De feestdagen heeft W nauwelijks bij ons doorgebracht.
Enkel omdat ik hem duidelijk maakte dat hij vanalles beloofd maar zich niet aan die beloftes houd, en daarmee vooral E verdrietig maakt , is hij op kerstavond bij ons geweest. Het is E natuurlijk niet ontgaan dat dit niet van harte was en dat het ook enkel maar was omdat ik en zij hebben aangedrongen.
Ik probeer om hem gerust te laten en heb zelf nood aan die afstand. Maar praktische zaken moeten nu eenmaal geregeld worden, en als ik merk dat hij zo weinig moeite doet om contact te houden met de kids, kan ik niet anders dan hem erover aanspreken. Die frustratie overheerst voorlopig. Het maakt me kwaad dat hij zo met zichzelf bezig is en doet alsof hij met het beste idee ooit is afgekomen. Dat enkel hij dat vindt en dat er 3 mensen zijn die alles maar te accepteren hebben, liefst zonder zeuren en moeilijk doen, maakt me zo kwaad dat er nauwelijks ruimte is om iets anders te voelen.
E vertikt het om naar het appartement van W te gaan. Enkel T is er al geweest. Hij kan zich beter bij de situatie neerleggen.
Maar eigelijk vinden we met ons 3 onze draai heel goed. Ik doe mijn best om het zo gezellig mogelijk te maken en er te zijn voor de kids wanneer ze het nodig hebben.
Ondertussen probeer ik nu ook eens uit te vinden wat ik nu eigelijk voel...
|