we are all lost in the supermarket Laat u niet brandmerken, no logo, no slave, laat u niet (af)leiden door de massamedia en de spektakelmaatschappij. Be your own clown. Ni dieu ni maitre.
'Het verschil tussen een democratie en een dictatuur: in een democratie mag je eerst gaan stemmen vooraleer de bevelen te moeten inslikken, in een dictatuur moet je de moeite niet doen om eerst te stemmen.'
Charles Bukowski
13-02-2009
schoenmaker blijft bij uw leest !
Ene zekere walter woud uit Destelbergen blijft mij maar waardeloze kutgedichten toesturen. Mijnheer walter woud, iedereen zal wel over een zeker talent beschikken, mijn buurman kan twee blokfluiten tegelijkertijd bespelen door zijn neusgaten, een tante van mij kent ongeveer alle hoofdsteden van de Benelux uit het hoofd...één ding is pertinent zeker, mijnheer woud ( ik hoop voor u dat dit een pseudoniem is, als u echt zo heet, dan beklaag ik u ten zeerste ) de Muze is bij u nog nooit op bezoek geweest en ik neem aan dat ze dat ook niet onmiddellijk van plan is! Ik zou het haar alvast ten zeerste afraden. Zoek een andere hobby, mijnheer woud, en val mij niet langer lastig met uw puberaal gezever.
Beste lezer ( helaas, meer dan één lezer heeft deze blog niet, ze zitten liever onnozel te doen op hun facebook, de ongeletterde randdebielen)
De heer deflandre is nog steeds niet terug van de Filistijnen. Vier uur lang heb ik hem staan opwachten in die verschrikkelijke, onpersoonlijke, wanstaltige en ijskoude aankomsthal van de luchthaven van Zaventem. De ouwen zal wellicht weer ergens blijven plakken zijn in een uitzuipcafé in Singapore of zoiets. Dat hij zijn plan trekt, de onverbeterlijke alcoholist!
In afwachting van zijn terugkomst, alvast een gedicht om u op te warmen
Verloren wit
Al op het eerste zicht was ik je harder aan het missen je missen is mijn plicht in de schaduw van jouw blootste rug blinkt het mascara van jouw licht in de kille catacomben van mijn arena goodbye, miss venezuela !
Geachte heer El Gordo, gerant van de Delhaize in de Wondelgemstraat te Gent
Tot mijn stomme verbazing trof ik vandaag in de rekken van uw gewaardeerde supermarkt noch mijn favoriete Zwanworsten, noch mijn geprefereerde mayonaise van Calvé, noch de heerlijk verfrissende ice tea van Lipton, de krachtige allesreiniger Cif power voor mijn badkamer, de tandpasta van Signal enzovoort et cetera aan. Ik waande mij in een groezelige Albaneze staatssupermarkt in de tijd van de gevreesde dictator Hoxa, of hoe heette die bandiet ook alweer? Lege rekken en een hoop waardeloze rommel.
Qué pasa, el gordo? What' s going on? Die zielige knakworsten die u als alternatief aanbiedt voor mijn favoriete broodbeleg, ik ben zot van hot dogs, die zijn gewoon niet te vreten, man! Dat smaakt nergens naar. Draait u die s' avonds zelf, met moeder de vrouw en uw twee beeldschone dochters, van de karkassen van platgereden huisdieren die u van de autosnelweg hebt geschraapt? Dat urineachtige afwaswater dat uw onder uw eigen huismerk 365 als ijsthee probeert te verkopen, ik durf me zelf niet af te vragen waar dat zeikwater eventueel vandaan zou kunnen komen!
Wat zitten er achter die merkwaardige strategie? Is dit de eerste fase in de aldimatisering van uw handeltje? Besef goed, kleine dikken, een kopie kan nooit tippen aan het origineel. Vraag dat maar aan Miek en Roel, het Vlaamse antwoord op The White Stripes!
Shame on you, el gordo !
Don Limpio, verontwaardigd dichter-ex-consument van de Delhaize in de Wondelgemstraat
Ruby is niet meer onder ons. Ze is gisterenmorgen uit haar raam gesprongen vanaf de zeventiende verdieping van de Twin Towers in het Rabot, waar ze pleegde te resideren in een grauwe, troosteloze flat. Ruby was op slag dood. Geen hulp kon nog baten. Vijf combi's van de Gentse politie, de brandweer, de civiele bescherming; ze waren spoedig ter plaatse, er werd een tentje opgetrokken om het stoffelijk overschot van Ruby aan het oog van ramptoerristen te onttrekken. Ik vind het eigenaardig dat Ruby net gisterenmorgen de onomkeerbare beslissing nam om uit haar raam te springen. De dag daarvoor zat ze op de trappen van de inkomhal toen ze mij met mijn boodschappentas voorbij zag passeren. Nieuwsgierig als Ruby was, wilde ze weten wat ik allemaal had ingekocht Ze wou wel één van die twee sponsjes die ik bij had want ze was, net als ik, van plan om aan de grote lente schoonmaak te beginnen. 'Can I have that other one to?', vroeg ze, ik legde haar uit dat ik zelf ook de onweerstaanbare drang voelde opwellen om te gaan poetsen. We rookten samen een sigaret, ze vertelde mij één en ander over haar geboorteland Ghana en haar familie die ze had achtergelaten. En over haar jongste zusje dat zo mooi en zo intelligent was, veel mooier en slimmer dan zij zelf. We spraken af om spoedig nog eens samen een Guinness te gaan drinken in het Afrikaans café op de hoek. Ze was, zoals veel Afrikanen, dol op het donkere Ierse brouwsel Guinness, eten en drinken tegelijk. 'It makes your body strong', zei ze.
Ruby, die mooie, lieve, levenslustige meid van een jaar of vijfentwintig. Altijd die brede glimlach om haar volle lippen, dat gave, parelwitte gebit. Die benijdenswaardige, positieve ingesteldheid van 'vous avez l'heure, on a le temps'.
Toen ik de volgende morgen de stad introk en voorbij haar woonkazerne liep, zat ze niet op de stoep van de trappenhal. De politie had rond de plaats van onheil blauwe linten gespannen, ik moest een omweg maken. 'Het was die jonge negerin, wat zou haar toch hebben bezield?', zeiden de buurtbewoners. Toen wist ik hoe laat het was, vijf na twaalf.
In Ghana spelen kinderen rond een waterput, de zon straalt aan de heldere hemel, een timmerman bouwt een hut.
Bye, bye till the next time, godverdomme Ruby toch !
Open Brief aan de heer Okselhaar, huiseigenaar en national manager NV Eurosnacks Belgium
Geachte Heer Okselhaar,
U bent een druk bezet man, het prototype van de hardwerkende Vlaming; inventief, creatief, innovatief en werklustig. Mag ik desalniettemin enige minuten van uw kostbare tijd vragen ten einde u opmerkzaam te maken op enige kleine feitelijkheden die mijn wooncomfort enigzins belemmeren. 1. Wat moet ik in godsnaam aanvangen met al die dozen diepgevroren frikandellen, bitterballen, kaaskroketten en andere overheerlijke versnaperingen die bij mij thuis worden geleverd door diverse koerierdiensten en die ik ontvangst moeten nemen bij uw afwezigheid? In mijn koelkast kan ik die bederfbare waren niet stockeren, dit niet alleen wegens plaatsgebrek doch tevens omdat betreffende koelkast momenteel niet functioneert gezien ten gevolge van uw bouwwerkzaamheden de stroom is uitgevallen. Verwacht u van mij, geachte heer Okselhaar, dat ik de geleverde waren zelf ga distribueren in de frituren en snackbars waarvoor ze zijn bestemd. Ik ben maar een eenvoudige, en snipverkouden, dichter van en voor het volk, het enige vervoermiddel waarover ik beschik is een damesfiets.
2. Wat moet ik in vredesnaam aanvangen met de boormachine die in het plafond van mijn living steekt? Ik veronderstel dat u, of één van uw overenthousiaste Poolse medewerkers, iets te fanatiek te werk zijn gegaan bij het boren van alweer een ander gat in mijn plafond, waar alweer andere draden doorheen zullen worden getrokken, in alweer een nieuwe poging om de stroom opnieuw tot leven te wekken. Stel, geachte huurbaas, dat door de wetten van de zwaartekracht, uw boormachine plotsklaps naar beneden zou donderen en ik bevind mij op het eigenste moment op de plek des onheils, wordt de lichamelijke schade die ik oploop dan gedekt door uw familiale verzekering?
3. Wat moet ik in jupilers naam elke keer weer blijven zeggen tegen de stadswachters die bij mij aankloppen met het verzoek of de eigenaar, u dus, van de aanhangwagen zonder nummerplaat die daar al drie maanden fout geparkeerd staat en voor overlast zorgt voor het passerende verkeer en voor de buurtbewoners die klagen over geurhinder ( rottende garnaalkroketten? beschimmelde bitterballen?) Ik heb die pseudoflikken al vier keer uw gsm-nummer opgegeven, al vier keer bleek het nummer niet in gebruik.
Mijnheer Osselaer, war best du bleven?
Cordiale groeten en in afwachting van een spoedig antwoord groet ik u,
Don Limpio, huurder-dichter van en voor het volk
PS. Het begint vroeg te donkeren in deze barkoude winterdagen, bij kaarslicht gedichten plegen is romantisch, maar slecht voor mijn ogen.
Een generaal uit Wenen had rode haren op zijn benen
Geachte gelovige medemens,
Laatst werd ik door een, voor het overige minzame Marokkaanse medemens, aangesproken op mijn muts. Met name over de kleur van mijn hoofddeksel ( knalrood ). Daarmee zou ik bepaalde leden van de moslimgemeenschap op één of andere manier kunnen voor het hoofd stoten. Ik ben op de hoogte van de gevoeligheden van mijn gelovige medemens, dat varkens en honden onreine dieren zouden zijn voor de aanhangers van de profeet Mohammmed, is mij bekend en ik hou er rekening mee.
De kans dat u mij met een hond of een varken aan de leiband door de Turkse wijken zal zien flaneren, is zo goed als uitgesloten, maar gezien de ongunstige klimatologische omstandigheden sta ik er voorlopig op mijn rode muts te blijven dragen als ik mij onder het volk begeef om een brood te gaan halen of zoiets. Op basis van welke theologische grondslagen mijn rode muts aanstootgevend zou kunnen zijn, ik heb er geen flauw idee van en eerlijk gzegd, i don' give a shit. Het ontbreekt mij als actieve volksdichter aan tijd om heel de Koran uit te pluizen op zoek naar de bewuste passage waarin dfe profeet zijn afkeur voor rode mutsen zou hebben neergeschreven.
Ik voer tolerantie hoog in vaandel, ook tegenover de onverdraagzamen probeer ik verdraagzaam te zijn, maar er zijn grenzen.
Don Limpio, verkouden dichter van en voor het volk
Ik ben maar een eenvoudige dichter van en voor het volk, vraag mij niet om Japanse haiku's in elkaar te draaien, dat laat ik over aan de connaisseurs van dit subgenre zoals onze gerespecteerde doch nederige premier-haikudichter Herman Van Rompuy.
' Een brug ver-der in te-gen-licht haar sil-hou-et in zicht '. Zijn laatste worp gelegd op het vliegtuig op de terugweg van Davos naar Zaventem.
Collegadichter Herman, wat ik bijzonder jammer vind, is dat u van de opportuniteit geen gebruik hebt gemaakt om het forum dat u werd geboden om de andere wereldleiders alsook de massamedia toe te spreken enige van uw haiku's voor te dragen in plaats van te staan zeveren over de unieke 'brainpower' waarover wij Vlamingen zouden beschikken en die ons omhoog zou moeten stuwen in de vaart der volkeren. Wat een baarlijke nonsens, mijnheer Van Rompuy, wat een belachelijke onzin. Onze informatica moeten we gaan kopen in India, onze callcenters worden bevolkt door diezelfde Indiërs. Zou u New Delhi niet beter meteen tot hoofdstad van ons vaderland bombarderen? Ik durf wedden dat die clevere Aziaten er in geen tijd in slagen om Brussel-Halle-Villvoorde te splitsen, dan zijn we eindelijk van dat onproductieve gezanik verlost en dan kan uw broer Eric dat spuuglelijke, zwartgele T-shirt met de eis tot de onverwijlde splitsing van B-H-V waarmee hij jaar in jaar uit de Gordeldag ontsiert, meegeven aan spullenhulp. Er wordt vast wel een Bulgaarse asielzoekster gevonden die het onding tot schoteldoeken kan versnijden. In plaats van op te scheppen over de uitzonderlijke kwaliteiten van het Vlaamse volk had u de wereld beter verblijdt met een paar van uw onovertroffen versregels. In tijden van depressie en massale ontslagen zijn wij dichters het enige baken van licht in de kommerlijke duisternis. Voor het overige, waarde collega, vriend van de poëzie, wens ik u veel plezier toe met het schrijven van uw dichterlijke ontboezemingen en alsook met het oplossen van de economische crisis.
Geachte voorzitter van de jury van de driejaarlijkse poëzieprijs van de gemeente Maldegem,
Het is verre van mijn bedoeling om als bescheiden, van het platteland afkomstig dichterke, te twijfelen aan uw deskundigheid inzake het beoordelen van de schoonste aller schone kunsten zijnde de poëtica. Uit uw negatief evaluatierapport meen ik te hebben begrepen dat mijn ingezonden gedicht 'Schone Slaapster' niet aan de criteria voldoet van het door u opgelegde thema 'Het Licht in de Duisternis'. Ik stel u voor dat u het gewraakte gedicht nog eens grondig onder uw kleinzielig vergrootglas legt.
'De arm der wet heeft het licht gezien'
'nagenoeg helder alles wordt schijnbaar klaar'
'de hemel maakt zich wit'
Alleen aan een afgeleefde varkensboer op houtenklompen, met modder en zwijnestront in zijn ogen, die na zijn zware dagtaak zijn kiel en zijn klak over de kapstok gooit, zich vervolgens aan zijn rustieke eikenhouten keukentafel neervlijt, ten einde zich, terwijl zijn lodderig wijf een kwak hutspot opwarmt in de microwave, aan zijn liefhebberij, in uw geval het keuren van andermans dichtwerk te wijden, zou het kunnen ontgaan zijn dat het afgekeurde gedicht 'Schone Slaapster', ingezonden door don Limpio, laureaat van menige poëzieprijskampen waaronder de gerenomeerde Gouden Pluim van de gemeente Nunspleet en de Uilenspiegeltrofee, uitgeschreven door de vermaarde kunstkring De Plezanten Hoek van Alveringem, louter en alleen alludeert op het opklaren van de hemel na een regenbui. Kan het godverdomme nog lichter zijn?
Dat u verder meent te moeten opmerken dat de Shermantank een Amerikaans oorlogstuig is en dat u zich afvraagt waar het meisje met het rode haar in Stalingrad in godsnaam aan een Amerikaanse tank is geraakt en of ze die misschien had gekocht met de opbrengst van de verkoop van het frambozenijs van de ijscoman die Julius Ceasar las, ik hoop voor u dat dit een niet bijzonder hoogstaande vorm van grappig bedoelde plattelandshumor is die enkel nog bij de dorpsgekken aan de toog van het volkshuis van een achterlijk gehucht als Maldegem, aanslaat, tegen het sluitingsuur als iedereen al lazarus gezopen is.
Met de Muze valt niet te spotten, mijnheer de voorzitter, ik trek mijn kandidatuur als stadsdichter van Maldegem onverwijld in.
Wees gegroet, edelachtbare vijand van de poëzie
Don Limpio, dichter van en voor het vork
PS. Wist u, mijnheer de Maldegemse voorzitter, dat het thema van de jaarlijkse poëzieprijs van de gemeente Eernegem dit jaar 'Lichtinvallen' is en dat deelnemers van het concours NIET verplicht zijn, om in tegenstelling tot uw frauduleuze kakwedstrijd, zich twee exemplaren van het boekwerk aan te schaffen waarin de gelauwerde verzen verschijnen, à rato van 27 euro per stuk ? Ondergescheten oplichter!
Verloren in de supermarkt ( we are all lost in el gordo's supermarket)
Dat El Gordo, de kleine, dikke gerant van de Delhaize in de Wondelgemstraat, een fanatieke vrouwengek is, dat is algemeen geweten in het Rabot. Elk vrouwelijk wezen onder de vijfenveertig dat zijn supermarkt binnenstapt, loopt het risico aangeklampt te worden door El Gordo die vanachter zijn kip aan het spit staat te loensen en te likkebaarden naar mogelijk vrouwelijk schoon dat zijn Blijde Intrede maakt in zijn winkelparadijs en waarop hij zijn vermeende charmeurcapaciteiten kan uittesten. Voor de rest voert El Gordo geen klap uit, als er een gebraden kip van zijn spit moet worden versneden, gevierendeeld en in een zak gepropt dan wordt Frederik er bij geroepen. 'Frederik wordt gevraagd voor de kippen', is de geijkte formule die de kassameisjes hiervoor bezigen, het klinkt als een mantra voor Frederik. Geen dertig seconden later staat hij paraat achter het spit. Frederik voor de kippen is een brave, zeer klantvriendelijke jongen die tegen iedereen in zijn West-Vlaams dialect praat, zelfs tegen klanten uit Gabon, Nieuw-Guinea en Tsjetsjenië die een inburgeringscursus volgen en vlijtig Nederlands aan het leren zijn. Die mensen snappen geen jota van Frederiks koetervlaams, ik denk dat zij vermoeden dat Frederik een politieke vluchteling uit Georgië is die recent in het Rabot is neergestreken en die die zich nog niet heeft ingeschreven voor een inburgeringscursus. Weten zij veel dat Frederik uit Rumbeke afkomstig is.
Het moet gezegd worden dat El Gordo in zijn selectieprocedure voor het keuren en benaderen van vrouwen absoluut geen discriminatie aan de dag legt. Of ze nu blank zijn, zwart, geel of bruin, dat schijnt El Gordo weinig uit te maken, ze moeten in de eerste plaats goed gedraaid zijn van poten en oren, het uitzicht op hun balkon speelt ook een cruciale rol.
Het zou nooit in mij opkomen om El Gordo af te luisteren, het komt wel eens voor dat ik toevallig langs zijn spit passeer als hij weer eens een prooi te lijf gaan. Ik heb geconstateerd dat de kleine dikke over een aantal slagzinnen beschikt waaruit hij eindeloos kan putten om een gesprek in gang te zetten en vooral zo lang mogelijk in gang te houden. Mag ik de vrouwelijke lezers waarschuwen: als u ingaat op de avances van El Gordo en u houdt halt als hij u aanspreekt dan bent u minstens een half uur van uw kostbare tijd kwijt. Doe alsof je hem niet hebt gehoord, rij hem desnoods omver met uw winkelkar, kijk niet achterom, negeer die oude bok, doe snel uw boodschappen en maak u uit de voeten vooraleer hij weer kan toeslaan. In de Ferrerlaan, vlak over de Wondelgemsbrug, de afstand bedraagt nauwelijks vijfhonderd meter, is er trouwens nog een filiaal van de Delhaize en voor zover ik het kan beoordelen, is de gerant ervan niet zo opdringerig. El Gordo is als een zoemende mug die 's nachts rond je hoofd blijft cirkelen en als je het licht aansteekt om hem plat te slaan, blijkt hij spoorloos verdwenen. Tot je het licht uit doet en weer in je bed stapt...
El Gordo is ongeveer een 1 meter 50 groot. Hij heeft een forse bierbuik, draagt een bril met een zilveren montuur, heeft grijs, kort stekelhaar en een snor en draagt een beige pantalon. Zijn allochtone slachtoffers spreekt hij aan met de volgende woorden: ' Gij spreekt al goed Nederlands om hier nog maar zo lang te wonen.' Autochtone vrouwen benadert hij met deze geijkte formules: 'Amaai, gij ziet er goed uit vandaag, zijt ge misschien naar de coiffeur geweest, geef mij een keer zijn adres?' 'Ge ziet gij er precies elke dag jonger uit, ge moet mij een keer vertellen hoe ge dat doet.'
Ga vooral niet in op zijn vragen, anders begint hij gegarandeerd te emmeren over zijn klantvriendelijkheid en hoe levensbelangrijk die voor hem is. Dat hebben ze hem aangeleerd op een managementscursus van NV Delhaize De Leeuw, hij heeft daar drie zaterdagnamiddagen les gekregen in klantvriendelijkheid. Dat men best een rode spot kan zetten op de tomaten zodat ze fleuriger ogen dan ze zijn. Dat men het snoepgoed best in de laagste rekken en bij de kassa etaleert zodat gretige kinderhandjes er makkelijk acces toe hebben en alle tijd hebben om er in te graaien terwijl hun moeder de boodschappen uit de kar laadt. De smerigste truc die die marketeermanagers toepassen: de filterzakjes voor de koffie liggen drie rayons verder dan de koffie zelf, hopeloos verloren en totaal misplaatst tussen de mayonaisepotten van Calvé, Vandemoortele, Delhaize 356, Unox en negentien andere mayonaisederivaten.
'ALS U DAN TOCH ZO KLANTVRIENDELIJK BENT, EL GORDO, WAAROM LEGT GE DAN UW VERREKTE FILTERZAKJES NIET NAAST UW VERVLOEKTE KOFFIE, MAAR TUSSEN UW TREURIGE POTTEN MAYONAISE !
Ik ben lieven deflandre, en gebruik soms ook wel de schuilnaam don limpio.
Ik ben een en woon in gent (belgica) en mijn beroep is veteranisch veldrijder.
Ik ben geboren op 01/02/2009 en ben nu dus 16 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: veldrijden.
ik adem dus ik ben
{TITEL_VRIJE_ZONE}
Loop niet langer verloren in de Grote Supermarkt van het Leven. De Weg is lang, uw Nederige Gids is min of meer, maar niet altijd evenzeer, betrouwbaar. Zoekt u er één die nimmer faalt of twijfelt, raadpleeg dan de Gouden Gids.
Lieven Deflandre, alias Don Limpio ( wie schrijft die blijft vaak hangen op café) , dichter van en voor het volk