Druk op onderstaande knop om je bestand naar mij te verzenden.
nederlands:blog
15-02-2014
Leesbelevingsverslag: "19 keer Katherine"
Voor Nederlands moesten we het boek 19 keer Katherine van John Green lezen. Voor ik aan het boek begon hoopte ik dat het boek een beetje beter ging zijn als het vorige boek: " De Melkweg" van Bart Moeyaert.
Het verhaal ging over een jongen Colin die net was gedumpt door Katherine. Hij was er zo kapot van dat zijn vriend Hassan besloot om hem mee te nemen op rondreis. Tijdens de autorit die geen bestemming had kwamen ze een bord tegen waarop stond dat het graf van Franz Ferdinand in de buurt lag. Beiden wouden ze het gaan bekijken en zo kwamen ze terecht in Gutshot. Hier leefde Lindsey en haar moeder Hollis. Hollis gaf de twee jongens werk. Na een tijd groeide er iets tussen de Colin en Lindsey en op het einde van het verhaal werden ze verliefd.
Ik vond de gebeurtenissen niet echt geloofwaardig omdat ik zoiets nog niet heb meegemaakt en ook niemand ken die dat heeft meegemaakt. Maar het liefdesverhaal vind je wel in talloze films die elke dag op zenders als Vijftv komen. De personen waren ook wel een beetje raar, Colin die een theorema probeert te vinden om de lengte liefdesrelaties te bepalen lijkt me niet echt heel normaal. Lindsey, een typisch meisje die haar vrije tijd besteed in grot en ga zo maar verder. Maar de hoofdpersonages kwamen wel sympathiek en vriendelijk over.
Het boek was makkelijk om te lezen: makkelijke en eenvoudige zinsbouw, eenvoudig woordgebruik... Het enige moeilijke aan het boek was dat het gebruik maakte van flashbacks waardoor je niet altijd wist of dat men in het heden was. En de ze flashbacks waren altijd hetzelfde dus sloeg ik er af en toe wel eens eentje over.
Dit was mijn leesbelevingsverslag over het boek 19 keer Katherine
De Boekenbeurs kwam trager op gang dan vorig jaar maar eindigde met groeiende bezoekersaantallen. De drukst bezochte dag op deze beurs was vandaag, 11 november, met 19.424 bezoekers. Uit steekproeven op de Boekenbeursvloer bleek dat de overgrote meerderheid van de ondervraagden tevreden tot zeer tevreden was. De beurs trok opvallend veel jonge bezoekers, onder meer voor het concert van Sir Yes Sir. Ook dit jaar was ruim de helft van de bezoekers jonger dan 34.µ
Ook de standhouders zijn relatief tevreden over deze Boekenbeurs. De helft van de standhouders zegt dat hun omzet gestegen is (met gemiddeld 5 à 10%) of gelijk gebleven, bij de andere helft is de omzet gedaald. (cijfers gebaseerd op korte enquête die door 43 van de 90 standhouders beantwoord werd, daarvan waren 35 standen die boeken verkochten).
BEST VERKOPENDE BOEKEN: Meus en Aspe op kop
De absolute toppers waren dit jaar niet onverwachts Jeroen Meus ('Dagelijkse kost 5' (Van Halewyck) - 1.950 verkochte ex.) en Pieter Aspe ('Het Janussyndroom' (Manteau) - 1.064 ex.).
De top 3 van de best verkochte boeken in verschillende genres (gebaseerd op de resultaten van de standhoudersenquête):
Toen we het boek kregen, was ik blij omdat het boek het minst aantal bladzijden had. Na de achterflap te lezen dacht ik dat het boek heel slecht zou zijn omdat ik dacht dat het een dagverslag zou zijn van 3 kinderen die hun vakantie doorbrengen op een muur. Ik kon ook de stijl van het boek totaal niet inschatten omdat ik de schrijver niet kende en dus ook niet zijn stijl.
Na het boek te lezen moet ik wel toegeven dat ik helemaal fout zat met mijn vooroordelen. Het boek ging niet alleen maar over de kinderen die op het muurtje zaten maar het ging veel verder dan dat. Ik vond het wel schokkend dat ze aan het wedden waren over wie het eerste zou sterven: Jeckyll of Nancy Sinatra. Het personage waar ik me het meest in kon verplaatsen was Oskar omdat ik soms ook de ene dag beste vrienden met iedereen ben maar de andere keer met iedereen ruzie heb of dat ik altijd alles moet oplossen waar ik niet alleen verantwoordelijk voor was. Ondanks dit alles heeft dit boek me toch niet heel erg aan het denken gezet.
Over de personages heb ik eigenlijk niet veel slechts te zeggen behalve dan dat Priit en Petra nog niet goed Nederlands konden ondanks dat ze er volgens mij al redelijk vele jaren wonen aangezien ze een eigen zaak hebben. Ik vond wel dat de overige personages redelijk geloofwaardig waren. De personen die ik sympathiek vond waren Priit, Petra en Oskar en Callista en Bossie eerder onsympathiek.
Het was een makkelijk te lezen verhaal, makkelijke zinsbouw en woordegebruik. In het boek heb ik wel het gevoel gehad dat ik een paar stukken kon overslagen maar omdat ik nadien niet meer kon volgen heb ik ze toch gelezen.
Zoals ik de vorige keer al zei spraken de achterflap en de illustratie op de voorkant me totaal niet aan omdat ik een verhaal waarbij alleen drie kinderen die op een muurtje zitten een paar mensen beschrijven en af en toe een weddenschap afsluiten wie het eerst sterft. Ik begreep daarom ook niet waarom het ook zo'n goede recensies kreeg zoals degenen die op de achterflap vermeld waren. Nu ik al over de helft van het verhaal ben ben ik tot de vaststelling moeten komen dat mijn vooroordelen helemaal fout waren. Er speelt zich in het verhaal veel meer af dan die drie kinderen dat er op een muur zaten, de tante van Greesje dat sterft, het weglopen van de mama, de liefdesperikkelen en ga zo maar verder.
Nu lijkt het verhaal me wel iets actueler want men hoort tegenwoordig wel vaker dat ouders hun kinderen verlaten maar ik blijf toch nog altijd van mening dat het verhaal zich niet in deze tijd afspeelt. Het is een soort boek waar ik nog nooit ongeveer hetzelfde boek van ben tegen gekomen. Ik vind wel dat de uitgeverij niet slim is geweest met de tekst op de achterflap omdat de tekst op de achterflap niet erg aanlokkend is.
Net als in mijn vorige leesverslag blijven de karakters echt en vind ik Oskar het sympathiekste, ik kon me ook goed inleven in het hoofdpersoon omdat hij zijn broer altijd moet indekken en ik moet dat ook heel vaak doen voor mijn zus.
Het is een makkelijk te lezen boek: er staan geen moeilijke woorden in en het is een makkelijke zinsbouw. Dit boek zou even goed gelezen kunnen worden in de lagere jaren van het middelbaar onderwijs.
Dit is mijn voorlaatste boekverslag van 'De Melkweg'.
Bergen met coyotes en ratelslangen, in het dal de stinkende auto's en in het bed met de twaalf kussens, jij op je rug. Ook jij wordt havelozer, tandelozer, maar vanmiddag niet. alhoewel je al kleurlozer murmelt, al bijziender stommelt uit je bed. Jij, ooit van marmer, ooit met groengespoten haar, je wordt meer en meer opgeslorpt in een verhaal over jezelf zelfs terwijl je luistert als een blinde of ergens overzee de beep van het polshorloge van je minnaar piept.
Ik ben net begonnen met het boek 'De Melkweg'. De illustratie op de omslag geeft me een beetje schrik omdat er ook op de achterflap staat dat het gaat over drie kindjes (die volgens mij rond de 8 à 10 jaar zijn) die hun vakantie doorbrengen op een muurtje en naar de mensen kijken. Mijn angst werd nog groter toen ik in het boek begon te lezen want daar was een groot deel van het boek ( wat ik er al van heb gelezen) gewijd aan de drie kinderen die zitten op een muur zitten naast een loods en dat hun clubhuis noemden. Elke dag komt er ook een vrouwtje voorbij met haar hondje, de kinderen hebben haar Nancy Sinatra en Jeckyll genoemd. De schrijver, Bart Moeyaert, waar ik nog nooit van heb gehoord is duidelijk niet zonder reden onbekend.
De gebeurtenissen lijken me wel echt maar wel dan dat het in verleden is gebeurt. Ik gok zo rond de 50 jaar geleden want wie laat zijn kinderen nog onbeschermd in de stad een hele dag alleen en in het tijdperk van de Gsm, de computer, playstation, X-Box en ga zo maar door een hele dag doorbrengen al zittend op een muurtje? Ik zou het alvast nooit in mijn leven doen. Ik heb wel al verhalen van mijn grootvader gehoord maar op een muurtje zitten had hij toch nooit gedaan naar mijn weten maar hij liep wel een hele dag rond in Balen. Wat wel niet klopt met mijn tijdsinschatting is dat er 50 jaar geleden nog geen immigranten waren naar mijn weten.
De karakters zijn volgens mij levensecht maar hebben wel allemaal rare namen. De enige personen die ik sympathiek vind tot nu toe zijn Oskar en zijn papa. Tot nu toe ben ik nog wel nergens mee in getrokken, geen gebeurtenis in het verhalen kon me raken tot nu toen.
In deze leesautobiografie ga ik een kijk geven op de boeken die ik in mijn leven al gelezen heb of al aan me zijn voorgelezen.
In mijn eerste contacten met boeken kon ik de boeken nog niet zelf lezen, dus werden ze aan mij voorgelezen door mijn ouders of grootouders. Het eerste boek dat ik zelf had gelezen was een boekje dat al lang ergen Ops op zolder ligt en we van school meekregen met elke week een nieuwe pagina waar de bladzijden volgedrukt stonden met alleen woorden die we tot dan toe al konden lezen. In de basisschool las ik vooral boeken van 'Dolfje Weerwolfje', die ik altijd bij de bib uitleende wanneer we er om de twee weken naar toe gingen met de school.
Sinds mijn twaalfde ben ik vooral spannendere boeken gaan lezen maar ook af en toe een strip. De spannende boeken die ik nu lees, boeken van vooral Dan Brown, vind ik persoonlijk interessanter als ze feiten bevatten. Fantasyverhalen zoals 'Harry Potter' of 'Lord of the Rings' spreken me niet echt aan. Mijn top 3 van boeken zijn 'De Da Vinci Code', 'het Bernini Misterie' en 'Cancellara'. Die laatste omdat ik de wielerwereld wel interessant vind en dan zeker van zo'n topper. Het volgende boek dat ik ga lezen is waarschijnlijk 'Inferno', van Dan Brown. Die boeken van Dan Brown ben ik beginnen te lezen deels door mijn papa en deels doordat ik een boek moest lezen voor Nederlands en ik toen voor de Da Vinci code koos. Nu kom ik niet meer in de bib omdat we vooral onze boeken kopen in de winkel i.p.v. ze te gaan huren in de bib of kies ik er één uit onze boekencollectie.
Als ik boeken lees is dat enkel op vakantie of als ik er een moet lezen. Als ik er een moet lezen verkies ik dat boek 's avonds te lezen op mijn kamer zodat ik alleen en in alle rust het boek kan lezen. Op vakantie lees ik vooral overdag aan het zwembad om de tijd te doden. Als ik een boek echt interessant vind heb ik geen besef van tijd tot ik toevallig op een klok kijk en weet dat ik te laat ga zijn of iets in die aard. Meestal weet ik na ongeveer 30 blz. of een boek al dan niet de moeite waard is. De enige keren dat ik over een boek praat is tijdens een boekbespreking en dan vertel ik het slot niet om er spanning in te houden.