Zimbabwe is een deel van het vroegere Rhodesië dat onder Cecil Rhodes ook nog Zambia, Malawi en Mozambique omvatte. Harare was een suburb van Salisbury. Deze naam verdween, de hoofdstad werd Harare en de suburb is het huidige, zeer levendige Bwame.
De kogel is door de kerk. We gaan naar Zimbabwe. Na verschillende keren Azië als reisdoel te hebben gekozen willen we wel eens ergens naartoe waar het rustiger is. Na het lezen van wat reisverhalen en omdat we slechts 2 weken weg kunnen viel deze beslissing. We reserveerden een vlucht bij Balkan airlines. Het is er eentje met een tussenstop in Sofia waar we de nacht moeten doorbrengen.
De vlucht Zaventem-Sofia verliep vlekkeloos. Op de luchthaven krijgen we een transitformulier. Een minibusje brengt ons naar hotel Pliska nabij 't centrum. Tien minuten later zijn we reeds op stap in de stad. Een speciaal sfeertje en mooie gebouwen. We stappen een oude kerk binnen waar een huwelijksplechtigheid plaats heeft volgens de Grieks-Orthodoxe riten. We wisselen een paar DM in Bulgaarse Lev en schaffen ons een stadsplannetje aan en een paar gekke gadgets voor de kinderen. Op de tram moeten we ons laten helpen want we verstaan geen knijt van het ticketsysteem. De conducteur wordt er zowat gek van, wuift ons weg, laat ons gratis meerijden en verwittigd ons als we op het centrale stadsplein zijn. We slenteren door de smalle straatjes en stappen een winkeltje binnen. Oeps, grote consternatie als we vergeten te wachten tot er een winkelmandje vrij komt. Dit systeem kenden we van in Tjechoslowakije maar we hadden er in ons enthousiasme niet meer aan gedacht. Als eerste souvenir voor mij deze reis koop ik mij een setje met een tiental haaknaalden in diverse maten voor de prijs van omgerekend 2,80BFr We kuieren door het stadspark en nemen de trolleybus terug naar het hotel. Het avondeten is zoals overal in het oostblok: een soort linzensoep , aardappelen met kool en worst en een taartje als dessert. De kamer is groot, versleten maar proper. Zelfs de douchekop doet het. We liggen vroeg in bed want we worden om 6u30 opgehaald.
Op de vlucht naar Harare is achteraan nog veel plaats vrij. We mogen echter niet verhuizen omdat op de laatste rijen illegalen zitten die terug naar Nigeria worden vervoerd. Onverwacht landen we in Tunesië om bij te tanken. We mogen rustig blijven zitten. In Lagos, Nigeria moeten we wel naar de transitzone. Het is er snikheet en de airco doet het niet. Aan de douane post is er veel heibel. Een geharrewar van mannen, vrouwen en militairen en massas bagage in bijeengeknoopte doeken die de weg versperren. Een jongeman maakt gebruik van de herrie en springt terug over het dranghekken en verdwijnt richting landingsbanen. Uiteindelijk kunnen we met een half uur vertraging terug inschepen. Alles wordt wel een paar maal nagekeken op verstekelingen. Het wordt zo heet dat men de nooddeuren openzet om wat lucht te krijgen. Gelukkig wordt het weer rustig na het opstijgen. Van slapen komt niet veel meer. We landen rond 9u in Harare.
Eerst zorgen dat we Zim.dollars hebben. Ze proberen ons hier reeds in 't zak te zetten maar ik tel mijn centjes altijd goed na en het sorry, sorry lokt bij mij alleen een plat vlaams discours uit. Een taxi brengt ons naar The Executive Hotel nabij het centrum. De kamer en badkamer zijn ruim en netjes. De prijs zeer schappelijk. Het restaurantje is zeer gezellig en ze serveren er heerlijke maaltijden. We gaan op verkenning, eerst naar een autoverhuurbedrijf. Een paar blokken verder is er ééntje die ons een goede prijs maakt. Het behoort wel niet tot een keten maar heeft wel afspraken met garages in de verschillende steden. We mogen straks de wagen komen keuren en hem deze avond reeds meenemen naar 't hotel niettegenstaande het verhuurcontract morgenvroeg slechts start. We maken ook een afspraak voor drop-off aan de luchthaven de laatste dag. We trekken het centrum in. Daar is, aan het parlementsgebouw, een betoging door vrouwen voor het behoud van hun parochiepriester . Er wordt gezongen en gedanst. Wij gaan op zoek naar het Travel Center om wat informatie te vergaren, vooral over de parken. In het Main Post Office posten we een paar kaartjes in de hoop dat deze voor ons thuis zullen zijn. We wandelen verder door het centrum en stappen binnen in een paar zaken met lokale kunst die ons doen watertanden. 't Steekt hier vol met prachtige zaken die ik allemaal wel zou willen meenemen. Iets voor de laatste dagen. We paraderen langs het Meikles hotel - grand chique. Wandelen door de Harare Gardens en langs het open air theatre waar muzikanten aan 't oefenen zijn. Het sfeertje hier bevalt ons wel. Opvallend de vele MACs en JFK's en hier en daar zien we straatkinderen rondhangen. Een meisje, wiens ouderdom we op 7 à 8 jaar schatten, nemen we mee de broodjeszaak in en laten haar haar keus maken. Blijkbaar not done hier maar we vegen er ons voeten aan. We wandelen verder en nemen een bocht langs het Bronte Hotel. Het is een oud-koloniaal huis met een prachtige tuin waar we genieten van een heerlijk fruitsapje. De kamers zitten nu vol maar we zullen proberen onze laatste nacht hier door te brengen. De wagen ophalen zodat we morgenvroeg de baan op kunnen. Onze eerste dag op Afrikaanse bodem is ons goed bevallen.
In de badkamer hangen pamfletjes om zo zuinig mogelijk om te springen met water en dat doen we dan ook. Voor ontbijt kiezen we de afrikaner versie. Amaai daar kom ik normaal een hele week mee toe. De bagage de koffer in en we zijn op weg. We zoeken op het plannetje de gerichtste weg om op de baan naar Bulawayo te geraken. Eerst rustig aan want ze rijden hier aan de verkeerde kant van de weg en dat is toch steeds een tijdje aanpassen. 24 km richting zuid is het Lion & Cheetah Park. We willen het aan 't begin van 't verlof bezoeken om een beetje overzicht te krijgen van al die verschillende katachtigen. Hyena's vind ik afschuwelijk, de Hunting dog heel speciaal, de civet, genet en serval cat heel sierlijk, de cheetah's en luipaarden imponerend. We zijn juist op tijd om het voederen mee te maken. De poema's gaan nogal tekeer als ze grote hompen vlees toegeworpen krijgen. Aan de overkant van de baan kan men door een park rijden waar cheetahs en leeuwen vrij rondlopen. Mijn ventje draait de zijramen omhoog als er een paar jachtluipaarden te kortbij komen en aan de spiegel gaan likken. Langs de baan wordt er veel gelift. Wij pikken 2 vrouwen met hun baby's op. Prachtige gewaden (dat kan men niet zo maar gewoon kleren noemen) dragen de dames. Ze zullen wel een teken geven zeker als ze willen uitstappen want hun taaltje is wel het onze niet. We stoppen aan een soort fruitkraam en de mango's, bananen en pomelo's verdwijnen in een grote kartonnen doos. We rekenen af maar één van onze liftende dames komt kijken, keurt het fruit, verwisselt een paar mango's en onderhandelt blijkbaar over de prijs want we krijgen nog wat kleingeld terug. Als we in Gweru aankomen hebben we ongeveer 300km afgelegd. Het is een goede baan en 't gaat vooruit. We gaan iets eten en wat voorraad indoen.We willen niet te lang rondhangen om voor 't donker in Bulawayo te zijn. Op 't eerste zicht is Bulawayo een gezellige stad. Verloren rijden kunt ge er niet want het is naar amerikaans model opgevat in rastervorm met in de ene richting de avenues en in de andere de genummerde streets. Het Caravanpark ligt tussen 2 openbare parken en spreekt ons niet zo aan. We rijden dus verder naar Matopos Nat. Park Aan de gate betalen we de inkom en voor onze campingplaats. We willen ons tentje opzetten nabij de Malene Dam. We hebben nog maar pas alles uit de koffer gehaald of een dame komt ons thee en appelen aanbieden en vraagt of ze kan helpen. We zijn goed op elkaar afgesteld dus geen probleem. Als de tent staat komt ze een klapke doen. Ze heeft een kunstgalerij in Harare en komt naar hier om te schilderen. Ze heeft hier dan ook een zeer grote tent met verschillende kamers staan en alles goed ingericht. Ze vertelt ons dat we in Harare goed moeten opletten, het is er de laatste jaren zeer gevaarlijk geworden. Twee maanden geleden is er zelfs bij een blanke ingebroken. Wij verslikken ons bijna in onze appel ... (2 maand geleden? Bij ons op 't dorp elke week) Aangezien de kilokes beperkt waren op de vlucht hebben we niet veel kampeermateriaal bij. Zij vertelt ons waar we in Bulawayo alles kunnen lenen. Als het duister valt verschijnt er een gewapende bewaker. Er is geen afsluiting aan de camping en men weet maar nooit welke dieren op bezoek komen. (djeses, daar had ik zelfs nog niet aan gedacht) Hij steekt het vuur aan voor 't opwarmen van het water voor 't bad in de toiletruimte - geniaal systeem; verwarmt tegelijkertijd het water en de ruimte want 's avonds koelt het deze tijd van 't jaar wel fel af. Voor diegenen die het wensen steekt hij de BBQ aan, wij zijn blij met een vuurtje om gezellig rond te zitten.
Als we in onze slaapzak liggen horen we natuurlijk van alles en vooral datgene wat er niet is. De zenuwen staan een beetje gespannen, de eerste keer sinds lang terug in de tent slapen en ook de eerste keer terwijl er buiten vanalles kan rondlopen. We zijn moe genoeg om toch goed te slapen. We worden wakker van het daglicht. Met onze vuurblokjes koken we water voor thee. Ons ontbijt bestaat uit een groot bord vol fruit en wat graanvlokken. Het eerste dat we vandaag doen is op zoek gaan naar kampeergerief. We komen uiteindelijk bij Iversens Hire en vergroten ons comfort met een paar kampeerstoelen en tafeltje, kampeermatrasjes, een kookpot, een gasvuur en grote gasfles, gaslamp voor buiten aan de tent en Kopen een paar ankerslotjes om de ritsen van de tent vast te maken want blijkbaar zijn apen slim. De kinderen moesten ons bezig zien.. Luxe in ons klein tentje. Tijd nu om op safari te gaan en het park te verkennen. Spannend toch. Het park is verdeeld in verschillende wild area's langs beide kanten van de doorgangsbaan. Het zou een boek worden als ik hier moet neerschrijven wat we er allemaal beleefden dus een kort overzicht. De site zelf is prachtig met geel/rode rotsen en plateau's. Op verschillende plaatsen zijn er waterpools waar de dieren komen drinken en dikwijls zijn daar ook uitkijkplatforms. Aan sommige rivieroevers wordt verwittigd voor crocodiles. De campingplaats in Togwe area vinden we heel mooi liggen. De ranger heeft ons zien staan en komt ons verwelkomen, hij toont ons mooie plaatsjes en opent fier de deur van de toiletruimte die hij onderhoudt, het hout voor 't opstoken ligt klaar. Mooi, maar we zouden hier moedermens alleen staan en zo erg voelen we ons nu ook nog niet thuis in de wildernis. We spreken hier wel onze mondvoorraad aan en trakteren onze vriend op Belgian choclats die richting smeltingspunt dreigen te gaan. In de Northern area zijn ook veel rock paintings maar het voornaamste is toch wel het graf van Cecil Rhodes. We moeten een klimmetje doen om boven op de rots te komen waar de steen ligt. Een prachtige plaats, view of the world, en het is er werkelijk adembenemend mooi. We vinden een mooie platte steen om op uit te rusten en geven onze ogen de kost - gelukkig maar. De rust is vlug voorbij als ik in mijn ooghoek plots een slang zie wegkronkelen. Het is nog een beetje moeilijk om doordrongen te raken dat we echt in het wilde zitten niettegenstaande hier en daar wat menselijke inbreng te zien is. Tijd om onze kookkunst te tonen nu we een grote castrol en een groot vuur hebben. Mijn moortje kookt in geen tijd. De rijst wordt aangevuld met tomaat, paprika's en verse ananas. Vanuit de struiken wordt onze tafel bespiedt door een familie baboons. Niks onbewaakt achterlaten dus en de rits van de tent potdicht. 's Avonds zitten we met een tiental rond het vuur en converseren in het afrikaans/plat vlaams. Vanop onze matrasjes luisteren we naar de nachtelijke geluiden waar we zeer vlug aan gewoon geworden zijn. De ranger houdt de wacht. Ik slaap in één ruk door tot de zon de tent opwarmt. De volgende dagen genieten we nog hier in 't park. Mijn ventje heeft zijn hart verloren aan de impala's. Overstekende Kudu's doen ons regelmatig in de remmen gaan. Tegen de avond aan zijn het vooral de waterbokken die onze aandacht trekken. We zitten voortdurend met onze neus in de boeken om al die mooie dieren te kunnen benoemen. Al onze zintuigen staan op scherp en we leren heel vlug door de struiken kijken en het geritsel interpreteren. Als we een luipaard met zijn prooi zien hebben we het echter nog moeilijk om dit als "gewoon" te bekijken. Laatste avond. Afscheid nemen we met een pannekoekenbak op zijn vlaams. In Bulawayo gaan we naar 't warenhuis foerageren. Melkpoeder kan niet schiften, aardappelvlokken zijn vlug klaar, ontbijtvlokken voor bij 't fruit, spek om ons broodjes in 't vet te soppen. Fruit en groenten hopen we onderweg aan de "padstal"letjes te kopen. We zijn veel te laat vertrokken en onderweg herhaaldelijk gestopt voor aankopen of om te genieten De zon begint onder te gaan als we in Gwaai river aankomen. Links van de baan ligt de Umkombo Safari Lodge en ze hebben een kamer vrij. Amaai, wa ne luxe. Een heel mooi houten chalet met prachtig meubilair in koloniale stijl en een te gekke badkamer. De prijs ligt aan de hoge kant maar wel met HP. De gong gaat voor het avondeten en we delen de tafel met een groep Amerikanen die hier opnamen maken voor een film en een koppel Afrikaners die in Kariba wonen. Voor iedereen dezelfde kost maar heel lekker. Soep en potjie van springbok (om de vingers af te likken al kan ik bij benadering niet zeggen wat er allemaal inzit) met geflambeerd vers fruit na. Als toetje krijgen we in de tuin optredens voor de film door een folkloristische groep. Het wordt kot in de nacht voor we gaan slapen.
Aan de ontbijttafel zien we alleen de Afrikaners. Ze maken ons warm om een bezoekje te brengen aan hun thuisfarm. Hwange lokt. Onze verwachtingen staan heel hoog gespannen na de vele verhalen die we in Brugge/wegwijzer lazen. Na het vliegveld van Malindi slaan we af. We zijn nog maar een paar honderd meter verder als we reeds een groepje zebra's zien en wat verder giraffen. Voor we aan de gate zijn heb ik al een filmrolletje vol. De eenmalige entrance fee bedraagt 40Zim$/pp en 20Zim$/pp voor de camping per nacht. (1Zim$=4Bfr) We installeren ons op maincamp. Het is een groot terrein met vrije staanplaatsen. Aan de tegenkant staan een tiental rondavels. Er staan een paar sanitaire blokken - ligbad is common in Zimbabwe - verwarmd zoals in Matopos met een buitenkachel. Het is er zeer rustig. Alles bijeen een achttal plaatsen bezet ofwel met een immens grote tent of wel een jeep met daktent. Het tentje staat vlug recht, de rest doen we straks wel. Naast de weg staan een viertal kleine beestjes op hun achterste poten te loeren (mongoosen?)We zijn gretig om het park in te trekken. Pa ontdekt dat hij zijn portefeuille met bankkaart enz. in de lodge vergeten is. Een telefoontje stelt ons gerust. Alles is terecht en we kunnen het ophalen op de terugweg. Gelukkig onze centen wat verdeeld of we zouden hier schoon staan. Aan de gate vraagt men ons welke richting we uit gaan. Het wordt genoteerd en we krijgen een kaartje met nummer dat we bij 't verlaten van 't park moeten inleveren. Zijn we niet voor sluitingstijd aan de gate worden we gezocht en draaien we op voor de kosten. Wij willen naar Summamalisha pan. De ranger bekijkt ons eens raar en zegt dat het al vrij laat is en dat er verschillende uitkijkplatforms zijn een beetje verder. We zullen het er toch maar op wagen -ongeveer 100 km kan toch geen probleem zijn. Bleukes, bleukes... Het is een prachtige loop, Kudu's, impala's en nog meer. In de verte steken de nekken uit van een koppel giraffen die mekaar het hof maken door hun nekken tegen mekaar te kletsen - en niet stillekens hoor, we zijn er op attent gemaakt door het geluid anders hadden we ze misschien niet zien staan zo ver af. Plots lopen er ook olifanten op de baan een honderdtal meter verder. We rijden stilletjesaan verder en de kolossen trekken de bosjes in. Rond Kennedy Pan 1 is buiten de picnic site niet veel te zien. Aan Kennedy pan 2 heeft een familie whartogs (wrattenzwijnen) het gezelschap van een kudde impala's. Aan Ngwashla pan is ook een picnic site. We rijden de fence binnen. Een ketel kokend water staat op 't vuur voor wie thee of iets anders wil maken. De ranger woont hier met zijn familie. Als men in main camp toestemming vraagt kan men ook hier camperen en trekt hij 's avonds met u de bush in. Hij toont ons een paar gigantische termietenheuvels achter zijn woning . Op weg naar Summamalisha is de weg omgewoeld en loopt er veel groot wild rond een beetje teveel naar onze zin om tussendoor te rijden. Even tevoren hadden we een afslag gezien met plaatje naar Manga 3. We keren. De tijd snelt voorbij en we ontdekken dat het hier lange klms zijn en we best niet te veel meer blijven plakken. Manga 2 en 1 en jambile pan picnicsite laten we voor een volgende keer. We hebben de indruk dat hier minder dieren rondlopen (misschien zien we er over veel over of beloeren ze ons van ergens in een boom) In Dopi pan stoppen we voor een neushoorn die wat verder de weg oversteekt. En we blijven nog even staan want er komen ook nog olifanten overgestoken. En die blijven maar komen. Als we naar links kijken zien we dat heel de struiken vol zitten en dat ze allemaal deze richting uitkomen. Voor de auto blijft ne kleine staan om takken af te rukken en te eten. Een grote, vermoedelijk de moeder, windt zich behoorlijk op en begint met haar slurf een put in de zandweg te maken. Paniek besluipt ons. Mijn ventje zet stilletjes de auto in achteruit om wat ruimte te scheppen maar...te laat... ook achter ons steken ze het wegske over. Ik voel mijn hart in mijn keel kloppen en 't ventje voelt zich ook niet goed. We blijven doodstil zitten. Na een tijdje, en vraag me niet hoe lang dat tijdje echt duurde maar 't voelde aan als een eeuwigheid, is de weg weer vrij. De toegelaten 30km/u worden er 50 want wie weet wat ons nog te wachten staat. Aan Balla Balla pan op de grote weg is een uitkijkplatform. We gaan even een kijkje nemen en zie...honderden olifanten... en onze frank valt. Die beesten onderweg trokken naar de drinkpool en vermoedelijk stopten wij op hun oversteekplaats. Als we bij het verlaten van 't park de ranger ons verhaal vertellen moet die hartelijk lachen. "no problems" u behoort niet tot de voedselketen van olifanten als ge hun niet opschrikt zien ze u als een dood voorwerp. Ja, ja, als dat beestje effe zijne poot op dat dood voorwerp auto zet ben ik daarna vermoedelijk ook plat en dood. De olifanten blijven door ons hoofd spoken en de ene of de andere begint wel met...en stel dat...Onze eerste halve dag in een echt groot park zullen we nooit vergeten. Gelukkig hadden we onze doos fruit uit de auto gehaald want 't schijnt dat de olifanten gek zijn op appelsienen volgens hun info folder...of is dat een fabeltje? 'k Zal het toch maar nooit uitproberen. Er zijn optredens in 't restaurant en we gaan dus maar uit eten. Het wordt een gezellige avond. Als we naar de camping teruggaan komt de nachtranger ons bijlichten. Mijn ventje ligt te snurken voor ik me omgekleed heb.
We zijn zowat de eersten die 's morgens het park in rijden en doen de toer van Tshabema dam die een stuk korter is dan die van gisterennamiddag. We nemen rustig de tijd, nestelen ons met de verrekijkers in aanslag aan een pan en zien de va et viens van diverse dieren. Een leeuwenfamilie ligt onder een struik en slechts eentje doet de moeite zijn kop eens op te heffen. Wat verderop worden zebra's door iets opgeschrikt en slaan op de loop...wij zien niks. Rond 11u worden ook wij lui en gaan terug voor een siësta. Wij installeren ons onder een boom met thee en een broodje. De baboons liggen op de loer en een paar vervetaapjes hebben het op de spankoorden van de tent gemunt. Laat ze maar doen zolang ze van onze boterham blijven is 't goed, al vind ik baboons (bobbejane zeggen de afrikaners) wel lelijke beesten met hun bloot gat. In de namiddag doen we terug een toertje langs Dopi pan en zien, nu we er op letten, de oversteekplaats waar we gisteren middenop stonden. Ge kunt het eigenlijk niet missen - struiken zijn vertrapt en er liggen massa's grote hopen mest. Er zitten veel grote kevers rond die bolletjes mest wegrollen ettelijke malen groter dan zijzelf. We installeren ons vroeg nabij 't platform. Een paar struisvogels paraderen voorbij. Aan de pool staan gazellen te drinken en wat ons gisteren niet opgevallen was...ook hier is een pikorde.. als de grote verschijnen verdwijnen de kleine. De zebra wijkt voor de giraffe en deze voor de olifant en voor de neushoorn maakt iedereen plaats. Straks eens vragen aan de ranger. Als het donker wordt is het tijd om te gaan. Men kan hier 's avonds laat ook komen onder begeleiding van een gids We gaan nog even naar de winkel om onze voorraad aan te vullen. Als het begint af te koelen maken we pakskes soep die we wat aandikken met aardappelvlokken. Spek met eieren en een boterhammeke moeten de rest van de gaten vullen. Onze jonge Zuid Afrikaanse buren trakteren met geroosterde banaan met honing (mierzoet) We hangen onze olielamp in een boom als insectenval en genieten nog laat van de heldere sterrenhemel.
Laat op. De buren hebben hun picnictafel reeds gedekt. We zijn juist op tijd om te zien hoe de apen achter hun rug vlug de zakken meegritsen en in de bomen verdwijnen. We kennen nu ook een paar afrikaanse krachttermen. We willen vandaag naar Sinamatella. Eerst bijtanken want verder in het park is er alleen bevoorrading voor de rangers.Aan de gate hangt een bord met laatste vertrekuur op voor de verschillende campen in 't park. We krijgen een gekleurde kaart mee die we bij aankomst en inschrijving in 't kamp moeten afgeven ... ge weet wel om zoekakties te voorkomen. Het is ongeveer 120km. Voorbij Danga pan wordt het wegdek erbarmelijk. We laveren tussen de de "slaggate" Een felgroene soort hagedis steekt de weg over in een soort paradepas - navraag leert ons dat ze afwisselend rechter voorpoot met linkerachterpoot en omgekeerd opheffen en even gestrekt houden om af te koelen als de grond te heet is. In Shumba picnic site staat ook de waterketel te koken. Het is een teken van gastvrijheid vernamen we. Masuma dam is een vrij grote waterpool. Op het uitzichtplatform ontmoeten we een groep Zuid Afrikaanse ornitologen. Hun verrekijkers zijn van een ander kalliber dan de onze en we spenderen een heerlijk uurtje in hun gezelschap en leren veel bij over vogels en de politieke toestand in hun thuisland. Aan de oever liggen veel jonge krokodillen te zonnen maar ook een exemplaar om U tegen te zeggen. Er cirkelt een prachteksemplaar van een visarend boven onze hoofden. Men toont ons de hoekjes op het platform waar de kijkgaten zo zijn ingesteld dat men geen last heeft van de zon in de ogen. Voor we verder rijden krijgen we de raad zeker ook naar Robins camp te gaan. Dat is genoteerd. Sinamatella camp ligt boven op een rotsplateau. De helling is bezaaid met afgebroken takken en neergevallen bomen - helemaal verwoest. Rond het camp is een dubbele fence. We gaan ons inschrijven en vertellen dat we van Main Camp komen. Dit wordt onmiddellijk doorgegeven aan Main. We zijn de enige kampeerders hier maar er zijn wel een paar lodges bezet. Als we in 't restaurant willen eten moeten we nu reserveren. Dat doen we dan ook want er staat potjie op 't menu. Plaats zat dus om ons tentje te zetten. Niet te ver van de sanitaire blok die we voor ons alleen hebben. Na een heerlijk bad en ontdaan van alle stof parfumeren we ons met moscitocoil want het rottend hout van de omgeworpen bomen trekt garnizoenen muggen aan. De ravage in de bush is aangericht door de olifanten waarvan er hier voor 't moment veel te veel zijn. Ze wachten tot alle bladeren van de bomen zijn om de jacht te openen want er moeten er 3000stuks aan geloven. Erg? Ja! Een andere oplossing? Neen want delokatie is onbegonnen werk en het olifanten bestand groeit te snel over heel zuidelijk Afrika. De ranger toont ons een plek vanwaar we goed de zonsondergang kunnen zien. Vraag me nog steeds af waarom die zo spectaculair zijn in zuidelijk Afrika? Het is puur genot! Nagenietend gaan we aan tafel waar we nog meer verwend worden met een heerlijk geurende stoofpot opgeschept uit een ketel; formaat zeer kroostrijk gezin. Wie heeft willen inbreken? mongoosen of vervetaapjes? Hier en daar zien we onderaan het tentzeil kleine scheurtjes.
Heel lang geslapen. Ontbijten. Het tentzeil plakken en inspuiten met iets raar riekend dat we van de ranger kregen - houden de mongoosen niet van. We vertrekken richting Robins Camp met een roos kaartje op zak en de raad het zeker niet te vergeten. Beneden aan de heuvel rond salt spring is het druk We zien er leeuwen, olifanten, giraffen, zebra's, impala's en reeachtigen die we niet in ons boek terugvinden. Manduva dam heeft een picnic area en de pool is dichtbevolkt met nijlpaarden en krokodillen. Van op afstand kijken een paar prachtexemplaren waterbokken toe en als we goed zien zit er boven hun hoofd in de takken een visarend. Nijlpaarden vind ik logge dieren en 't is of ze steeds op de loer liggen met alleen die grote ogen boven 't wateroppervlak. We zijn nog maar pas terug op de weg als we halthouden voor een grote schildpad die oversteekt; We worden verwend ... De Mbejane pan loop is voor 4x4's en we zullen maar niks riskeren zeker. Ook de Chingahobe drive ziet er te zanderig uit. We combineren Dolido met Crocodile pools drive. Op 't eerste zicht lijkt de Deka River vol drijvende levende boomstammen te liggen. Volgens een bord mogen we hier de auto zeker niet verlaten en dat gaan we beslist niet doen want op 2 meter van de plaats waar we gestopt zijn glijdt een dikke krokodil door 't gras. We rijden voorzichtig verder. Wat zou zo'n beest doen als ge per ongeluk over zijn staart zou rijden? Op een eilandje in de rivier staat een grote kraanvogel majestueus op 1 poot. Als hij opschrikt en wegvliegt heb ik natuurlijk de verrekijker in de hand ipv 't fototoestel. We dachten dat hij wit/zwart van kleur was maar bij 't openen van zijn vleugels blijkt hij ook aan de oranje en blauwe verfpot te hebben gezeten. Mooi, mooi, mooi... Nantwich en Deka Camp zijn gesloten - off season - en we moeten dus ons tentje in Robins neerplanten. We schrijven ons in en laten Sinamatella verwittigen dat we aangekomen zijn. Een ranger gaat mee om ons te tonen waar we best ons tentje kunnen neerzetten. De kampplaats heeft geen fence, hippo's komen 's nacht uit 't water en hebben een vaste route zo ook de olifanten, onder de bomen is ook geen goed idee want er zijn veel slangen op trek en als ze zich uit de boom laten vallen ... als er aan de tent gesnuffeld wordt het tentzeil niet aanraken, vermoedelijk zijn het leeuwen en die reageren alleen als ge plotse bewegingen of geluiden met het zeil maakt. Ja wadde. Hij geeft ons een soort leeg olieblik want na 21u mag men niet meer uit de tent, ook niet om naar 't toilet te gaan. Gewapende rangers houden een oogske in 't zeil en zullen ingrijpen als het uit de hand mocht lopen. 'k Zal maar niet vragen zeker of dat dikwijls gebeurt. We proberen dus met al die dingen rekening te houden als we ons tentje opzetten en de wildste voorstellingen trekken aan ons oog voorbij. Muren van tentzeil, n'een dikke meter hoog en elke wind die binnen gelaten wordt zullen ze buiten wel horen en kunnen ruiken. Waar zijn we aan begonnen? Wat verder staat zo'n grote tent met Afrikaners die aan 't braaien zijn. Zouden de beestjes niet gelokt worden door die geuren? Wij houden het heel sober: aardappelpuree met koude groenten, gekookt ei en hesp uit een doosje en veel fruit (de appelsienen hebben we wel in de auto gelaten) Wassen en plassen - alles wat teveel geurt de auto in - de matrasjes worden goed in 't midden van de tent gelegd. en we nestelen ons in mekaars armen in de slaapzak.
Verslag van de nacht: heel veel gehoord, heel veel gefantaseerd, af en toe wat ingesoezeld om bij 't minste gerucht weer onze kop op te steken. We zien er niet uit als we opstaan. Onze buren hadden goed geslapen maar voor hen was het niet de eerste nacht op zo'n drukbezochte plek. 't Schijnt dat het went en dat we zeker een paar nachten moeten blijven en zullen versteld staan hoe vlug we weer vast kunnen slapen. We staan in tweestrijd. Eigenlijk zouden we het wel willen proberen en hier de omgeving verder verkennen en vertrekken als echte bushcampers. Aan de andere kant, de dagen snellen voorbij en er staat nog heel wat op ons programma. We willen VicFalls niet missen en wat met Kariba en het oosten? We vinden dat het voor deze keer genoeg avontuur is geweest en hopen hier zeker ooit terug te keren. Op weg dus naar Victoria Waterfalls. Aan 't eerste kruispunt moeten we er even de kaart bij halen.. Rechts naar Matetsi, links naar Pandamagenta. Dit laatste ligt echter in Botswana. We hadden ons niet gerealiseerd zo kort bij de grens te aijn. Een groot deel van Hwange loopt langs die grens. Victoria Falls dorp is niet groot maar heel druk. De camping in 't centrum lijkt ons niks. Naast de Zambesi river lodge, een paar km van 't centrum, ligt VicFalls rest camp. We komen er via de Zambesi river drive en de Parkway. We hebben de camping voor ons alleen. Ons tentje staat goed recht als het begint te motregenen. Dat hadden we nu ook niet besteld. We rijden terug naar 't centrum om wat rond te wandelen en ergens iets te gaan eten. Het is druk en ge moet opletten niet tegen iemand aan te lopen. Winkeltjes, restaurantjes en reisagentschappen zijn er bij de vleet. Met de LP en een stadsplannetje in de hand gaan we op zoek naar Livingstone's ontdekking op 16 November 1855. De Zambesi stort zich ier over een afstand van 1,7 km in de 100m lager gelegen Zambesi kloof. Het geeft een donderend geraas. Op de parking verhuurt men paraplu's. Wij doen beroep op onze KW's en plastiek zakken om onze rugzak, fototoestel en planneke enz in te pakken. 't Zal nodig zijn want we zullen niet alleen de mistregen van de waterval maar ook die uit de hemelsluizen moeten trotseren. Dat het nu juist vandaag moet regenen. Aan de parkingang is een info kantoor met uitleg over de watervallen, het stuk regenwoud en wat daar allemaal groeit en wie daar allemaal woont. We trekken op pad. Het wandelpad slingert door het "regenwoud" dat voor 't moment zeker zijn naam niet heeft gestolen. Er zijn regelmatig uitzichtpunten om het immense gordijn van de waterval te bewonderen. In deze tijd van 't jaar is er veel water in de rivier -volgens onze LP tot 5 miljoen kubieke meter per minuut. Het is waaaaaaaaaau Cataract point, Danger point (ook nog echt gevaarlijk door het natte mos) Aan de overkant ligt Zambia. Men kan bij de immigratie een tijdelijke permit kopen om de brug over de Zambesi over te steken en daar naar de watervallen te wandelen. Niks voor ons want het is naast wandelen ook klauteren. Onder ons zien we rafters het woelige water trotseren en kleine vliegtuigjes en helicopters vliegen langs het watergordijn. In 't stadje kan men al deze avonturen reserveren - een korte raft in First gorge, de 4 kloven, tot Kariba of helemaal tot Malawi. Wij keren terug tot Cataract point en aan het beeld van Livingstone trekken we het Zambesi N.P in. Het is wel opletten geblazen want leeuwen, olifanten, krokodillen, hippo's, buffels en diverse soorten antilopen worden hier regelmatig gezien. Het is gek te zien hoe de Zambesi hierboven zo rustig rond de eilandjes vloeit terwijl we verderop de opstuivende nevel zien en het donderende geraas horen. Aan de big tree, een grote boabab keren we weer naar de parking. We zijn doornat. Ons plannetje hangt aan flarden. In de autokofffer leggen we een vuilzak open om onze natte spullen op te leggen. In het camp hangen we zoveel mogelijk de natte spullen op in het sanitaire blok. Het dampt. We zullen ons maar gelijk wassen en alles droog aantrekken. Voor avondeten: een kom hete soep om onze broodjes in te soppen. We kruipen in onze slaapzak met een boek en pillamp. Geen dierengeluiden om naar te luisteren Zelfs de regen en het gebulder van de waterval kan ons niet wakker houden.
Voor 't moment regent het niet maar er hangen nog dikke pakken wolken. Wat nu? In ons tentje blijven en wachten op beter weer om his majesty nog eens een bezoekje te brengen? Het kan nog een paar dagen slecht weer blijven. Aan de receptie kunnen ze ons ook geen beter weer voorspellen. We pakken dus ons boeltje maar in. Heel voorzichtig om wat nog droog is droog te houden. De tent staat in bosgrond - heel de onderkant hangt vol bosgrond. We stoppen ze in haar geheel in een paar vuilzakken. We rekenen af en in 't stadje brengen we een bezoek aan de patisserie om ons even te verwennen. Daarna richting Bulawayo want Kariba hebben we ondertussen ook geschrapt. De route er naartoe is zanderig dus, modder nu. Met de boot over Kariba lake trekt me niet aan als ge voortdurend binnen moet zitten en er is veel stroming. Onze verzekering dekt het rijden in Zambia niet. We zien dus wel in Bulawayo. Het blijft maar regenen. In Gwaai river hotel stoppen we om te eten: steak met frietjes. We slaan ook af naar de Lodge om pa zijn portefeuille op te halen. Op de oprit moeten we in de remmen voor een aardvark? Djeses wie verwacht die beesten nu hier? Aan de balie liggen de verloren voorwerpen en een telefoonnummer waar we de Amerikanen kunnen bereiken voor een video van de film als die is afgewerkt. (telefoonnummer zo goed weggestoken dat ik het nooit heb weergevonden - zonde) 't Ventje zijn zware voet gaat op het gaspedaal. Het gezoef van de ruitenwissers gaat op mijn heupen werken. We zullen ons deze avond maar verwennen met een goed hotelletje zeker. The Eland Selborne Hotel ligt heel centraal. Het bestaat al jaren en heeft een zeer goede reputatie en, het gebouw heeft charme. De receptiebalie past juist onder de mooie trap. 270Zim$ met koffie aan bed en ontbijt. De kamer is ruim en in koloniale stijl, een veranda met rieten zetels en een groot terras vanwaar we uitzicht hebben op de boulevard waar bloemenstalletjes staan en verkopers hun handwerk aanbieden. Bij mij gaat een lampke branden. Als we nu de tent eens op het overdekte terras zetten om te drogen? Mijn ventje bekijkt me scheef maar ik ben nogal goed in 't overtuigen. Aan de balie roept de bediende hem achterna als hij met de grote plastiek zak de trap op sluipt. Sir, sir... en hij maar doen of hij het niet hoorde. 'k Wil ni weten wat die man moet gedacht hebben. Een lijk in een zak??????? Ze staat heel vlug recht. Onze buren hebben ons blijkbaar bezig gehoord. Het zijn Nederlanders die ons vragen of ze wel goed zien dat er bij ons een tent staat.... Even later hebben ze ook daar een terras met tent. Als we 's avonds samen 't stad intrekken bewonderen we van op straat, ja goed zichtbaar, de wijzigingen die we aan de architectuur hebben aangebracht. Ik laat me verleiden tot de aankoop van een paar postuurtjes in ....steen. Ze worden eerst nog eens goed opgepoetst met schoenblink. Dit stadje bevalt ons prima.
't Is niet te geloven. Om 7u koffie aan bed. De gordijnen mogen open en we genieten van een waterzonneke. De boy verschiet wel effe als hij door het venster een tent ziet staan. Wij nippen van onze koffie en hebben niks gezien. Aan 't ontbijtbuffet kan ik niet van de lekkere broodjes blijven. Weet nog steeds niet wat er in zat. Heb het woord, vermoedelijk Swahili, opgeschreven en op verschillende plaatsen nagevraagd. 'k Weet dus niet wat 't was maar wel dat ik ze heel graag lustte. De tent is droog en kan weer de zak in. We zullen samen de receptionist trotseren, ik zal afrekenen terwijl pa alle bagage in de koffer steekt. De dagen zijn geteld en we leveren ook ons gehuurde materiaal in. We rijden richting Masvingo. Onderweg worden we door de politie tegen gehouden. Blijkbaar hebben we een bord gemist voor de bergop en hebben we te hard gereden. Gepalaver helpt niet. Ze vullen een hoop papieren in. Ik vraag hun wel een kwijting of bewijs voor 't geen we zullen moeten betalen. We komen er vanaf met 20Zim$ ofte 80Bfr - ge hoort ons niet reclameren. We slaan af naar Great Zimbabwe Nat Monument maar tegen dat we daar zijn staan de hemelsluizen weer wagewijd open. We eten en drinken wat maar 't mindert niet. 't Zal wel de moeite zijn maar ruïnes staan nu ook niet bovenaan ons lijstje. We rijden door. Links en rechts van de baan zijn kleine dorpjes met lemen hutjes en strooien dak. Kinderen in hun blootje delen de ruimte tussen de hutten met geiten en kippen. 'k Zou willen foto's nemen maar ja ...'k durf toch niet goed. We rijden naar Chimanimani en we zitten direct in een andere omgeving. Veel theevelden en hier en daar ook een koffieplantage. Alles heel weelderig groen en alles blinkt van de regen. Chimanimane is piepklein. Het Chimanimani hotel is een koloniaal gebouw, de stijl is ouder dan het gebouw dat in 1955 voltooid werd. We zijn overdonderd als we de deur openen en in een grote ontvangsthal komen. Jachttrofeeen hangen aan de muur, oude leren zetel en een knapperend haardvuur. Normaal mag men in de tuin zijn tent opzetten voor een paarZ$ maar nu we dit gezien hebben is de tent vlug afgeschreven. Hier staan we dan. We voelen ons zwervers. 2 boys willen met mijn ventje mee om de bagage uit de auto te halen. Met 3 voor 1 zak? Gelukkig hebben we deze morgen wat serieus ingepakt en is er ook nog een zak met was. Terwijl we inchecken wordt de bagage naar de kamer gebracht. Als de liftboy met ons meegaat weten we niet waar eerst kijken. Die lift, de gang met balkonnetjes en uitzichten. De kamer: in de zithoek is het haardvuur aangestoken, we mogen slapen in een hemelbed, een telefoon is voor voor verbinding met de buitenwereld maar voor de verantwoordelijke voor het verdiep mogen we aan een belletje trekken. Hij zal alles voor ons proberen op te lossen. We mogen hem onze waszak meegeven. Alles zal morgen om 10u klaar zijn.De badkamer heeft een luxueus bad op verchroomde poten. Het uitzicht is onbetaalbaar en 'k zou met de regen willen meewenen want zo'n tableau vereist tenminste een straaltje zon. Beneden gaat de gong. De étageboy doet zijn toer met een bel om "dinnertime" aan te kondigen We proberen ons uiterlijk zo goed als mogelijk naar een ietsje hoger niveau te tillen. Snor en baard van 't ventje wat bijwerken. Ik mag even een strijkijzer lenen. De schoenen met toiletpapier wat opgeblonken. We "dalen" de trap af en worden naar een zitplaats naast de eetzaal geleid waar we apperitieven met het lekkerste fruitsapje dat ik ooit heb geproefd. De bediening is heel persoonlijk. Ik laat me zelfs overtuigen een scheutje van de huislikeur door mijn drankje te mengen. Aan tafel hebben we het gezelschap van een engels koppel. Zij kwamen hier reeds meermaals en verklaren een beetje de geplogenheden hier. Zij hebben ook een jongen die hun aan tafel bijstaat. De uitbaters proberen de sfeer van vroeger levendig te houden. Bij een volgend aangekondigt bezoek vragen ze zelfs of dezelfde jongen u ten dienste mag zijn. Raar voor ons. Hoe noemt ge nu zo'n jongen? Boy? Vinden we nogal denigrerend klinken al schijnt het dat niet te zijn. Het voorgerecht bestaat uit verschillende kleine hapjes. De keuze is moeilijk maar we worden heel goed geholpen bij onze keuze. Na de aspergeroomsoep is er gelukkig wat tijd ingelast. Er is keuze tussen een vis of vleesschotel. De naam van de vis zegt me niets, het vlees is van de gemsbok. Tijdens de tussenpauze krijgen we het optreden van een kwartet. De engelsen zijn aangenaam gezelschap en de tijd vliegt. De hoofdschotel, het dessert en de kaas na maken het perfect. Uiteindelijk hebben we bijna 2u aan tafel gezeten. In het salon wordt thee en koffie geschonken met een cognacske of een huislikeurtje. Het haardvuur knettert en het licht is gedimt. De tijd van toen bevalt ons. Wat een belevenis. Ik heb een beetje teveel van de likeur genipt maar onze jongen is zeer attent. De deuren gaan open, geen gezoek naar lichtknopjes. Aan ons voeteinde ligt een warmwaterkruik. Dus dat was zijn belleketrek- teken dat we in aantocht waren. Ik heb helemaal geen zin om in bed te kruipen. Deze zaligheid mag blijven duren
Een diskreet klopje wekt ons op het afgesproken uur. Thee aan bed. Rozenblaadjes voor in 't bad. Mijne god, een paar dagen geleden lagen we nog in ons tentje tussen de wilde beesten. We nemen de tijd om nog wat van alles te genieten voor we gaan ontbijten. Onze jongen, ik kan zijn naam met moeite uitspreken laat staan onthouden onthouden, zorgt dat alles zonder morsen aan tafel raakt. Fruitsap, fruit, knapperige broodjes en alle lekkers wat ge u maar kunt voorstellen. We nemen afscheid van veel lieve mensen. De was ligt klaar, gewassen en gestreken. We rekenen af met de glimlach 511 Zim$ alles, zelfs een duur telefoontje naar de kinderen, inbegrepen. Waarom kunnen we hier niet een paar dagen langer blijven. Een lang verhaal maar 'k moest het noteren, dit wil ik nooit vergeten. Ze raden ons af met dit weer verder de bergen in te rijden. Van wandelen zal er al helemaal geen spraak zijn. We stoppen in 't centrum en gaan het kerkje en het oude postkantoor eens van nabij bekijken. Vandaar via Mutare en door Mashonaland naar het RobertMcIlwaine Recreational Park. Eens uit de heuvels breekt de zon door. We rijden weer door piekpleine nederzettingen. We moeten nogal zoeken voor we de camping vinden. Deze is gesloten en normaal alleen voor caravans. We zullen niet te lang meer mogen zoeken want de avond valt en ze hebben hier geen straatverlichting zoals wij in ons belgenlandje. Het Hunyani Hills Hotel heeft kamers vrij. Het is mooi gelegen met uitzicht op het meer. . Er is een gezellig restaurant en een apart theehuis. De kamer is netjes maar eenvoudig. We liggen vroeg in bed met een boek.
Het zonneke schijnt weer volop. We schaffen ons een 1dag parkpermit aan voor Chivero South. Het is weer zalig rijden langs smalle zandwegetjes. We zijn ondertussen goed geoefend om goed tussen de struiken te kijken en bij de minste beweging te stoppen en te wachten. We zien vooral veel antilopen soorten, zelfs de kleine dikdik. Op een open vlakte wordt een groep impalas door iets achterna gezeten dat we van hier uit niet kunnen identificeren. We bewonderen hun sierlijke sprongen en verwonderen er ons over dat beestjes met zulke fijne pootjes zoveel kracht kunnen ontwikkelen om zo hoog en ver te springen. Boven de struiken zien we een rij giraffennekken voorbij golven. Aan de picnicplaats is een kleine pool tussen de rotsblokken. We installeren ons zo dat we niet tekort bij zitten maar toch met een goed uitzicht. Uren hebben we er zitten kijken naar de warthog die zijn kroost door de modder duwt, giraffen jongen die nog niet de kunst van de spreidstand onder de knie hebben om te drinken en in 't water vallen, zebra's met jongen die zo hard stampen met hun hoeven dat al de rest rond de poel op de loop gaat behalve de buffels. Zelfs de vogels op de rug van de buffels voelen zich blijkbaar veilig en blijven gewoon doorpikken. Er lopen zoveel verschillende soorten antilopen en we komen er dikwijls niet uit wat we eigenlijk zagen. Was het een sabel antiloop? Een Kudu of Tsesebe? We zoeken het niet meer maar genieten gewoon van hun sierlijkheid Het besef dat 't einde van deze mooie ervaring nadert maakt ons wat weemoedig. We rijden nog een paar uurtjes kriskras door de smalle wegskens. Zagen we een witte neushoorn of was het gezichtsbedrog? De verrekijker ligt op de achterbank, who cares? Als we terug in 't hotel aankomen merken we dat de kamer naast de onze bezet is. Het gaat er nogal hevig aan toe. Ruzie of sex met veel lawaai? Aan 't avondeten zitten onze buren wat verder aan een tafeltje. Chic opgekleed maar de dame heeft een paar serieuze rode builen die opzetten in haar gezicht. Djeses ik zou hier zo niet durven verschijnen. Is ze het gewoon en geeft ze er niet om of wordt ze verplicht hier aan te treden? 't Eten is lekker maar ik kan mijn ogen niet in mijn bord houden. We blijven nog wat genieten van de zonsondergang in 't theehuis. Van lezen op de kamer komt er niet veel door het tumult bij de buren. Als dat zo de hele nacht doorgaat. Ik ga naar de receptie even horen of 't niet mogelijk is om van kamer te ruilen maar alles is bezet voor 't WE. Ik zie wat later de manager wel bij de buren aankloppen. Hoe het opgelost is weet ik niet maar we worden niet meer gestoord.
Er rest er nog één nacht en die willen we in Bulawayo doorbrengen, niet te ver van de luchthaven. Onderweg naar Harare stoppen we nog nogeens aan het Lion park. Bij ons vorige bezoek hadden we alleen de dierentuin bezocht. Nu wilen we ook het erbij horende park doorkruisen. Het herbergt een paar prachtige rotsformaties waaronder de balancing rocks en de Hunyanihills. De rotstekeningen op circular drive vinden we mooi, ook de locatie zelf. Ook de viewpoints zijn de moeite waard, niet alleen het uitzicht dat prachtig is maar ook telkens de avontuurlijke rit er naartoe. Een struisvogel verspert ons de weg, kijkt ons onnozel aan en heeft niet de intentie opzij te gaan. Als we stilletjes vooruit rijden pikt hij naar de bumper. Een licht duwtje doet hem wel van gedachten veranderen. We laten ons toch niet imponeren zeker door iemand met een hersenvolume kleiner dan een vierkante centimeter. Wat verder proberen we de afstand tussen de voorpoten te schatten van een giraffe die staat te drinken ...3 of eerder 4m? 't Is geen zicht, achterste in de lucht om te drinken en ondertussen winden laten die heel de buurt opschrikken. Gelukkig staan we op veilige afstand voor de geur want 't schijnt dat dat niet mis is. Nog een weetje: mestkevers zijn verzot op de taarten die ze achterlaten. Wat ne mens al ni allemaal leert in Afrika. We gaan nog eens een kijkje nemen bij de opgesloten dieren want er is weer veel kabaal, vermoedelijk voedertijd. Er zit een pracht van een tijger. Die heben we in 't wild niet gezien. Aan het hok van de hyena's en de jachtluipaarden zijn verschillende sluizen gemaakt om het personeel de kans te geven ze veilig te voederen en 't hok op te ruimen. Men beperkt het kontakt met de verzorgers zoveel mogelijk omdat de kans er inzit dat ze weer uitgezet worden. Volgens mij een fabeltje want waar gaan ze weer andere dieren halen voor hun zoo? En veel betalen voor wat ze nu hier toch hebben. Volgens mij zijn de dieren onrustig door de kleine hokken. Dat is een vaststelling van mij, geen veroordeling. Vermoedelijk ontbreken de fondsen en de ruimte om er iets beter van te maken. In Harare gaan we toch terug naar de Executive. We krijgen zelfs dezelfde kamer. We droppen onze bagage, gaan even langs het restaurant om onze inwendige mens te versterken en rijden dan naar Chapungo Village. Dit is een centrum voor de Shona sculpture kunst. De skulpturen worden gemaakt in een steen die enkel hier in zuidelijk Afrika gevonden wordt (naam ben ik vergeten) In een groot wandelpark zijn de werken tentoongesteld van kunstenaars die dank zij dit centrum wereldberoemd zijn geworden. In de tuin en rond het meer is een expositie ingericht en zijn artiesten aan 't werk. Mooi maar onbetaalbaar voor mijne portemonnaie. Binnen is een tentoonstelling van kleinere stukken die ook wel heel mooi zijn maar 'k ben vooral geraakt door een grote kei, deels uitgehold met in de uitsparing een moeder met kind. Alleen om naar te kijken dus. Om 15u zijn er optredens door de Shona met dansen, uitleg over hun vroegere leefwijze, wat ze aten en hoe ze jaagden en hoe ze zich aan al de veranderingen leren aanpassen. Vooral moeilijk voor de opgroeiende jeugd. Het grote contrast tussen de internationale waardering voor hun werk, hun folklore en het proberen inpassen in hun thuisland. Vooral de positieve ingesteldheid van de mensen hier viel me mee. De namiddag is veel te vlug voorbij. 's Avonds laten we ons nog een stoofpotje makenen proeven we van een niet alcoholisch pikant drankje met cocos, pomelo en ananassap en iets dat we niet kennen. De lange nasmaak is zeer fris.
De voormiddag besteden we aan het inpakken en uitmesten van de auto. We gaan nog wat wandelen door de stad en 't valt ons nu meer op dan de eerste keer dat de winkels grillen hebben die ook overdag deels gesloten zijn. Voelen de blanken zich toch onveilig? Het kwam deze weken regelmatig aan bod. Is het echt zo onveilig of is het een beetje paranoia na de zovele jaren dat hun niets kon overkomen? Als lunch doen we ons nog eens goed tegoed aan het lekkere verse fruit. Aan het verhuurbedrijf is alles vlug afgehandeld. We waren zeer tevreden over de auto en hadden geen pech. We worden naar de luchthaven gereden. Daar kijkt de bediende nog eens na of het reservewiel er in steekt. De terugvlucht verloopt prima. In Sofia moeten we 10u wachten. We overtuigen Balkan airlines om ons een transitpas te geven om de stad in te kunnen. We krijgen niet alleen een pas maar ook vervoer en een kamer in Hotel Pliska. We zijn te moe om de stad in te gaan maar gaan slapen en laten ons tijdig wekken door de receptie. De kinderen staan ons op te wachten op de luchthaven. Veilig thuis en ons huizeke staat er nog zoals we het achtergelaten heben. Het is mooi geweest, heel mooi. Zimbabwe en zijn bewoners heeft ons hart veroverd.
Manapools, Kariba Lake en Matusadone NP zijn er overgeschoten maar zeker de moeite om een volgende keer terug te komen en dan misschien "de grote roker" VicFalls in de zon te zien en Hwange nog eens over te doen.
Zimbabwe is een deel van het vroegere Rhodesië dat onder Cecil Rhodes ook nog Zambia, Malawi en Mozambique omvatte. Harare was een suburb van Salisbury. Deze naam verdween, de hoofdstad werd Harare en de suburb is het huidige, zeer levendige Bwame.
De kogel is door de kerk. We gaan naar Zimbabwe. Na verschillende keren Azië als reisdoel te hebben gekozen willen we wel eens ergens naartoe waar het rustiger is. Na het lezen van wat reisverhalen en omdat we slechts 2 weken weg kunnen viel deze beslissing. We reserveerden een vlucht bij Balkan airlines. Het is er eentje met een tussenstop in Sofia waar we de nacht moeten doorbrengen.
Brussel naar Sofia De vlucht Zaventem-Sofia verliep vlekkeloos. Op de luchthaven krijgen we een transitformulier. Een minibusje brengt ons naar hotel Pliska nabij 't centrum. Tien minuten later zijn we reeds op stap in de stad. Een speciaal sfeertje en mooie gebouwen. We stappen een oude kerk binnen waar een huwelijksplechtigheid plaats heeft volgens de Grieks-Orthodoxe riten. We wisselen een paar DM in Bulgaarse Lev en schaffen ons een stadsplannetje aan en een paar gekke gadgets voor de kinderen. Op de tram moeten we ons laten helpen want we verstaan geen knijt van het ticketsysteem. De conducteur wordt er zowat gek van, wuift ons weg, laat ons gratis meerijden en verwittigd ons als we op het centrale stadsplein zijn. We slenteren door de smalle straatjes en stappen een winkeltje binnen. Oeps, grote consternatie als we vergeten te wachten tot er een winkelmandje vrij komt. Dit systeem kenden we van in Tjechoslowakije maar we hadden er in ons enthousiasme niet meer aan gedacht. Als eerste souvenir voor mij deze reis koop ik mij een setje met een tiental haaknaalden in diverse maten voor de prijs van omgerekend 2,80BFr We kuieren door het stadspark en nemen de trolleybus terug naar het hotel. Het avondeten is zoals overal in het oostblok: een soort linzensoep , aardappelen met kool en worst en een taartje als dessert. De kamer is groot, versleten maar proper. Zelfs de douchekop doet het. We liggen vroeg in bed want we worden om 6u30 opgehaald.
Op de vlucht naar Harare is achteraan nog veel plaats vrij. We mogen echter niet verhuizen omdat op de laatste rijen illegalen zitten die terug naar Nigeria worden vervoerd. Onverwacht landen we in Tunesië om bij te tanken. We mogen rustig blijven zitten. In Lagos, Nigeria moeten we wel naar de transitzone. Het is er snikheet en de airco doet het niet. Aan de douane post is er veel heibel. Een geharrewar van mannen, vrouwen en militairen en massas bagage in bijeengeknoopte doeken die de weg versperren. Een jongeman maakt gebruik van de herrie en springt terug over het dranghekken en verdwijnt richting landingsbanen. Uiteindelijk kunnen we met een half uur vertraging terug inschepen. Alles wordt wel een paar maal nagekeken op verstekelingen. Het wordt zo heet dat men de nooddeuren openzet om wat lucht te krijgen. Gelukkig wordt het weer rustig na het opstijgen. Van slapen komt niet veel meer. We landen rond 9u in Harare.
Zimbabwe - here we are Eerst zorgen dat we Zim.dollars hebben. Ze proberen ons hier reeds in 't zak te zetten maar ik tel mijn centjes altijd goed na en het sorry, sorry lokt bij mij alleen een plat vlaams discours uit. Een taxi brengt ons naar The Executive Hotel nabij het centrum. De kamer en badkamer zijn ruim en netjes. De prijs zeer schappelijk. Het restaurantje is zeer gezellig en ze serveren er heerlijke maaltijden. We gaan op verkenning, eerst naar een autoverhuurbedrijf. Een paar blokken verder is er ééntje die ons een goede prijs maakt. Het behoort wel niet tot een keten maar heeft wel afspraken met garages in de verschillende steden. We mogen straks de wagen komen keuren en hem deze avond reeds meenemen naar 't hotel niettegenstaande het verhuurcontract morgenvroeg slechts start. We maken ook een afspraak voor drop-off aan de luchthaven de laatste dag. We trekken het centrum in. Daar is, aan het parlementsgebouw, een betoging door vrouwen voor het behoud van hun parochiepriester . Er wordt gezongen en gedanst. Wij gaan op zoek naar het Travel Center om wat informatie te vergaren, vooral over de parken. In het Main Post Office posten we een paar kaartjes in de hoop dat deze voor ons thuis zullen zijn. We wandelen verder door het centrum en stappen binnen in een paar zaken met lokale kunst die ons doen watertanden. 't Steekt hier vol met prachtige zaken die ik allemaal wel zou willen meenemen. Iets voor de laatste dagen. We paraderen langs het Meikles hotel - grand chique. Wandelen door de Harare Gardens en langs het open air theatre waar muzikanten aan 't oefenen zijn. Het sfeertje hier bevalt ons wel. Opvallend de vele MACs en JFK's en hier en daar zien we straatkinderen rondhangen. Een meisje, wiens ouderdom we op 7 à 8 jaar schatten, nemen we mee de broodjeszaak in en laten haar haar keus maken. Blijkbaar not done hier maar we vegen er ons voeten aan. We wandelen verder en nemen een bocht langs het Bronte Hotel. Het is een oud-koloniaal huis met een prachtige tuin waar we genieten van een heerlijk fruitsapje. De kamers zitten nu vol maar we zullen proberen onze laatste nacht hier door te brengen. De wagen ophalen zodat we morgenvroeg de baan op kunnen. Onze eerste dag op Afrikaanse bodem is ons goed bevallen.
In de badkamer hangen pamfletjes om zo zuinig mogelijk om te springen met water en dat doen we dan ook. Voor ontbijt kiezen we de afrikaner versie. Amaai daar kom ik normaal een hele week mee toe. De bagage de koffer in en we zijn op weg. We zoeken op het plannetje de gerichtste weg om op de baan naar Bulawayo te geraken. Eerst rustig aan want ze rijden hier aan de verkeerde kant van de weg en dat is toch steeds een tijdje aanpassen. 24 km richting zuid is het Lion & Cheetah Park. We willen het aan 't begin van 't verlof bezoeken om een beetje overzicht te krijgen van al die verschillende katachtigen. Hyena's vind ik afschuwelijk, de Hunting dog heel speciaal, de civet, genet en serval cat heel sierlijk, de cheetah's en luipaarden imponerend. We zijn juist op tijd om het voederen mee te maken. De poema's gaan nogal tekeer als ze grote hompen vlees toegeworpen krijgen. Aan de overkant van de baan kan men door een park rijden waar cheetahs en leeuwen vrij rondlopen. Mijn ventje draait de zijramen omhoog als er een paar jachtluipaarden te kortbij komen en aan de spiegel gaan likken. Langs de baan wordt er veel gelift. Wij pikken 2 vrouwen met hun baby's op. Prachtige gewaden (dat kan men niet zo maar gewoon kleren noemen) dragen de dames. Ze zullen wel een teken geven zeker als ze willen uitstappen want hun taaltje is wel het onze niet. We stoppen aan een soort fruitkraam en de mango's, bananen en pomelo's verdwijnen in een grote kartonnen doos. We rekenen af maar één van onze liftende dames komt kijken, keurt het fruit, verwisselt een paar mango's en onderhandelt blijkbaar over de prijs want we krijgen nog wat kleingeld terug. Als we in Gweru aankomen hebben we ongeveer 300km afgelegd. Het is een goede baan en 't gaat vooruit. We gaan iets eten en wat voorraad indoen.We willen niet te lang rondhangen om voor 't donker in Bulawayo te zijn. Op 't eerste zicht is Bulawayo een gezellige stad. Verloren rijden kunt ge er niet want het is naar amerikaans model opgevat in rastervorm met in de ene richting de avenues en in de andere de genummerde streets. Het Caravanpark ligt tussen 2 openbare parken en spreekt ons niet zo aan. We rijden dus verder naar Matopos Nat. Park Aan de gate betalen we de inkom en voor onze campingplaats. We willen ons tentje opzetten nabij de Malene Dam. We hebben nog maar pas alles uit de koffer gehaald of een dame komt ons thee en appelen aanbieden en vraagt of ze kan helpen. We zijn goed op elkaar afgesteld dus geen probleem. Als de tent staat komt ze een klapke doen. Ze heeft een kunstgalerij in Harare en komt naar hier om te schilderen. Ze heeft hier dan ook een zeer grote tent met verschillende kamers staan en alles goed ingericht. Ze vertelt ons dat we in Harare goed moeten opletten, het is er de laatste jaren zeer gevaarlijk geworden. Twee maanden geleden is er zelfs bij een blanke ingebroken. Wij verslikken ons bijna in onze appel ... (2 maand geleden? Bij ons op 't dorp elke week) Aangezien de kilokes beperkt waren op de vlucht hebben we niet veel kampeermateriaal bij. Zij vertelt ons waar we in Bulawayo alles kunnen lenen. Als het duister valt verschijnt er een gewapende bewaker. Er is geen afsluiting aan de camping en men weet maar nooit welke dieren op bezoek komen. (djeses, daar had ik zelfs nog niet aan gedacht) Hij steekt het vuur aan voor 't opwarmen van het water voor 't bad in de toiletruimte - geniaal systeem; verwarmt tegelijkertijd het water en de ruimte want 's avonds koelt het deze tijd van 't jaar wel fel af. Voor diegenen die het wensen steekt hij de BBQ aan, wij zijn blij met een vuurtje om gezellig rond te zitten.
Als we in onze slaapzak liggen horen we natuurlijk van alles en vooral datgene wat er niet is. De zenuwen staan een beetje gespannen, de eerste keer sinds lang terug in de tent slapen en ook de eerste keer terwijl er buiten vanalles kan rondlopen. We zijn moe genoeg om toch goed te slapen. We worden wakker van het daglicht. Met onze vuurblokjes koken we water voor thee. Ons ontbijt bestaat uit een groot bord vol fruit en wat graanvlokken. Het eerste dat we vandaag doen is op zoek gaan naar kampeergerief. We komen uiteindelijk bij Iversens Hire en vergroten ons comfort met een paar kampeerstoelen en tafeltje, kampeermatrasjes, een kookpot, een gasvuur en grote gasfles, gaslamp voor buiten aan de tent en Kopen een paar ankerslotjes om de ritsen van de tent vast te maken want blijkbaar zijn apen slim. De kinderen moesten ons bezig zien.. Luxe in ons klein tentje. Tijd nu om op safari te gaan en het park te verkennen. Spannend toch. Het park is verdeeld in verschillende wild area's langs beide kanten van de doorgangsbaan. Het zou een boek worden als ik hier moet neerschrijven wat we er allemaal beleefden dus een kort overzicht. De site zelf is prachtig met geel/rode rotsen en plateau's. Op verschillende plaatsen zijn er waterpools waar de dieren komen drinken en dikwijls zijn daar ook uitkijkplatforms. Aan sommige rivieroevers wordt verwittigd voor crocodiles. De campingplaats in Togwe area vinden we heel mooi liggen. De ranger heeft ons zien staan en komt ons verwelkomen, hij toont ons mooie plaatsjes en opent fier de deur van de toiletruimte die hij onderhoudt, het hout voor 't opstoken ligt klaar. Mooi, maar we zouden hier moedermens alleen staan en zo erg voelen we ons nu ook nog niet thuis in de wildernis. We spreken hier wel onze mondvoorraad aan en trakteren onze vriend op Belgian choclats die richting smeltingspunt dreigen te gaan. In de Northern area zijn ook veel rock paintings maar het voornaamste is toch wel het graf van Cecil Rhodes. We moeten een klimmetje doen om boven op de rots te komen waar de steen ligt. Een prachtige plaats, view of the world, en het is er werkelijk adembenemend mooi. We vinden een mooie platte steen om op uit te rusten en geven onze ogen de kost - gelukkig maar. De rust is vlug voorbij als ik in mijn ooghoek plots een slang zie wegkronkelen. Het is nog een beetje moeilijk om doordrongen te raken dat we echt in het wilde zitten niettegenstaande hier en daar wat menselijke inbreng te zien is. Tijd om onze kookkunst te tonen nu we een grote castrol en een groot vuur hebben. Mijn moortje kookt in geen tijd. De rijst wordt aangevuld met tomaat, paprika's en verse ananas. Vanuit de struiken wordt onze tafel bespiedt door een familie baboons. Niks onbewaakt achterlaten dus en de rits van de tent potdicht. 's Avonds zitten we met een tiental rond het vuur en converseren in het afrikaans/plat vlaams. Vanop onze matrasjes luisteren we naar de nachtelijke geluiden waar we zeer vlug aan gewoon geworden zijn. De ranger houdt de wacht. Ik slaap in één ruk door tot de zon de tent opwarmt. De volgende dagen genieten we nog hier in 't park. Mijn ventje heeft zijn hart verloren aan de impala's. Overstekende Kudu's doen ons regelmatig in de remmen gaan. Tegen de avond aan zijn het vooral de waterbokken die onze aandacht trekken. We zitten voortdurend met onze neus in de boeken om al die mooie dieren te kunnen benoemen. Al onze zintuigen staan op scherp en we leren heel vlug door de struiken kijken en het geritsel interpreteren. Als we een luipaard met zijn prooi zien hebben we het echter nog moeilijk om dit als "gewoon" te bekijken. Laatste avond. Afscheid nemen we met een pannekoekenbak op zijn vlaams. In Bulawayo gaan we naar 't warenhuis foerageren. Melkpoeder kan niet schiften, aardappelvlokken zijn vlug klaar, ontbijtvlokken voor bij 't fruit, spek om ons broodjes in 't vet te soppen. Fruit en groente
Het is eigenlijk niet zo gemakkelijk nu een verslagske te schrijven over Sri Lanka nadat het landje geteisterd werd door de Tsunami en vermoedelijk veel mensen waar we overnacht hebben in de problemen zijn gekomen. De foto's van hutjes en GHses op de stranden heb ik dan ook met opzet niet opgeladen.
We waren herhaaldelijk op Sri Lanka, de laatste maal in 1993. Ik ga er geen dag voor dag van maken maar een beetje een overzicht hoe wij het eiland ervaarden.
Sri Lanka was voor ons een mix van , Portugese, Hollandse en Engelse kolonisatie. De laatste keer dat wij er landden werden we vooral met Duitsers geconfronteerd. Het begon reeds op de luchthaven. We wisten dat Negombo op slechts 7km ligt. De tuktuk's hadden ons vermoedelijk horen praten - toen we de prijs vroegen moet er op mijn gezicht verbijstering te zien zijn geweest - 300rps???. Onmiddellijk kwam de vraag: Deutschland? Niks van en ik wil niet meer dan 50rps betalen. Het wordt dus onderhandelen en neen we gaan niet naar het nieuwe hotel maar halen ons adresje van vroeger boven. GH Di Phani -500rs/dubbel met ontbijt tel 031.8225 verschillende kamers gelijkvloers met ruime badkamer - netjes - fan en klamboe en ... toiletpapier. Het tuintje met ligbanken en veel schaduw geeft rechtstreeks toegang tot het strand. Ze koken er lekker en er is veel lektuur ter beschikkings ...zelfs Nederlands. We worden er zeer hartelijk welkom geheten en onze vorige kamer is nog vrij - wij blij. Het duurt geen uren voor we door hebben dat Negombo zowat het domein van de duitsers is geworden. We bestellen in 't engels en krijgen antwoord in 't duits - ja wadde...ons eenvoudig vissersdorpje is niet meer... De kinderen van de huisbazin gaan voor ons fruit halen in 't dorp en we liggen vroeg in bed.. De eerste dagen willen we rustigaan doen. Vissers en kinderen delen het strand met koeien, loslopende schurftige honden en krantenpapier vol kleine visjes vol vliegen. Voor strandvakantie moet men zeker niet naar hier komen. De meeste toeristen zitten dan ook in de grote hotels met zwembad en een strand dat regelmatig wat bijgeharkt wordt. Van hier noordwaarts staan veel kleine katholieke kerkjes in verschillende kleuren nog overblijfselen van de Portugesen. De Hollanders lieten dan weer een fort achter waar een gevangenis in werd ondergebracht maar waar niet veel meer van overblijft. Wat er wel nog is zijn de 120km lange kanalen die van Colombo via Negombo tot Puttalam lopen. Op de markt worden al onze zintuigen tegelijk geprikkeld geuren en kleuren, verkopers die hun waren aanprijzen en ons laten voelen en proeven hoe zacht de vruchten zijn. Wij wandelen graag het binnenland in langs de lagune waar de vissers wonen aan de kleine binnenwatertjes. Er zijn heel veel winkeltjes en fruitstalletjes bij gekomen. Mijn ventje is verzot op "klappers" jonge kokosnoten met heel veel sap en de zoete ananassen. De keuze bij de bakker is nogal gevarieerd geworden. In 't GH komt 's avonds de uitbaatster een praatje slaan. Haar leven is er niet beter op geworden. Ze wordt dagelijks met toeristen geconfronteerd die een heel andere kultuur meebrengen. Aan de andere kant haar eigen kultuur... een man die haar onder de duim houdt en slaat als hem iets tegenzit. Weggaan bij die vent kan niet want dan wordt ze verstoten door heel haar familie en is zij "de slechte - de onwaardige" De kosten voor de opleiding van de kinderen en het weinige geld dat ze daarvoor van hem krijgt. Hij blaft en zij loopt. (is een gekend fenomeen in Sri Lanka - kwamen het op onze vorige reizen herhaaldelijk tegen) We trekken een dagske uit om naar Colombo te sporen en wat in 't stad rond te kuieren (trein 10rs/pp)- wat bootjes zien en ijsjes eten - proberen een vlucht te versieren voor Trivandrum-Zuid India. Die zitten echter bomvol omdat door de onlusten met de Tamil de veerboot niet meer vaart en het lukt ons niet binnen de tijd voor een 14tal dagen naar ginder te gaan - halen een treinticket voor Anuradhapura (96rs/pp) en ontdekken dat ze ons weer in 't zak willen zetten (de prijs op het kaartje is veel lager maar volgens hen is de prijs vandaag omhoog gegaan - goed maar dan moet ik wel een kaartje hebben met de juiste prijs...en, we krijgen centen terug
Anuradhapura. werd 5 eeuwen voor onze jaartelling reeds bewoond. Ze bleef tot de 10e eeuw de hoofdstad van een machtig koninkrijk waar 119 koningen hebben geregeerd waarvan er 3 zeer bekend werden. Dutugamunu versloeg de Tamils Valagamba gaf het onderwijs een steuntje en bouwde daarvoor het grote klooster waar onderricht werd gegeven in boeddhisme en wereldse kennis. Mahasan zorgde voor immense irrigatiewerken en citernes In 1820 ontdekte een engelsman de ruines.Het bleek een heel grote stad te zijn geweest met vermoedelijk tienduizenden mensen die leefden in huizen met verdieping. Het verblijf van de koning omvatte meer dan 1000 kamers en was omringd door vele heiligdommen. Kondamalu GH 300rs/dubbel met ontbijt - heel netjes maar afgeleefd . We kopen een combinatieticket Cultural Triangle 30$ of 1450rs- voor de 3 grote bezienswaardigheden ...hier- Polonnaruwa en de tempel van de tand in Kandy. Het bezoeken is dan ook een hele opgave en we huurden een auto met chauffeur/gids voor de ganse dag (500rs) om ons van de ene naar de andere plaats te begeven. Nog steeds is men bezig met restauratie. Er staat niet zoveel meer overeind en gelukkig kan de gids ons veel vertellen. Onder een afdakje staat een mediterende boeddha. Er zijn verschillende Dagoba -in eentje wordt een sleutelbeen van boeddha als relikwie verdient in een andere werd vroeger de "tand" bewaard. Andere werden gebouwd uit boetedoening of uit eerbied. Het bronzen paleis is bijna volledig verwoest geweest en er staan slechts een paar pijlers recht. Van het Mahasena paleis is alleen een maansteen over maar die is dan ook zo mooi dat ze er een afrastering rond hebben gezet. Er staan prachtige afbeeldingen op die de opeenvolgende stappen uitbeelden die men moet afleggen om tot wijsheid te komen. Er zijn 2 waterbassins (tanks)die dienden voor de reinigende baden. Het voornaamste in heel het domein is de oudste boom waaronder Boeddha de wijsheid heeft gevonden. Er is eigenlijk maar 1 tak over die moet gestut worden maar niettegenstaande de heiligste plaats in Sri Lanka. Voor we terugkeren naar 't stad rijden we langs de Wewa waar vrouwen aan 't wassen zijn en gelovigen hun rituele baden nemen. Mihintale We laten ons naar Mihintale rijden en we moeten alles uit de kast halen om de rots te beklimmen. Halfweg staat er een grote witte Boeddha en zijn en ons uitzicht is fenominaal. Nog hoger langs smalle ijzeren trapkes tot boven waar gelovigen gaan mediteren. Waauw voor het uitzicht maar wel met knikkende knieën van vermoeidheid vooral het klimmen zonder schoenen valt zwaar.
Polonnaruwa We nemen de public bus naar Pollonnaruwa ( 20rs/pp 3 1/2u rijden) en dat is weer eens iets anders. Zoals overal in Azië zit hij afgeladen vol. De mensen zijn hier echter veel minder schuw en na een paar minuten staan er een paar klein mannen tussen onze knieën en een derde op mijn schoot. Het is warm in de bus en ik haal mij ergernis op mijn nek als ik de venster niet wil openzetten. Niks van. We moeten nogal wat draaien en 't is gekend dat ze vlug wagenziek worden. In de bus hangen dus overal plastiek zakjes maar door 't venster gaat vlugger... en bij 't volgende raam komt de lading terug binnen... Niettegenstaande vol komen er onderweg toch kinderen op om te zingen en te bedelen bij de toeristen. Wij geven uit principe nooit aan kinderen. Geen geld, geen bic, geen snoep. Hoe meer ze krijgen hoe minder zin ze hebben om naar school te gaan. Geld krijgt ge niet...daarvoor moet ge werken. Schrijfgerief hebt ge nodig in 't school en niet om het verder te verkopen om er daarna snoep of snuff mee aan te schaffen... want van de toeristen leerden ze hoe lekker zoet dat is..en ja, als de toerist weg is hoe moeten ze daar dan weer aangeraken? Door te bedelen. We scheppen een vicieuze cirkel en hebben alleen ons eigen ego gestreeld door hun een prul toe te stoppen. En na een paar dagen zijn we weg...en komen er andere toeristen die het dan weer op hun heupen krijgen van 't gebedel.... Onderweg zien we badende olifanten, prachtige flora, ganse poppenfamilies op staketsels om de daarachterliggende dorpen te beschermen. Als de bus stopt worden we overvallen dor touts die ons naar hun GH willen brengen. Ze zijn enorm opdringerig en 'k kan zelfs niet in mijn gids kijken. Een paar krachtige plat vlaamse termen zaait wat onrust...een vrouw die zo tekaar gaat... en ze zijn weg. We vinden een rustige kamer aan 't kanaal: Kuruppu Gardens 420rs/dubbel AI
De site van Polonnaruwa valt ook onder het ticket van de Cultural triangle. Ze is veel kleiner in oppervlakte en dus veel beter te bewandelen dan Anuradhpura - van latere datum (10e eeuw en later) en de resten in betere staat - ge kunt er u veel meer bij voorstellen. Een 3tal singalese koningen lieten hier prachtige gebouwen neerzetten - een zeer geslaagde mengeling van singalese architectuur en indiase kunst. Parakrama Bahu aan wie de site zijn praal te danken heeft heeft zijn standbeeld onder een afdakje bij de ingang. Er naast staan nog een paar resten van de bibliotheek. Van het koninklijke paleis staan nog 2 van de 7 verdiepingen recht en 't heeft wat...vooral de reliefs in wat ooit de raadzaal was kunnen mij bekoren. Er is een shivatempel en het Terras van de tandrelikwie met een aantal kleinere monumenten. En zoals overal een watertank. De zittende en liggende boeddha op 't einde van 't bezoek gun ik slechts een snelle blik want ik heb genoeg monumenten gezien en mijn voeten branden... genoeg is genoeg... Vanop ons terraske hebben we uitzicht op 't meer en de gelovigen die zich komen baden en vrouwen met kinderen die schateren en spetteren (hebben ze door dat we hun in 't oog hebben?) Het is 's avonds ook heerlijk wandelen langs kanaal en meer.
Dambulla Samen met andere reizigers charteren we een minibusje (16rs ongeveer 3u rijden). Peter de Canadees onderhandelt over de prijs. Rond de middag zijn we ter plaatse en na de middagrust gaan we de rotstempel bezoeken. 't Zit ook bij in ons Cultural triangle ticket. (Srilankezen betalen nergens toegang) Sun Flower II was ons aangeraden. 250rs/dubbel Het stadje is één grote groentenoverslagplaats - ook de busjes puilen uit met zakken wortelen, uien en courgetten. Het is weer klimmen naar de rotstempel. Bovenop een groot boeddha beeld. Het zijn 5 verschillende heiligdommen die uit de rotsen zijn gehouwen, de muren versierd met mooie fresco's en de plafonds in één woord prachtig -hopen liggende, zittende en staande boeddha beelden in alle formaten. Vorige keer mochten we binnen foto's nemen nu is het weer verboden omdat teveel toeristen met boeddha zelf op de foto wilden. Bij 't avondeten is er spectakel in de keuken - de man van de kokkin is poempeloere zat en zit zijn vrouw achterna met een mes. Theo, de Nederlander verwittigd de GH uitbater. Zijn respons: laat ze maar doen en blijf in uw kamer zo kan hij u niets doen... of hij zijn vrouw iets aandoet zijn blijkbaar zijn zaken niet... Ik zie een grote zwarte harige spin in de badkamer. Ben nu wel niet bang voor een spinneke maar 't formaat van dit exemplaar is niet echt geruststellend. Iemand van 't personeel komt ze pakken en draagt ze buiten. Deze avond gaat mijn muskietennet heel goed dicht. Van in ons bed horen we de apen op het dak spelen. 's Morgens worden de kamers gedaan door een meisje van naar schatting 9 à 10 jaar. Ik met mijn groot blad spreek er de eigenaar op aan... en zeg dat we niet opgetogen zijn over zijn GH en er zeker geen reclame voor gaan maken. We verhuizen naar het resthouse een honderdtal meter verder. Peter en Theo verhuizen mee. Sigiriya= de leeuwenrots: we nemen de local bus ( 5,50rs 45') en worden afgezet op een 10' van de site. Aan een fruitstalletje langs de baan verwittigt men ons dat we wel voorzichtig moeten zijn omdat er wilde olifanten rondlopen die de laatste tijd wat amok hebben gemaakt en zelfs 2 mensen het leven ontnamen. Allé...een rustige wandeling gewenst. 't Is wel rustig langs het baantje maar bij 't minste geritsel geef ik mijn ogen goed de kost. Het fort staat op rood/bruine rotsen die hoog boven de jungle uitsteken. De koning vermoordde zijn vader en verjoeg zijn broer, bouwde een paleis en veel tempels en verwendde de monniken om zo in de gunst te komen bij Boeddha voor vergeving van zijn wandaden.. De beklimming is er ééntje om U tegen te zeggen... eerst mijn knie maar intapen...Achter een traliedeur en via een wenteltrap kunnen we de fresco's bewonderen die zich onder een overhangende rotswand bevinden. De jonge dames van Sirigiya zijn nog met 20 - men vermoedt dat het er vroeger meer waren - de fresco's zijn bijzonder goed bewaard gebleven. Ze hebben allemaal ontblote borsten op ééntje na (vermoedelijk een dienstbode) en er staat een hele boel grafitti op de muur die er door de eeuwen is aangebracht door bewonderaars (blijkbaar wordt er onderzoek gedaan naar de ontwikkeling van de lokale taal). Foto's nemen mag maar zonder flits en...nergens aankomen . natuurlijk. Verder omhoog tot waar een leeuw zijn voorpoten een stenen poort vormen. Hier heeft men de kans om al eens goed rond te kijken - ver boven de jungle. In de hoek staat een ijzeren kooi... voor als de bijen aanvallen... ¨Met de regelmaat van de klok installeren wilde zwermen zich tussen de structuren van de ladders die naar de top leiden. Een pamflet vertelt ons dat we niet in paniek mogen raken of op de vlucht slaan want dan vallen ze gegarandeerd aan. Ze worden regelmatig verwijderd maar komen even regelmatig terug. Volgens hetzelfde papierke is men in 't dorp voorzien om in te grijpen bij ongevallen en steken van bijen... liefst niet aan denken .. Boven op de top liet de koning een immens paleis bouwen waar nu niet veel meer van over is. 18 jaar later kwam zijn broer met zijn troepenuit India terug en verdreef de moordenaar. Het uitzicht is adembenemend en al de acrobatische toeren meer dan waard. We installeren ons om te genieten, wat te eten en te drinken maar vooral om te bekomen van de inspanning. De zon staat ondertussen ook hoog en 't is meer dan warm. Terug beneden bewonderen we de tuinen - ondergronds zijn waterreservoirs die met elkaar door kanalen verbonden zijn. In de deksels zijn gaten waardoor de regen kan insijpelen maar die bij overdruk echte fonteinen vormen. We nemen de bus naar Nalanda (6,5 rs 1u) en een half uur tevoet naar Nalanda Gedige de oudste tempel (ook op triangle ticket anders 12$ en er is voor ons zo goed als niks te zien.. 1 klein tempeltje met wat hindoemotieven - maar voor de gelovigen zelf van heel grote waarde. Op de terugweg men raken we de richting kwijt, geen mens te zien, we komen na een uurtje en veel zweten een paar kms verder terug op de hoofdbaan. In de namiddag bezoeken we nog een spicegarden Old Village een paar kms richting Matalé (bus 10rs)- De kruiden waren het goud van het eiland waar westerlingen naar op zoek waren.
Blijkbaar is Trincomalee terug open voor toeristen. Alle toeristische infrastructuur ligt er wel plat daar er jaren niemand binnen mocht maar er zouden al een paar GHes hun deuren geopend hebben. We willen er graag naartoe maar voor 't moment regent en waait het er fel en ze geven geen beterschap voor de volgende dagen. De route er naartoe loopt door een prachtig gebied. Langs de route heeft men veel kans olifanten en andere fauna te zien. De dieren zijn noordwaarts getrokken omdat het in Ya en Gal Oya nogal druk is geworden door de minibusjes die er rondrijden. Een beetje zonde maar we zijn niet naar hier gekomen om te verzuipen.
We nemen een directe minibus via Matalé (10rs) naar Kandy (6rs) de voormalige hoofdstad in de tijd der koningen. Ze ligt aan een kunstmatig meer en op ongeveer 500m hoogte. Ze heeft ons altijd al kunnen bekoren en we hopen er een weekje te kunnen blijven. Zijn vermaardheid dankt de stad aan de tand van boeddha die hier in de tempel bewaard wordt - hij wordt nooit getoond. Dagelijks komen honderden gelovigen hem eer bewijzen. Eens per jaar, in Juli of Augustus, gaat de tand op uitstap. Hij wordt in zijn zevendelig, zeer kostbaar schrijn op een olifant door de stad gevoerd. Duizenden drummers en dansers openen de stoet, gevolgd door heel wat versierde olifanten. Als laatste de Maligawa Tusker, meestal een oudere olifant die deze eer te beurt valt tot hij sterft. Hij draagt steeds een kopie van de tand bij zich. Als hij er niet meer is wordt zorgvuldig een nieuwe olifant gekozen en speciaal voor deze taak afgericht.. Er zijn weinig mensen die zoveel eer en zorg te beurt valt als dit dier. Het is een adembenemend feest.. men heeft ogen te kort en de drums vallen nooit stil. De festiviteiten duren tien dagen en die dagen kan men in Kandy op de koppen lopen. Wie het ooit wil meemaken kan best een jaar of langer tevoren een bed reserveren. Slapen buiten het centrum is geen goed gedacht want auto's kunnen de stad niet in en men kan kms stappen om er te geraken. Het is in alle geval één van de grootste en mooiste festiviteiten die ik ooit zag. Deze keer zullen we ons met minder moeten tevreden stellen maar er is nog genoeg te zien en te beleven dat we vorige keer wegens de drukte niet hebben kunnen doen. Van Peter kregen we het adres van de familie Nanayakkara die even buiten 't centrum kamers verhuurt. We hebben ze gebeld en ze hebben kamers vrij. Joe Nanayakkara, 29 Gemunu Mawathe, Hantana Place, Kandy tel 08 34767 350rs/dubbel met ontbijt kort bij Institute of Fundamental Studies waar een Belgisch echtpaar werkt - samenwerking KU Leuven. 1/2 uurtje tevoet of met driewieler 50rs (al kan die dikwijls het bergske niet op) In WE's en 's avonds komt Joe afhalen aan bus en treinstation We worden hartelijk ontvangen met vers fruitsap en gebak. De kamers liggen in een apart gebouw in de tuin met terras en uitzicht op Kandy en de omliggende bergen. De andere kamer is in gebruik door de zoon die er komt studeren. Tijd om ons eens goed te verwennen - een heerlijk schuimbad en een fris bedje, een boek en een drankje. De namiddag vliegt voorbij. Bij 't avondeten ontmoeten we de heer des huizes. Hij geeft les aan de technische hogeschool. De dochter is ook thuisgekomen en zit ook in 't onderwijs. De man voert het woord, de dames dienen op. Het eten was lekker maar spicy met heel veel potjes groenten en sausjes en....gelakte eend. Het dessert was voor zoetekauwen - honing, kaneel, safraan en kormijn - we hebben weer heel wat bijgeleerd en geproefd. De avond brengt afkoeling en we slapen met de vensters wagewijd open. Het muskietennet is blijkbaar handmate met bloemetjes en veel fantasietjes..wat kitcherig maar wel leuk. Het was zalig ontwaken... Op ons terraske staat het ontbijt klaar ...blijkbaar hebben ze ons van boven goed in 't oog gehouden want we zijn nog maar pas klaar of ze staan er met vers fruitsap, schotels fruit en geurende thee en koffie. We leren koffie drinken met cacao uit hun eigen tuin geserveerd op klontjes suiker. Vandaag gaan we op stap in Kandy zelf. De heer des huizes neemt ons met de auto mee tot in 't centrum en we spreken af voor de terugrit deze avond. 't Is nog niet te warm en we stappen het meer rond en gaan een tas thee drinken in het Suisse Hotel met zijn oude charme en mooie tuin. Lord Mountbatton logeerde hier toen hij onderkoning was van India. De namiddag gaan we naar de overdekte markt. Ik koester nog steeds de mooie vruchten waarin de kruidnoot zit en die ik daar van een handelaar als geschenk kreeg. We hebben er veel te zien en de meeste handelaars spreken vlot engels en geven graag uitleg nadat we hun vragen hebben beantwoord over onze job, loon, huis en kinderen... We proeven fruit en krijgen thee aangeboden. 'k Zie zoiets al gebeuren in Leuven op de markt... en dan nog wel tegenover farangs... Even buiten het centrum richting GH is een ziekenhuis. 't Zal beroepsmisvorming zijn zeker maar na een paar minuten weten we al 't één en 't ander over het reilen en zeilen. Het ziekenhuis en de behandelingskamers liggen aan de overkant van de baan. Hier zijn alleen de slaapzalen en de keuken. Een eenvoudig bed en ijzerentafeltje. Omdat velen geen cent bezitten wordt het eten gesponsord. Aan de muur hangt een lijst met namen van patienten met daarachter de naam van diegene die sponsord voor fruit - drank - ontbijt- of avondmaal... (de naam van onze gastfamilie staat er ook bij en tot mijn grote vreugde ook die van een paar westerse toeristen - wij zetten er graag de onze bij voor een jonge moeder met 2 kinderen) Middagmaal zie ik er niet bij staan...voor armen maar 2 maaltijden per dag zeker. Gelukkig hebben we afgesproken voor de terugrit want 'k zou met de beste wil ter wereld het bergske niet tevoet op kunnen. We leren weer andere schotels kennen. Krijgen een kaart van Kandy en omgeving met alle interessante bezienswaardigheden er op... en de adressen van batikzaken... ze hebben in hun living een prachtig tableau hangen en mijn bewondering heeft hun handelsgeest gewekt en ze geven het adres van..een vriend...Ze zullen voor ons ook toegangskaarten aanschaffen voor een voorstelling van de Kandy dancers (150rs/pp) Op de kamer staan thermossen met koffie, thee, fruitsap en ijswater - een grote schotel fruit en een blikken doos met koekjes... (op het deksel de engelse Royals) Als we hier lang blijven gaan er wel kilokes bijkomen .. We vertrekken vroeg naar de botanische tuin. Bus naar Peradeniya 3rs. De bussen zitten vol met schooljeugd. Buiten het centrum liggen een deel grote scholen geconcentreerd - in de nabijheid ook een golfclub en een bowling club... en alles very british, zowel de gebouwen als de uniformen die gedragen worden. Ge krijgt een beetje het gevoel terug in de koloniale periode te zitten. Peradeniya Botanical Garden is heel groot en is een van de beroemdste ter wereld en terecht..De laan met de reuzen palmen, de kruidentuin, de orchideeën tuin met de grootste soort ter wereld, een Birmaanse reuzenbamboe van 30m hoog, een gigantische ficus waarvan de takken 1500m2 beslaan, de billenkokos van de Seychellen en bomen vol vliegende honden (enorme vleermuizen) Het meest gekke voor ons zijn de koppeltjes hier en daar onder de bomen die zich verschuilen achter grote zonneschermen. Op het buitenterras vinden we een lommerrijk plaatsje en kunnen heel het gebeuren in 't oog houden.. allé de af en toe bewegende paraplus. Op de terugrit stoppen we daar waar we vermoeden de batikshop te vinden. We zijn er niet ver naast. -Kreations Peradeniya rd 877 Ogen te kort heb ik om al die mooie dingen te bekijken... we mogen even in 't atelier en zien hoe met geduld die prachtige werken tot stand komen. Het is geen serie werk. Elke kunstenaar maakt waar hij zin in heeft en bepaald zelf de prijs die hij ervoor wil ontvangen. Er komt 10% bovenop voor de galerijhouder. 't Is wel niet goedkoop maar 'k laat me toch verleiden door een fries met Kandydancers en een madame met blote borsten van 't fresco in Sirigiya . Wel nooit zeggen dat ge door iemand gestuurd zijt want dan komt er een percentje bij voor de doorverwijzer. -Ceygems international Gemmological Museum, Peradeniya rd 673 Een museum met heel mooie stenen - een nagemaakte mijn en een videoreportage over de echte mijnen. Natuurlijk ook een verkoopzaal maar goddank helemaal niet opdringerig. - maar: ga alleen, afdingen tot de helft van de prijs en.... Antwerpen kennen ze er heel goed... We moeten voortmaken want deze avond gaan we naar 't optreden. Ik bewonder zo de sari's van de dames dat ik van Ariya en Denithi een demonstratie krijg in de kunst van 't omwikkelen - tot 7m lang zijn de stoffen... en ze dragen ze met grote sier. De vrouwen gebruiken ook veel kruidentuiltjes voor hun bad. Verschillend voor als ge moe zijt of depressief, voor pijn in de spieren of knoken... ze houden ook veel van geurtjes en passen die aan aan hun gemoedsstemming.. nogal ingewikkeld want een foute keuze kan desastreuse gevolgen hebben voor de gemoedsrust.... ik knik maar en oh yes, ah... maar mijn kopke is te klein om dat allemaal te onthouden en...experimenteren zou dus desastreus kunnen ziijn. Geweekt in kruiden, gedept met exotische geurtjes en gewikkeld in een prachtig gewaad, mijn ventje in een brede beige broek en een breed en lang wit hemd dat er over hangt met een smal zwart sjaaltje onder zijn kraag zijn we klaar voor de soiré. 'k Ben blij dat zij zelf ook meegaan om niet teveel uit de toon te vallen en, moest mijne rok uiteen zakken iemand om me te helpen. In de zaal heeft een reisagent al de eerste rijen gereserveerd door er briefjes op te leggen maar er is nog niemand te zien. Na een praatje van onze gastheer met een paar mannen die daar rondlopen worden de briefjes bij mekaar geschoven en krijgen we zitjes helemaal vooraan en een tafeltje met verfrissingen. Gelukkig is er kunstlicht want ik voel me blozen tot achter mijn oren en 'k durf niet goed kijken als de groep Duitsers binnengestormt komt. Als ik hun kommentaar hoor geraak ik weer in een emotionele kakkewalk... 'k ben fier op mezelf en blij dat we het zo mogen beleven maar hun onbeschoft gedrag maakt dat de stoom uit mijn oren komt. Mijn Duits is niet perfect maar wel voldoende om hun op een belachelijk lieve manier (slecht karakter van mij) even attent te maken op de disharmonie tussen hun nood aan kultuur en hun wansmakelijk gedrag ... hoe dun het laagje vernis is als men denkt dat de tegenpartij u niet verstaat... Ze staan even met hun mond vol tanden en vooraleer ze de kans hebben te antwoorden richt ik me weer demonstratief tot onze gastheer en gastvrouw. Het spektakel zorgt binnen de kortste keren dat ik me weer goed voel. Hou heel veel van het opzwepende ritme van drums, mijn hart gaat er van bonken. Het lopen over hete kolen en slikken van degens vind ik dan weer wat minder. Na afloop bij 't applaus krijgen mijn gastvrouw en ik een orchidee aangeboden.. en 'k sta weeral met mijn mond vol tanden. Heb me na deze avond blijven afvragen welke rol onze gastheren in deze maatschappij speelden om zo'n voorkeursbehandeling te krijgen... zoveel honeurs ben ik niet gewoon. Een dagske naar het olifantenweeshuis. De dag begon niet zo denderend.. toen we voorbij het hoofdgebouw kwamen hoorden we klappen vallen en geschreeuw... wat gebeurd hier. We worden zonder veel woorden uitgenodigd om in te stappen ... alleen mijn ventje wordt aangesproken... hebben de vrouwen afgedaan voor vandaag? Op een vraag over de tempel en het museum krijg ik, in tegenstelling tot vorige dagen, amper antwoord. Was het daardoor dat ook het bezoek aan de olifanten ons niet veel zegde? Of hadden we al teveel olifanten gezien? Vermoed het eerste want voor mij horen olifanten tot mijn lievelingsdieren.. Als we aan de tempel van de tand komen is er nogal veel beweging. We begeven ons tussen de massa naar de binnen. Er is ter ere van de tand een muziekgroep dat optreedt. We schuiven mee aan om eer te brengen aan de "tand" maar 't moet zo vlug gaan dat we niet veel te zien krijgen en we lassen nog een tweede toertje in en treuzelen om eens goed te kijken naar al die luxe en franjes al worden we aangepord om voort te gaan. Buiten worden we aangesproken door een jonge monnik (allé jong voor ons-schat hem rond de 40) en op een bank in de schaduw van een boom komen we weer wat meer te weten over boeddha, zijn leer en het leven als leek en monnik. Terug bij ons gastgezien zien we bekende gezichten: Peter Abrams en Theo zijn gearriveerd. Het wordt dus een drukke avond - de gastvrouwen verzorgen ons met allerlei lekkers en de gastheer, die krijgen we niet meer te zien.
We willen richting bergen. Als we vertrekken staat Joe klaar om ons naar 't station te brengen. We opteren voor Ella als uitgangspunt voor de verkenning van de hoogvlakte. Het is een mooie rit door de theeplantages waar men volop aan de pluk bezig is. Niet ver van het station ligt in een zijwegske Lizzie Villa GH in een mooie tropische tuin. Het werd ons onderweg door andere trekkers aangeraden en 't heeft wel charme. De kamers zijn wel wat donker door de hoge bamboes en bananenbomen die voor 't venster staan. Het heeft hier de vorige dagen geregend en van echt wandelen komt niet veel in huis. Het Resthouse ligt aan één van de vele watervallen van de streek. Het is alsof het gebouw boven de afgrond hangt en het is gezellig tafelen in de grote veranda met een 5* uitzicht. We zijn blij een plaatske te vinden binnen want het is hier in de streek niks te warm. Ik had mijn stapschoenen onder het afdek gezet om wat te laten drogen. Als ik ze 's morgens wil aantrekken zie ik net op tijd dat er iets inzit ... en 'k heb letterlijk gekeeld... één van de personeelsleden haalt er een scorpioentje uit. Aangezien er door de modder niet te stappen valt gaan we de dorpen in de omgeving verkennen. Met de bus naar Nuwara Eliya. Een stadje op 1900m hoogte dat nog steeds een Britse sfeer ademt met zijn villa's in Tudorstijl, een golfclub waar ge voor 1 dag een lidkaart kunt kopen of er eens rondkuieren en de oude foto's bewonderen.Hill Club lijkt wel een brits landhuis met zijn mooie tuin. Nu is het een hotel. Er gaan eten kunnen we niet want er is een dressrule en we hebben geen overhemd of das bij (blijkbaar kan men dat daar wel huren maar zover willen we het nu ook niet drijven) We drinken er een tas vieze maar dure koffie (wie drinkt er nu ook koffie in 't paradijs van de thee- wij dus - ni echt slim) en gaan ook hier wat rondneuzen. Er is zelfs nog een bar "alleen voor mannen" Hier en daar hebben we mooi uitzicht op de grote theeplantages. Men kan hier een bezoekske afleggen aan een theefabriek waar men ook kan proeven maar daar willen we hier onze tijd niet insteken. We willen met de bus naar Haputale maar er is er geen rechtstreekse. Met de local bus naar Bandarawela. Een heel ander stadje. Blijkbaar komen er niet zoveel toeristen want de winkels zijn gevuld met local stuff en dat is altijd fijn om de sfeer op te snuiven.. voorwerpen te zien waarvan we niet weten waarvoor ze dienen .. gratis demonstratie en een volkstoeloop Voor de schooljeugd zijn we de attractie van de dag. Onder begeleiding komen we aan 't busstation voor onze volgende rit... We zullen moeten wachten tot de bus vol zit. Na een half uurtje wordt de bus gestart... mis... men tracht de bus te starten maar hij weigert. Geen probleem volk genoeg om te duwen. Neen, niet de mensen die al op de bus zitten want die blijven zitten om hun plaats niet te verspelen..Eens van de parking is er een helling en prrrrrt hij doet het. Ik voel me er niet erg gerust in. Tussen mijn voeten zie ik de baan onder ons voorbijschuiven... het karton dat er op lag was een beetje verschoven! Niettegenstaande veel hellingen lukt het. Haputale. Een paar huizen, een paar hotelletjes, een theefabriek en een treinstation. Het bevalt ons op 't eerste zicht. In het Resthouse gaan we een hapje eten en nemen hun kaartje mee voor de komende dagen. De trein brengt ons terug in Ella waar de regen neerstroomt. 's Morgens regent het nog. Er hangt een dichte mist en we lassen onze tocht naar de Horton plains af. Hadden nochtans graag Hatton en Adam's Peak gedaan. Het is een heilige berg die zowel door boeddhisten, hindoes als moslims vereerd wordt - 2250m hoog en een stevige klim...en naar World's End, maar in de regen? We nemen een minibus voor een lange rit naar de zuidkust. Yala laten we links liggen. Vanaf Hambantota rijden we langs de kust met regelmatig mooie uitzichten. Tangalle wordt onze eindbestemming. Een tuktuk brengt ons naar Villa Ocean Waves. Een korte inspectie van de kamer en het lijkt ons wel wat. Het is een oud herenhuis, de kamers hebben dubbele openslaande deuren en êen heel hoog plafond. De hall heeft een leeshoek met houten lambrizering. Er is verse vis en schaaldieren en de kok heeft er iets lekkers van gemaakt. We worden scherp in 't oog gehouden door een leguaan die in de tuin huist en blijkbaar niet erg schuw is. We hebben er een zeer fijne tijd. We wandelen naar 't dorp en de markt. We verkennen het strand in beide richtingen en weten niet wat we horen als vanop de verdieping van Lanka Inn GH op ons wordt geroepen. Daar is Peter weer. We spreken af om nog eens samen te gaan eten in een restaurantje op 't strand (volgens de informatie die ik nu heb zouden zowel GH als restaurantje in de golven verdwenen zijn) Een bezoek aan Galle, vol herinneringen aan de Hollandse kolonisatie, mocht ook niet aan 't programma ontbreken en het is er ons goed bevallen (het stadje zelf is door zijn omwalling redelijk goed ontsnapt maar al de vissershuisjes en visrestaurantjes op de stranden zijn nu ook weg) Volgens de hotelbaas is het weer mooi zonnig in de bergen.
We breken op - gaan met de trein naar Colombo en nemen daar de aansluiting naar Haputale. Het resthouse ligt ook op de kam van een berg en de enige kamer die vrij is krijgt de volle wind uit het dal en de houten vensterluiken en deuren rammelen. Morgen zou een andere kamer vrij zijn en kunnen we verhuizen. In Haputale leerden we dat het korter is om langs de spoorbils te lopen dan langs de weg, dat de treinen tuuten voor ze er aankomen en iedereen het spoor kan vrijmaken, dat barelen aan spoorwegovergangen in dit landje niet het minste nut hebben ... We wandelen door de theeplantages en de pluksters tonen ons hoe we het moeten doen .. op de fabriek, waar ook op zondag nog volk aan 't werk is, worden we door de eigenaar uitgenodigd en krijgen we een privé rondleiding, mogen we proeven en krijgen van alle soorten een pakje mee. (Als ik later thuis de foto's opstuur kont er een paar weken later een postpak met kilo's thee -genoeg voor familie, vrienden en buren) De enige leraar van 't schooltje vertelt over het onderwijs en de moeilijkheden en mogelijkheden. Hij is fier op wat hij hier kan doen. Hier zou ik ooit graag terugkomen... klein, rustig en gemakkelijk contact met de lokale bevolking. De tijd dringt. We moeten stilaan richting Colombo. Met de bus naar Kalutara. We vinden een GH aan de strandblvd. Er is een verhoogd terras met uitzicht op strand en vissers. De eigenaar is een duitser. Hij heeft een afspraak met een Srilankese familie. Zij runnen het GH en mogen de recettes houden. Hij heeft levenslang het recht op een soort appartementje en zij zorgen voor zijn eten en de onderhoud. Hij verblijft hier 9m/jaar. Gaat regelmatig naar Madras of Trivandrum zodat zijn reisvisum in orde blijft. Goed gezien maar ik zou het niet kunnen. Familie en vrienden achter laten.. nederlandse lektuur..een toneel.. een concert.. Neen ik moet regelmatig terug naar "huis". De vissers in deze streek zitten op staken in de branding omdat ze door het geweld van 't water niet kunnen blijven staan. Het is in deze streek een methode die vooral in ere gehouden wordt ten gunste van de toeristen. Zo ook het traditioneel plukken van cocosnoten en het tappen van cocosmelk. Er zijn koorden gespannen tussen de toppen van de bomen en ze zweven er over als echte evenwichtskunstenaars. Aan sommige stranden zijn ook schildpad reservaatjes. De eiren worden kunstmatig uitgebroed en de schildpadjes uitgezet. Bij een vorig verblijf op dit eiland hebben we een paar weken hier in 't zuiden doorgebracht en dat alles uitgebreid gaan bezoeken. Nu schiet de tijd er over... In 't centrum van Kalutara is een groot hindu heiligdom .. buschauffeurs, taxi's, auto's stoppen om geld te offeren in de vele gleuven in de muur. Het centrum heeft ook een grote groenten en fruitmarkt. We krijgen er maar niet genoeg van. Onze laatste volledige dag nemen we de bus naar Mt Lavinia voor onze laatste nacht. Het hotelletje is eenvoudig maar prijzig. Als ik ga slapen val ik nog door mijn bed. Geen probleem er zijn kamers en bedden genoeg. Mt Lavinia vinden we maar niks ... lawaaierig... een chic hotel waar de trein bijna door de tuin rijdt maar van hier geraken we gemakkelijk weg. De bagage is heel vlug gemaakt.. cadeautjes goed ingepakt want ze gooien nogal met de bagage op de transportbanden. We nemen trein tot Colombo en de bus naar de luchthaven.
Als we thuiskomen is het bitterkoud. De kilte zit in onze knoken en het duurt een paar dagen voor onze inwendige termometer zich heeft aangepast.
De smaak zit er in. Na mijn uitstap met Betty droomt ook mijn ventje van Thaïland. Jos, de mannelijke helft van onze goede vrienden wil hem graag vergezellen. De vrouwtjes blijven thuis. Wij wuiven ze vrolijk uit op Zaventem.
Hun verhaal:
Afscheid op de luchthaven. Germaineke een beetje onder de voet. Meteen goedkope vlucht en dus een paar tussenhalten via Milaan naar Rome en Bangkok met Al Italia. In BKK over de spoorbrug en met de trein naar 't centrum. Met andere reizigers een gedeelde taxi naar KaoSanRoad en ons een goed hotelletje gevonden. Een paar dagen de omliggende straten en de stad verkend. Tempels, drijvende markten, klongs, winkels. Met de nachttrein naar ChiangMai waar we in handen vielen van een tuktukker die vermoedelijk een beetje aan de drugs had gezeten en die ons in 't centrum naar een soort hoerenkot bracht. Toch nog vlug een heel goed GH gevonden. De eerste avond al naar de nightmarket en veel gezien dat ons interesseerde. Met een tuktuk naar DoiSuthep, veel trappen omhoog maar heel mooie tempel en we kijken onze ogen uit op de rituelen en offerandes - draaien ook eens aan de trommels enz. Op de ambachtenstraat zien we heel mooie dingen - houtwerk wordt gekeurd. 's Avonds naar een folklore avond met dan en lekkere maaaltijd. Als souvenir een mooie foto meegebracht ( de enige van de hele reis en waar ze nu ligt...als ik ze terug vindt komt ze hier bij 't verslag Met de bus naar MaeHongSon - een GH bij een oud vrouwke - goed. Het stadje verkend en een uitstap naar de bergstammen. Van MHS naar Pai met de bus, over de bergen langs een heelmooie route. Als we in 't GH komen ontdekt Jos dat hij zijn papieren en geld niet bij heeft. Gelukkig nog wel zijn reispas. Vergeten in MHS. Met dezelfde bus nog teruggereden. In 't GH natuurlijk niets meer te vinden...gaan aangeven op politiebureau - de politie mee naar 't GH en veel gepalaver maar geen oplossing. Jos naar huis gebeld om geld over te schrijven, contact te nemen met het reisbureau voor recuperatie tickets enz. Terug naar Pai en daar een paar dagen gebleven om wat te bekomen - we hadden er een goed GH en een goed eetkraampje. Met een minibusje naar Taton. Van hier kan men over de Kok rivier naar Chiang Rai. We reserveren voor de volgende dag. De boottocht is een heel avontuur: kleine bootjes, met 6 op de bodem zitten, af en toe vastvaren in 't zand en iedereen eruit om hem los te trekken. Zweten onder de loodzware hitte. In Chiang Rai over een smal plankje en we worden overspoeld door touts die ons naar hun GH willen brengen. Een goed GH maar de kamers slechts afgescheiden door bamboematten. Van hieruit een tocht met olifanten georganiseerd - onderweg aan een bamboehut was er eten voorzien - de chauffeur wacht ons op en we hebben nog een flinke wandeling bergaf tot aan een meer waar de auto op ons wachtte. Nog een bezoek aan de Golden Triangle. Onderweg aan de Birmese grens veranderd van bus naar ChiangMai Van ChM terug naar BKK met de bus. Terug in Bangkok naar Al Italia om de terugvlucht te regelen... een deel gepalaver maar 't kwam in orde. Op SilomRd regelen we ons transport naar 't zuiden met de nachtbus. We blijven op SilomRd slapen. We kopen grote zakken om al onze aankopen in kwijt te geraken De bus tot Surathani - hier een lange wachttijd om ons naar de boot te brengen richting Koh Samui. Het eiland was een beetje een tegenvaller. Er rijdt een minibusje rond het eiland die u afzet aan een GH. bevalt het niet moet ge wel wachten op zijn volgende passage. Toch een houten hutje gevonden op het strand. Het eiland staat vol cocospalmen. De afgerichte apen plukken de cocosnoten en gooien ze naar beneden. We zoeken een ander GH meer in 't centrum. We waren naar hier gekomen om uit te rusten maar dat zijn we hier vlug moe. We gaan kijken om terug te vliegen maar dat lukt niet. We zitten hier dan onze tijd maar uit. Ik ga nog een daguitstap doen naar speciale rotsformaties. Met de boot terug naar Surathani en van daar met de bus naar de luchthaven. Binnenlandse vlucht naar BKK Via een lange schacht van Domestic airport naar International airport. Met veel vertraging vertrokken. In Rome de aansluiting gemist. Veel geloop maar uiteindelijk kunnen we met Sabena naar Zaventem.... Maar hopen dat onze bagage mee is want daar hebben we geen zicht op. Alles OK bij de landing en de vrouwtjes heel blij ons weer te zien.
Ons verhaal: Germaine en ik bellen mekaar regelmatig. Ze zullen het ginder wel goed hebben zeker want de eerste tijd laten ze helemaal niks van zich horen. Het tweede telefoontje dat er door komt is niet zo'n best nieuiws. Jos is bestolen en zijn tickets, geld en papieren zijn weg. Ze waren onderweg naar Pai toen ze het ontdekten. Bus terug genomen maar weg bleef weg. Germaine hier zoveel mogelijk geregeld - naar Connections gebeld. In MaeHongSon hebben ze van de politie papieren gekregen - voor terugkomst zullen ze in BKK naar All Italia moeten gaan voor het ticket. We horen niks meer. 't Zal wel in orde zijn zeker. Dag van terugkomst: wij naar de luchthaven. De vlucht van Rome landt maar onze mannen zien we niet afkomen. Een beetje paniek. We gaan ons bevragen aan de balie en blijkbaar zaten de mannen er niet op. Zouden er ginderachter nog problemen geweest zijn? Niks gehoord.... Bij All Italia vertellen ze ons dat ze hun verbinding in Rome gemist hebben en met de volgende vlucht komen. We gaan maar een goei tas koffie drinken pm wat te bekomen. En ja, daar zijn ze dan. We kijken onze ogen uit. ze vertrokken elk met een kleine rugzak en zie ze daar staan met 2 van die grote zakken met wieltjes en ritsen om steeds groter en groter te maken... Ze hebben dus half Thaïland opgekocht voor hen en de familie. Mannen................. De enige foto die ze van hun reis mee terugbrachten is er ééntje van ChangMai waar ze een avondje uit hadden... Mooie meisjes maar waar de foto gebleven is...
't Ventje vertrekt weer naar Maleisië en Thaïland, nu met Daniël
De dochter volgt rijles en mijn ventje leert haar begeleider kennen. Ook iemand die graag reist maar ook nog nooit verweg was geweest. Verhalen, een bezoekje en huis en ja... 't ventje heeft het voor Thaïland en de plannen zijn vlug gemaakt. hun fotoalbum: klik hier
Met Malaysian airlaines naar Kuala Lumpur. Met de bus van de luchthaven naar 't centrum. We vinden een goed GH maar met heel veel en smalle trappen. We verkennen Kuala Lumpur en gaan een kijkje nemen vanop het hoogste gebouw ter wereld - 63 verdiepingen hoog, verkennen China town. 's Avonds gaan we naar de nightmarket De tweede dag weet ik niet wat ik zie als in ons GH onze beste vrienden arriveren: ja de Jos en Germaine. Wij vertrekken naar de Cameron Highlands en zij naar een ander GH... die trappen hé Met de bus door een prachtige natuur - heel bochtige route. We nemen onze intrek in TwinPinsGH - goed met een tuintje. Het zijn dagen van wandelen door de jungle en theeplantages. Er was er een zeer avontuurlijke bij over boomstammen, afdalen met lianen en te ver uitlopen... gelukkig komen we op de theeplantage een Singaporees tegen met een een auto die ons mee terug wil nemen want we hadden zeker nooit voor de nacht ons bed terug gevonden. De volgende dag neemt hij ons ook mee naar de stammen hier hoog in de bergen waar hij als ontwikkelingshelper werkt. Van hier naar Penang. Hier ook een GH in 't centrum. We bezoeken de stad en een paar tempels. Het is druk want 't zijn de voorbereidingen voor ThaiPussan. Overal zijn ze cocosnoten langs de openbare weg aan 't leggen die de dagen van de feesten op 't straat kapot gegooid worden en waar de boetelingen over lopen. Het kapot gooien gaat gepaard met veel lawaai en geroep. 27/01 Het is zo ver. Eerst de drukte in de stad en aan de botanische tuin daarna met de bus naar de tempel waar de echte ThaiPusan doorgaat. We weten niet wat we zien. Een brede baan wel 2 km lang vol volk. Hoe vindingrijk mensen zijn om zich te pijnigen...met priemen door wangen en lichaam ... op de rug haken met touwen aan waaraan anderen zich laten voortslepen - omgekeerde ijzeren hoepels die in het lichaam geprikt worden versierd met bloemen en bovenop beelden . Het is een lange weg en regelmatig zijn er stopplaatsen waar geofferd wordt en gedanst en de haken/pinnen nog wat bijgetrokken. Op 't einde van de route nog 258 trappen. Onmenselijk. We zijn er niet goed van. Blij dat we het gezien hebben maar zeker niet voor herhaling vatbaar. Morgen gaat het naar Hat Yai in Thailand. De mooiste herinnering aan Maleisië zijn de Cameron Highlands
Gelukkig zijn we wakker want de nachtwaker die ons ging wekken ligt nog in diepe slaap. De minibus komt ons ophalen en 't gaat in hoog tempo richting Thaïse grens. De grensformaliteiten verliepen heel vlog. Het stadje zelf is druk omdat ook veel Maleiers de grens oversteken om hier goedkoop te komen inkopen. We gaan poolshoogte nemen voor 't vervoer naar Phetburi. Blijkbaar de treinen vol en iemand die er rondhangt brengt ons naar een reisbureau om ons een veel te duur busticket aan te smeren. Niks van. Uiteindelijk zou er nog plaats zijn op de trein 3eklasse vertrek 16u55 aankomst Phetburi 7u30 - nachttrein dus - 145 ThB met de belofte dat we op de trein mits een kleine toeslag naar 2eklas zouden kunnen verhuizen. Een drukke en bonte menigte met veel bagage... dozen die onder de zitbanken moesten en andere goed zichtbaar in de bagagerekken. Douaniers deden voortdurend hun ronde om te controleren op smokkelwaar. In ons rijtuig stonden 2 vrouwen op uitzicht en als er douaniers in 't zicht kwamen verhuisden de dozen naar elders. Dat spelletje heeft zo uren geduurd... we hadden dus wel iets te zien. De rit verliep verder goed maar slapen, dat was wat anders. Gelukkig vonden we in Pethburi om 9u30 al een hotelletje mooi gelegen aan de rivier. Na een deugddoende douche direct in slaap gevallen tot 13u. We bezochten een paar tempels en namen daarna de bus naar het Kaeng Krachan NP. Onderweg moesten we overstappen op een camionette die ons aan de ingang afzette want het park is met de bus niet te bereiken. De 2 wachters kennen geen woord engels, ze halen er een jonge dame bij die voorstelt om ons achter op een brommertje door het park te rijden. Dieren zouden er niet te spotten zijn. Dat hoeft voor ons ook niet. We houden het voor gezien en gaan de 80km onverrichterzake terug... Liever morgen naar de River Kwai Phetburi is niet de ideale plaats om informatie te krijgen. De enige plaats waar men echt tourist onvriendelijk was. Ze willen ons alleen maar veel te dure tickets aansmeren. Uiteindelijk komen we er achter dat we de bus richting Bangkok moeten nemen tot Rathburi en daar overstappen op de gele bussen die allemaal naar Kanchanaburi rijden. De overstap daar ging heel vlot. In Kanchanaburi staan de tuktuks te wachten om hun GH aan te prijzen. Wij kiezen Sams Place aan de Kwai rivier met een enig mooie ligging. Hutten op palen 150ThB voor een dubbel met privé badkamer. Ge gaan op verkenning uit in de stad en naar het station voor vertrekuren trein naar NamTok. Het is hier heel druk en er lopen weinig toeristen rond. de meesten komen op uitstap vanuit BKK. We bezochten het kerkhof 61 000 zerkjes ... Daarna de trein 17ThB - kraken en rammelend en eindigend in een rijstveld - en nog 1 1/2km tevoet tot aan de beroemde brug - 't is stikheet (33-35°) en we zweten ons te pletter. We bezoeken het museum... nogal gruwelijk maar verder wel interessant. Als we de stoomfluit horen spoeden we ons naar buiten om de trein heel langzaam over de brug te zien rijden. Daarna zijn we er nog eens over gewandeld.. 't is opletten met de losse planken en gaten.. Daniël is niet te bewegen om transport te nemen en we wandelen nog een dik half uur terug naar ons GH. De mensen zijn hier enorm vriendelijk.... Douchen en platte rust tot het avondeten. En vroeg naar bed want... doodmoe maar tevreden. Ontbijten met een lekkere pannekoek met banaan, rugzak pakken, geld wisselen en naar de trein richting Sai Yok aan de grens met Myanmar/Birma.. Twee spectaculaire plaatsen: de brug over de river Kwai en 15 km verder NamTok, de trein gaat over krakende bruggen langs de rotsen ... Die heeft vertraging maar na een 2u durende rit komen we in sai Yok waar we een GH vinden dat echt niet veel voorstelt en met veel muggen. We sprayen alles vol en vertrekken naar de waterval ... een dun straaltje water dat een tiental meter naar beneden sijpelt - Daniël kan maar niet begrijpen dat dit "de" beschreven waterval is.... ja, ze zijn niet overal zo spectaculair lijk in Europa hé. De omgeving is mooi maar om verder naar het NP te trekken?? We vertrekken via Kanchanaburi en Supanburi (1 km tussen de busstations) naar Ayuttia. Een dagske rijden dus... Onderweg eten we gebakken banaan maar dat valt niet echt mee. Een tuktuk brengt ons naar PhaeLongGH heel mooi gelegen aan de rivier uitgebaat door een zeer vriendelijke Thaïse familie. Een heel mooie kamer met een typische badkamer buiten. We reserveren voor morgen een tuktuk om ons gedurende een 3tal uren door de site te rijden. Het blijft heet ...35° en we puffen... We bezochten de site maar voor de namen van tempels, wats enz. verwijs ik liefst naar een reisgids...zoveel... zoveel moeilijke namen. Onze tuktukker wil met ons naar 't GH rijden om onze bagage op te halen en ons naar 't busstation te brengen voor diezelfde 100ThB. Met de trein zou ook gaan maar die vertrekt slechts om 17u en 2u rijden wil zeggen dat we in 't donker gaan aankomen en dan nog een GH gaan zoekn is niet zo ideaal. De bus naar Sanaburi - even heibel want onze tuktukker wil plots 400ThB - niks van, afspraak is afspraak, direct een menigte rond ons maar de buschauffeur die wat engels spreekt neemt het voor ons op ... In Sanaburi even een gebakken banaan eten en..deze keer wel lekker. We moeten ons haasten voor de aansluiting naar Pak Chong. Na even een paar man van ons te hebben afgeschud zien we iemand die kaartjes heeft van Jungle adventure met GH. Het zijn duitsers die het uitbaten en de tochten in de jungle organiseren. Ze hebben geen kamer vrij maar we behelpen ons met "paljas par terre" in het bureau met de stellige belofte dat we morgen een kamer hebben. We reserveren de safari van 1 1/2dag. Patchong is één lange straat met eetstalletjes. De banken zijn gesloten, we kunnen niet naar huis bellen.. We slapen lijk marmotten op onze matrasjes op de grond... Deze voormiddag nog wat door 't stadje gewandeld en om 15u vertrek naar Khao Yai N.P met 30man. De tocht door de grotten waren voor mij geen lachertje... er waren niet voldoende pillampen .. slechts 5 ..we zochten ons een weg over stenen en gruis, omhoog en omlaag, op de knieen door smalle openingen en op de rug onder de stalagmieten doorschuiven. Het tempo lag voor ons te hoog - de rest van de groep 20-30 jarigen - Onderweg moesten de lichten uit, luguber ...plots kreten want een hele zwerm vleermuizen vloog ons om de oren. Het was me wat. Na 1 1/2u komen we bezweet en moe buiten, de camionette in om 30km verder aan een steile klim te beginnen. Na een kwartier hield ik het voor bekeken en besloot terug naar beneden te schuiven. (Volgens Daniel een verstandige beslissing want 't was een moeilijke klim). Toen ik een paar minuten beneden was dacht ik een trein te horen maar het waren duizenden en duizenden vleermuizen die de kloven en holen verlieten voor de nacht. Een machtig schouwspel. Terug in 't GH, douchen, eten en slapen. We worden verwittigd dat we om 5u zullen vertrekken ipv 10u het zal dus een lange dag worden. Om 6u vertrokken en om 7u30 al een stuk in 't park. Overal kleine apen, makaken. Om 8u start onze 4u durende trekking door regenwoud. Een hele belevenis.. na een kwartier stonden we al voor een rivier waarover een boomstam om over te steken en er hingen ook lianene ... de eerste bereikt al slingerend de overkant, voor het mijn toer is liggen er al een deel jonge gasten in 't water. 'k Zal dus geen belachelijk figuur slaan als ik er ook induik...een flinke aanloop, zwiep en ik land in 't struikgewas aan de overkant. We kropen over boomstammen, gleden over mos. .. gelukkig had ik een goede dag want met 60 zo'n avontuur!!! We zagen nog gibbons, hoorden de geluiden van de jungle .. een kleine uil maakt precies morse geluiden... Berg op, berg af, veel zweten en uiteindelijk staan we op het uitkijkpunt. Onvergetelijk mooi. Middag ... met de truck naar het hoogste punt en daarna weer naar beneden klauteren of..springen want de rotsblokken liggen ver van mekaar. Plots staan we op een klein plateau achterons de berg en jungle voor ons een grote diepte. Een mooie picknick plek - rijst, eieren en pijpajuin.mmm Er zijn nog 3 watervzallen te bezichtigen wel stappen over moeilijke wegen. Ik ga met de truck mee tot aan de laatste waterval, kan hier rusten met een drankje tot de anderen aankomen en we nog een stukske eten. 't Wordt donker en de trucks vertrekken met grote flashlampen aangestoken richting olifantenstek..We zagen veel reeachtigen maar.. geen olifanten. Het was een lange dag en jong en oud (ik) waren moe maar zeer tevreden. Ik sliep voor ik goed in bed lag. Vandaag trein naar Khorat, trein naar Udon Thani, bus naar NongKai aan de Mekong. GH, mooi aan de rivier met zicht op Laos. Het eten in het nabij gelegen restaurant niet te eten....hothothot en duur. Aangenaam stadje maar nogal prijzig, weinig eetstalletjes. Er zijn verschillende boottrips te doen maar te duur voor een uurtje. De tocht naar ChiangMai naargelang de waterstand maar 4000ThB - niet voor ons dus Met een gammele bus naar ChiangRai - het traject is niet bijzonder mooi. Vandaar naar PokChang met de bus langs de Mekong - heel mooie rit. Het is soms zo steil dat de bus het in 1° met moeite kan halen. PokChang is niet veel soeps en we besluiten de bus verder naar Loei te nemen. Loei is een broeierige en vuile stad. Ook de GH's naargelang. We vinden toch een goede kamer. De bazin spreekt frans. ze vertelt ons dat het het katoenfestival is. Een echte kermis. Veel attracties, kraampjes, eten, optreden van groepen, dans en muziek en hier voor de eerste keer Thai kickboxen gezien. Brutale sport waar alles toegelaten is met vuisten en benen. 's Anderendaags nog wat gaan wandelen en markten. We pakken onze bagage en gaan naar het busstation. De bus moest vertrekken om 10u30 ...om 3u nog geen bus en van armoe terug naar 't zelfde GH gegaan. De bazin vertelde ons over de bergvolkeren in LomSak. De volgende dag met de bus naar LomSak. Onderweg stoppen we aan een dorp op palen..deze bergbewoners war ze over gesproken had. Het is nog vroeg en we besluiten hier niet verder tijd door te brengen en nemen de expresbus naar Tak. De bus begint onmiddellijk aan klim langs een mooie route en dan weer de diepte in naar Pitsanoluk. Even halt en verder naar Sukothai....een mooie stad. daarna door de rijstvelden naar Tak. Gewone bussen rijden niet meer verder en we moeten met een minibusje naar MaeSot. De chauffeur was zo vriendelijk ons naar het MaeSot GH te brengen maar: volzet. Na wat heen en weer gepraat brengt hij ons naar GH4 ook daar geen kamers maar wel plaats op de slaapzaal. Buiten ons nog 1 andere gast. We sleuren alle matrasjes (ongev.3cm dik) bijeen zodat we toch een deftige onderlaag krijgen. We rijden met een tuktuk naar de rivier de Moei. We konden onze ogen niet geloven wat hier te zien is... alles wordt de rivier overgesmokkeld naar Birma... grote pakken worden op de schouder de rivier over gedragen... een drukte van jewelste. De GHuitbater verwittigd ons zelf niet over te steken wegens gevaarlijk... er wordt geschoten en de Karen worden uitgemoord. Die nacht horen we ook geweerschoten. We zullen maar wegblijven uit Birma. Met Songthaew naar TaSonYang in het gezelschap van 3 vrouwen..afgeladen vol met marktwaren en dieren. De eerste 50km niks te zien daarna weer bergachtig en mooi. In het dorp was er geen songthaw meer naar MaeHongSon... de volgende gaat morgenvroeg. In het GH laten we voor een paar BF onze was doen... Ze vertellen dat we gewoon aan de stopplaats moeten wachten en er wel iemand langs komt. Een lege songthaw laadt ons op voor een geweldige rit met duizenden bochten, berg op en berg af in een ferm tempo richting Chiang Mai. Aan een GH kort bij de hoofdbaan zet hij ons af. Rustig, goed bed en geslapen....We zitten op de baan ChiangMai -MaeHongSon. De GHkeeper iw een vlaggenfanaat.. de Belgische ontbreekt nog...hij vraag ons die op te sturen en bij hem gratis te komen overnachten. Hij voert ons ook gratis naar het volgende busstation. Over de bergen, heel mooi kwamen we in MaeHongSon; GH Jean is van mindere kwaliteit, dunne matras. Daniel gaat naar de longnecks ik ben aan wat rust toe en ik had ze al gezien met Jos. Ik slenter naar de markt met zijn vele kraampjes en de Birmezen die hier hun zaakjes komen verkopen. Ik wil wachten tot ChiangMai om cadeautjes te kopen zodat ik niet te veel moet sleuren. Aan de vijver is het zalig rustig en er is ook nog een mooie tempel op een heuvel met een uitzicht over 't stadje en de omliggende bergen. De boottocht op de Pai rivier is nogal gepeperd. En ik deed reeds met Jos een boottocht op de Pai... We gaan wel nog de tocht doen naar de Lisu. We vertrekken met een bont gezelschap naar de LodgeCave waar enorme vissen in de holen huizen en dan door de jungle. Het is slechts een spoor en we worden door mekaar gehusseld. Als 't spoor stopt pakt de gids een mat uit de auto en tovert er een lekkere lunch op. Daarna gaan we tevoet verder. Aan een open veld houden we halt... een papaverveld... we moeten osn wel wat in de luwte houden want helicopters vliegen over, volgens de gids staatscontrole. Hij geeft ons uitleg over de verschillende soorten, teelt en 't plukken. We rijden terug tot op de verharde weg om een half uurtje later weer de bush in te duiken tot bij een afgelegen dorp van de lisu stam. Er hangt een varken boven 't vuur te roosteren. Daar verneemt hij dat er een paar dorpen verder feesten zijn met dans en lekker eten om 't nieuwe jaar te vieren. Wij dus nog eens 2u hossen in de truck over iets dat op een spoor lijkt. Het dorp ligt tegen de heuvel aan en er lopen massa's varkens rond. In 't dorp worden we hartelijk welkom geheten door deleraar die ook wat engels praat. Hijzelf wat niet van hier waar gaf hier les. Al de mensen zijn in prachtige klederdracht.De dorpsoverste nodigde ons uit om mee te dansen en...we deden mee - de muzikant speelt op een bamboe instrument met verschillende pijpen - iedereen danst mee in een grote kring. Prachtig. We worden uitgenodigd om mee te eten van de geroosterde buffel, in een grote pot stond een soort soep te pruttelen met grote stukken vlees in en daarnaast grote potten gestoomde rijst. Het was heel lekker. We worden uitgenodigd om te blijven en zouden in 't schoolgebouw mogen overnachten maar... de gids heeft morgen weer een andere groep en de meisjes moeten de bus van 22u halen naar ChiangMai. Het wordt dus een wilde rit om tijdig terug in MHS te zijn. We zagen er niet uit, helemaal onder 't bruine stof maar wel een onvergetelijk dag, kostprijs 350ThB en een paar blauwe plekken Vandaag nemen we de bus naar Pai, een 4u durende route bekend om zijn mooie natuur, zijn vele bochten en het weeë maaggevoel. Ja, de kotszakskes deden weeral dienst gelukkig voor geen van ons beiden. Pai is op een jaar tijd fel verandert. Er lopen veel toeristen rond. Wel 10 bureaukes waar men kan inschrijven voor trekkings. Vorig jaar was hier van trekking nog zo goed als geen sprake. Met de bus naar ChiangMai. De chauffeur doet rustig aan. Onderweg stappen een deel reizigers af om naar Taton te gaan en vandaar met bootjes over de Kok rivier naar ChiangRai (deed ik vorig jaar) In ChiangMai een ruime kamer met al wat we nodig hebben. 's Avonds nog een bezoek aan de nightmarket en tegen 1u30 uiteindelijk in ons bed. De voormiddag de stad gaan verkennen en daarna platte rust want 't is weer verschrikkelijk heet. 's Avonds langs het post office om naar huis te bellen en daarna nog eens naar de nightmarket. Vandaag uitstap naar het olifantenkamp met wassen van de olifanten, ze aan 't werk zien en een showke - daarna een rit op de rug van mijn lievelingsbeestjes. Daarna de butterfly farm: mooi en de slangenfarm: interessant maar stinkend. De lunch daarna was lekker maar met de viese geur nog in onze neus... Nog een bezoek aan de ambachten in een omliggend dorp, zilver, hout, leder, paraplukes, edelstenen enz. en daarna met onze tuktuk terug naar de ChiangMai Inn. Een frisse douche en voor de laatste maal naar de nightmarket. Ik doe er mijn aankopen voor de thuisblijvers en een paar zijden hemden voor mij ... het bieden valt goed mee... Met tuktuk naar busstation en de bus naar Lampang. Wel even moeten zoeken voor een goede slaapplaats. Uiteindelijk vinden we het in 9Mituna Hotel naar onze zin. De stad zelf is niet veel bijzonders. De gebruikelijke stalletjes. De paarden dragen er met vloemen versierde hoedjes...De bezienswaardigheden liggen kms buiten 't centrum en we hebben al zoveel gezien dat het nu niet echt meer hoeft. Na 't avondeten kopen we ons busticket voor de volgende dag. De rit naar Bangkok heeft niets bijzonders - de aircon draait op volle toeren, het eten dat we krijgen is veel te spicy en krijgen we niet binnen. Bij een tussenstop kopen we kippenbillen en laten ons die goed smaken. Het busstation ligt 11 km buiten BKK . Een taxi brengt ons naar de KaoSanroad naar 't GH waar ik vorige keer verbleef. de prijs is gestegen en de kwaliteit gedaald.. morgen gaan we op zoek naar een ander onderkomen. Daniel wil morgen naar de WE markt wandelen, 10 km ... mij niet gezien in deze hitte en de uitlaatgassen. Na 't ontbijt naar de Wat Phra Kaeo. Druk, heet en lange rijen om aan te schuiven. We gaan dan maar naar China town. Hongerig van 't rondlopen eten we aan een stalletje uit de wok scheuten met ei en groenten. Al wandelend komen we aan de ChaoPraya rivier. Er liggen bootjes waarmme men naar de klongs kan, langs de koninklijke boten enz. Met een beetje onderhandelen kon ik de prijs drukken. Het werd een tochtje van een paar uur, door smalle klongs waar de mensen bijna op de rivier leven, we bewonderden de prachtige boten en stopten even aan de snake farm. Zware dag, douchen en eten. Daniel wil nog naar Silom Rd maar voor mij is de rek er uit. Mijn buik rommelt, ik blijf op KaoSanrd wat rondhangen, niet te ver van WC's. Als ik het tempo van Daniel blijf volgen lig ik straks plat en dat is niet de bedoeling. 38° broeierig heet. Daniel is na 't ontbijt weer op verkenning door BKK - 4 à 5u stappen in deze hitte haal ik niet. Ik laat me in de namiddag naar een Elephant Theme parc rijden en daarna naar een krokodillenfarm (wat uiteindelijk toch mee viel) Vandaag staat de Rose Garden op 't programma maar dat gaat niet door want de minibus is kapot. Een trip voor morgen geboekt. Om tempels te bezoeken is het veel te warm. Tegen de avond gaan we naar Silom Rd ( 1 1/2u door uitlaatgassen maar Daniel gaat tevoet) en ik vul mijn voorrad geschenkjes nog wat aan. voor de terugweg nemen we toch een tuktuk. Ze komen ons wekken voor de trip naar de drijvende markten en Rose Garden. Daniel was gisteravond al niet goed maar is nu ziek, koorts en kan niet eten. Hij bleef de ganse dag in bed. Een beetje gescharrel bij de minibiusjes. Ikke achteraan en trok me niks aan van terug uitstappen enzo plots Indisch doof...We voeren langs mooie kanalen, door een prachtige natuur. Op de drijvende markt was het druk - veel bootjes met waren en veel toeristen. Een prettig gestoorde menigte. Na de middag naar de show ... mooie omgeving, mooie optredens. Heb de ganse dag aan Daniël moeten denken. Terug in 't GH is hij wel op maar voelt zich nog goed ziek... teveel in de hitte gelopen en al die aircon winkels in en uit...veel te grote temperatuurverschillen weet hij nu ook. Hopelijk gaat het morgen beter. Na 't avondeten nog even naar 't vrouwke telefoneren. Thuis alles goed maar bitterkoud. Oei, hoe ga ik dat verwerken...hier weken heet en zweten... Vandaag tempelbezoeken. Daniel nog steeds ziek. Ik had ze wel al gezien maar 't is steeds de moeite waard en.. de trip was gereserveerd (eigenlijk voor Daniel) en 't is de laatste dag en die wil ik toch ook nog wat aangenaam doorbrengen. Het gezelschap viel mee.... Gelukkig is Daniet toch wat beter als we naar huis moeten vertrekken.... 't was goed - veel verschillende ervaringen - ook nogal veel op bussen gezeten maar het local transport is al een belevenis op zich 't Wordt tijd dat ik mijn vrouwke en kinderen in de armen kan sluiten
mijn verhaal: Ik heb ze de les opgedaan. Bellen aub....en af en toe doen ze het of sturen ze een fax. Geen commoties deze keer. Wel blij dat ik mijn ventje weer thuis had en... hoe goed het gezelschap ook, volgende keer weer liefst samen.
Vlucht van Jakarta in echt noodweer; landen op Medan in de pikkedonker wegens electriciteitspanne; koeien op de landingsbaan aan adrenaline geen tekort.
diavoorstelling Sumatra
.
Sulawezi
Het oude Celebes Door de botsing van de continenten heeft het eiland een heel opvallende vorm Wij gingen vooral voor de kleurrijke Torajacultuur en de prachtige koraalriffen
Van Palu op Sulawezi vlogen we eerste klas (dankzij overboekingen) naar Balikpapan, Noord Kalimantan (het vroegere Borneo) Met public taxi rijden we naar Samarinda. Over de Mahakam river hoorden we vele verhalen en het leven op en langs de rivier intrigeerde ons
Zuid Kalimantan
Banjarmarsin en de diamantmijnen
diavoorstelling Kalimantan zuid
In onze overmoed beslistten we de bus te nemen van Samarinda naar Balikpapan en van daar Banjarmarsin in hethet zuiden. We kwamen dus meer dan geradbraakt in Samarinda aan. Samarinda is een stad tussen water. De streek is gekend voor zijn diamantmijnen en de langneusapen.
Biak
Witte zandstranden, helder zeewater en paradijsvogels Kalksteengrotten hoeksteen van het Japanse verdedigingssysteem Heel vriendelijke mensen, de meeste van austronesische afkomst Zo goed als geen toeristen.
diavoorstelling: Biak.
Irian Jaya nu weer Papua
Nieuw-Guinea is na Groenland het grootste eiland ter wereld.
diavoorstelling: Wamena en Baliëmvallei
Irian Jaya neemt de westelijke helft van het eiland in. Vooral ongetemd, met afwijkende ecologische zones en nog veel ongekend gebied. Onlangs nog werden vele ongekende dieren en planten ontdekt. Land ook van de Dani en de Baliëmvallei
.
Bali Het eiland dat er in slaagt niettegenstaande veel toerisme en buitenlandse invloeden zijn eigenheid te bewaren.
diavoorstelling: Bali
Het verhaal zonder Sumatra en Bali - dat volgt nog
De kinderen zijn nog te jong om alleen thuis te blijven maar willen ook niet mee naar verre bestemmingen. We maken een keuzen. 't Ventje blijft thuis en ik zoek mij een reisgezelschap. Via berichtjes kunnen we een groepje van 6 samenstellen om zo gemakkelijk prové vervoer te kunnen charteren. Later bleek het niet zo'n beste formule te zijn. We hadden mekaar een paar maal ontmoet en samen een programma opgesteld. We reserveerden vluchten bij Garuda. Vele binnenlandse vluchten vroegen om een goedeplanning maar vooral om het betaalbaar te houden. Vlaamse en Nederlandse reisagentschappen gecontacteerd ..de ene had fligthcoupons, de andere toeristentickets aan 50% (beperkt aantal) Ik maakte een combinatie van beide en na serieus aandringen lukte het Connections om het bij Garuda toch gedaan te krijgen. Bij het vertrek in Zaventem had het vliegtuig lekke band - nieuwe moest van Schiphol overgevlogen worden....vliegtuigen hebben geen reservewiel aan boord, kunnen ook moeilijk onderweg even halt houden als hij gekapt is bij 't opstijgen.... Heel nipt de vlucht gehaald...
Sumatra
Van Jakarta vliegen we naar Medan op Sumatra door een pracht van een onweer. Midden in de nacht maar de lucht is helder van de bliksemschichten. Ik nijp ze... 't kan eens teveel worden hé. We landen op een luchthaven waar alle lichten zijn uitgevallen (hoe zou 't zijn met de apparatuur van de verkeerstoren?) We charteren een busje en de chauffeur haalt de eigenaar van een GH uit zijn bed om voor ons de deuren te open. Medan, een grote stad, met de allures van een provinciestadje - we laten ons rondrijden met fietsriksjas en bekijken Moskee, markt, Maimmon palace, de oude plantagehuizen, china town enz. Met de bus noordwaarts naar Bukit Lawang, Gunung Leuser NP en de rang-oetans heropvoedingsschool. Mooi dorp aan een wilde rivier, mooi GH en een fijn sfeertje. Met een wankel bootje en na een ferme klim op zoek naar de apen. We hebben een heel fijne tijd hier. We charteren weer een busje naar Berastagi. in het land van de Karo. Omringd door vulkanen. Onze eerste verkenning brengt ons van fruitmarkt naar groentenmarkt en bloemenweelde. Fruit in alle soorten en veel die we niet kennen ... het is dus proeven geblazen..sommige vinden we heerlijk maar andere walgelijk... We bezoeken een paar omliggende dorpen, verwonderen ons hoe verschillende families in zo één grote open ruimte kunnen samenleven (rumah adat noemen ze zo'n woonst)... We leren gestoomde rijst eten uit bamboekokers... Onze zintuigen staan op scherp en krijgen heel wat te verwerken. De botanische tuin echter is gesloten...waarom? geen mens die 't kan vertellen. Er is een bruiloft in de buurt en we kunnen er naartoe. We worden wel geacht een geschenk mee te nemen. In de winkel helpen ze ons bij onze keuze. Er is veel volk en de verschillende groepen bieden hun geschenken aan alzingend en dansend. Het is niet altijd gemakkelijk om te volgen wat er gaande is - mensen lopen aan en af. Voedsel wordt binnengebracht: dampende potten met rijst en sauzen en vlees. Ieder krijgt een bors. Ik heb een oogske geworpen op de ketels en...niks voor mij, schep me gewoon een beetje plain rice op. De buurvrouw stoot me aan als ik klaar ben en vraagt om mijn bord goed vol te laden - ze schudt het dan in een plastiek zak om mee huiswaarts te nemen. Als we het bruidspaar zien om onze geschenken af te gaan verwonderen we ons over de leeftijd.. ze wonen dus blijkbaar al vele jaren samen, hebben kinderen en kleinkinderen maar nu pas voldoende centen om een degelijk trouwfeest te geven voor de familie, zelfs voor diegenen die overseas wonen. Van Berastagi naar Prapat door Batakgebied. Even een kijkje nemen bij de Sipisopiso waterval en we rijden langs het toba meer gevormd door vulkaanuirbarstingen. Het Simulangun paleis is prachtig - de huizen hier zijn speciaal met aanbouwen met spitse daken. Als de dochter trouwt wordt een stuk bij aangebouwd ... één van de weinige echt matriarchale samenlevingen. Prapat: betalen om 't stadje binnen te mogen... we landen midden op de markt. Charteren een ferry naar Tuktuk op het eiland Samosir en nestelen ons in een mooi GH aan 't meer met een duizend* uitzicht. We bezoeken er het Batak museum, oude graven maar vooral genieten we er van de rust en de mooie natuur. We spenderen en paar dagen en stappen dan weer op de bus. Even een kijkje onderweg in het Balige museum, een stop aan de evenaar en 's morgens arriveren we in Bukittingi (hoge heuvel) in het land van de Minangkabau. Na wat zoeken hebben we een overnachtingsplekske gevonden. We trekken op verkenning. De stad is ontstaan rond het Fort Dekock van de Nederlanders en vanop de toren een uitzicht over de mooie omgeving- als herkenningspunt staat in ' centrum een grote kloktoren. In de grote overdekte markt vergapen we ons aan het aanbod, rond de markt veel souvenierwinkeltjes. We organiseren voor de volgende dag een rondrit naar het karbouwengat, stoppen aan rijstvelden en watervallen, gaan even kijken naar een bullfight waarrond de massa staat aan te moedigen... Voor mezelf heb ik een dagske jungle gearrangeerd met een gids.... van Bukittingi naar het Minanjaumeer.... Het is een aardig eindje stappen onder een hoog en dicht bladerdak, donker en vochtig waar de dierengeluiden veel laten vermoeden en we slechts verschillende soorten apen, vogels, insecten kunnen spotten. Veel parasietplanten met mooie bloemen. Midden in de jungle is een GH met een vriendelijke uitbater .. wie kort bij de natuur wil leven komt hiuer aan zijn trekken.... water uit de rivier, douche onder de waterval - geen electriciteit, eten wat de tuin opleverde... Van hier naar de bewoonde wereld nog een paar uur stappen. Het minanjaumeer is gewoon heerlijk. Voor wie er wil verblijven: voldoende accommodatie en weinig buitenlanders. Met de bus terug naar Bukittingi. Met taxi naar de luchthaven in Padang vanwaar we een vlucht hebben naar Ujung Padang in Sulawezi met tussenstop in Jakarta. Simatra: één brok natuur en cultuur - aangenaam om te verblijven
Sulawezi
Van de luchthaven met minitaxi naar de busstand aan de stadsrand van Ujung Padang (Makasar) Hier weer een busje gecharterd. We hadden een paar goede adresjes en een bed voor de nacht was dus vlug gevonden. We zitten op de strandboulevard en 's avonds is het er feest met de vele karretjes met versnaperingen en hun kleurrijke lichtjes. We reppen ons naar het bekende visrestaurant. Gezellig iw at anders, een heel grote zaal met witte plastieken tafels en stoelen maar...wat er op 't bord komt is overheerlijk en overvloedig. En de ijsjes achteraf echt voor lekkerbekken. Goed dus voor een dagelijks bezoek. De havenwerf is bekend voor zijn Buginese schoeners... gemaakt zonder nagels...prachtige boten. We rijden met een fietstaxi door de achterafstraatjes, kijken onze ogen ogen en belanden in een drukke haven. Havenarbeiders laveren over een balk om de zware lasten aan boord te brengen. Doet mij aan de Marco Polo verhalen denken. In Kampung Belang (nederlandse nederzetting) vinden we Fort Rotterdam - heel imposant en 't was 't bezoekske waard. Ik vind het een aangename stad om in rond te lopen. Nog even langs een orchideeenfarm en een juwelenwinkel want ze maken hier prachtdingen in filigraan. We kiezen terug voor een gecharterde auto om ons naar 't noorden naar het land van de Toraja te brengen zo kunnen we onderweg stoppen waar we willen. Aan de ene kant de zee en kleine lagunes aan de ander kant een majestueus gebergte. ParePare een haven, een bouwwerf van bagu en prahu boten. In zee staan wankele houten torens waar de visser op kruipt om zijn netten binnen te halen... De stad op zich bezoeken we niet want we willen verder. We rijden Torajaland binnen onder een grote boogpoort. Hier en daar kleine dorpjes en vele piepkleine barakjes/winkeltjes met de hoogst nodige zaken en zonder veel klienteel. De frisdrank staat er buiten zowat te koken. Van koelkasten geen sprake want electriciteit is er slechts af en toe een paar uur. Kleurrijk landschap met granieten rotsen, blauwe luchten, zon die weerkaatst in 't water van de rijstterassen...verroeste daken en grote en weelderige bloemen. In Rantepao een goed GH gevonden, wel een stapke van 't centrum. Een gids zoeken die u niet bedot is een opgave... loven en bieden en wachten. Ondertussen verkennen we het dorp langs alle kanten en proberen een paar restaurantjes. We gaan tevoet naar de markt waar vooral héél veel varkens, mooie buffels en prularia te koop worden aangeboden. Varkens met vastgebonden poten en een stok tussen worden tevoet, met de fiets, in een riksja of met het openbaar vervoer aangebracht. Markt dag is ook een goede kans om de kleine dorpen uit de omgeving te bezoeken want transport in overvloed...210 man in een busje samen met kippen en varkens ...maar we geraken er. Een bezoek aan een oud traditioneel dorp is de moeite waard - rijen huizen indezelfde mooie stijl met aan de voordeur de orens van de geslachtte buffels als teken van rijkdom. Bomen hangen vol vliegende honden die opvliegen als we een steentje gooien (sorry beestjes maar we wilden het ook eens zien) De toraja begraven hun doden in rotsopening in de berg. ze maken er een balustrade waar poppen op staan die de overledene afbeelden en die waken over de vallei. Baby's werden in uitgeholde bomen begraven met de voeten naar boven zodat ze mee zouden kunnen groeien... Rond de begraafplaatsen vliegen roofvogels en beenderen liggen alom gestrooid. Wij gaan met een busje terug anderen willen tevoet ...lopen hopeloos verloren en waren gelukkig toch iemand te ontmoeten nabij een theeplantage die hen op de goede weg kon helpen... Nog een paar prachtige wandelingen gedaan in de omgeving. We stellen ons vertrek een dagske uit want we kunnen naar een begrafenis... Die duren hier dagenlang... een houten dorp wordt opgezet voor de gelegenheid - de overledene ligt in een aparte kamer en groepen met familie en bekenden komen langs en allen brengen ze giften mee, van varkens tot buffels die terplaatse geslacht worden om de bezoekers te voorzien van overvloedig eten. Alle giften worden minutieus in een boek genoteerd zodat er rekening mee kan gehouden worden met de waarde op 't ogenblik dat u een bruids- of afscheidsmaal geeft. Het is een mix van oude en katholieke gebruiken... Goed om eens te zien maar de drukte, het lawaai en de geuren van het slachtafval temperen mijn inlevingsvermogen...teveel komt op me af... Ik heb het gezien maar kon er mij echt niet inleven. Verder noordwaarts. Pendolo aan het Posomeer. Een klein stadje aan het mooie meer maar verder niet veel te beleven - zelfs een fris drankje is ons niet gegund dus doen we het maar met thee. 't Is namiddag en dan zijn er grote golven op het meer, te gevaarlijk om met een bootje over te steken dus moeten we verder langs de baan naar Tentena. Er ligt een asfalt sinds 2 jaar maar de baan is al in een abominabel toestand door slidings en wegspoelingen. Tentena: een mooi hotelletje aan het meer. Van hieruit ook tochten te boeken naar de omliggende Nationale parken, watervallen en grotten. De sfeer in 't groepke is niet meer dat wat het geweest is. Een deel willen vooruit naar Bali om de rest van de zon te gaan genieten op 't strand. Van hier uitstappen te doen wordt niet meer gesproken. We rijden naar Palu en regelen er de vlucht naar Balikpapan. Vinden een adres van een snorkelparadijsje en verkassen. Een GH zonder tralala - geen electriciteit... bamboe verblijven op palen ... een open restaurant boven 't strand ..bananen a voloné en..... een wondere onderwater wereld op een paar meter van de shoreline. Alleen, de sfeer is wat verziekt domme domme domme toch.. We beslissen de rest van de trip verder met 3 af te werken... Er liggen zelfs pedalo's op het meer....
Kalimantan ( vroeger Borneo) :Noord De Mahakam rivier
Mahakam River
Van Palu op Sulawezi vlogen we eerste klas (dankzij overboekingen) naar Balikpapan, Noord Kalimantan (het vroegere Borneo) Met public taxi rijden we naar Samarinda. Het is avond als we aan de taxistand aankomen en we ons naar het centrum laten voeren. De zoektocht naar overnachting verloopt niet zoals we verwacht hadden. Eerste hotel: full, tweede: full, derde full... holala hier klopt iets niet. Nergens zien we volk in de lobby's. Het is weekdag dus al het werkvolk voor de houtkap is in 't binnenland. Vermoedelijk zitten we hier met een ons bekend probleem. De bediende achter de balie moet aangifte doen op het politiekantoor als er vreemdelingen overnachten en zegt voor 't gemak maar dat het hotel vol zit. Niet met ons dus. We installeren ons in de zetels en gesticuleren en praten hard om wat indruk te maken. Ik richt me terug tot de balie... ja, als alle hotels vol zitten kunnen we niet anders dan in de lobby slapen tot morgenvroeg of hij moet het politiebureel bellen om te vragen waar we kunnen overnachten. Ik zie zijn stoppen doorslaan. Hoor hem denken "wat moet ik met dat vrouwmens" Er volgt een druk telefoongesprek en ja... er zijn nog een paar kamers vrij die wel al gereserveerd zijn ... Uiteindelijk slapen we 3 nachten in de "gereserveerde" mooie kamers. En voor 't eerst op deze reis is er ook enkel en alleen maar rijst, wel in alle variaties, voor ontbijt gelukkig met heel veel vers fruit en lekkere pudding als toetje.. Het belooft voor als we de rivier op gaan. We vinden vrij vlug een gids om ons up river te begeleiden naar het woongebied van de Dayak. Van hieruit kan men met openbaar vervoer=riviertaxi het binnenland in maar we kiezen voor een privé optie - we moeten het nog overleven ook hé. Gaan met de gids naar de markt om proviand in te slaan om zeker nog wat anders mee te nemen dan COLA. We doen vooral onze voorraad fruit in om onderweg onder de rijst te mengen en water (lauw water nog altijd beter dan lauwe cola. Met de bus rijden we naar Tengarong. Wat ons het meest opvalt is de slechte aardeweg en de houtkap. Hele flanken leeggeroofd. Hier en daar is gestart met heraanplanting. Terwijl onze gids op zoek gaat om een bootje te charteren bezoeken wij het Mulawarman museum in het prachtige paleis met uitzicht op de rivier. 't Was vroeger een houten paleis dat afbrandde en de Nederlanders bouwden een nieuwe behuizing voor de sultan, niet in de traditionele stijl maar wel rijkelijk, de man waardig. Ons bootje: lang, smal, een plankske om op te zitten en ééntje om de rug te steunen en heel belangrijk: een luifel tegen de brandende zon. We vergapen ons op het leven aan de rivier - winkeltjes, drijvende markten - maken kennis met de sanitaire instellingen die op 't water drijven en het uiterste van ons evenwicht vergen... vogels van piepklein tot uit de kluiten gewassen met de mooiste kleuren, we gluren naar apen en de apen naar ons... In Kota Bangun houden we even halt. Het is wel klauteren om via de smalle houten plankjes en de steile helling aan land te geraken. We komen in een vlak afwateringsgebied van de rivier met vele ondiepe meren. Regelmatig moet het roer uit het water want het oppervlak zit dicht van de waterplanten. Op droge staken zitten honderden mooie ijsvogels. Soms varen we door dichte begroeiing en 'k vraag me af hoe ge in deze wildernis de weg kunt vinden....(stond zelfs een wegwijzer midden in nowhere) 's Namiddags houden we halt in Muara Muntai. Het is een moerassig gebied en het dorp heeft houten plankieren op stelten als wegen. Voor 't moment staat het redelijk droog en daarvoor zijn we dankbaar...misschien minder muggen. Onze gids brengt ons naar zijn broer, het schoolhoofd, zij zullen vandaag ons gastgezin zijn. In 't midden van de huiskamer hangt, in een opgeknoopte doek, de jongste telg: een paar weken oud. Het is er netjes, de mensen vriendelijk - alles OK dus. De leraar spreekt engels en vertelt honderduit over zijn dorp, de mensen en gewoonten. We gaan op verkenning, iets eten en drinken onderweg tot de iman zijn volk oproept tot gebed. Op een paar minuten is alles gesloten en valt 't dorp stil...iedereen naar de moskee. Goed uitgerust geraken we zonder ongelukken weer in het bootje. Na een paar uur varen zitten we weer meer ingesloten door de jungle - de indruk dat we op een beekje varen. De vissersbootjes met chinese netten liggen op 't droge - laag water. Af en toe moet er uitgestapt worden om de boot over de stenen te krijgen... We geraken toch nog in Long Iram. Hier gaan we ons in 't longhouse installeren. Het eerste dat ik doe is mijn muskietennet hangen en mijn bed goed afsluiten want tussen de plankenvloer zijn grote spleten en ik heb graag mijn bed voor mij alleen. Een groep duitsers die hier 'sd avonds landen hebben een folkloristische groep geïnviteerd en wij genieten mee van 't spektakel. Ik heb hier een mooie houtsculptuur gezien in ijzerhout en heb een paar dagen mijn amusement om erover te onderhandelen. 's Morgens is er buiten drukte en een optocht ... een overleden vrouw wordt weggebracht en in de optocht worden allerhande zaken meegedragen... haar matraske, kleren, voedsel en....een kruisbeeld. Onze gids geeft slechts mondjesmaat antwoord op onze vragen. Hij chartert een 4x4 om het binnenland in te rijden. Langs halsbrekende wegen komen we op de mooiste plaatsjes. Kleine dorpjes waar ik me wel even de vraag stel hoe het kan dat kinderen hier overleven...ze spelen in vieze poelen waar WC's en alle afval water inloopt - ze poetsen er hun tanden mee...Vrouwen dragen grote zware oorringen die grote gaten in hun oorlellen trekken - hoe lager ze hangen, hoe mooier. Aan al de huizen staan gesculpteerde beelden om het huis van onheil te bewaren. Elk dorp heeft ook zijn bevallingstrap ...een houten trap met baarstoel waar de vrouw ten aanschouwe van heel de gemeenschap haar kind kan baren. Vermoedelijk door mijn vele vragen rijdt onze gids ook met ons naar een begraafplaats. Van een gewoon heuveltje tot een rijkelijke bezuiging - overal ligt kapotte verpakking van rijstzakken enz. waar ongedierte zijn best heeft gedaan... verrotte matrassen en kleren. De overledene krijgt alles mee om zeker niet in armoede het nieuwe leven te starten. Een oude vrouw blijft rond mij plakken...wrijft over mijn armen (sproeten) en in mijn witte haren. Even later komt ze terug met een zwart papke, we vermoeden asse met varkensvet en wil het in mijn haren smeren.. Onze gids verstaat haar taal niet (zegt hij toch) Met veel gebaren en mijn handen op mijn hart bedank ik maar weer ik het aanbod af. Ze neemt me bij de hand - geeft me een stokje en gids me rond een graf en pakt mijn hand om in de aarde te prikken...raar...en onze gids zwijgt... Een hele ervaring - wat ziet ze toch in mij? een soort heks? Riverafwaarts gaat de tocht vrij vlug terug naar Samarinda. Spijtig dat we niet meer tijd hadden want 't was wel een ervaring om U tegen te zeggen.
Kalimantan Zuid en de diamantmijnen
overmoed beslisten we de bus te nemen van Banjarmarsin naar Balikpapan en van daar naar het zuiden. We kwamen dus meer dan geradbraakt in Samarinda aan. We hadden twee namen van GH'es. Het eerste hing half boven de rivier en werd overvloedig geparfumeerd door verrottingsgeuren. Het tweede was sober van bouw, heel netjes en met ruime kamers. Thee en kokend water a volonté. Er waren slechts een paar andere gasten zodat het vlug in kannen en kruiken was om samen uitstappen te regelen naar de mijnen en de langneusapen. Buiten dat heeft de stad vooral een zeer bedrijvige drijvende markt en een heel moderne moskee. Ook het aanbod aan restauratie is opvallend groot en er staan veel exotische gerechten op 't menu. Het enige waar ik toch eens van heb willen proeven zijn schildpadeieren..bah...griezel nog als ik er aan denk. Al de rest van aap, krokodil tot slang en wormen laat ik ongemoeid aan mij voorbijgaan. 'k Zal 't wel doen met rijst en kip en heel veel fruit. De uitstap naar het apeneiland was vooral interessant door de drijvende markt en een tropische regenbui die ons in een mum van tijd doornat maakte al zaten we onder een afdak. Blij dat de zon terug scheen als we aan land gingen en we werkelijk verdampten. De enige apen die we er zagen waren geen langneusapen en waren op het agressieve af om onze picknick te plunderen. Uiteindelijk hadden we het moeten weten dat zo'n korte uitstap niet veel kans geeft op een encounter met zeldzame dieren. De diamantmijnen, maar vooral de mensen die er werken, zullen mij mijn leven lang bijblijven. Smalle gaten tot heel diep ondergronds (5m en meer)- verluchting gebeurd door lange buizen waar de lucht doorgedreven wordt door manueel bediende ventielen -langs een smal en kramikkelig laddertje worden grote schalenklei bovengehaald die in een waterpoel gespoeld worden op hoop van een goede vondst, edelstenen of halfedelstenen. De grootste stenen die wereldwijd in omloop zijn komen van deze velden. Het werk dat geleverd dient te worden: onmenselijk. Het opvangcentrum voor oerang oetangs hebben we in Kalimantan niet bezocht omdat we op Sumatra reeds zo'n centrum bezochten. Verschillende rivieren komen uit in de delta rond Banjarmarsin en er zijn rivierboten om het binnenland in te trekken. Wij vermoeden dat het leven langs de rivieren zowat overal hetzelfde zal zijn en opteren voor een beetje rust op Bali Kalimantan heeft me laten proeven van het oerwoud en oude kulturen: de Dayak en hun longhouses, hun rituelen rond leven en dood, hun beeldhouwwerken en krijgstrofeeën (schedels) De rivier en het leven op het water, de rijkdom aan planten en dieren, vooral vogels en rare vissen. Ik heb er van genoten met al mijn zintuigen al ben ik soms heel diep in mijn reserves moeten gaan. 3x rijst per dag is zelfs voor mij soms van 't goede teveel en uren zitten op een plank in een bootje zou men beter doen in zijn jeugd ipv "op ouderdom"
Biak
Eén van de kleinere eilandengroepen is Biak dat ten Noorden van Irian Jaya ligt (West Papua - Nieuw Guinea) Bewoond door Melanesiërs die onder invloed van de vele zendelingen en kolonisten een groot deel van hun traditionele kultuur lieten varen. Tijdens WOII was het bezet door vele duizenden japanners. De eilandenworden momenteel vooral bezocht door ornithologen op zoek naar de paradijsvogel waarvan er in deze regio een 40tal verschillende soorten voorkomen. Spijtig want de stranden zijn zalig en de mensen enorm vriendelijk en gastvrij. Wij waren er op de nationale feestdag die door de autochtonen uitbundig gevierd wordt. Mensen komen van de kleinere eilanden en er wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om te dopen en te trouwen. We ontmoetten er verschillende mensen die voor een Nederlander hadden gewerkt en daar de kans kregen om te leren lezen en schrijven in 't nederlands.... Ze gingen mee naar het strand - plukten cocosnoten en trakteerden ons terwijl ze herinneringen ophaalden aan vroeger.
Irian Jaya - Papua
Nieuw-Guinea is na Ijsland het grootste eiland ter wereld. Het oostelijke deel is Papua Nieuw-Guinea dat onafhankelijk is. Het westelijke deel hoort toe aan Indonesië: Irian Jaya. Het maakt ongeveer 1/4 van de oppervlakte van Indonesië uit. Qua fauna en flora neemt het een heel speciale plaats in en er leven veel soorten die nergens anders ter wereld voorkomen. Het ligt ten oosten van de Wallace lijn en leunt meer aan bij Australië dan Azië. Na het Amazone gebied herbergt het het grootste regenwoud ter wereld. Het heeft met eeuwige sneeuw bedekte bergen tot 4595m hoog en in 't zuiden treft men in de vloedgolven mangroven en nipahpalmen en verderop moerasbossen. De inwoners zijn austronesiers, papuas die verwant zijn met de aboriginals, en aangevuld met Javanen en Sumatrezen door een doorgedreven spreidingsplan van de regering. Er zijn heel vele stammen en men vermoed dat er op 't eiland nog mensen wonen die nooit met blanken in kontakt kwamen. Ga alleen de voor mij 3 belangrijkste noemen. De Asmatters leven in 't zuiden en zijn moerasbewoners en waren koppensnellers. (zijn? niettegenstaande het onder Nederlands bewind verboden werd verdween er in 1961 Michael Rockefeller..ja, de zoon van..bril werd teruggevonden als eigendom van een asmati.) In het westen wonen de Ekari. Ze zijn grote economisten -de primitieve kapitalisten - Geschenken geven zoals wij dat bedoelen bestaat voor hen niet - alles wordt verhuurd, geleend en de rente wordt minitieus berekend. Ze werken met een heel ingewikkeld stelsel dat 60x herhaald wordt en waarbij alles om getallen draait. Na 't invoeren van onderwijs werden ze echte wiskundige bollebozen en pasten zich enorm vlug aan aan alle technische verbeteringen. Wij bezochten in het centrale bergland de Dani - ze dragen nog steeds hun traditionele kledij: de peniskoker, niettegenstaande eerst de hollanders en daarna de indonesische regering alles in 't werk had gesteld om het te verbieden maar alleen onrust hadden geoogst. Ontdekkingsreizigers werden gevolgd door antropologen, zendelingen, ondernemers/goudzoekersen nu zijn er de inwijkelingen en de toeristen. Wij landden op Setani de luchthaven van Jayapura en het was er beklemmend heet. We zochten onderdak kort bij de luchthaven omdat we door wilden vliegen naar Wamena in de Baliemvallei. Wat het eerst opviel was het enorme geluid van de krekels. Uit eten deden we in een restaurant temidden van zendelingen van diverse "merken" Jayapura, de hoofdstad, lijkt meer op een provinciestadje en ware het niet voor de hitte ik zou er gerust een tijdje willen verblijven. Op het politiekantoor voor de permit om het binnenland in te trekken zijn er lange wachttijden...geen wachtenden maar een voetbalwedstrijd die op TV wordt uitgezonden. Rechtover is echter een heel goede bakkerij. In weken zo geen lekkere broodjes geëten (en voorraad ingedaan) Merpati vliegt naar Wamena met kleine vliegtuigjes en onderweg hebben we een prachtig zicht over regenwoud en bergen. Landen in Wamena is een cultuurschok. De bagage wordt uitgeladen door mannen gekleed in peniskoker.. rond de arm een koordje waar veren tussen steken ..de ene een soort fietsketting als halssnoer, de andere een kepi op als teken van zijn waardigheid. Met een soort tuktuk naar een GH even buiten 't centrum. De ingang van het domein wordt beschermd met een boog en een poort om de geesten buiten te houden. Ook elk dorp heeft zo'n ingangsboog. De kamers zijn eenvoudig maar netjes...de badkamer herbergt een soort grote trog met water en er hangen biezen matten om wat privacy te garanderen. Voor de deur zitten een paar gehurkte mannen op wacht. Het knoppeke voor 't licht zit op blote draden en ik kom daar dus niet aan.. wachters genoeg om het voor mij te doen. Onder het afdak waar de tafel gedekt staat hebben we het gezelschap van een 20tal exotische vogels waaronder zelfs (illegaal) een paradijsvogel (wondermooi) De mensen zijn enorm vriendelijk en de taal is de grootste barrière. Vele zaken worden open gehouden door inwijkelingen. De meesten werden door de regering betaald om uit dichtbevolkte eilanden naar hier te emigreren. Eten gaan we doen de hoofdstraat in 't centrum nabij de markt. We eten er 3 dagen kreeft met bami ...Steevast aan de deur een paar Dani die 't één en 't ander proberen te slijten. Ze willen me absoluut een draagnet voor op de rug laten kopen ... om de baby in mee te dragen (op mijnen ouderdom? ) De mannen kopen een peniskoker en die wordt 's avonds onder veel jolijt geshowd. We bezoeken de markt, de geuren en kleuren zijn niet te beschrijvenen we geloven onze ogen niet als we er een vrouw een biggetje zien zogen. Schijnt hier een gewoonte te zijn, de ene borst voor de baby de andere voor de biggetjes. Mijn schroom is te groot om er een foto van te nemen (waarom zou ik het tenandere doen? om te bewijzen wat we zagen?) Ik koop er een paar lekkere ananassen om 's morgens onder de "plain rice" te snijden. We charteren samen met andere reizigers een minibusje en gids voor een paar dagen. We laten ons ergens afzetten om naar een paar dorpen te wandelen. Gelukkig hebben we genoeg copy's genomen van onze permits want overal komt het dorpshoofd in traditionele kledij (of geen kledij beter gezegd) met kepi op onze papieren afstempelen en hangt een copy aan de ingangsboog tot we weer vertrekken. Onze gids brengt ons ook naar een dorp waar ze een mummie van hun voorouder bewaren en vereren en waar we dik mogen betalen om hem te zien. We blijven er een tijdje rondhangen en proberen wat contact te leggen. De mannen mogen een kijkje nemen in de mannenhut. Ik ga een kijkje nemen in het "klaslokaal" We leren hoe ge uit brak water zout kunt halen door vezels erin te weken en ze later te drogen en verpulveren. En vermoedelijk nog heel veel andere dingen waar ik niet zo direct aan denk. Wamena heeft een diepe indruk nagelaten. De confrontatie met de cultuur, de lieve mensen, de manier van landbouw ( heel primitief maar zeer efficiënt), de zorg waarmee met de natuur wordt omgegaan. Deze herinneringen pakt niemand me af.
Bali
We komen uit het luchthaven gebouw en de beklemmende hitte overvalt ons. Van de luchthaven van Denpasar met een publictaxi naar Ubud. Een mooi GH gevonden buiten 't centrum met ruime kamers en een tuin. Pancake banana is de ganse dag door te krijgen en de pot thee wordt regelmatig bijgevuld. Slapen met deuren en vensters open, zicht op de sterren en begeleidt van krekelmuziek. Verder de grote stilte. Bij 't wakker worden zijn de lakens klam van de vochtige lucht brrr douchen, drogen en voor ge aangekleed zijt weer volop in 't zweet. Ubud telt veel kunstenaarszaken - om de vijf duren zit er wel iemand te schilderen...Paleizen en lotusvijvers, tempels maar vooral de onophoudelijke stroom van mensen die met kleurrijke offers naar de tempel trekken. Uren kan men op een terrasje zitten zonder zich te vervelen...En terrasjes zijn er in overvloed. Het is zalig dwalen door de straten. We nemen een busje naar het Monkey forest en keren tevoet terug al snuisterend in de vele kleine winkeltjes. Mijn buren zijn jonge duitsers en we spreken af om samen een auto te charteren om de omgeving te bezoeken. Rondom Ubud zijn dorpen die zich specialiseren in houtbewerking, in andere vinden we prachtige rijstterrassen. Goa Gajah met olifantengrot, de heilige bron en nog een deel tempels. Veel gezien...'s Avonds gaan we naar folkloristische optredens in Ubud waar de Ramayana wordt uitgebeeld. een andere avond naar Bedulu voor een Kecak uitvoering. De tempel van Besakih is op zich niet zo mooi maar ligt op een rots op het strand.. prachtig als ligging. Met ons vijven rijden we noordwaarts. In Bangli stoppen we voor een prachtige tempel midden in het bos: Pura Kehen...heel mooi. Heel de omgeving is prachtig om te wandelen. Midden in het beggebied ligt Gunung Batur een diep kratermeer. De tempel hier, Pura Ulun Danu Batur, heeft vele binnehoven met offertafels die van Kintamani vond ik persoonlijk nog mooier. Een snelle afdaling naar de kust, vele apen langs de baan die bedelen en hun leven riskeren. In Sangsit keren de vrienden terug. Voor hen zit de verloftijd er op, mij resten nog meer dan een week. Ik vind er onderdak in een zalig hotelletje. Uren kan ik zitten op een boomstam aan het zwarte strand en de bedrijvigheid van de vissers gade slaan. Bij een visrestaurant wordt ik dagelijkse klant. Het is hier minder vochtig dan in 't zuiden en 't centrum van 't eiland. Zie niet in waarom ik hier niet langer zou blijven. Voor de laatste dagen ga ik met een groep andere toeristen mee terug naar Ubud. Er is nog een kamler vrij in ons vorig GH. 's Avonds in een restaurantje ontmoet ik een jonge zweedse trekker die op dezelfde dag zijn terugvlucht heeft. We spreken af om gezamelijk naar de luchthaven te gaan. Nog gaan telefoneren naar huis... zolang zonder 't ventje weg is ook niet alles. Heel die caroussel van emoties kunt ge met niemand delen. En 't zat blijkbaar hoog... eerst een fax en dan nog een telefoontje... In Denpasar heeft onze vlucht vertragingt...1 u wordt 2u... we gaan op zoek naar sorrybonnetjes voor eten en drank...nestelen ons in een goeie zetel met een boekske.. Een rustige vlucht en een stormachtig weerzien..... Nooit meer zonder 't ventje.....
Conclusie: men kan beter alleen reizen dan met een groepke dat men niet goed kent - vlug strubbelingen als de vermoeidheid optreedt en klikvorming na liefdesperikelen onder de 3 alleenstaanden. Zelf de knoop doorgehakt en gesplitst zodat het geen verlof van onverdraagzaamheden zou worden. Ik ben verder getrokken met John en zijn vrouwke... ééntje vloog naar huis en het nieuwe koppel vloog naar Bali.... Nooit meer zonder mijn ventje op stap. De reis zelf is een aanrader en zou ik wel opnieuw willen doen...
Jaren later deden we onder ons beiden een deel over....
De eindejaarsdagen gingen we op skiverlof naar Spindleruv Mlynn in het Reuzengebergte - Tsjechoslowakije.. Bij de heenrit werd de dochter ziek ...terplaatse haar vriendinnetje en onze zoon ... op de terugreis lagen mijn ventje en ik in de lappenmand. We voelden ons doodziek en hadden nog weken nodig om te bekomen.
Ik wou weg, wou de zon zien. Vrienden juist terug van Thaïland loofden het land in de vergrotende trap. Dat zou nog wat zijn maar..... de kinderen te jong om alleen thuis te laten...
Zaterdagavond weer aan 't werk. Voor 't starten van de dienst even samen met de collega nachtwaaksters nog een tas koffie drinken - het idee om naar Azië tegaan geopperd en... Betty springt op de kar... Ze wil mee en zal het morgen haar man vragen. Zondag: de mannen OK Woensdag na de nachtdienst naar Connections en de vlucht vastgelegd Vrijdag vertrokken met in de rugzak een Lonely Planet - we zullen ter plaatse wel zien
Onze mannen en vrienden zijn er niet zo gerust in .. 2 oudjes, vrouwen, samen naar een toen nog niet zo toeristische bestemming...zonder hotelreservatie. Wij houden ons stoer maar toegegeven de zenuwen wriemelen wel een beetje.
Het was ook de eerste maal een langeafstandsvlucht Tijdens de vlucht zitten we bij een koppel die vroeger al in BKK waren en die gaven ons nog vlug een overnachtingsadresje.
Eens door de immigratie en douane gaan we centen wisselen - niet teveel had mens ons aangeraden want te slechte wisselkoers op de luchthaven. Aan de infostand een kaart van Bangkok en een informatieboekje over Thaïland meegenomen Eens buiten overvalt ons de hitte... Aangeschoven aan de taxistand (ja, toen wisten we nog niet veel hé) We vergapen ons aan de drukte - de arme buitenwijk - de vieze sloten met prachtige lotusbloemen...een olifant in het straatbeeld. Als we 't centrum van de stad naderen is het tegek bussen, auto's, tuktyuks strijden om een plaatsje - er hangt een blauwe walm van uitlaatgassen. Oeioeioei aan wat zijn we begonnen. We geven de taxidriver het adres maar hij brengt ons eerst ergens anders naartoe. Betty blijft in de auto zitten bij de bagage en ik ga het GH bekijken. Het ligt ergens achterin in China Town... Azië nog niet gewoon valt dat wat tegen. We porren de chauffeur aan ons naar het opgegeven adres te brengen even buiten Chinatown aan de river. Basic, very basic. We nemen er een kamer en laten er onze bagage achter... Met de riviertaxi begeven we ons naar de andere kant van de stad. En vlug komen we een hotel tegen dat ons wat meer aanspreekt. We reserveren een kamer en gaan terug om onze bagage op te halen. Van hieruit verkennen we de stad... slenteren door de straten, eten in de warenhuizen , ons vergapen aan al wat er te zien en te eten valt aan de stalletjes langs de straatkant (hier eten durven we nog niet en die sprinkhanen en wormen brrr)- laten ons met een tuktuk rondrijden en bezoeken tempels (onvoorstelbaar mooi - de rituëlen en de mensen intrigeren) , winkels (jaja juwelen, kleren enz. de hele reutemeteut) Doen een uitstap met een longtail boot naar de drijvende markten van Damern Sadouak en daarna de Rose Garden. Het overweldigt ... al onze zintuigen staan op scherp , indrukken wisselen mekaar in razend tempo, een emotionele kakkewalk. De natuur is prachtig, onze kleine kerstroosjes zijn hier grote bloeiende bomen... Maar wat ons het meeste charmeert zijn de vriendelijke mensen.. We hebben Bangkok overleeft maar houden we er nu van of niet?
We reserveren plaatsen voor een nachtelijke busrit naar chiangMai. Het is een ervaring, vermoeiend maar vooral koud 's nachts daar de airco niet af kan. Met wc papier stop ik de reten zo goed als mogelijk toe...dat daar maar geen valling van komt. We vinden een goed GH vrij rustig geleden en voelen er ons onmiddellijk heel goed. Kort bij centrum, goede restaurantjes, nightmarket. We leggen er heel veel kms af...Betty gaat naar de kapper en krijgt een behandeling om U tegen te zeggen.. volledig met hoofdmassage en geurtjes. Bezoeken de omliggende dorpjes die zich gespecialiseerd hebben in ambachten, vooral voor toeristen. Bezoeken Dui Suthep en boeken een rafting met olifantentocht. 't Is vollen bak genieten. We faxen onze mannen en kinderen die zich ondertussen gerustgesteld voelen. Uitstap naar Chiang Rai en de golden triangle
Op een reisbureauke arrangeren we een pakketje naar MaeHongSon met gids. Na een korte vlucht landen we en staat er een wagen op ons te wachten die ons naar een resort brengt weg van alle drukte. In een grote tuin staan ruime bungalows. We leren thaïfood appreciëren als wordt elke bestelling vlug gevolgd door "NO spices please" want ons binnenste staat af en toe in brand. Aan de overkant van het riviertje lopen olifanten en in onze kamer genieten we het gezelschap van gekko's...Betty heeft het er niet op ... Van hieruit trekken we de bergen in, bezoeken een paar watervallen, een paar minderheidsgroepen waaronder de Karen (longnecks)
We vliegen rechtstreeks van MHS terug naar BKK en door naar huis. veel bandjes 8mm film en geen foto's... kan er dus hier ook geen plaatsen
Blij dat ik 't ventje en de kinderen terugzie. Nog lang reisverhalen met de collega's en 't besluit dat dit de eerste keer was maar zeker niet de laatste.