we are all lost in the supermarket Laat u niet brandmerken, no logo, no slave, laat u niet (af)leiden door de massamedia en de spektakelmaatschappij. Be your own clown. Ni dieu ni maitre.
'Het verschil tussen een democratie en een dictatuur: in een democratie mag je eerst gaan stemmen vooraleer de bevelen te moeten inslikken, in een dictatuur moet je de moeite niet doen om eerst te stemmen.'
Charles Bukowski
13-02-2009
Naar de filistijnen?
Beste lezer ( helaas, meer dan één lezer heeft deze blog niet, ze zitten liever onnozel te doen op hun facebook, de ongeletterde randdebielen)
De heer deflandre is nog steeds niet terug van de Filistijnen. Vier uur lang heb ik hem staan opwachten in die verschrikkelijke, onpersoonlijke, wanstaltige en ijskoude aankomsthal van de luchthaven van Zaventem. De ouwen zal wellicht weer ergens blijven plakken zijn in een uitzuipcafé in Singapore of zoiets. Dat hij zijn plan trekt, de onverbeterlijke alcoholist!
In afwachting van zijn terugkomst, alvast een gedicht om u op te warmen
Verloren wit
Al op het eerste zicht was ik je harder aan het missen je missen is mijn plicht in de schaduw van jouw blootste rug blinkt het mascara van jouw licht in de kille catacomben van mijn arena goodbye, miss venezuela !
Geachte heer El Gordo, gerant van de Delhaize in de Wondelgemstraat te Gent
Tot mijn stomme verbazing trof ik vandaag in de rekken van uw gewaardeerde supermarkt noch mijn favoriete Zwanworsten, noch mijn geprefereerde mayonaise van Calvé, noch de heerlijk verfrissende ice tea van Lipton, de krachtige allesreiniger Cif power voor mijn badkamer, de tandpasta van Signal enzovoort et cetera aan. Ik waande mij in een groezelige Albaneze staatssupermarkt in de tijd van de gevreesde dictator Hoxa, of hoe heette die bandiet ook alweer? Lege rekken en een hoop waardeloze rommel.
Qué pasa, el gordo? What' s going on? Die zielige knakworsten die u als alternatief aanbiedt voor mijn favoriete broodbeleg, ik ben zot van hot dogs, die zijn gewoon niet te vreten, man! Dat smaakt nergens naar. Draait u die s' avonds zelf, met moeder de vrouw en uw twee beeldschone dochters, van de karkassen van platgereden huisdieren die u van de autosnelweg hebt geschraapt? Dat urineachtige afwaswater dat uw onder uw eigen huismerk 365 als ijsthee probeert te verkopen, ik durf me zelf niet af te vragen waar dat zeikwater eventueel vandaan zou kunnen komen!
Wat zitten er achter die merkwaardige strategie? Is dit de eerste fase in de aldimatisering van uw handeltje? Besef goed, kleine dikken, een kopie kan nooit tippen aan het origineel. Vraag dat maar aan Miek en Roel, het Vlaamse antwoord op The White Stripes!
Shame on you, el gordo !
Don Limpio, verontwaardigd dichter-ex-consument van de Delhaize in de Wondelgemstraat
Ruby is niet meer onder ons. Ze is gisterenmorgen uit haar raam gesprongen vanaf de zeventiende verdieping van de Twin Towers in het Rabot, waar ze pleegde te resideren in een grauwe, troosteloze flat. Ruby was op slag dood. Geen hulp kon nog baten. Vijf combi's van de Gentse politie, de brandweer, de civiele bescherming; ze waren spoedig ter plaatse, er werd een tentje opgetrokken om het stoffelijk overschot van Ruby aan het oog van ramptoerristen te onttrekken. Ik vind het eigenaardig dat Ruby net gisterenmorgen de onomkeerbare beslissing nam om uit haar raam te springen. De dag daarvoor zat ze op de trappen van de inkomhal toen ze mij met mijn boodschappentas voorbij zag passeren. Nieuwsgierig als Ruby was, wilde ze weten wat ik allemaal had ingekocht Ze wou wel één van die twee sponsjes die ik bij had want ze was, net als ik, van plan om aan de grote lente schoonmaak te beginnen. 'Can I have that other one to?', vroeg ze, ik legde haar uit dat ik zelf ook de onweerstaanbare drang voelde opwellen om te gaan poetsen. We rookten samen een sigaret, ze vertelde mij één en ander over haar geboorteland Ghana en haar familie die ze had achtergelaten. En over haar jongste zusje dat zo mooi en zo intelligent was, veel mooier en slimmer dan zij zelf. We spraken af om spoedig nog eens samen een Guinness te gaan drinken in het Afrikaans café op de hoek. Ze was, zoals veel Afrikanen, dol op het donkere Ierse brouwsel Guinness, eten en drinken tegelijk. 'It makes your body strong', zei ze.
Ruby, die mooie, lieve, levenslustige meid van een jaar of vijfentwintig. Altijd die brede glimlach om haar volle lippen, dat gave, parelwitte gebit. Die benijdenswaardige, positieve ingesteldheid van 'vous avez l'heure, on a le temps'.
Toen ik de volgende morgen de stad introk en voorbij haar woonkazerne liep, zat ze niet op de stoep van de trappenhal. De politie had rond de plaats van onheil blauwe linten gespannen, ik moest een omweg maken. 'Het was die jonge negerin, wat zou haar toch hebben bezield?', zeiden de buurtbewoners. Toen wist ik hoe laat het was, vijf na twaalf.
In Ghana spelen kinderen rond een waterput, de zon straalt aan de heldere hemel, een timmerman bouwt een hut.
Bye, bye till the next time, godverdomme Ruby toch !
Open Brief aan de heer Okselhaar, huiseigenaar en national manager NV Eurosnacks Belgium
Geachte Heer Okselhaar,
U bent een druk bezet man, het prototype van de hardwerkende Vlaming; inventief, creatief, innovatief en werklustig. Mag ik desalniettemin enige minuten van uw kostbare tijd vragen ten einde u opmerkzaam te maken op enige kleine feitelijkheden die mijn wooncomfort enigzins belemmeren. 1. Wat moet ik in godsnaam aanvangen met al die dozen diepgevroren frikandellen, bitterballen, kaaskroketten en andere overheerlijke versnaperingen die bij mij thuis worden geleverd door diverse koerierdiensten en die ik ontvangst moeten nemen bij uw afwezigheid? In mijn koelkast kan ik die bederfbare waren niet stockeren, dit niet alleen wegens plaatsgebrek doch tevens omdat betreffende koelkast momenteel niet functioneert gezien ten gevolge van uw bouwwerkzaamheden de stroom is uitgevallen. Verwacht u van mij, geachte heer Okselhaar, dat ik de geleverde waren zelf ga distribueren in de frituren en snackbars waarvoor ze zijn bestemd. Ik ben maar een eenvoudige, en snipverkouden, dichter van en voor het volk, het enige vervoermiddel waarover ik beschik is een damesfiets.
2. Wat moet ik in vredesnaam aanvangen met de boormachine die in het plafond van mijn living steekt? Ik veronderstel dat u, of één van uw overenthousiaste Poolse medewerkers, iets te fanatiek te werk zijn gegaan bij het boren van alweer een ander gat in mijn plafond, waar alweer andere draden doorheen zullen worden getrokken, in alweer een nieuwe poging om de stroom opnieuw tot leven te wekken. Stel, geachte huurbaas, dat door de wetten van de zwaartekracht, uw boormachine plotsklaps naar beneden zou donderen en ik bevind mij op het eigenste moment op de plek des onheils, wordt de lichamelijke schade die ik oploop dan gedekt door uw familiale verzekering?
3. Wat moet ik in jupilers naam elke keer weer blijven zeggen tegen de stadswachters die bij mij aankloppen met het verzoek of de eigenaar, u dus, van de aanhangwagen zonder nummerplaat die daar al drie maanden fout geparkeerd staat en voor overlast zorgt voor het passerende verkeer en voor de buurtbewoners die klagen over geurhinder ( rottende garnaalkroketten? beschimmelde bitterballen?) Ik heb die pseudoflikken al vier keer uw gsm-nummer opgegeven, al vier keer bleek het nummer niet in gebruik.
Mijnheer Osselaer, war best du bleven?
Cordiale groeten en in afwachting van een spoedig antwoord groet ik u,
Don Limpio, huurder-dichter van en voor het volk
PS. Het begint vroeg te donkeren in deze barkoude winterdagen, bij kaarslicht gedichten plegen is romantisch, maar slecht voor mijn ogen.
Een generaal uit Wenen had rode haren op zijn benen
Geachte gelovige medemens,
Laatst werd ik door een, voor het overige minzame Marokkaanse medemens, aangesproken op mijn muts. Met name over de kleur van mijn hoofddeksel ( knalrood ). Daarmee zou ik bepaalde leden van de moslimgemeenschap op één of andere manier kunnen voor het hoofd stoten. Ik ben op de hoogte van de gevoeligheden van mijn gelovige medemens, dat varkens en honden onreine dieren zouden zijn voor de aanhangers van de profeet Mohammmed, is mij bekend en ik hou er rekening mee.
De kans dat u mij met een hond of een varken aan de leiband door de Turkse wijken zal zien flaneren, is zo goed als uitgesloten, maar gezien de ongunstige klimatologische omstandigheden sta ik er voorlopig op mijn rode muts te blijven dragen als ik mij onder het volk begeef om een brood te gaan halen of zoiets. Op basis van welke theologische grondslagen mijn rode muts aanstootgevend zou kunnen zijn, ik heb er geen flauw idee van en eerlijk gzegd, i don' give a shit. Het ontbreekt mij als actieve volksdichter aan tijd om heel de Koran uit te pluizen op zoek naar de bewuste passage waarin dfe profeet zijn afkeur voor rode mutsen zou hebben neergeschreven.
Ik voer tolerantie hoog in vaandel, ook tegenover de onverdraagzamen probeer ik verdraagzaam te zijn, maar er zijn grenzen.
Don Limpio, verkouden dichter van en voor het volk
Ik ben maar een eenvoudige dichter van en voor het volk, vraag mij niet om Japanse haiku's in elkaar te draaien, dat laat ik over aan de connaisseurs van dit subgenre zoals onze gerespecteerde doch nederige premier-haikudichter Herman Van Rompuy.
' Een brug ver-der in te-gen-licht haar sil-hou-et in zicht '. Zijn laatste worp gelegd op het vliegtuig op de terugweg van Davos naar Zaventem.
Collegadichter Herman, wat ik bijzonder jammer vind, is dat u van de opportuniteit geen gebruik hebt gemaakt om het forum dat u werd geboden om de andere wereldleiders alsook de massamedia toe te spreken enige van uw haiku's voor te dragen in plaats van te staan zeveren over de unieke 'brainpower' waarover wij Vlamingen zouden beschikken en die ons omhoog zou moeten stuwen in de vaart der volkeren. Wat een baarlijke nonsens, mijnheer Van Rompuy, wat een belachelijke onzin. Onze informatica moeten we gaan kopen in India, onze callcenters worden bevolkt door diezelfde Indiërs. Zou u New Delhi niet beter meteen tot hoofdstad van ons vaderland bombarderen? Ik durf wedden dat die clevere Aziaten er in geen tijd in slagen om Brussel-Halle-Villvoorde te splitsen, dan zijn we eindelijk van dat onproductieve gezanik verlost en dan kan uw broer Eric dat spuuglelijke, zwartgele T-shirt met de eis tot de onverwijlde splitsing van B-H-V waarmee hij jaar in jaar uit de Gordeldag ontsiert, meegeven aan spullenhulp. Er wordt vast wel een Bulgaarse asielzoekster gevonden die het onding tot schoteldoeken kan versnijden. In plaats van op te scheppen over de uitzonderlijke kwaliteiten van het Vlaamse volk had u de wereld beter verblijdt met een paar van uw onovertroffen versregels. In tijden van depressie en massale ontslagen zijn wij dichters het enige baken van licht in de kommerlijke duisternis. Voor het overige, waarde collega, vriend van de poëzie, wens ik u veel plezier toe met het schrijven van uw dichterlijke ontboezemingen en alsook met het oplossen van de economische crisis.
Geachte voorzitter van de jury van de driejaarlijkse poëzieprijs van de gemeente Maldegem,
Het is verre van mijn bedoeling om als bescheiden, van het platteland afkomstig dichterke, te twijfelen aan uw deskundigheid inzake het beoordelen van de schoonste aller schone kunsten zijnde de poëtica. Uit uw negatief evaluatierapport meen ik te hebben begrepen dat mijn ingezonden gedicht 'Schone Slaapster' niet aan de criteria voldoet van het door u opgelegde thema 'Het Licht in de Duisternis'. Ik stel u voor dat u het gewraakte gedicht nog eens grondig onder uw kleinzielig vergrootglas legt.
'De arm der wet heeft het licht gezien'
'nagenoeg helder alles wordt schijnbaar klaar'
'de hemel maakt zich wit'
Alleen aan een afgeleefde varkensboer op houtenklompen, met modder en zwijnestront in zijn ogen, die na zijn zware dagtaak zijn kiel en zijn klak over de kapstok gooit, zich vervolgens aan zijn rustieke eikenhouten keukentafel neervlijt, ten einde zich, terwijl zijn lodderig wijf een kwak hutspot opwarmt in de microwave, aan zijn liefhebberij, in uw geval het keuren van andermans dichtwerk te wijden, zou het kunnen ontgaan zijn dat het afgekeurde gedicht 'Schone Slaapster', ingezonden door don Limpio, laureaat van menige poëzieprijskampen waaronder de gerenomeerde Gouden Pluim van de gemeente Nunspleet en de Uilenspiegeltrofee, uitgeschreven door de vermaarde kunstkring De Plezanten Hoek van Alveringem, louter en alleen alludeert op het opklaren van de hemel na een regenbui. Kan het godverdomme nog lichter zijn?
Dat u verder meent te moeten opmerken dat de Shermantank een Amerikaans oorlogstuig is en dat u zich afvraagt waar het meisje met het rode haar in Stalingrad in godsnaam aan een Amerikaanse tank is geraakt en of ze die misschien had gekocht met de opbrengst van de verkoop van het frambozenijs van de ijscoman die Julius Ceasar las, ik hoop voor u dat dit een niet bijzonder hoogstaande vorm van grappig bedoelde plattelandshumor is die enkel nog bij de dorpsgekken aan de toog van het volkshuis van een achterlijk gehucht als Maldegem, aanslaat, tegen het sluitingsuur als iedereen al lazarus gezopen is.
Met de Muze valt niet te spotten, mijnheer de voorzitter, ik trek mijn kandidatuur als stadsdichter van Maldegem onverwijld in.
Wees gegroet, edelachtbare vijand van de poëzie
Don Limpio, dichter van en voor het vork
PS. Wist u, mijnheer de Maldegemse voorzitter, dat het thema van de jaarlijkse poëzieprijs van de gemeente Eernegem dit jaar 'Lichtinvallen' is en dat deelnemers van het concours NIET verplicht zijn, om in tegenstelling tot uw frauduleuze kakwedstrijd, zich twee exemplaren van het boekwerk aan te schaffen waarin de gelauwerde verzen verschijnen, à rato van 27 euro per stuk ? Ondergescheten oplichter!
Verloren in de supermarkt ( we are all lost in el gordo's supermarket)
Dat El Gordo, de kleine, dikke gerant van de Delhaize in de Wondelgemstraat, een fanatieke vrouwengek is, dat is algemeen geweten in het Rabot. Elk vrouwelijk wezen onder de vijfenveertig dat zijn supermarkt binnenstapt, loopt het risico aangeklampt te worden door El Gordo die vanachter zijn kip aan het spit staat te loensen en te likkebaarden naar mogelijk vrouwelijk schoon dat zijn Blijde Intrede maakt in zijn winkelparadijs en waarop hij zijn vermeende charmeurcapaciteiten kan uittesten. Voor de rest voert El Gordo geen klap uit, als er een gebraden kip van zijn spit moet worden versneden, gevierendeeld en in een zak gepropt dan wordt Frederik er bij geroepen. 'Frederik wordt gevraagd voor de kippen', is de geijkte formule die de kassameisjes hiervoor bezigen, het klinkt als een mantra voor Frederik. Geen dertig seconden later staat hij paraat achter het spit. Frederik voor de kippen is een brave, zeer klantvriendelijke jongen die tegen iedereen in zijn West-Vlaams dialect praat, zelfs tegen klanten uit Gabon, Nieuw-Guinea en Tsjetsjenië die een inburgeringscursus volgen en vlijtig Nederlands aan het leren zijn. Die mensen snappen geen jota van Frederiks koetervlaams, ik denk dat zij vermoeden dat Frederik een politieke vluchteling uit Georgië is die recent in het Rabot is neergestreken en die die zich nog niet heeft ingeschreven voor een inburgeringscursus. Weten zij veel dat Frederik uit Rumbeke afkomstig is.
Het moet gezegd worden dat El Gordo in zijn selectieprocedure voor het keuren en benaderen van vrouwen absoluut geen discriminatie aan de dag legt. Of ze nu blank zijn, zwart, geel of bruin, dat schijnt El Gordo weinig uit te maken, ze moeten in de eerste plaats goed gedraaid zijn van poten en oren, het uitzicht op hun balkon speelt ook een cruciale rol.
Het zou nooit in mij opkomen om El Gordo af te luisteren, het komt wel eens voor dat ik toevallig langs zijn spit passeer als hij weer eens een prooi te lijf gaan. Ik heb geconstateerd dat de kleine dikke over een aantal slagzinnen beschikt waaruit hij eindeloos kan putten om een gesprek in gang te zetten en vooral zo lang mogelijk in gang te houden. Mag ik de vrouwelijke lezers waarschuwen: als u ingaat op de avances van El Gordo en u houdt halt als hij u aanspreekt dan bent u minstens een half uur van uw kostbare tijd kwijt. Doe alsof je hem niet hebt gehoord, rij hem desnoods omver met uw winkelkar, kijk niet achterom, negeer die oude bok, doe snel uw boodschappen en maak u uit de voeten vooraleer hij weer kan toeslaan. In de Ferrerlaan, vlak over de Wondelgemsbrug, de afstand bedraagt nauwelijks vijfhonderd meter, is er trouwens nog een filiaal van de Delhaize en voor zover ik het kan beoordelen, is de gerant ervan niet zo opdringerig. El Gordo is als een zoemende mug die 's nachts rond je hoofd blijft cirkelen en als je het licht aansteekt om hem plat te slaan, blijkt hij spoorloos verdwenen. Tot je het licht uit doet en weer in je bed stapt...
El Gordo is ongeveer een 1 meter 50 groot. Hij heeft een forse bierbuik, draagt een bril met een zilveren montuur, heeft grijs, kort stekelhaar en een snor en draagt een beige pantalon. Zijn allochtone slachtoffers spreekt hij aan met de volgende woorden: ' Gij spreekt al goed Nederlands om hier nog maar zo lang te wonen.' Autochtone vrouwen benadert hij met deze geijkte formules: 'Amaai, gij ziet er goed uit vandaag, zijt ge misschien naar de coiffeur geweest, geef mij een keer zijn adres?' 'Ge ziet gij er precies elke dag jonger uit, ge moet mij een keer vertellen hoe ge dat doet.'
Ga vooral niet in op zijn vragen, anders begint hij gegarandeerd te emmeren over zijn klantvriendelijkheid en hoe levensbelangrijk die voor hem is. Dat hebben ze hem aangeleerd op een managementscursus van NV Delhaize De Leeuw, hij heeft daar drie zaterdagnamiddagen les gekregen in klantvriendelijkheid. Dat men best een rode spot kan zetten op de tomaten zodat ze fleuriger ogen dan ze zijn. Dat men het snoepgoed best in de laagste rekken en bij de kassa etaleert zodat gretige kinderhandjes er makkelijk acces toe hebben en alle tijd hebben om er in te graaien terwijl hun moeder de boodschappen uit de kar laadt. De smerigste truc die die marketeermanagers toepassen: de filterzakjes voor de koffie liggen drie rayons verder dan de koffie zelf, hopeloos verloren en totaal misplaatst tussen de mayonaisepotten van Calvé, Vandemoortele, Delhaize 356, Unox en negentien andere mayonaisederivaten.
'ALS U DAN TOCH ZO KLANTVRIENDELIJK BENT, EL GORDO, WAAROM LEGT GE DAN UW VERREKTE FILTERZAKJES NIET NAAST UW VERVLOEKTE KOFFIE, MAAR TUSSEN UW TREURIGE POTTEN MAYONAISE !
In ieder nest een spitsmuis lust om in te leven papegaaienbloed onder een zonnebank
in Stalingrad een meisje met rode haren in een Shermantank niemandsland modderband naakt en steeds opnieuw geboren uit de koude grond alles komt klaar
geen dag te vroeg geen uur te lang vazen sneuvelen schervenmuggen sterven staande lampen leggen zich neer
de ijscoman leest Julius Ceasar de arm der wet heeft licht gezien ver schieten de wolven op frambozenijs nagenoeg helder alles wordt schijnbaar klaar
genoeg
wintertenenkommer ijsverdriet
macarena maïskolven meanderen
het kind gaat buiten spelen het afdak lekt regenschermen totaal paraplu de ober ruimt het tuinterras peuken drijven zeewaarts de hemel maakt zichzelve wit de laatste druppel pletst te pletter de geur van vergeten regenwater vlucht vooruit de dichter wikt zijn woorden droog
Waarom heb ik, en ik ben heus niet alleen, een bloedhekel aan zondagen? Wat is er mis met de Dag des Heren, de dag waarop wij mogen - de gelovigen onder ons zelfs moeten- rusten en geen arbeid dienen te verrichten? Is het niet vreemd dat we, in plaats van een gat in de lucht te springen omdat het zondag is, deze meest melige, ranzige, landerige aller dagen vervloeken en verwensen?
Eeuwen geleden heeft de katholieke kerk een patent genomen op de zondag. Voor lezers die niet vertrouwd zijn met de katholieke leer, de aanhangers van deze bizarre doctrine zijn er heilig van overtuigd dat de wereld en de mens, naar zijn beeld en gelijkenis, geschapen zijn door hun God die daar welgeteld een dag of zes voor nodig zou hebben gehad. De zevende dag besloot hij dat het genoeg was geweest, hij zag dat het goed was, leunde zelfgenoegzaam achterover en staakte zijn scheppende arbeid. Het zou nooit in mij opkomen om de Almachtige God van de christenen een leeghanger te noemen, maar hij was nogal snel tevreden met het resultaat van zijn creatieve impulsen, was hij maar een tikje kritischer geweest voor zichzelf, veel ellende zou ons gespaard zijn gebleven. Want als die allesweter de mens heeft geschapen naar zijn beeld en gelijkenis, dan is hij verantwoordelijk voor de schepping van creaturen als Caligula, Attila de Hun, Adolf Hitler, Jozef Stalin, Pol Pot, Marc Dutroux, Rik Torfs, Koen Crucke et cetera. Dan heeft hij de Holocaust, Auschwitz, de knekelvelden van Cambodja, Plopsaland en andere verschrikkingen op zijn geweten. Een simplistische redenering? Een van de dogma's van de cathecismus, waarraan niet getwijfeld mag worden, en die er bij mensen van mijn generatie is ingestampt tot we ze uit ons hoofd konden afratelen, zoals de Chinezen het Rode Boekje van Mao; God is overal, in de hemel, op de aarde en op alle plaatsen. Dus moet hij ook in Stalingrad en Treblinkla, in Verdun en Passendale geweest zijn op het ogenblik dat zijn schepsels elkaar aan het afslachten waren. Hoezo, hij zag dat het goed was? 'God mit uns', was het motto van de Teutoonse barbaren. Als ik God was geweest, ik had minstens een lezersbrief gezonden naar Der Stürmer om mijn verontwaardiging uit te drukken over het misbruiken van mijn naam. Over de rol van het Vaticaan, de officiële vertegenwoordiger van Gods belangen op aarde, in de jodenvervolging, zal ik het hier niet hebben. De systematische uitroeiing van de joden, volgens de christelijke versie van de geschiedenis de moordenaars van christus, door de nazi's stond niet bepaald hoog op de agenda van het Vaticaan.
Door de secularisatie zijn de christenen hun alleenheerschappij op de zondag kwijtgespeeld, god, allah of klein pierke weze daarvoor eindeloos bedankt, maar er is iets blijven hangen. Fantoompijn. Mensen wiens arm of been is afgezet, blijven steeds pijn voelen in hun ontbrekende ledematen. Zoals mensen die voor zichzelf kunnen denken en die hun geloof in die rare godsdienst ( het petieterig stukje pizzabodem zonder beleg dat ze op het einde van de mis als beloning krijgen toegediend, noemen die lichtgelovigen het lichaam van christus! ze mogen er niet op kauwen of in bijten want anders zou het lichaam van christus beginnen bloeden, je kan die brave lieden werkelijk alles wijsmaken, ze slikken het als zoete koek, hij zou wijn in water kunnen veranderen, hij had daarvoor zelfs geen druiven nodig... ) al jaren hebben afgezworen, nog elke zondag geconfronteerd worden met de specifieke rituelen en plechtstatigheden die onlosmakelijk met het christendom zijn verbonden. Het gebeier van de kerkklokken die hen uit hun slaap haalt, om tien uur begint de hoogmis en de openbare omroepen van radio en televisie voelen zich anno 2009 nog steeds geroepen om dat eindeloze gezeur en gemekker rechtstreeks in de ether te gooien. Dat betekent dat ik verplicht ben om elke zondag om tien uur uit te wijken van Radio 1 naar Studio Brussel, het gemelk van de dj's van StuBru - zitten die allemaal aan de coke of hebben ze ADHD misschien?- overstijgt nauwelijks het gewauwel van de predikanten in hun kerken en Coldplay klinkt haast net zo melig als het gezang van de koorknapen in de kathedraal van Mechelen, soms moet een mens kiezen tussen de pest en de cholera. Onze katholieken zijn dan nog doetjes in vergelijking met de gereformeerde calvinisten die in het Hollandse achterland de plak zwaaien. Op zondag tegen een bal trappen is voor die zwartrokken ten strengste verboden, wielerwedstrijden mogen op de dag des Heren niet langs de goddelijke wegen van deze gehuchten passeren, op zondag zult gij rusten, zo heeft god het geboden en zijn wil is wet. Achterlijkheid is niet het monopolie van moslimfundamentalisten. Dat de christelijke beschaving superieur is omdat wij de Verlichting hebben gekend, dat is één van die waarheden als heilige koeien die er bij ons zijn ingestampt en die klakkeloos worden geaccepteerd door de weldenkende, intellectuele westerling. Ieder zijn waarheid, ieder zijn dogma's. Ni Dieu, ni maitre.
Zondag is ook rosbief met boontjes, om elf uur de duivenberichten op de radio ( waarom in godsnaam het vertrekuur van duivenvluchten op de nationale zender afkondigen? Is het voor de modale luisteraar van enige importantie wanneer de duiven van nonkel Jef in Barcelona worden gelost? Worden de openingsuren van de bakker en de slager uitgezonden?), abrikozentaart bij tante Frida, ellenlange verslagen van sportwedstrijden op alle zenders, om kwart voor zes alle voetbaluitslagen van alle godvergeten voetbalwedstrijden in elk boerengat, van elke parochie.
Poederlee - FC Oude God: nul-nul. Die stakkers van voetballiefhebbers die daar langs de lijn stonden te verkleumen van de kou, ze zullen een schone, onvergetelijke zondagnamiddag hebben beleefd. Everyday is like sunday, every day is silent en grey
De eentonige lichtheid van het zondagse bestaan. Afschaffen die klootzakkerij. Alle dagen maandag.
De fabeltjeskrant : informatie in de spektakelmaatschappij
De massamedia gaan er prat op dat ze hun consumenten informeren. Wij worden van 's morgens tot 's avonds gebombardeerd met informatie via radio, televisie, dagbladen, het internet, onze gsm...de nieuwsstroom houdt nooit op, valt nooit stil. In deze hoogtechnologische tijden is de toegang tot de informatie van levensbelang geworden, informatie is macht. De rol van de pastoor is overgenomen door de anchorman van het journaal en de editorialist van de krant. Zij hebben de rol van parochieherder overgenomen van mijnheer pastoor. Zij slaan en zalven, prediken en zwaaien met het vingertje. Aan de manier waarop de nieuwslezer(es) zijn of haar wenkbrauwen fronst, hun intonatie, hun lichaamtaal laten ze hun betrokkenheid bij 'gruwelijke drama's' ( een drama is altijd gruwelijk, dat is het wezenskenmerk van élk drama, vrolijke drama's krijg je enkel te zien in het Publiekstoneel ) merken. De media bepalen wat nieuws is en wat niet , zij filteren de informatie, zij knippen en plakken de informatie tot die binnen hun format past. Het is geen nieuws als mijn buurvrouw van de trap dondert en haar enkel breekt, als mijn buurvrouw Tia Hellebaut was geweest dan was dat sportnieuws, als ze van de trap zou zijn geduwd door de Reus van de Bende van Nijvel dan zou de val van mijn buurvrouw breaking news in de nationale pers geweest zijn. En als mijn buurvrouw koningin Fabiola had geheten en de dader was de Reus van de Bende van Nijvel geweest dan had ze zelfs het wereldnieuws gehaald. Wat voor veel Belgen levensnoodzakelijke informatie heet te zijn, is voor iedereen die buiten onze landsgrenzen woont humbug, ruis, kwatsch, het zou nooit bij hen opkomen om er ook maar een nanoseconde aandacht aan te besteden. De tennniselleboog van Kim Clijsters heeft een half jaar lang het nieuws beheerst in Planeet Flandria. Elke godganse dag werden wij uitgebreid geïnformeerd over de godvergeten elleboog van onze Kim.
Dat onze sympathieke doch gereserveerde premier Van Rompuy in zijn vrije tijd haiku's pleegt ( 'je lacht, je leest, en dan opnieuw vergeet je in de tijd', zo schrijft hij er drie op een half uur tijd) dat zou voor de modale Vlaming belangwekkende informatie moeten zijn. Dat de eerste minister, van zodra hij weer een versje uit zijn kalende koker heeft getoverd, zich geroepen voelt om dat op radio en tv voor te dragen, er aan toevoegend dat hij maar een bescheiden amateurdichter is, is een vorm van valse bescheidenheid die het altijd doet bij de modale Vlaming. Zelfbewuste lefgozers die te hoog van de toren blazen, ze zullen bloeden, ze zullen de rekening gepresteerd krijgen bij de minste misstap.
Vijfennegentig procent van de informatie in de massamedia heeft geen enkele nieuwswaarde. Dat geldt voor alle binnenlandse politieke nieuwsberichten, de sportinformatie, verkeersinformatie, weerberichten, nieuws uit de showbusiness. Dat de veldrijder Bart Wellens voor het eerst de pamper van zijn kersverse baby Nina heeft verschoond, dat was nieuws in de populaire bladen. Het wicht weegt 3 kilo 525 gram en meet 54 centimeter, wie wil dat in vredesnaam weten, behalve die vijfentwintig zatte halvegaren ( in het voetbal: hooligans, in het veldrijden: een supportersclub) uit 's mans dorp die niks beter te doen schijnen te hebben dan elke zondagnamiddag in een drassige weide, of vanuit een gezellige biertent, in de bijtende vrieskou te gaan kijken naar enige tientallen uitslovers die door de drek ploeteren met een fiets op hun schouder? Waartoe dient een fiets? Waarom een peperdure racefiets kopen als je hem alleen gebruikt om er ergens op een drassige poldervlakte rondjes mee te lopen op je rug tussen een dikke haag randdebielen die je uitschelden en met modder naar je gooien als je hun favoriet niet bent? Het is een idioot gedoe. Heeft u ooit al eens een ruiter gezien die zijn paard op zijn rug droeg? Het is een belachelijke, totaal van de pot gerukte discipline in de orde van het dwergwerpen en het ganzenrijden. Zouden ze niet sneller vooruit gaan als ze die fiets weggooiden? Medelijden heb ik met de vader van Bart Wellens, die arme man staat elke zondagnamiddag, met zijn rubberen laarzen diep in de drek, met een tuinslang in de hand, stand by om de modder van zijn zoons fietsen te spuiten. Die etterbak heeft namelijk niet genoeg aan één fiets, neen, hij heeft er liefst drie, elke twee ronden wil dat verwend rotjong een ander exemplaar en zijn vader zich maar afsloven om al die fietsen proper te krijgen. Dat er op elke nieuwsredactie journalisten zijn die zich constant met dergelijke folkloristische non-events moeten bezig houden. Alsof dat nog niet stompzinnig genoeg is, moeten die sportreporters op de dagen dat er niet gesport wordt hun pagina's vol blijven lullen met fait divers uit het rijke leven van de fietsende, voetballende, zwemmende tennissende volkshelden. Elke dag weer diezelfde eindeloos vervelende, voorspelbare, pover geschreven non-verhalen waar geen mens wat aan heeft buiten de intimi van de vedetten voor één dag in kwestie. Hele regenwouden worden omgehakt om de nooit ophoudende diarree aan waardeloze, zogenaamde human interest drek te kunnen blijven laten circuleren. Wat heeft zo een jongen die met voetballen zijn brood verdient te vertellen aan de moderne mens die naar informatie snakt, Dat de bal rond is en dat een wedstrijd negentig minuten duurt? Dat we daar zelf nog nooit zijn opgekomen!
Waarom duren de weerberichten op de Vlaamse zenders bijna even lang als de journaals? Eerst een paar gruwelijke psychodrama's, gezinsmoorden, assisenzaken , buitenlandse oorlogen, sport, nog meer sport, een olifant die de tango danst en daarna komt er een gladschoren padvinder een kwartier lang ' het mooie weer maken'. Die eikel komt ons waarschuwen dat er morgen wel eens een regenbuitje uit de lucht zou kunnen vallen. Alsof we dat zelf niet zouden zien, alsof dat zo uitzonderlijk in deze contreien. Is dat nieuws? No way José, dat het morgen niet zou regenen, dat zou al meer in de buurt komen. Hoeveel procent van alle artikels die de gazetten dagelijks afdrukken zouden echt nieuws bevatten? Nieuws in de betekenis van een reël feit, een gebeurtenis waarover we de dag daarvoor nog niets wisten en dat ons op één of andere manier aanbelangt. Vijf procent? Al de rest is vulling: weetjes, gebakken lucht, life style-gezeik, leuke adresjes van leuke tentjes, Man bijt Hond-verkavelingsromantiek, publiciteit voor producten die we niet nodig hebben, vacatures voor niet bestaande jobs ( de goedkoopste reclame voor elk bedrijf), leukige anekdotes over grappige dierenmanieren ( allemaal variaties op de fietsende aap, ik vermoed dat het merendeel verzonnen wordt door een in deze materie gespecialiseerde broodjesaapredacteur), overlijdensadvertenties en massa's ongelukken en lyrische assissenverslagen over gruwelijke, monsterlijke daden die weldenkende, beschaafde burgers zoals wij vanzelfsprekend nooit zouden kunnen begaan.
Stel u voor dat aan het licht was gekomen dat het monster Kim De Gelder een abonnement had op De Standaard, De Morgen én Knack, en dat hij enkel naar Canvas keek, en dat er boven zijn bed een levensgrote poster van professor Torfs hing, wat zouden de heren psychiaters en de andere deskundologen die in een grot onder de omroepgebouwen hokken en bij elk nieuw psychodrama uit de kast worden gehaald om hun Groot Licht te laten schijnen over de duistere demonen in des menschens hoofden, dan weer voor sluitende interpretatie uit hun hoge hoed moeten toveren?
De gemiddelde weekendeditie van de Vlaamse kranten weegt drie kilo en telt meer dan honderd pagina's. Tel daar de glossy magazines bij voor de shopper en de big spender bij. Zouden onze verre voorvaderen die van de jacht en de visvangst leefden, hebben kunnen vermoeden dat wat voor hen de belangrijkste dagtaak was, tweeduizend jaar later een aangenaam, plezant tijdverdrijf zou zijn en voor veel van hun nazaten de enige hobby die ze er op nahielden? Terwijl manlief op zondag naar de cyclocross is, gaan moeder en dochters gezellig winkelwandelend shoppen in de Veldstraat of in de Meir. Leuk voor hen, minder leuk voor de winkelmeisjes. Het geld moet altijd rollen, de economie moet altijd draaien, viertentwintig uur op vierentwintig moet de productie ter beschikking staan van de consument. Zo is het al in Las Vegas en ons staat het ook te wachten. De machine moet altijd, en steeds harder, blijven draaien, ten koste van het menselijk welzijn. The race against the machine zal nog heel veel gruwelijke psychodrama's veroorzaken, u en ik kunnen alleen hopen dat het ons bespaard blijft en de demonen aan onze deur passeren zonder halt te houden.
Geld moet rollen' is de veelzeggende titel van een rubriekje in het weekendmagazine van de Morgen. Elke weer weer één of andere, verwisselbare Bekende Vlaming over zijn favorietje adressen, gerechtjes, hobby's...'Mijn hobby's : op zaterdagnamiddag gaan shoppen met mijn vriendin, daarna lekker een hapje sushi eten in een leuk Japans tentje. Zààààlig.' Wat interesseert mij het één fuck waar de volksfilosoof en door de vrouwen in de menopauze op handen gedragen entertainer Jan Leyers zijn ondergoed gaat halen en waar hij tapa's gaat eten? Wat is het informatieve karakter daarvan? Spaar het regenwoud, beperk het formaat van de kranten tot vier bladzijden.
De wereld gaat aan teveel leukigheid ten onder. Here we are now, entertain us. Waarom schrijven ze daar nooit iets over in de zelfverklaarde kwaliteitspers? Omdat ze deel uitmaken van de machine Omdat niemand zal bijten in de hand die hem voedt. Omdat de redactionele afdeling van de krant een helaas niet te liquideren bijzaak is, it's the economy, stupid. Het gaat om de advertenties, niet om de inhoud van de artikels, de krant van gisteren dient om vis in te verpakken of om onderin de kattenbak te leggen.
Geen enkel ideologie heeft de twintigste eeuw overleefd, het nazisme niet, het communisme niet. Ook de houdbaarheidsdatum van het ongebreidelde kapitalisme is verstreken, de ultraliberalen smeken de zo verfoeide overheid om hulp om hun meubels te redden. In het Wilde Westen is de overheersende religie het consumentisme: 'Gij zult consumeren wat wij produceren.'
Food for thought
De islamfundamentalisten zeggen: jullie hebben de keuze tussen Pepsi Cola en Coca Cola, wij kunnen kiezen tussen het leven en de dood.
Deze blog richt zich tot mensen die verstandig genoeg zijn om ook te begrijpen wat ze tussen de regels lezen. Lezers van Het Laatste Nieuws en Blik die niet vertrouwd zijn met ironie, sarcasme, zwarte humor en cynisme lezen beter Woef! en de Flair in plaats van deze blog.
Gisteren zat ik op de trein naar Oostende ( in feite zat ik in de trein, het gebeurt in Belgïe zelden dat mensen op een trein gaan zitten, in India en Afrika wil dat wel nog eens voorkomen dat reizigers op het dak van de trein plaats nemen, daar is het ook een stuk warmer dan bij ons, het is momenteel veel te koud op om een rijdende trein te gaan zitten), op het perron van Brugge hoorde ik de omroeper de volgende dienstmededeling doen: ' de trein naar Ingelmunster is afgeschaft vanwege een persoonsongeval, reizigers naar Ingelmunster kunnen gebruik maken van de bussen van de Lijn.' Een persoonsongeval! Met andere woorden, er was er weer ééntje die het niet meer zag zitten en die onder de trein was gesprongen. Dat gebeurt gemiddeld één keer per dag en veroorzaakt telkens weer twee uur kostbare vertraging voor de klanten van de NMBS. De onfortuinlijksten zijn diegenen die het er levend van af brengen en de rest van hun tijd in een karretje zitten vastgekluisterd. Die mensen mogen dan wel de rest van hun leven aan halve prijs met de trein reizen, ze zullen zichzelf eeuwig blijven vervloeken.
Gij ellendige sukkelaar, gij loser, niets kunt ge, zelfs zelfmoord plegen lukt u niet.
Dood of levend, mensen die onder de trein springen, halen zelfs de krant niet. Dat vinden de hoofdredacteurs van de kranten niet dramatisch genoeg. Als u per se de voorpagina of het tv-journaal wilt halen, spring dan niet onder de trein of van de boekentoren, verhang uzelf niet in uw badkamer, dat interesseert de mensen niet, daarover willen ze niet geïnformeerd worden, dat is niet spectaculair genoeg. Als u hunkert naar een beetje mediabelangstelling en u kan geen blokfluit spelen door uw neusgaten, niet kundig tegen een bal stampen, nog slechter zingen dan Bart Peeters, en de praat die u uitslaat houdt nog minder steek dan het puberale gekakel van Bert Anciaux, doe dan zoals Freddy Horion, Marc Dutroux, Michel Fourniron, Hans Van Temsche, Kim De Gelder etc...en word seriemoordenaar. Zoek het niet te ver. Blijf in uw eigen gehucht, of verricht uw daad in een naburig dorp dat niet al teveel inwoners telt zodat de ijverige persmuskieten de tijd hebben om voor het verstrijken van hun deadline alle getuigen, oude bekenden, klasgenoten, collega's, buren, neven en achternichten van daders en slachtoffers te interviewen. Ook niet overdrijven, beperk u tot een moord of drie, vier anders zal men u als een massamoordenaar behandelen.. En massamoordenaars moeten zich tevreden stellen met twee schamele kolommen op bladzijde negen in de rubriek Buitenland. 'Bom op VN-school in Gaza doodt vijfendertig Palestijnse kinderen'. Er kan zelfs geen foto van af.
Dat de media ons blikveld op de wereld zouden verruimen, is in bij dit psychodrama zeker niet het geval. Integendeel, het lijkt wel of Dendermonde de navel van de wereld is, het epicentrum van het heelal. Een verslaggever vroeg aan een dame die een lokale herdenkingsplechtigheid bijwoonde: 'En bent u van Dendermonde?' De mevrouw moest bekennen dat ze uit het nabijgelegen Schellebelle afkomstig was. 'En wat doet u hier dan?', vroeg de intelligente reporter ter plaatse.
EN WAT DOET U HIER DAN? De ombeschaamheid van de persgieren, riooljournalistiek.
Voor de lezers van Blik: wat ik uiteindelijk bedoel is dat de manier waarom de massamedia het zoveelste verschrikkelijke, afschuwelijke psychodrama gretig hebben uitgemolken en uitgebuit, de horror en de gruwel, de ziekelijke, macabere details die ze nog dagen lang en breed zullen blijven uitsmeren, mij doet walgen. Dit is geen ernstige journalistiek, dit is emotionele lijkenpikkerij. Het kan onevenwichtige geesten alleen maar inspireren ( copycat killers) en nieuwe demonen tot leven wekken, het is elke dag weer een kaakslag voor de families en vrienden van de slachtoffers die hun onmetelijke verdriet proberen te verwerken.
Ik ben lieven deflandre, en gebruik soms ook wel de schuilnaam don limpio.
Ik ben een en woon in gent (belgica) en mijn beroep is veteranisch veldrijder.
Ik ben geboren op 01/02/2009 en ben nu dus 16 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: veldrijden.
ik adem dus ik ben
{TITEL_VRIJE_ZONE}
Loop niet langer verloren in de Grote Supermarkt van het Leven. De Weg is lang, uw Nederige Gids is min of meer, maar niet altijd evenzeer, betrouwbaar. Zoekt u er één die nimmer faalt of twijfelt, raadpleeg dan de Gouden Gids.
Lieven Deflandre, alias Don Limpio ( wie schrijft die blijft vaak hangen op café) , dichter van en voor het volk