Vanaf het
moment dat Ferris neerviel, ging alles in de hoogste versnelling. Ik ontkende de beschuldiging van de omstaanders en deed zijn
overhemd open. Ik schrok van de grote blauwzwarte vlek die zijn borstkas
ontsierde. Het was nog erger dan ik dacht. Robert riep dat er soldaten het gebouw binnendrongen. We moesten
hier snel weg, we hadden ons al veel te veel laten opjagen. Robert wou blijven om voor Ferris te zorgen maar ik trok hem weg. Nu kon ik hem vertellen dat we een verrader onder ons hadden gehad. Maar eerst moesten we zien te ontsnappen, we zaten namelijk als ratten in de val. Ik zag
een bordje VERBODEN INGANG, en besloot de kans te wagen. We kwamen in een
onderaardse crypte en besloten dat we misschien konden ontsnappen via de lichtkoepels. Het was de enige weg naar buiten. Tegen de tijd
dat we het veiligheidsslot loskregen (met hulp van de vrouw op straat die we hadden omgekocht), drongen de soldaten de crypte binnen. Er
was geen tijd meer. Robert vouwde zijn handen ineen zodat ik door de schacht kon klimmen. Ik kwam boven, draaide mij om, nam zijn handen en trok hem met al mijn
kracht omhoog. Maar het was te laat, ze hadden hem al.
Een diep gevoel van
spijt overvalt mij, de tijd bleef voor even stil staan. Ik zou hem niet kunnen
vertellen wat mijn echte rol in dit verhaal is. Zij zouden hem vertellen wat ze
wisten en hij zou al snel zijn conclusies trekken. Foute conclusies.
Ik moet en
zal bewijzen dat ik deze ramp wil tegenhouden.
De
hoogzwangere Marta Alvarez ging ons voor op de steile trap naar de eerste
verdieping van het museum. De onzekerheid straalde van Roberts gezicht af, maar
Marta scheen het niet te merken. Hij herinnerde zich niets van de dagen voor
hij wakker werd in het ziekenhuis in Florence. Het moet heel verwarrend zijn om mensen te ontmoeten die jou al kennen, terwijl je je niets van hen kan herinneren. Maar blijkbaar had hij Marta
gisterenavond nog gezien. Wat was hij van plan geweest? Marta probeerde ons een
uitgebreide rondleiding te geven in elke zaal die we passeerden maar ze wist niet
hoeveel er van deze kwestie afhing. We hadden namelijk haast, en veel. Na de zoveelste onderbreking kwamen we eindelijk aan
bij ons doel: het dodenmasker van Dante Alighieri. Er was enkel een klein
probleempje. Of misschien toch wel een groot. Er was geen masker. Snel werden
we meegetrokken naar de bewakingskamer. Terwijl we de beelden van gisterenavond bekeken, kwamen we tot
een eerste verbluffende ontdekking: het masker was geen bezit van het museum, maar van
Bertrand Zobrist.
Mijn eerste liefde. Mijn mentor.
Nog niet bekomen van
de schok zagen we dat ook de dieven geen onbekenden waren. Robert Langdon en Ignazio hadden het masker meegenomen. Robert werd onder schot gehouden en er werd gebeld daar Ignazio. Maar hij nam niet op, en dat zal hij ook nooit meer doen. Ignazio Busoni is gisterenavond aan een hartaanval overleden.
Ik ben Felicity Sienna
Brooks, wonderkind en vastberaden de wereld tot een betere plaats te maken. Ik ben degene die Bertrand Zobrist en het Consortium in contact bracht. En ik kom mijn verhaal vertellen.
De afgelopen uren voelden als een regelrechte achtbaan. Nadat
Vayentha haar missie had laten mislukken was het tijd geweest voor plan B. Plan B is nooit een goed teken, maar goed, hier verscheen ik dus op het toneel. De
professor lag met een hoofdwonde verdoofd op het ziekenhuisbed en nu moest ik zijn
vertrouwen winnen, om erachter te komen hoeveel hij weet. Langzaamaan kwam hij weer bij bewustzijn, en uiteindelijk was het tijd voor actie. Na de schijnaanval van
Vayentha in het ziekenhuis waarbij dokter Marconi schijnbaar stierf, nam ik
Langdon mee naar mijn appartement. Het Consortium had deze schuilplaats
geregeld. Maar toen liep het alweer bijna mis. Ik kon de frustraties van de provoost
tot hier al voelen, het werd steeds duidelijker dat dit toch geen standaardopdracht
was. Dit had ik natuurlijk kunnen weten: Bertrand Zobrist was dan ook geen standaardpersoon. De professor logde in het appartement in op zijn e-mail, hij had nog beter een vuurpijl
kunnen afschieten. In geen tijd was er eenheid van de WHO ter plaatse. Ik maakte de professor wijs dat ze
hem kwamen halen. We vluchtten. Nu zit ik op de bromfiets met Langdon achterop.
Ik hoop dat we het halen.