Radio 227, de Vlaamse landpiraat, was in vele opzichten een apart geval. Vooral omdat het fenomeen in België in jaren 70 nauwelijks aan de orde was, dit in tegenstelling tot in Nederland waar zowel AM als FM overspoeld werden door dit fenomeen. Ik daal daarom nog een laatste keer af in de kelders van het Dentergemse fenomeen.
Van alle presentatoren waren Gerard Bruin (Ton Schipper) en ikzelf de enige die geen studio hadden. We moesten dat ingenieus en met veel hulp oplossen. Roland Bucket, mijn beste vriend vanuit de lage school al, huurde sedert 1976 een woonstudio in de Aalbeksesteenweg in Kortrijk. Als electro-technicus had hij een mengpaneel in elkaar geknutseld. Bovendien beschikte hij over een ReVox A77. Ik bezat een platenspeler en een microfoon. Schipper had veel platen en ook een pick-up. Iedere zaterdagochtend verzamelden we bij Roland, zetten alles in elkaar en namen ieder ons programma op.
We maakten er telkens iets extra gezelligs van. Suzy, toen nog mijn vriendin, kookte het middageten in dezelfde ruimte. Roland, die we voor de gelegenheid Paul Vincent hadden gedoopt, ontpopte zich vooral tot stoorzender en grappenmaker. Maar zorgde ook voor hapjes en drankjes. Eenmaal de programmas opgenomen en gegeten werd alles weer afgebroken. Vandaar ging het naar Dentergem met de Mitsubishi Lancer. Bij Walter Galle, waar de zendinstallatie stond opgesteld, werd de programmaband in een ton gedropt. Hij was er zelf meestal niet wegens onderweg met de Free Radio Road Show. De opnames van de overige medewerkers waren in de dagen voordien met de post bij mij thuis bezorgd. Die gingen ook in de ton.
Sneller dan verwacht kwam er een einde aan het project. In Assenede waren de collegas van Radio 245 opgepakt. We waren op onze hoede. Toen er eind juni klachten kwamen over storingen op de luchtvaartfrequenties van het vliegveld van Sint-Denijs Westrem, kozen we eieren voor ons geld. We hielden ermee op. Hoofdzakelijk sneu voor Gerard Bruin, want die had net een extra voorraadje programmas opgenomen. Hij zat toen nog op school en had geanticipeerd op de examens door flink vooruit te werken.
227 was heel snel flink in de belangstelling gekomen. En dat hadden we te danken aan de openbare omroep, BRT. Al na enkele weken waren we ontdekt door de collegas van BRT 1. Uiteraard hadden we, uit veiligheidsoverwegingen geen echt adres, we melden dat de post mocht worden gestuurd naar de vrienden van RadioVisie. En er kwamen brieven! Bij de openbare omroep kenden ze het telefoonnummer van RadioVisie. Kortom, ik werd gebeld of ik meer wist over die piraat, want ze wilden er een stukje over maken voor hun ochtendprogramma. Gevaarlijk, dat wel, maar toch zegde ik ja.
De studio van Pierre Deseyn, omdat die het meest professioneel was, werd uitgekozen als decor. Er werd een ontmoeting geregeld aan het Sint Pietersstation in Gent. Daar zou ik de reporter met dienst ontmoeten. Wat ook gebeurde. Ik schudde de hand van een jonge, frisse journalist die vooral opviel door zijn grote Amerikaanse auto. Het ijs was meteen gebroken. Het bleek
Guy Depré te zijn die toen als een soort vliegende reporter voor de BRT werkte. Waarna we naar Ledeberg togen en er een fantastische namiddag beleefden. Ter plekke moesten we heel wat improviseren om niet al teveel van onze identiteit prijs te geven. Het item haalde een dag later de ether. Ik heb er nog een opname van, het is enkel een kwestie om ze terug te vinden. Even geduld dus.
Tot slot wil ik deze opmerkelijke bijkomstigheid aan de eeuwigheid van het internet toevertrouwen: vanaf het eerder geciteerde vliegveldje vertrok meer dan eens een toestel om de MV Mi Amigo te bevoorraden. Daardoor kende Walter enkele leden van de vliegclub. Van één van hen had hij, very hush hush, vernomen dat er gerechtelijke stappen zouden worden ondernomen als 227 nog langer doorheen hun boordradio bleef knallen.
227 maakte toen gebruik van een 10 kW zware zender, waarvan het vermogen evenwel was teruggebracht tot 3000 Watt. De T-antenne was niet lang genoeg. Vooral uit veiligheidsoverwegingen. Een minder lange draad, viel sowieso minder op. Er waren nog meer mankementen, de stroomvoorziening was niet ideaal, terwijl ook de aarding te wensen overliet. Maar wie kon het eigenlijk wat schelen.? Het ging toch grotendeels om de kick. En die was er. Bij de luisteraars en bij ons.

|