Brigitte Bardot (Parijs, 28 september 1934) is een Frans fotomodel, actrice en zangeres. Als ondeugende "stoeipoes" en frivole pin-upgirl maakte ze zeer snel internationaal furore en vooral in Europa vormde ze een icoon van de jaren 50. Als sekssymbool was zij een Frans antwoord op de Amerikaanse Marilyn Monroe (MM). Haar naam werd vaak afgekort als BB, wat vanwege de alliteratie erg voor de hand lag, maar wat nog meer populair werd door een tophit van Dario Moreno (1961), waarin Bardot in het Frans en Portugees wordt bezongen.
Afkomst en relaties
Bardot, een dochter van een industrieel Louis Bardot, werd op het conservatorium van Parijs tot klassiek balletdanseres geschoold. Ze begon met modellenwerk toen ze 15 jaar oud was. In 1952 was ze voor het eerst te zien op het witte doek in Le Trou Normand. In hetzelfde jaar trouwde ze op 18-jarige leeftijd met regisseur Roger Vadim. Ze scheidde in 1957 van hem en trouwde later met acteur Jacques Charrier (1959-1962), de Duitse miljonair Gunther Sachs (1966-1969) en de Franse, extreemrechtse politicus Bernard d'Ormale (1992-heden). BB heeft ook relaties gehad met Serge Gainsbourg (die zelfs een album naar haar vernoemde), Sacha Distel en Jean-Louis Trintignant (acteur). Ze heeft één kind, Nicolas-Jacques Charrier (geboren in 1960).
Eind september 1960 doet ze een mislukte zelfmoordpoging en belandt ze in een ziekenhuis in Nice. Een jaar later maakt ze bekend te zullen stoppen met filmen, maar aan dat voornemen geeft ze geen gevolg. Haar laatste film maakt ze in 1973
Films
Brigitte Bardot heeft in totaal 48 films gemaakt. Haar internationale doorbraak kwam in 1956 met Vadims "Et Dieu... créa la femme", waarin ze het weesmeisje Juliette speelt. De film veroorzaakte een sensatie in de Verenigde Staten, en katapulteerde Bardot naar wereldfaam.
Brigitte Bardot was op haar best in lichte komedies, waarvoor ze een merkbaar acteertalent bezat. Een goed voorbeeld hiervan is 'Une Parisienne' uit 1957, naar Bardots zeggen een van haar weinige films waar ze trots op is. Toch was Bardot wellicht ook in staat om dramatische rollen te spelen, zoals althans bleek in de film La Vérité (1960) van regisseur Henri-Georges Clouzot. De rol die ze hierin speelt wordt artistiek als haar beste beschouwd.
Zang
Naast haar films heeft Brigitte tijdens haar filmcarrière ongeveer zestig lichte populaire liedjes opgenomen. Haar zang-kwaliteiten waren echter zeer beperkt. Desondanks werden haar liedjes in de handel gebracht. Beroemd zijn haar drie televisieshows uit de jaren zestig, waarin een aantal van deze liedjes met een bijpassend filmpje werden vertoond. Haar bekendste nummers zijn allicht de composities van Serge Gainsbourg "Bonnie and Clyde" en "Harley Davidson". In 1967 nam zij met Gainsbourg de eerste versie van "Je t'aime...moi non plus" op, maar achteraf vond zij het nummer te gewaagd om uit brengen. Het duurde nog tot 1986, voordat die versie alsnog werd uitgebracht.
Foto's
Bij het Filmfestival van Cannes in 1953 poseerde Brigitte Bardot in bikini op het strand en zette daarmee een trend die door talloze sterren en sterretjes zou worden nagevolgd. Onder de ontelbare foto's van de filmster Brigitte Bardot behoren die van beroepsfotograaf Sam Levin speciaal genoemd te worden. In het begin van Brigittes carrière hebben Levins foto's belangrijk bijgedragen aan haar imago van sensualiteit en lichte immoraliteit. Een van deze opnames toont Bardot in een wit korset, van achteren gefotografeerd. Naar verluidt verkocht de ansichtkaart met deze foto in Parijs rond 1960 beter dan ansichtkaarten van de Eiffeltoren.
Activiste
Sinds de jaren '70 doet Bardot veel werk als dierenrechtenactiviste. Zo heeft ze een aantal keer op de foto gestaan met zeehondjes om de zeehondenjacht aan te klagen. Veel van haar werk voor dierenrechten was in samenwerking met de milieu-organisatie Sea Shepherd Conservation Society. (Om die reden heeft Sea Shepherd een van hun schepen naar haar genoemd, namelijk de voormalige 'Gojira'). Ook maakt zij zich sterk voor het behoud van de natuur van het schiereiland achter St. Tropez. Haar controversiële en openhartige meningen over zaken als immigratie, de islam en homoseksualiteit hebben haar reputatie in de loop der jaren sterk beïnvloed. Ze werd meerdere malen veroordeeld wegens racisme en discriminatie.
Ricardo Esteban 'Richard' Valenzuela Reyes, beter bekend als Ritchie Valens (Pacoima, 13 mei 1941 - bij Clear Lake (Iowa), 3 februari 1959) was een Amerikaans rock-'n-roll-zanger, songwriter en gitarist die reeds aan het begin van zijn carrière om het leven kwam in een vliegtuigongeluk, samen met collega-rockers Buddy Holly en The Big Bopper.
Biografie
Ritchie Valens werd geboren in het Californische Pacoima, een district van Los Angeles, uit ouders van Mexicaanse origine. Hij groeide op met de typisch Mexicaanse mariachimuziek, maar ontdekte al snel de Spaanse flamenco en de zwarte blues en R&B. Later kwam daar de toen alomtegenwoordige rock-'n-roll bij. Ritchie leerde gitaar en trompet spelen en werd autodidactisch drummer. Op zijn zestiende werd hij gitarist bij het lokale rockbandje The Silhouettes.
In 1958, op 17-jarige leeftijd, kreeg hij zijn eerste platencontract aangeboden bij Del-Fi Records. Al snel bracht hij twee singles uit, Come On, Let's Go en Donna. Voor de B-kant van die laatste single bracht Valens een gitaarrockversie van het oude Mexicaanse volksliedje La Bamba, wat hem uiteindelijk zijn bekendste nummer zou opleveren. Deze vernieuwende stijl met Latijns-Amerikaanse invloeden werd Chicano rock gedoopt. Later zou deze muziek van grote invloed zijn op onder meer Carlos Santana.
Ritchie Valens vergaarde al snel beroemdheid en mocht optreden over heel de Verenigde Staten, onder meer met zijn grote voorbeelden Buddy Holly, Paul Anka, Chuck Berry, Bo Diddley, The Everly Brothers, Duane Eddy, Eddie Cochran en Jackie Wilson.
In de winter van 1959 toerde Valens met Buddy Holly en The Big Bopper door het Middenwesten van de VS. Na het optreden in Clear Lake, Iowa, op 2 februari 1959, vlogen de drie artiesten met een vliegtuigje dat Holly gecharterd had naar Fargo, North Dakota, de volgende stopplaats van de tournee. Het vliegtuigje belandde echter in een sneeuwstorm en stortte neer, waarbij alle inzittenden stierven. 3 februari 1959 ging de geschiedenis in als The Day the Music Died, een term die zanger Don McLean jaren later verzon voor zijn nummer American Pie, waarin hij hulde bracht aan de overleden rockgrootheden.
In 1987 kwam de film La Bamba uit, die het levensverhaal van Ritchie Valens vertelde. De regie was in handen van Luis Valdez en Valens werd gestalte gegeven door de acteur Lou Diamond Phillips. De titelsong werd uitgevoerd door de groep Los Lobos, wat hen ook internationaal succes opleverde.
Hij werd opgenomen in de Hollywood Walk of Fame, de Rock and Roll Hall of Fame en Rockabilly Hall of Fame.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Tags:Ritchie Valens, rock & roll
20-05-2015, 06:12 geschreven door Ruud
Big Bopper
Jiles Perry ("J.P." of "Jape") Richardson Jr. (beter bekend onder zijn artiestennaam The Big Bopper) (Sabine Pass (Texas), 24 oktober 1930 bij Clear Lake (Iowa), 3 februari 1959) was een Amerikaans zanger en diskjockey.
Biografie
Perry werd geboren in Sabine Pass, een dorp in Texas. Tijdens zijn rechtenstudie werkte hij parttime bij het radiostation KTRM radio. Na zijn militaire diensttijd trad hij in vaste dienst. Omdat de bop midden jaren '50 een populaire dans was, koos hij als zijn pseudoniem The Big Bopper.
Als diskjockey werd hij vooral bekend in 1957, toen hij een wereldrecord non-stop uitzenden vestigde van vijf dagen, twee uur en acht minuten. In die tijd draaide hij 1821 platen en viel hij 16 kilo af.
Richardson, een goed gitarist, componeerde vervolgens een aantal bekend geworden songs. Bekende nummers van hem waren "White Lightning", "Running Bear" (in Nederland met succes gecoverd door het Cocktail Trio) en vooral "Chantilly Lace", dat in zijn eigen uitvoering in de Verenigde Staten een nummer 1-hit werd.
Door het succes van het laatste nummer ging The Big Bopper meer optreden. In de winter van 1959 maakte hij, samen met onder anderen Buddy Holly en Ritchie Valens, een tournee, The Winter Dance Party. Buddy Holly had een vliegtuig gecharterd voor hem en zijn band naar het volgende optreden, maar The Big Bopper was verkouden en wilde een afspraak maken bij de dokter, en vroeg aan Waylon Jennings (de bassist van Buddy Holly) of hij van plaats wilde ruilen met hem. Dat deed deze dus. Valens tosste zelfs met een lid van Holly's band The Crickets om de laatste plaats in het toestel, en "won" de toss.
In de nacht van 3 februari 1959 kwam het vliegtuig in een sneeuwstorm terecht en stortte neer. Richardson kwam, op 28-jarige leeftijd, om het leven. Ook Holly, Valens en de piloot van het toestel verloren het leven. Deze dag leeft in de Amerikaanse popgeschiedenis voort als "The Day the Music Died."
Postuum werd hij in 2004 opgenomen in de Texas Country Music Hall of Fame.
Buddy Holly (Lubbock (Texas), 7 september 1936 bij Clear Lake (Iowa), 3 februari 1959), werkelijke naam Charles Hardin Holley, was een rock-'n-roll-zanger, gitarist en componist.
Zijn bekendste nummers zijn That'll Be The Day, Oh Boy!, Peggy Sue en Maybe Baby. Vandaag de dag is Buddy Holly nog steeds een cultfiguur van de rock-'n-roll door zijn talent en ook door het stormachtige verloop van zijn carrière: hij was al een semiprofessioneel muzikant toen hij zestien jaar oud was en hij overleed op 22jarige leeftijd bij een vliegtuigongeval.[1] In 1994 werd Holly postuum opgenomen in de Nashville Songwriters Hall of Fame en in 2011 kreeg hij een ster op de Hollywood Walk of Fame.
Biografie
Holly begon met onvervalste countrymuziek. In september 1953 kreeg Holly samen met Jack Neal een eigen wekelijks radioprogramma bij een lokaal radiostation. Toen Neal trouwde, nam Bob Montgomery zijn plaats in. Samen met Montgomery nam hij in de jaren 1954-55 een tiental countrynummers op, die na zijn dood werden uitgebracht. Nadat Holly op 2 januari 1955 Elvis Presley had zien optreden in Lubbock, zei hij de country vaarwel en speelde hij rock 'n roll.
In januari 1956 kreeg Holly een platencontract bij Decca. Montgomery was niet in het contract inbegrepen; hij hield het liever bij country. Zijn Decca-periode werd geen echt succes; weliswaar werden er enkele singles uitgebracht, maar na een jaar werd zijn contract niet verlengd. In februari 1957 nam hij in de studio van Norman Petty in Clovis, New Mexico een tweede versie op van het nummer That'll be the day dat hij eerder al opnam voor Decca. Dit was het begin van Holly's succes. Samen met drummer Jerry Allison, bassist Joe Mauldin en rhythmgitarist Niki Sullivan formeerde hij The Crickets. That'll be the day werd met een derde plaats in de VS en nummer 1 in Groot-Brittannië een succes. Verdere behaalde hij successen met Oh Boy! en Peggy Sue (waarvan hij later een sequel maakte genaamd Peggy Sue Got Married).
In augustus 1958 trouwde hij met Maria Elena Santiago uit Puerto Rico. De jaren 1957 en '58 waren een aaneenschakeling van optredens in de VS, Australië en Groot-Brittannië. In oktober 1958 vielen The Crickets uit elkaar. In 1959 ging Holly op tournee in het noorden van Amerika. Hij liet zich op deze Winter Dance Party begeleiden door Waylon Jennings, Tommy Allsup en Carl Bunch, die later wegens bevriezingsverschijnselen in het ziekenhuis terecht kwam. Verder toerde hij samen met andere bekende solozangers, onder wie Ritchie Valens en J.P. Richardson, "The Big Bopper".
Dood
Het transport op deze laatste tournee, midden in de winter, was slecht georganiseerd. Zo waren de toerbussen oud en vaak kapot. Na een optreden in Clear Lake, Iowa op 2 februari 1959, had Holly een vierpersoonsvliegtuig (Beechcraft Bonanza) gecharterd om zo wat sneller in de volgende plaats Fargo, North Dakota te komen. Oorspronkelijk was het plan dat Waylon Jennings en Tommy Allsup mee zouden vliegen. Jennings stond zijn plaats af aan Richardson, die ziek was. Valens probeerde Allsup om te praten om zijn plaats in het vliegtuig af te staan. Omdat Valens maar bleef vragen, besloten ze een munt op te gooien. "Heads" (Kop) riep Valens en het was Kop. Vele jaren later was Allsup eigenaar van de bar "Heads up".
In de vroege uren van 3 februari 1959 steeg het vliegtuig op van het vliegveld van Mason City, Iowa met als piloot de 21-jarige Roger Peterson. Na enkele kilometers vloog het vliegtuigje om onbekende redenen tegen de grond. Pas de volgende morgen, bij licht, werd het wrak ontdekt. Niemand bleek het ongeluk te hebben overleefd. In het nadien uitgebrachte onderzoek naar het ongeluk werd de schuld gelegd bij de piloot, die niet competent was om op instrumenten te vliegen, en die misschien de instrumenten precies verkeerd interpreteerde zodat hij dacht dat hij steeg, terwijl hij in feite aan het dalen was. Holly's echtgenote was destijds twee weken in verwachting en kreeg kort na het ongeluk een miskraam.
Invloeden
In 1971 schreef Don McLean het nummer American Pie dat een beschrijving is van de dood van Holly en de evolutie van de muziek in de jaren na zijn dood. Een bekende zin uit dit nummer zorgde ervoor dat 3 februari 1959 voortaan bekendstaat als "The day the music died". In tegenstelling tot populaire mythes is American Pie niet de naam van het vliegtuigje.
Holly was een pionier van de Rock and Roll, maar door zijn jeugdig overlijden kon hij zijn muziek niet verder ontwikkelen. Hij experimenteerde volop met alternatieve instrumenten zoals de viool en groot orkest in zijn laatste opnames. Hij legde de basis voor vele artiesten na hem, zoals The Beatles, The Rolling Stones en Bob Dylan.
Ex-Beatle Paul McCartney kocht in 1976 de rechten op van alle Holly-composities. Hank B. Marvin, lid van The Shadows, bracht de cd Hank plays Holly op de markt als hommage aan Holly. Het was trouwens door het horen van Holly's muziek dat Marvin vroeg om een Fender Stratocaster-gitaar mee te brengen uit de States (naar verluidt de eerste gitaar van dat type die ooit in Engeland werd ingevoerd). Naast de typische Buddy Holly-sound zou deze gitaar dan ook bepalend worden voor de sound van The Shadows. In 1978 verscheen de film The Buddy Holly Story, met acteur Gary Busey als Holly.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Tags:Buddy Holly, rock & roll, country
20-05-2015, 05:47 geschreven door Ruud
Knokke songfestival
Het Songfestival van Knokke (Frans: Coupe d'Europe de tour de chant; Engels: European Cup for Vocal Recitation, "Europabeker voor zangvoordracht"), kortweg Knokkefestival, was een zangcompetitie voor Europese landen die van 1959 tot 1973 jaarlijks werd gehouden in het casino van de Belgische plaats Knokke.
Het was een zangwedstrijd tussen Europese landen die elk door vijf en later door drie zangers of zangeressen werden vertegenwoordigd. Het festival werd in diverse landen uitgezonden op televisie en was een internationale springplank voor nieuw talent. Grote namen als Udo Jürgens, Willeke Alberti en Engelbert Humperdinck kenden hier het debuut van hun carrière.
Geschiedenis
Het Knokkefestival werd voor het eerst gehouden in 1959. Het Festival van San Remo en het Eurovisiesongfestival waren toen al op de buis te zien en waren zo'n groot succes in Vlaanderen dat het land een eigen festival wilde organiseren.
Elk jaar deden er zes landen mee met een team van 5 zangers of zangeressen. Naast België namen Frankrijk, Duitsland, Nederland, Italië en het Verenigd Koninkrijk elk jaar deel aan het festival. Voor Nederland deden er vaak bekende artiesten mee zoals Corry Brokken, Annie Palmen, Willeke Alberti, Liesbeth List, Teddy Scholten en Ramses Shaffy. Nederland won het Knokkefestival in 1964 en 1965.
Jarenlang stond het festival op eenzelfde niveau als het Eurovisiesongfestival en het Festival van San Remo, maar begin jaren 1970 begon de interesse voor het festival te verdwijnen. De laatste officiële competitie vond plaats in 1972, een jaar later was er nog een afscheidsshow met bekende namen die in het verleden hadden deelgenomen aan het Songfestival van Knokke.
Roberto `Bobby Solo` Satti (Rome, 18 maart 1945) is een Italiaanse zanger.
Hij nam in 1964 deel aan het San Remo Festival met Una lacrima sul viso, hij won niet maar het lied werd wel een internationale hit. Hij won datzelfde jaar nog het Festivalbar met Credi a me. In 1965 won hij wel het San Remo Festival met Se piangi se ridi en mocht hij ook naar het Eurovisiesongfestival waar hij 5de eindigde. Ook in 1969 won hij San Remo met Zingara, dit keer zat er echter geen eurovisieticket aan vast. Hij was ook in Duitsland populair en zong enkele schlagers.
Het Festival van San Remo is een Italiaans liedjesfestival, dat sinds 1951 elk jaar in februari of maart gehouden wordt in de stad San Remo (Italiaans: Sanremo).
Het festival, dat oorspronkelijk in het casino van San Remo, en later in het Ariston-theater wordt gehouden, is uitermate populair in Italië. Dit gegeven wordt dan ook volop benut door de commercie. Het is een van de best bekeken televisieprogramma's in Italië en wordt via het Eurovisie-netwerk ook doorgestraald naar andere landen. De groten van de Italiaanse moderne muziek hebben er aan meegedaan en voor sommige artiesten, zoals Eros Ramazzotti, Andrea Bocelli en Laura Pausini, betekende een deelname aan het festival het begin van een grote internationale carrière.
In het Italiaans wordt het festival aangeduid als het Festival della canzone italiana (Festival van het Italiaanse lied). Het is een wedstrijd waarin originele Italiaanstalige liedjes worden vertolkt, waaruit een winnaar wordt gekozen. Vanaf de jaren tachtig tot het jaar 2003 waren het in feite twee wedstrijden die door elkaar liepen: een wedstrijd voor reeds gevestigde artiesten, en een wedstrijd voor nieuwe talenten. In 2004 werd deze scheiding voor een jaar opgeheven, en werd er voor het eerst gewerkt met televoting - niet langer besloot een jury over de winnaar, maar de kijker.
Het festival is mede bekend door de gastoptredens van vaak grote internationale artiesten en de vrouwelijke presentatoren, vaak fotomodellen of actrices van internationale allure. In 1985 was de Nederlandse Patty Brard een van de co-presentatrices.
Het Festival van San Remo geldt als voorbeeld voor andere soortgelijke festivals, in de eerste plaats het Eurovisiesongfestival. Gedurende een aantal jaren was het de winnaar/winnares van het San Remo-festival die voor Italië mocht deelnemen aan het Eurovisiesongfestival, bijvoorbeeld Gigliola Cinquetti in 1964 met Non ho l'età.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Tags:festval San Remo, Roberto Carlos
20-05-2015, 00:43 geschreven door Ruud
Christian Anders
Christian Anders (15 januari 1945, Bruck an der Mur) is een Oostenrijks schlagerzanger en componist. Zijn echte naam is Antonio Augusto Schinzel-Tenicolo.
Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog weken zijn ouders uit naar Italië, het land van zijn vader en woonde er negen jaar op het eiland Sardinië. Toen hij tien jaar was verhuisde hij met zijn ouders naar Offenbach am Main in Duitsland. In 1968 kreeg hij een platencontract, maar het duurde nog een jaar vooraleer hij groot succes kende. Met Geh' nicht vorbei scoorde hij een monsterhit in 1969. De plaat ging een miljoen keer over de toonbank en stond op 1 in de Duitse hitparade en bereikte plaats drie in de Zwitserse en Oostenrijkse en de 22ste in de Nederlandse. In 1971 richtte hij in Berlijn zijn eigen platenstudio op, Chranders Records. Hij stond vaak in de ZDF-Hitparade en de hitparade van Radio Luxemburg. Anders scoorde vele hits, maar hij kon na Geh' nicht vorbei nog maar één keer de hoogste plaats in de hitparade wegkapen en dat was in 1972 toen hij opnieuw een monsterhit scoorde met Es fährt ein Zug nach nirgendwo wat ook zijn bekendste lied is.
Jacobus (Jaap) Valkhoff (Rotterdam, 16 augustus 1910 - Hoek van Holland, 3 juli 1992) was een Nederlands musicus, zanger, accordeonist, saxofonist, componist en tekstschrijver.
Hij was een pionier van de Nederlandse jazz. In de jaren rond de Tweede Wereldoorlog componeerde hij liedjes als Denk jij nog aan dien tijd en Diep in mijn hart.
Na de oorlog had Valkhoff zijn eigen orkest. Zijn herkenningsmelodie was het lied Ik ben Japie de Portier. Ook trad hij regelmatig op als accordeonist bij The Three Jacksons. Zijn bekendste tekst schreef hij in 1961 op verzoek van Johnny Hoes: Hand In Hand, Kameraden. De melodie was toen al ruim zeventig jaar oud en er zijn vele versies van gemaakt, waaronder één voor nota bene Ajax, maar de tekst over Feyenoord bleek uiteindelijk de langste adem te hebben.
Valkhoff schreef ook liederen voor andere artiesten, met name voor Tante Leen, waaronder haar bekendste lied Oh Johnny. Onder het pseudoniem "Slome Japie" had hij in 1965 een hit met Ik heb mijn hart op Katendrecht verloren, een oorspronkelijk door Drs. P geschreven parodie op het Duitse Ich hab' mein Herz in Heidelberg verloren, een compositie van de Oostenrijkse componist Fred Raymond. Daarnaast speelde hij onder andere in Accordeola.
In 1992 ontving hij van de stad Rotterdam de Erasmusspeld.
Jaap Valkhoff kwam om het leven bij een verkeersongeval in Hoek van Holland. Hij is 81 jaar geworden. In 1998 werd Valkhoff geëerd met een kunstwerk, onthuld door de Rotterdamse wethouder Hans Kombrink, op de hoek van de Schilderstraat en Schiedamsedijk.
Silver Convention was een Duitse discogroep uit de jaren 70.
De groep werd opgericht in München door producers en liedjesschrijvers Sylvester Levay en Michael Kunze. Silver was de bijnaam van Sylvester. In 1974 scoorden ze een hit in het Verenigd Koninkrijk met het nummer Save me. Omdat het oorspronkelijk een studiogroep was, werd vanaf dat moment gezocht naar zangeressen om ook op te kunnen treden.
Linda G. Thompson (Linda Übelherr), Penny McLean (Gertrude Wirshinger) en Ramona Wulf (Ramona Kraft) werden aangenomen. Silver Convention scoorde 2 grote hits in de Verenigde Staten; Fly, Robin, Fly, waarvan de tekst slechts uit 6 woorden bestond, stond 3 weken op 1 in 1975 en won de Grammy Award voor beste R&B instrumentale vertolking. De opvolger Get up and boogie stond drie weken op 2 in 1976. De dames brachten tegelijktertijd ook solowerk uit. McLean had een hit met Lady Bump en Thompson met Ooh what a night. Wulf was al vanaf 1971 als schlagerzangeres actief en trad vaak op in het TV-programma "Die Hit-Parade".
Verdere singles van de groep die op hun eerste successen verder borduurden werden slechts bescheiden hits. Eind 1976 verliet Thompson de groep en werd vervangen door Rhonda Heath. In 1977 werd de band verkozen om deel te nemen aan het Eurovisiesongfestival met het lied Telegram. De EBU schafte de vrije taalregel die sinds 1973 was ingevoerd af, maar omdat Duitsland en België al een Engelstalig lied gekozen hadden werd de maatregel weer teruggetrokken. Het trio werd 8ste en bereikte nog de top 30 van de hitparade, het was echter het einde van de groep.
Rhonda Heath zong in 1985 als backing vocal voor Oostenrijk en in 1994 bij de Duitse kandidaten. Silver Convention inspireerde een Nederlandse producer tot het oprichten van de populaire groep Luv'.
Riley Ben King (Itta Bena (Mississippi), 16 september 1925 Las Vegas, 14 mei 2015), beter bekend als B.B. King, was een bekende Amerikaanse bluesgitarist en singer-songwriter. Op 15 december 2006 ontving B.B. King de hoogste burgeronderscheiding, de Presidential Medal of Freedom. B.B King wordt gezien als één van de grootste bluesartiesten aller tijden. Het muziekblad Rolling Stone plaatste King op de derde plaats in een lijst van de honderd beste gitaristen.
Zijn bekendste hit is zijn cover van "The Thrill Is Gone" uit 1970.
Biografie
King werd geboren op een plantage en een groot deel van zijn jeugd werkte hij, samen met zijn moeder en grootmoeder, als een sharecropper. Voor hij van zijn andere talenten weet had, zou hij per 45 kg katoen 35 dollarcent betaald hebben gekregen.[bron?] Hij werd na de scheiding van zijn ouders en de vroege dood van zijn moeder door zijn grootmoeder opgevoed. King ging naar de Elkhorn Baptist Church in Kilmichael. Reeds vroeg raakte King in de ban van zwarte muzikanten als T-Bone Walker en Lonnie Johnson, en jazzartiesten zoals Charlie Christian en Django Reinhardt. Snel ontwikkelde King zijn eigen muzikale vaardigheden in de kerk bij het zingen van gospel.
In 1943 verhuisde B.B. King naar Indianola, Mississippi. Drie jaar later verhuisde hij weer naar Memphis, Tennessee, waar hij zijn gitaartechnieken verfijnde, met de hulp van zijn neef, country bluesgitarist Bukka White.
Uiteindelijk begon King zijn muziek live op het radiostation van Memphis WDIA te brengen, een station dat juist een draai had gemaakt door enkel zwarte muziek uit te zenden - wat destijds zeer opmerkelijk was. On air begon King de naam The Pepticon Boy te gebruiken, wat later Beale Street Blues Boy werd. Die naam werd afgekort tot gewoonweg Blues Boy, wat uiteindelijk B.B. werd.
In 1949 verschenen de eerste twee singles van King via Bullet Records uit Nashville (Tennessee). Zijn debuut was Miss Martha King. In datzelfde jaar begon King songs op te nemen onder contract met RPM Records. Veel van zijn vroege opnames werden geproduceerd door Sam Phillips, die later het legendarische Sun Records zou stichten.
In de jaren 1950 werd B.B. een van de belangrijkste namen in rhythm-and-bluesmuziek, met een imposante lijst van hits zoals "You Know I Love You", "Woke Up This Morning", "Please Love Me", "When My Heart Beats Like a Hammer", "Whole Lotta' Love", "You Upset Me Baby", "Every Day I Have The Blues", "Sneakin' Around", "Ten Long Years", "Bad Luck", "Sweet Little Angel", "On My Word of Honor" en "Please Accept My Love". In 1962 begon King bij ABC-Paramount Records.
In november 1964 nam B.B. King het legendarische album Live at the Regal op in het Regal Theater te Chicago.
King vond zijn eerste succes buiten de bluesmarkt in 1969 met zijn remake van Roy Hawkins' melodie, "The thrill is gone", dat een hit werd in zowel de pop- als de R&B-hitlijsten, een zeldzame gebeurtenis, zeker in die tijden. Kings succes bleef duren in de jaren zeventig met liedjes als "To Know You Is to Love You" en "I Like to Live the Love". Van 1951 tot 1985 verscheen King maar liefst 74 keer in de Billboards-R&B-charts.
De jaren tachtig, negentig en de periode na 2000 leverden niet zoveel platen op, maar King bleef wel zeer actief in televisieshows, films, en trad zo'n 300 keer per jaar op. In 1988 bereikte hij een nieuwe generatie fans via de single "When Love Comes To Town", opgenomen samen met de Ierse band U2. In 2000 nam King samen met gitarist Eric Clapton het album Riding With The King op. In 1988 had hij een gastoptreden tijdens een concert van Gary Moore. De uitvoering van "The thrill is gone" is legendarisch.
In 2004 werd aan King een eredoctoraat uitgereikt door de Universiteit van Mississippi. Zijn uitgebreide bluescollectie schonk hij aan het 'Ole Miss Center for Southern Studies'.
King heeft een zeer vol en actief leven geleid. Hij bezat een vliegbrevet, was bekend als gokker, vegetariër, niet-drinker en niet-roker. Als diabeticus sinds meer dan tien jaar, was King een van de spreekbuizen van de strijd tegen diabetes.
In 2011 trad hij voor het laatst op in Nederland tijdens het North Sea Jazz. In 2014 trad hij nog steeds op, maar door een val tijdens een concert in de House of Blues in Chicago kwam daar toch op 89-jarige leeftijd een eind aan. Begin april 2015 werd hij opgenomen in het ziekenhuis van zijn woonplaats Las Vegas wegens ernstige uitdroging als gevolg van zijn diabetes. Eind april werd hij thuis verzorgd, waar hij in mei overleed tijdens zijn slaap.
Lucille
B.B. King speelde vooral op Gibson-gitaren en noemde ze traditiegetrouw "Lucille".
Dit is ontstaan in de winter van 1949. King speelde in Twist, een plaats in Arkansas, Amerika. Tijdens zijn optreden begonnen twee mensen te vechten en ze stootten een vat brandende petroleum om die als verwarming dienst deed. Daardoor kwam het gebouw in brand te staan. Toen iedereen buiten was, realiseerde King zich dat hij zijn gitaar had achtergelaten. Hij riskeerde toen zijn leven om zijn gitaar te halen.
Toen King later hoorde dat het gevecht over een vrouw ging die "Lucille" heette, besloot hij zijn gitaar zo te noemen, om zich er aan te herinneren nooit meer zoiets te doen.
B.B. King's Blues Club
Een groot bedrijf is in 1991 begonnen met het vestigen van een aantal Blues Clubs. Dit ter ere van B.B King, wiens naam ook gebruikt wordt. In 1991 werd er een BB King's Blues Club geopend op Beale Street in Memphis. In 1994 werd er een tweede club geopend op Universal City Walk in Los Angeles. Een derde club kwam in juni 2000 in New York op Times Square. Nog twee clubs zijn er geopend bij Foxwoods Casino in Connecticut in januari 2002 en een andere in Nashville in 2003. In 2007 werd er een BB King's Blues Club in Orlando geopend op International Drive. In 2009 werd er een club geopend in West Palm Beach. Nog een club is gevestigd in het Mirage Hotel in Las Vegas. De Memphis, Nashville, Orlando, West Palm Beach en Las Vegas blues clubs zijn allemaal van hetzelfde bedrijf.
King werd opgenomen in de Mississippi Musicians Hall of Fame en in de Memphis Music Hall of Fame
George "Buddy" Guy (Lettsworth (Louisiana), 30 juli 1936) is een Amerikaanse blues- en rockgitarist en zanger die reeds vijfmaal een Grammy Award won. Hij is bekend als inspiratie van Jimi Hendrix, Stevie Ray Vaughan, Eric Clapton, en andere bekende bluesgitaristen uit de jaren 60. Hij is de vader van rapster Shawnna en Michael.
Guy groeide op in Louisiana en begon in zijn jeugd gitaar te spelen. Zijn inspiratie was Muddy Waters. Begin jaren 50 begon hij met bandjes op te treden in Baton Rouge. In 1957 verhuisde hij naar Chicago, in 1958 kreeg hij een platencontract. Vervolgens heeft hij onder verschillende labels heel veel albums uitgebracht.
In 2005 werd Guy opgenomen in de Rock and Roll Hall of Fame en in 2014 in de Musicians Hall of Fame.
Hartelijk welkom bij Muziekhoekje een blog voor muziekliefhebbers in Vlaanderen en Nederland waar je mee kan en mag discussiëren over muziekstromingen en artiesten van A tot Z. Maar ook heerlijk kan genieten van leuke en mooie muziek fragmenten om te beluisteren op deze blog.
Voor hun die op zoek zijn naar te downloaden albums en/of songs links naar te downloaden materiaal zult u hier zeer beslist niet aantreffen en verwijs ik u graag door naar soulseek waar u veel muziek van de door mij besproken artiesten en bands kunt downloaden.
Ik zal mij even netjes voorstellen mijn naam is Ruud en ik ben 55 jaar en een liefhebber van met name muziek uit de 50er 60er en 70er jaren maar ook andere muziekstijlen hebben mijn interesse. Daarnaast vindt ik het leuk om met anderen te discussiëren over muziek. Bent u ook een liefhebber van met name de 50er 60er en 70er jaren dan bent u bij deze blog aan het juiste adres.
Naast u mening geven over een door mij geplaatst artikel over een artiest, band, muziekstroming of platenlabel mee te discussiëren kan u ook een waardering geven van hoe interessant u het door mij geplaatste artikel vindt. Ik zal het erg op prijs stellen als u als bezoeker even uw waardering voor het door mij geplaatste artikel laat weten aan de hand daarvan kan ik een beetje inschatting maken wat de interesse is van de bezoekers van mijn blog in de muziekstromingen en artiesten alvast dank voor uw medewerking.
Het ligt in mijn bedoeling om elke dag een of meerdere onderwerpen te bespreken op mijn blog waarop u uw mening en waardering kunt geven. Ik wens u veel lees en luisterplezier toe op mijn blog.