De kalfjes lopen op ons bedrijf tijdens de zomermaanden reeds op jonge leeftijd ( 3 maanden) op de weide en krijgen bij mooi weer overdag buitenbeloop. s'Avonds worden die terug op stal gehaald en wat bijgevoederd. Zo leren ze reeds op jonge leeftijd kennismaken met de weide en zelf wat gras afgrazen en opnemen. Dit komt vooral de penswerking ten goede en vormen ze een grotere maaginhoud om op latere leeftijd voldoende gras te kunnen opnemen en om te zetten in kwaliteitsvlees. Tijdens de winter krijgt het jongvee een rantsoen op basis van 50 % voordroogkuil (gras) en 50% mais aangevuld met wat krachtvoer met eigen geteelde granen ( triticale= een kruising tussen rogge en tarwe). De volgende levensjaren gaat het vrouwelijk vee vanaf half april voor ongeveer 6 maanden naar de vette weiden. Ze krijgen tijdens de winter een rantsoen die hoofdzakelijk bestaat uit voordroogkuil (gras) . Enkel de jonge kalfvaarzen en de runderen in wat mindere conditie krijgen wat mais of krachtvoer met triticale bijgevoederd .Hieruit blijkt dat het voeder van de vrouwelijke runderen van het rode ras op ons bedrijf voor minstens 80% uit grasproducten bestaat.Gras is nog steeds een zeer kwaliteitsvol, goedkoop en gezond voeder voor onze rode runderen !!!