen, er is geen aansluiting met de Europese binnenwateren. Zeker voor beginnende schippers is het hier ideaal, er is geen beroepsvaart, en ook voor de rest is het hier heel erg rustig. Het sluispersoneel is enorm vriendelijk en behulpzaam, en de omgeving is prachtig groen. De sluiswachterswoningen zijn echte pareltjes en elke sluis lijkt een klein parkje met een overdaad aan bloemen. Momenteel ben ik in Redon, het centrum van de bevaarbare waterwegen, waar de 2 assen elkaar kruisen. Ik vaar nu verder de rivier de Vilaine af in zuidelijke richting, naar de Barrage d'Arzal, en daarna via de monding van de Vilaine naar de Golf van Biskaje, de Oceaan op. Dat klinkt heel gewichtig, maar uit ervaring weet ik dat het op de "Atlantique" een stuk gemoedelijker varen is als op de Noordzee. De golven zijn hier wel hoger, maar ook langer waardoor je er op een klein schip minder last van hebt. Het is wel altijd even wennen aan de oceaan deining, al heb ik zelf gelukkig weinig last van zeeziekte.
Op de foto's enkele sfeerbeelden van het Canal d'Ille-et-Rance en La Vilaine. Veel opnames van sluizen, het waren er dan ook heel wat.
Na een week op de Bretoense kanalen aangekomen in Redon, waar de mast terug recht kon worden gezet. Nu is het nog slechts enkele kilometers tot de Atlantische Oceaan. Het was een aangename en rustgevende afwisseling op de kanalen, 250 km en 64 sluizen scheiden het Engels kanaal van de oceaan, maar het personeel hier doet er alles aan om dit zo vlot mogelijk te laten verlopen, en de omgeving is prachtig groen en schilderachtig. (klik op "HD" voor goede beeldkwaliteit)
Ik heb nog ongeveer een maand over om enkele rustige zeiltochtjes te maken, naar Belle-Île en de Golfe Du Morbihan onder andere, en er zijn nog plaatsen vrij aan boord.
14/09/2011 23:43 - Dat zeezeilen is allemaal goed en wel, maar eigenlijk ben ik diep van binnen ook maar een zoetwatermatroos. Zo eens een keer een uurtje zeilen, dan een terrasje, s'middags nog een uurtje zeilen, aperitief erbij, dat is meer mijn ding. Hier op de Vilaine in Frankrijk heb ik het toch wel gevonden zeker. Alleen de Berenburg ontbreekt, maar dat leer ik ze hier ook nog wel drinken!
Eerst maar eens beginnen met uitrusten,
het zeil erbij op, dat staat goed op de foto's.
Je verwacht ieder moment dat er bij een volgende bocht een Skûtsje tegemoet komt.
Deze Friese koeien staan er nog een beetje onwennig bij, langs de oever van de Vilaine
En dan eindelijk een terasje, in La Roche-Bernard
Klik hieronder op de pijl naar links voor het vervolg van de reis
16/09/2011 - De mooiste momenten van het zeilen zijn het vertrek en de aankomst. Vooral het moment waarop je de haven hebt verlaten en de open zee ziet opdoemen. Die enorme weidse, dat gevoel van vrijheid is met niets te vergelijken. Dat is ook het moment waarop alles is mogelijk is, de wereld ligt voor je open, en je weet nog niet waar je de volgende nacht zult doorbrengen. Vandaag vaarde ik de monding van de rivier La Vilaine uit, de Atlantische oceaan op, en het was weer net als toen ik voor het eerst met de de Bananenboot het Lac des Settons bestormde, of met tjotter 'Brasem' het Heegermeer. Uiteindelijk maakt het ook weinig verschil waar je vaart, je ziet vanuit jou perspectief alleen maar water, en wat aan de overzijde ligt is nog een verrassing.
De Stippel vaart de oceaan op. Deze foto zou ook in Lemmer of Nieuwpoort kunnen zijn genomen, maar het was toch echt de monding van de Vilaine. In de verte ligt Amerika.
Het tweede mooiste moment is de aankomst in de haven. Eerst is er het ingespannen turen naar de horizon tot er een tipje land zichtbaar wordt. Daarna duurt het vaak nog uren voor je er uiteindelijk bent. Dan volgt het zoeken naar de juiste ingang. Wat op de kaart staat is vaak moeilijk voor te stellen in werkelijkheid. Soms moet je tot je eigen frustratie mijlenver omvaren om de veilige aanloop van de haven met voldoende diepgang op te pikken. Wanneer dan uiteindelijk de boot veilig vastgemaakt ligt valt de spanning van de afgelopen uren haast als vanzelf van je af. Het is in deze euforie dat verhalen ontstaan over meters hoge golven die over het dek sloegen, enorme haaien die aan boord sprongen en hoe het allemaal maar juist goed afliep. In ieder geval, na enkele uren op de 'Oceaan' kwam Hoëdic in zicht, een eiland van nog geen voorschoot groot, maar voor mij was het Amerika! Het is ook de eerste plek waar ik, sinds ik de Noordzee heb verlaten, al eens eerder was geweest, en het besef dringt langzaam door dat het doel van de reis is bereikt. De volgende ochtend heb ik de bijboot opgepompt om aan land te gaan en een lange wandeling over het eiland te maken. Ik had een toevallige ontmoeting met de voormalig pastoor op rust die over de geschiedenis van het eiland vertelde, de teloorgang van de visserij, de opkomst van het toerisme, over hoe hij tegelijk gemeente secretaris was omdat de burgemeester (zelf een visser) niet kon lezen of schrijven. Dit is alles nog niet zo lang geleden, hooguit zo'n 30 jaar. Een boeiend eiland, net als Houat, 4 mijl verderop.
Zicht op de zee vanuit Port de l'Argol (Hoëdic)
Port de la Croix, aan de zuidzijde van het eiland, bij eb.
In de namiddag was het tijd om het anker op te halen en met het tij naar de Golfe du Morbihan te zeilen. Volgens mensen die het kunnen weten (de Fransen) is dit het mooiste gebied ter wereld om te zeilen. Ik ben het volmondig met hun eens. Niet dat ik al op zoveel plaatsen ben geweest, maar het kan gewoon niet dat er nog schonere plekken zijn. Je vaart hier op een binnenzee die is getekend door de getijden en de mondingen van verschillende rivieren, tussen de eilanden, het ene nog mooier als het andere. De havens liggen gewoonlijk in de geul van een rivier, waar je van voor en achter vastmaakt tussen twee boeien, die hier voor dit doel liggen. Ik vond een plaats in de haven van Le Bono, en hoewel ik hier verleden jaar ook al was geweest werd ik toch weer verrast door de stroming: ik maakte eerst vast aan de boei die welliswaar naar de wind lag, maar ook stroomafwaarts. Voor ik het wist lag ik achterstevoren in de geul, gelukkig zonder iets te raken en zonder dat iemand mij heeft bezig gezien. Dat is het verschil met Friesland, daar is op zo'n plaats altijd wel een terras in de buurt vol luidruchtige Hollanders die niet te beroerd zijn om commentaar te leveren. Niet dat ik dat zelf niet graag doe, op een terrasje zitten en andere mensen zien sukkelen, zolang mijn eigen operaties er maar een beetje 'cool' uitzien!
De Stippel voor Port-Navalo, de ingang naar de Golfe du Morbihan, de eindbestemming is in zicht!
De rivier d'Auray
De haven van Bono. La Fée du Traon lag heel toevallig vlak achter mijn boot. Volgende week mag ik meevaren op deze Yole! Vorig jaar waren we nog op een barbeque waar geld werd ingezameld voor de bouw van deze boot. Ik sta zelfs nog op de foto op hun website, net als de Muscadet die we toen hadden gehuurd: http://lafeedutraon.com/
De afgelopen week de Golfe du Morbihan verkend. Te voet, op de fiets en uiteraard zeilend. Bretagne heeft ongeveer 2700 km kustlijn, waarlangs de wandelroute GR 34 - Sentier Côtier of Sentier des Douaniers loopt. Hieronder enkele sfeerbeelden.
Stippel in Le Bono
Stippel in Le Bono
Sentier Côtier - Rivière d'Auray
Sept Iles, op de achtergrond Locmariaquer
Ontmoeting met de Notre Dame de Bécquerel, een replica van een Forban de Bono.
26/09/2011 18:57 - Dit weekend twee dagen met "La Fée du Traon" op stap geweest. Deze nagelnieuwe "Yole de Bantry" werd in het voorjaar gedoopt tijdens la semaine du Golfe.
Na enkele weken zomerweer en 'tranquille' rondzwerven in deze baai vol eilanden, ankerplaatsen en oude steden is de tijd gekomen om huiswaarts te keren. De plicht roept. Er rest mij nog een klein stukje Atlantische oceaan, terug naar de Vilaine waar de boot uit het water gaat voor de winter.
Op TF1 was tijdens La Semaine du Golfe in mei dagelijks een reportage te zien over de traditionele schepen in deze regio. In deze uitzending ging het over de Yole de Bantry, waar ik een paar keer ben meegevaren.
Het water stroomt in de Golfe du Morbihan in alle richtingen, soms gaat het achteruit, dan weer in een stroomversnelling met hoge snelheid voorwaarts, meestal is het een kolkende soep en heb je er zelf weinig over te zeggen. (Klik op "HD" voor goede beeldkwaliteit)
13/10/2011 23:59 - De laatste zeiltocht van dit jaar. Hoewel de temperatuur nog altijd
aangenaam is in zuid Bretagne, komen er af en toe behoorlijk herfstige
wolken overdrijven. Tijd om naar huis te gaan!
Deze blog eindigt zoals ze begon, een foto van de Stippel uit het water.
Helaas zit de reis er op, het was voor mij een hele ervaring, iets waar
ik zeker geen spijt van heb. Het zal wel weer moeten wennen, te leven
tussen stenen muren.
De Stippel op de waterkant in Redon, klaar voor een (hopelijk niet al te lange) winter.
Bedankt alle trouwe lezers voor jullie belangstelling, en à la prochaine!
Bij zeilschool 'it Beaken' in Heeg (Friesland) was ik in de jaren 90 actief lesgever. Het was er zalig zeilen met de Tjotters en het Friesch Jacht.
De Tjotter is een kleine zeilboot met zijzwaarden, vroeger werden ze in Friesland voor allerlei doeleinden gebruikt. Bij de jeugdherberg in Heeg kon je er jarenlang mee leren zeilen. De vloot van 10 "boatsjes" en een Fries jacht worden tegenwoordig beheerd door de Stichting Friese Tjottervloot.