|
Oké, licht was het deze morgen. Maar het was behoorlijk
bewolkt, de wind kwam nog steeds even hard vanuit Rome en daarboven op de
Reschenpass was het behoorlijk koud. Niet echt waar ik gisteren avond op
gehoopt had dus. De voltaren had ook zijn werk gedaan, want de knie deed al
minder pijn dan gisteren.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Het ontbijt was super en de mensen erg vriendelijk. Bij het
vertrek vraagt de eigenaar van het hotel waar ik vandaag naartoe wil. En ik zeg
hem dat ik naar Meran ga fietsen en daar met Pasen blijf. Dat is onmogelijk
zegt de man. Met Pasen zijn in Meran en aan het Gardameer al de hotels
volgeboekt. Ik kon het proberen; maar hij vertelde dat het beter is om iets
voorbij Meran een hotel te nemen en dan de bus te nemen naar Meran als ik zin
heb om naar de stad te gaan.
Nog even langs de bakker en ik was alweer vertrokken voor
dag 11. Dit is echt het mooiste stukje fietspad van heel Europa. Spijtig van het
weer en de wind die in de verkeerde richting staat, want het is hier
fantastisch. Op de stukken dat het vlakker gaat moet ik wel flink trappen. En
soms gaat het allemaal vanzelf. Vanaf Glurns beginnen dan de boomgaarden. Duizenden
en duizenden fruitbomen staan hier bij elkaar. En in het eerste deel, waar het
nog wat hoger is, staan ze allemaal in bloei. Prachtig is dit.
Amper een dik uur na mijn vertrek kreeg ik de indruk dat er
iets scheelde aan mijn fiets. Om twaalf uur ben ik gestopt om te kijken wat er
mis zou kunnen zijn. En ja, het was ook mis. Er was een schakel van mijn
ketting los gekomen. Vraag mij niet hoe dat kan komen, want ik weet het ook
niet. Ik heb mij op mijn gemakje aan de kant gezet en er een andere schakel
ingezet. Als ik dan toch bezig was heb ik ook gelijk mijn ketting gesmeerd en
alles eens grondig nagekeken. Voilá, na een klein half uurtje was alles weer in
orde. Nog eventjes gegeten en hup, verder naar Meran.
Al na 75 Km stond ik in het centrum van Meran. En effectief,
het was daar erg druk. Ik heb geprobeerd naar het toeristenbureau te rijden,
maar net voor ik er was had ik al besloten om door te rijden. In St. Pauls
tegen Bolzano ligt een hotel waar ik al enkele keren heb geslapen. Dat ben ik al
een beetje gewoon. Het is bijna als thuiskomen. En er was nog plaats voor mij.
Hier wil ik gerust een dagje rusten op Paasdag. Ook mijn kleren laat ik hier
wassen zodat ik terug met propere kleren kan vertrekken. Dat werd echt wel
tijd.
|