Al hebben de Palestijnen en de vroegere Joodse vrijheidsstrijders veel gemeen (o.a. het streven naar een eigen staat) toch zijn er bepaalde verschillen die in het oog springen. Vooreerst voerden bij de Joden de gematigden onder leiding van David Ben Goerion de toon aan. Regelmatig legde deze charismatische leider de radicalen van de Sterngroep en van de Irgoen het zwijgen op, soms zelfs letterlijk.Van zo een houding valt bij de Palestijnen niet veel te merken. Wel integendeel, zij schijnen een grote bewondering te koesteren voor de meest fanatieke groeperingen. Even belangrijk, of zelfs meer, is de manier waarop de Joden toen en de Palestijnen nu reageren op voorstellen die hen worden aangeboden. De Joden in de jaren '40 hadden een veel groter stuk van Palestina op het oog dan zij werkelijk kregen toegewezen. Toch zegden zij ja, in de juiste veronderstelling dat iets altijd beter is dan niets. Wat zien we steeds opnieuw bij de Palestijnen? Telkens wanneer hen een voorstel gedaan wordt waarin niet al hun eisen worden ingewilligd, zeggen zij gewoon nee. Bij hen is dus niets beter dan iets! Heeft deze mentaliteit te maken met hun godsdienst of met de Arabische houding in het algemeen? Is het een drang naar martelaarschap of wat? Feit is dat zij daardoor nog altijd nergens staan. Willen zij dus werkelijk de eeuwige slachtoffers blijven waardoor zij natuurlijk altijd kunnen blijven rekenen op de sympathie van een groot deel van de wereldbevolking of willen zij écht een Palestijnse staat? De toekomst zal het uitwijzen.
Men stelle zich voor dat de wereldvrede zou afhangen van het gedrag van Vlaanderen. Van de manier waarop de Vlamingen hier en in de diaspora de Franstaligen zouden behandelen. Dat de media in de hele wereld steeds maar opnieuw elke gebeurtenis hier te lande zouden rapporteren en liefst filmen. Dat buitenlandse politici onze vloer zouden platlopen om ons onder druk te zetten om dit of dat te doen of niet te doen. Daarbij stelle men zich ook nog voor dat verschillende mensen of landen zouden beweren dat de Vlamingen uit zijn op de wereldheerschappij en dat men daarom Vlaanderen het liefst van de aardbodem zou zien verdwijnen. Het spreekt voor zich dat men zo een situatie grotesk, absurd en belachelijk zou vinden. De Vlamingen zelf zouden er alleen maar kunnen om lachen. Toch bestaat er momenteel een kwestie die op die manier uitentreure wordt behandeld, namelijk het Israëlisch-Palestijns conflict. In dit geval is zo een overdreven houding ineens niet meer grotesk, absurd en belachelijk, wel integendeel, het lijkt voor de meeste mensen bijna logisch dat het kleine Israël met amper zes (!) miljoen inwoners zo onder de loep wordt genomen. Daaruit blijkt dus wel duidelijk dat het éne volk het andere niet is.
Caroline Fourest is een Franse essayiste die op een nuchtere manier de invloed van allerlei godsdiensten op onze hedendaagse samenleving ontleedt. Zij gaat vooral tekeer wanneer zij bemerkt dat de scheiding tussen kerk en staat niet nageleefd wordt. Telkens doet zij dat op een rustige en bedachtzame wijze. Men hoeft daarvoor maar haar optredens op televisie te bekijken om te zien hoe zij steeds haar kalmte bewaart. Daarin is zij superieur aan de onstuimige Oriana Fallaci die door haar heftigheid soms nogal racistisch kon overkomen. Niets daarvan bij Fourest die alle godsdiensten kritisch aanpakt maar terzelfdertijd het racisme verafschuwt. Typerend daarvoor is haar houding tegenover islamofobie. Voor haar heeft dit niets te zien met racisme maar gewoon met kritiek op een godsdienst, wat het inderdaad is, het woord zegt het zelf: islam-ofobie, er staat niet: moslimfobie. Wanneer moslims islamofobie gelijk willen stellen met racisme, of erger nog, met antisemitisme, dan gaan zij wel erg uit de bocht, want zij huldigen dus de stelling dat er op hun godsdienst geen kritiek mag geleverd worden. Men kan toch moeilijk het katholicisme of het jodendom bekritiseren en de islamitische godsdienst ongemoeid laten, dat spreekt toch voor zich. Voor sommigen blijkbaar niet!
"Het zinloos geklets van de politiekers (en eigenlijk hun héle voorkomen) maakt ons neerslachtig en ontneemt ons alle hoop op de toekomst." Men zou verwachten dat deze zin één dezer dagen is uitgesproken maar niets is minder waar. Deze uitspraak is afkomstig uit een boek dat in 1980 is verschenen bij Elsevier en dat als titel had: "De toekomst van het ouder worden". De auteurs ervan waren prof. C. Northcote Parkinson en Dr. Herman Le Compte. Bovenstaande woorden zijn niet het enige profetische uit dat boek, er staat nog veel meer in dat pas nu actueel is geworden. Beide schrijvers hebben het onder andere ook over het klimaat en het milieu, voeding, het alom heersend pessimisme, lawaai, vergrijzing enz. kortom alle problemen waarmee we nu worden geconfronteerd en die sommige politici pas nu schijnen te ontdekken. Het heeft me altijd verbaasd dat dit boek niet bekender is geworden, ik kan dus alleen maar hopen dat het naar aanleiding van het overlijden van dr. Le Compte heruitgegeven wordt. Men zal dan met eigen ogen kunnen lezen dat beide auteurs een haarfijne analyse hebben gemaakt van onze hedendaagse westerse samenleving.
De beruchte roman "Mieke Maaike's obscene jeugd" van Louis Paul Boon is onlangs bewerkt tot een luisterspel met als titel "Mieke Maaike's obscene kapsalon". Op de CD hoort men vooral de stem van An Miller als Mieke Maaike. Zij doet dit werkelijk fantastisch en zorgt ervoor dat iets, wat eigenlijk scabreus is, omgevormd wordt tot iets erg grappig. Met een bijna kinderlijk stemmetje slaagt zij er niettemin in om ook sensueel te klinken al blijft de boventoon, zoals gezegd, plezant. Nergens is zij vulgair al neemt zij dan de meest gewaagde woorden in de mond. Een hele krachttoer vind ik dit. Daardoor worden de verschillende verhaaltjes eigenlijk getransformeerd tot sprookjes voor volwassenen. Het zou me niet verwonderen dat deze CD een groot commercieel succes wordt. Hopelijk zet het de luisteraars ertoe aan om ook het boek van Boon te lezen dat prachtig uitgegeven is en natuurlijk heel wat uitgebreider in gaat op de obscene jeugd van Mieke Maaike. Het leesplezier duurt dus langer dan het luistergenot.
Over het Midden-Oosten en meer bepaald de Palestijnen, gaan de moslims in de hele wereld ervan uit dat zij solidair moeten zijn met de Palestijnen. Zij vinden het dan blijkbaar maar logisch dat wij dat accepteren en op dat vlak hun gevoelens niet kwetsen. Graag zou ik hier twee opmerkingen over willen maken. Ten eerste, hebben de moslims er al eens aan gedacht dat het in zekere zin eveneens logisch is dat het Westen solidair (in slechts beperkte mate!) is met Israël dat Joods is en daardoor aan de basis ligt van onze Westerse beschaving? Zij zouden dus ook onze gevoelens moeten respecteren. En ten tweede, toen de Britten in de vorige eeuw Noord-Ierland bezetten en vooral de katholieken onderdrukten, hebben de katholieken in West-Europa zich dan gekwetst gevoeld en bomaanslagen gepleegd tegen Groot-Brittannië? Nee toch! Ik hoop dat men ook hierover eens nadenkt vooraleer men weer eens zijn sympathie betuigt aan de Palestijnen die, als men de media mag geloven, het enige echt onderdrukte volk ter wereld schijnen te zijn.
Er wordt nogal eens gedacht dat de situatie waarin Marokkanen en Turken zich vandaag bevinden dezelfde is als die van de Joden in de jaren '30. Ik was ook eerst die mening toegedaan maar bij dieper nadenken vond ik toch twee verschillen. Ten eerste, de Joden werden gewoon aan hun lot overgelaten en hadden geen land dat hen kon verdedigen. Bij Marokkanen en Turken is dat toch wel even anders. Veronderstel maar eens dat er hier systematisch Turken of Marokkanen zouden vervolgd worden, dan zouden Marokko en Turkije wel van zich laten horen. En terecht. Ten tweede, de aantallen waarover het hier gaat zijn gewoon niet te vergelijken. In de jaren '30 waren er in de hele wereld amper vijftien miljoen Joden en vandaag de dag spreekt men over meer dan één miljard (!) moslims. Was het misschien nog denkbaar om vijftien miljoen mensen te willen liquideren dan mag men nu duidelijk stellen dat men zelfs nooit in de mogelijkheid zou kunnen verkeren om één miljard individu's uit te schakelen, zelfs niet met kernbommen. Bij de eersten stond gewoonweg hun voortbestaan als volk op het spel terwijl dat bij de laatsten zelfs niet ter sprake komt. Enige nuancering kan hier dus geen kwaad.
"The brave one" is wat men noemt een "foute" film. Het hoofdpersonage is immers een vrouw die het recht in eigen handen neemt en daarbij zo voorgesteld wordt dat zij sympathiek blijft en zelfs niet gestraft wordt voor haar onwettige handelwijze. Ik weet dat zowel regisseur Neil Jordan ("The crying game", "Interview with a vampire", "In dreams") als hoofdactrice Jodie Foster in interviews duidelijk te kennen hebben gegeven dat zij wilden dat de toeschouwers zouden walgen van dat hoofdpersonage maar blijkbaar is het resultaat anders uitgevallen. Het is niet de eerste keer dat een kunstwerk (want als zodanig durf ik deze film te bestempelen) een andere indruk nalaat dan de maker ervan had bedoeld. De vraag is natuurlijk: is "The brave one" een goede film? En daar kan ik alleen maar bevestigend op antwoorden. Van bij de generiek houd de regisseur de toeschouwers in zijn ban door knap gefilmde opnamen (vooral de nachtopnamen zijn fantastisch), goed gemonteerde scènes, zeer doeltreffend gebruik van de muziek en dan vooral de schitterende vertolking van Jodie Foster. Haar verbeten blik en haar suggestieve dictie zullen me nog lang bijblijven. Als besluit zou men dus kunnen stellen dat deze film een verwarrend effect teweegbrengt bij de kijker want deze laat zich meeslepen door het verhaal en het hoofdpersonage maar terzelfdertijd beseft hij dat hij zich op ethisch vlak op een glibberig pad begeeft. Schuldig plezier als het ware.
Het is een goed idee van Canvas om de reeks "The story of India" uit te zenden. Er zijn niet alleen prachtige beelden te zien van India maar ook het commentaar is leerrijk, zeker voor de westerse kijker die denkt dat het middelpunt van de wereld zich in Europa bevindt. Bij het zien van de eerste aflevering rijst bij mij weer het voornemen om nog eens naar dat fantastische land af te reizen. Wat mij nu ook weer vooral trof, waren de opnamen van de Indiërs, want het zijn tenslotte zij die de échte monumenten zijn van India. Aangezien er één miljard Indiërs zijn krijgt men tijdens een rondreis genoeg gelegenheid om ze te ontmoeten. Die fonkelende ogen met die mysterieuze blik erin en hun zachtmoedige glimlach zorgen ervoor dat ik hen tot de mooiste mensen in hele de wereld reken. Hoevelen van hen bezitten niet die formidabele uitstraling die men charisma noemt? Wanneer iemand hier zo een eigenschap bezit dan is dat meestal een beroemdheid, in India vindt men ze op alle hoeken van de straat. Meer moet er niet gezegd worden, denk ik, over het wezenlijke verschil tussen Indiërs en Europeanen.
Ik schaam me eigenlijk een beetje dat ik nu pas een boek heb gekocht van de Vlaams-Hollandse schrijver Benno Barnard. Door zijn column in het weekblad "Knack" te beginnen lezen viel het me op hoe goed hij wel schrijft en hoe tegendraads. Eindelijk nog eens iemand die meningen verkondigt die dieper gaan dan wat jan met de pet voor waar houdt. Vroeger hadden wij de moeilijk te overschatten Johan Anthierens die tot op het einde van zijn leven een dwarsligger is gebleven met een ongeëvenaard gevoel voor de Nederlandse taal. Nu is er dus Benno Barnard die duidelijk een grotere eruditie bezit dan zijn Vlaamse voorganger. In één van zijn columns ontrafelt hij bijvoorbeeld prachtig wat het joods-christelijke erfgoed eigenlijk voor Europa betekent en hoe dom het dan ook is om dat te willen ontkennen of om er de draak mee te steken. Hij slaagt erin goed gevormde zinnen te schrijven die dan weer andere zinnen verbergen. In zijn doorwrochte teksten staat er dus veel meer dan er te lezen is. Misschien moeten nog wat meer Hollanders in Vlaanderen komen wonen?!
Hoe anders is Cecilia Sarkozy! Zij is de complete antipode van iemand als Nancy Reagan bijvoorbeeld, die zo beaat naar haar man stond te kijken alsof hij god zelf was. Mevrouw Sarkozy komt gewoon niet opdagen wanneer haar man, de president van Frankrijk, door president Bush en zijn familie wordt ontvangen. Ook op vele andere plechtigheden is zij afwezig en als zij er toch bij is dan lijkt zij afwezig. Geen wonder dus dat zij erg mysterieus overkomt. Er zijn mensen waarover veel bericht wordt omdat zij overal tegelijk schijnen te zijn maar bij haar is het juist haar afwezigheid die de tongen doet los komen. Hoe minder men haar ziet, hoe meer zij intrigeert, volgens de leuze, minder is meer. Volgens mij heeft zij vooral een artistieke ingesteldheid. Dat zij de eerste prijs voor piano heeft behaald aan het conservatorium van Parijs is daar een aanwijzing voor. Misschien kan heel dat politieke gedoe haar gestolen worden en speelt zij elke dag gewoon een paar uren piano. Ik zou haar geen ongelijk geven!
Het is nu veertig jaar geleden dat de beroemde Ernesto "Che" Guevara op laffe wijze werd geëxecuteerd. Het toeval wil dat ik nu het nieuwste boek van Naomi Klein "De shockdoctrine. De opkomst van rampenkapitalisme" aan het lezen ben en juist het hoofdstuk over Latijns-Amerika heb beëindigd. Het is werkelijk hallucinant wat men daar allemaal heeft uitgespookt in naam van de "vrije markt". Veertig jaar geleden vond ik de dood van Che reeds een groot verlies maar na de lectuur van Klein's geschrift kan dat verlies moeilijk overschat worden. Indien Guevara in zijn opzet was geslaagd en van heel het Latijns-Amerikaanse continent een soort Cuba had gemaakt, dan zou dat de gewone burgers heel wat leed hebben bespaard. Want wat hebben die mensen daarna allemaal niet moeten doorstaan: martelingen, executies, verdwijningen, militaire dictatuur, honger, enz. Akkoord, bij een overwinning van links zouden er misschien ook doden gevallen zijn maar het zouden er in elk geval veel minder geweest zijn, daar ben ik rotsvast van overtuigd. Immers, toen de socialistische Allende aan de macht was in Chili, was er geen dictatuur en werd er integendeel gezorgd voor sociale voorzieningen en voor degelijk onderwijs, zaken die daarna onder Pinochet gewoon van tafel werden geveegd. Elk standpunt dat men inneemt hangt er natuurlijk vanaf aan welke zijde men zich plaatst, aan de kant van het gewone volk of aan de kant van een beperkte groep rijken. Men kan dit bestempelen als idealistisch of naiëf, wel dan is dit maar zo.
De succeshit "Je t'aime...moi non plus" van Serge Gainsbourg en Jane Birkin is zo bekend dat het niet meer nodig is er nog iets aan toe te voegen. Waar wel nog iets over te zeggen valt is het achtergrondverhaal bij deze monsterhit. Gainsbourg die toen een relatie had met Brigitte Bardot, had dit nummer eerst met haar opgenomen, maar toen zij daarna trouwde met Günther Sachs, vond zij het niet meer opportuun om het uit te brengen. Haar liefde voor Sachs was in de plaats gekomen. Gainsbourg die zijn creatie noodgedwongen moest opbergen, besefte natuurlijk wat een gemiste kans dit was. Toen hij daarna Jane Birkin ontmoette en besloot om van haar zijn favoriete zangeres te maken, kon hij het niet nalaten om zijn potentiële hit weer uit de lade te halen. Met het gekende gevolg. Dit verhaal zou eigenlijk ter illustratie kunnen dienen van het gezegde: "Liefde maakt blind". Door voorrang te geven aan haar liefde voor Günther Sachs, verspeelde Brigitte Bardot haar kans om nog populairder te worden. Of hoe men soms moet kiezen tussen de liefde of de kunst.
In de jaren '60 zong Bob Dylan dat de tijden aan het veranderen waren maar dat zijn ze nu overduidelijk weer. Ik herinner me hoe in de late jaren '50 en zeker in de jaren '60 steeds meer films gemaakt werden waarin een lans werd gebroken voor meer verdraagzaamheid. Meer en meer zag men hoe Afro-Amerikanen (toen "negers" genoemd) een grotere rol kregen toebedeeld, niet alleen in films maar ook in de maatschappij. Men evolueerde dus langzaam maar zeker naar een maatschappij waaruit ooit het racisme verbannen zou zijn. En wat zien we nu? De anderen, wie die ook mogen zijn, worden meer en meer beschuldigd van al wat niet deugt, dit tot eer en glorie van het eigen volk (denkt men!). Het lijkt er wel op dat men zich tegenwoordig moet gaan verdedigen wanneer men niet racistisch ingesteld is. Het zou daarenboven compleet absurd zijn om zo iets te moeten doen. Ik wil hier graag herinneren aan de woorden van Kamiel Huysmans die in de jaren '30, tijd bij uitstek van het antisemitisme, het volgende zei: "Ik acht het beneden mijn menselijke waardigheid om toe te geven aan het antisemitisme". Inderdaad, daar gaat het om, menselijke waardigheid, dat heeft niets met argumenten pro of contra te maken.
Omdat ik me altijd erg heb geïnteresseerd voor de Amerikaanse politiek, volg ik regelmatig de berichtgeving erover. Het valt me nu op hoeveel belang er gehecht wordt aan de hoeveelheid geld die de presidentskandidaten weten op te halen. Het lijkt erop alsof men ervan uitgaat dat de kandidaat die het meeste geld weet op te halen de meeste kans maakt om president te worden. Spijtig genoeg is dat meestal ook zo. Ook wordt dagelijks de populariteit gemeten van de kandidaten en ook hier weer wordt er van uitgegaan dat de populairste kandidaat de verkiezingen zou moeten winnen. Beide vaststellingen stemmen me droevig want ze wijzen op een complete ontaarding van wat democratie zou moeten zijn. Ik hoop vurig dat er plots iemand uit het niets tevoorschijn treedt die om zo te zeggen geen geld bezit, niet echt populair is maar razend intelligente uitspraken doet over binnen- en buitenland, in die mate dat de meeste kiezers zouden beseffen dat het wel degelijk daar om draait, niet om de hoeveelheid geld en de populariteit die men bezit. Een ijdele wens???
Daarmee bedoel ik niets over de politieke situatie in ons land maar ik wil het alleen maar hebben over de film uit 1960 met Yves Montand en Marilyn Monroe. Als voorbeeld van een spitsvondige komedie kan dit tellen. De dialogen zijn erg grappig, de regie is onnadrukkelijk maar efficient en vooral, de vertolking van beide sterren is om van te snoepen. Montand laat zien dat hij talent heeft voor het komische genre en van Monroe wisten we dat al langer, zij is daarbovenop stralend mooi en verleidelijk, breekbaar en onschuldig, vier kenmerken die haar handelsmerk vormden en waardoor zij zo onvergetelijk is geworden en gebleven. Na meer dan veertig jaar houdt deze filmkomedie dus stand, meer nog, men kan er nog echt van genieten. Eén van de beste vertolkingen van Marilyn.
In een artikel onlangs in de krant sprak Jan Leyers met veel sympathie over de islamitische wereld. De mensen zijn er gastvrijer en vriendelijker dan hier (wat ik niet zal ontkennen), er zijn niet zoveel regels als hier (dit wil ik evenmin ontkennen), maar dan komt het: de Koran biedt een houvast zodat men niet hoeft te leven met allerlei twijfels, want, zegt Leyers, er zijn vragen die men zich beter niet stelt! Ik vind het wel verbijsterend om zo iets te vernemen van een Europese intellectueel die toch geacht wordt zich bij alles en nog wat vragen te stellen. Maar eigenlijk is dit niets nieuw. In de twintigste eeuw waren zovele intellectuelen in de ban van het communisme. Zij die een reis maakten naar de Sovjet-Unie spraken vol lof over de maatschappij aldaar. Nu gebeurt hetzelfde met de islam. In beide gevallen gaat het om ideologieën (want een godsdienst is ook een ideologie, maar dan in naam van een god) die totalitaire karaktertrekken vertonen en erg vijandig staan tegenover de Europese beschaving. Het lijkt dus wel of die Europese intellectuelen angst hebben voor de vrijheid hier en liever zouden wegvluchten in een strak van boven af geleide maatschappij. Ook getuigt hun exotische sympathie van een grote zelfhaat want alles wat westers is deugt in hun ogen niet. Geef mij dan maar iemand als Oriana Fallaci die heel haar leven vrijzinnig en onafhankelijk was en de laatste jaren van haar leven terugkeerde naar de joods-christelijke roots van de Europese beschaving. Geen wonder dus dat zij veel kritiek te verduren kreeg van bovenstaande intellectuelen.
Ik heb al eens mijn verontwaardiging geuit over het feit dat er blijkbaar jonge meisjes zijn die zich zo vlug mogelijk willen bezatten. Daartegenover staan dan de moslima's: zij roken niet, drinken geen alcohol en flirten niet, drie kenmerken die vroeger als erg positief werden bekeken hier te lande. Toch zijn zij het die met de vinger worden gewezen. En waarom? Simpelweg omdat sommigen onder hen een hoofddoek dragen! Het is alsof daardoor hun positieve kanten plotseling in het niet verzinken. Het komt er grofweg dus op neer dat autochtone meisjes zich alles mogen permitteren omdat zij Vlaams bloed in de aderen hebben en niet-Vlaamse meisjes het liefst volledig onzichtbaar zouden moeten rondlopen. Van discriminatie gesproken. Dit is mijn tweede verontwaardiging.
Ik kan het niet nalaten om eerst te zeggen dat ik Joëlle Milquet een erg mooie vrouw vind met prachtige ogen. Daarenboven is zij intelligent en is het een plezier om haar gevat te zien antwoorden op vragen van journalisten. Maar dit terzijde. Er is al heel wat geschreven en gedebatteerd over het aanslepende formatieberaad maar waar men volgens mij te weinig aandacht aan besteedt is dat Milquet de enige is die zich inzet voor de sociaal zwakkeren in onze samenleving. De andere onderhandelaars hebben wel de mond vol over een verdere staatshervorming en belastingverlagingen maar zij vergeten het sociale luik van de zaak. Het is dus nogal simplistisch om Milquet alleen maar als "Madame non" te bestempelen en verder te zwijgen over haar inzet voor meer sociale rechtvaardigheid. Maar simplisme is de laatste maanden bon ton geworden!
"Carmen Jones" is een Amerikaanse film uit 1954 van Otto Preminger en zoals men al reeds kan vermoeden vertelt hij het verhaal van Carmen, het hoofdpersonage van de gelijknamige opera van Bizet. Dit op zich is niet speciaal, wat wel opvalt is dat Preminger zijn versie laat vertolken door alleen maar Afro-Amerikanen. Hij heeft ook nieuwe arrangementen van de muziek gebruikt en het verhaal getransponeerd naar een Amerikaanse legerbasis. Het echte onderwerp van deze film is een niets of niemand ontziende amour fou die slecht afloopt. De film wordt prachtig vertolkt, vooral door Dorothy Dandrigde die een uitdagende Carmen neerzet en de camerabewegingen en beeldcomposities zijn eveneens schitterend. Na vijftig jaar doet het deugd om een film te zien die nog altijd erg verfrissend overkomt, die als het ware het stof van die overbekende opera wegblaast. Otto Preminger bewees hier weer eens mee dat hij iemand was die de bakens durfde verzetten en er terzelfdertijd voor zorgde dit op een voor het publiek aantrekkelijke manier te doen. Dat deze in de jaren '60 ten onrechte verguisde regisseur heel wat in zijn mars had kan genoeg aangetoond worden door een paar van zijn films te vermelden: een film noir "Laura", een western "River of no return", een religieuze film "Saint Joan", een romanadaptatie "Bonjour tristesse", een gerechtsdrama "Anatomy of a murder", een historisch spektakel "Exodus", enz. allemaal films van een hoog niveau en die voldoende bewijzen hoe breed de interessesfeer van Otto Preminger was. Dit op zich is voor mij reeds een voldoende reden voor een herwaardering.
Ik ben Michel Vanderspurt
Ik ben een man en woon in Gent (België) en mijn beroep is fotograaf.
Ik ben geboren op 13/07/1946 en ben nu dus 78 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: lezen, geschiedenis, muziek,film en reizen.
Een erg belangrijke invloed in mijn leven is priester-dichter Anton van Wilderode geweest van wie ik jaren lang les heb