Diegene die ervoor gezorgd heeft dat we naar school moeten op maandagochtend schiet ik met plezier een kogel door zijn hoofd. Dat is namelijk hoe mijn hoofd voelde vanmorgen toen ik aankwam op school. Ik was vijf minuten te laat maar het was me gelukt om ongemerkt de school binnen te komen. Gelukkig vroeg de leerkracht niet naar de stempel die in mijn agenda hoorde te staan. Toen ik de klas binnenkwam zag ik dat bijna iedereen wel in een of andere vreemde houding lag te slapen. Sommigen deden dat subtiel: ze zaten recht op hun stoel en hadden gewoon hun ogen dicht. Anderen waren iets minder subtiel en lagen met hun hoofd op de bank. Ben, de metalhead van de klas, leek met zijn hoofd van de bank te zijn gevallen in zijn slaap. Het was hem gelukt om op zijn stoel te blijven zitten, maar zijn bovenlichaam bungelde ergens naast de bank. De enige die niet zat te slapen was Jonas. Hij keek me aan met open, helderblauwe ogen en een vragende uitdrukking op zijn gezicht. Ik draaide mijn hoofd snel weer weg en herinnerde me de sms die hij me gisteren had gestuurd. Ik wil je morgen even spreken. Wat zou hij me te vertellen hebben? Ik ging naast Sarah zitten en bracht haar op de hoogte van de sms. Je zal nog wel zien, zei ze. Zij wist er dus meer van. Ik besloot om er niet over te beginnen piekeren en luisterde naar de vraag die de leraar stelde. Does anyone know who Shakespeare is? Natuurlijk wist ik wie Shakespeare was, maar mijn arm in de lucht steken en dan nog eens een uitleg moeten doen was me net iets te zwaar. Ik besloot dus om mijn hoofd naast dat van Sarah te leggen en wat te slapen. In mijn droom speelde ik in een toneel. We moesten Romeo en Juliet spelen. Ik was verkleed als Juliet. Jonas was Romeo. Oh Romeo, Romeo, please say it, what do you want to tell me?, riep ik vanaf een balkon naar hem toe. Juliet, my dear Juliet, I wanted to ask you if... De rest van de zin werd overstemd door het geluid van kerkklokken. Ik schrok wakker en besefte dat het de bel was.
Tijdens de leswissel kwam Jonas naast me lopen. Hey, zei hij. Hey, zei ik een beetje onwennig terug. Het leek alsof ik nog half droomde. Wat ehm.. wat wou je me zeggen?, vroeg ik een beetje onzeker. Het was even stil. Hij keek recht voor zich uit. Zijn warrige haar wapperde een beetje door de tocht terwijl we verder door de gang liepen. Ik kon zien dat hij over iets aan het nadenken was. We waren ondertussen bijna aan het lokaal van onze volgende les. Jonas?, probeerde ik nog eens. Kom mee!, zei hij terwijl hij zich omdraaide en naar mijn hand greep. Waar gaan we dan heen?, vroeg ik. Weg van deze school, zei hij, Je zal wel zien. Dat was de tweede keer dat ik dat zinnetje hoorde vandaag. Ik vond dat het wel eens tijd werd dat ik nu echt zou zien. Ik ging toch maar gewoon mee. Ik kreeg een beetje kriebels in mijn buik. Niet dat het de eerste keer was dat ik spijbelde, maar het bleef toch wel spannend.
Toen we de school uitwaren bond hij zijn sjaal voor mijn ogen. We liepen een heel eind, en ik had na een tijdje echt geen idee meer waar we waren. Ik hoorde het geluid van klaterend water. Je mag kijken nu hoor, zei Jonas. Ik deed de sjaal weg en zag dat we in het park stonden, vlak voor een bankje, en met ons gezicht naar het fontein. We gingen zitten en onze blikken kruisten elkaar een moment. Jonas zocht in zijn rugzak en nam alle ingrediënten eruit om een joint te rollen: lange blaadjes, tipjes, tabak en een zakje wiet. Terwijl ik het tipje voor hem rolde begon hij tabak in het blaadje te doen. Ik probeerde een conversatie op gang te brengen:
Ga je me nu eindelijk vertellen wat we hier doen?
-Zit je liever een hele dag in de les dan?
-Ehm... Nee, maar...
-Ik zie je graag.
Ik was even helemaal met stomheid geslagen. Er kwam een dikke prop in mijn keel te zitten. Ik probeerde te slikken maar hij wou niet weg. Jonas leek heel kalm. Ik zag vanuit mijn ooghoek dat hij de joint ondertussen gewoon verder rolde. Het was anderhalf jaar geleden dat ik nog een relatie had gehad, en die was een compleet fiasco geweest. Sindsdien had ik me niet meer aan de liefde gewaagd. Er gingen duizenden dingen tegelijk in mijn hoofd om. Jonas zag er wel goed uit, heel goed zelfs. Ik besloot iets te zeggen. Bedoel je... - Dat ik van je hou. Ik vind je mooi, lief, sexy, alles wat ik maar kan bedenken. Ik wil je, Sophie. Er ging een rilling door me heen toen hij dat zei. Ik kuste hem, lang en hartstochtelijk. Ik wist niet wat er in me omging, maar het voelde goed. We smoorden samen een paar jointjes en hij haalde een fles tequila uit zijn rugzak. Het duurde niet lang voor alles draaide voor mijn ogen en we achter het bankje op de grond lagen. We waren er helemaal alleen, niemand kon ons zien. Hij streelde met zijn hand onder mijn shirt, over mijn borsten. Daarna ging zijn hand lager, in mijn broek. Het voelde allemaal zo geweldig. Ik besloot hetzelfde te doen bij hem.
Ik kwam een halfuur te laat thuis. Mijn ouders hadden al gegeten en zoals vorige keer mijn bord op mijn kamer gezet. Ik at het bord leeg en ging op mijn bed liggen. Ik was nog niet helemaal nuchter en viel vrij snel in slaap.
Vandaag bracht ik mijn dag door in onze vaste stek. We rolden er een paar en smoorden ze een voor een op. Sarah, Alina, Mitch en ik zaten onderuitgezakt met halfopen ogen rond de salontafel. De muren schommelden van links naar rechts. Het leek alsof de hoofden van de anderen loskwamen en salto-achtig ronddraaiden. Daarna verwisselden de hoofden van lichaam. Ik wees ernaar en lag in een deuk van het lachen. Een tijdje later kwam er een slank figuur met een rugzak de garage binnen. Na een aantal seconden zag ik dat het Jonas was. Hij kwam naast mij zitten terwijl er naast Mitch en Sarah meer plaats was.
Ik kwam enkele minuten te laat thuis voor het avondeten. Ik kreeg bijgevolg weer een preek van mijn ouders. Nadat ik mijn avondeten had verorberd, ging ik naar mijn kamer en deed ik de deur op slot. Ik rolde zoals gewoonlijk een jointje en smoorde het langzaam op. Ik zette wat muziek op en lag op mijn bed naar buiten te staren. Het werd donker, de maan kwam hoger te staan. De ramen en muren kwamen steeds dichter en dichter naar me toe. Ik deed mijn ogen dicht en zag konijnen die het uitschaterden. Toen glimlachten ze naar me en ik lachtte vriendelijk terug. Even later ging mijn gsm af. Het was een sms van Jonas: Ik wil je morgen even spreken.
Ik werd wakker op een van de zetels in Alinas garage. Ik keek rond en Alina, Mitch en Jonas lagen er ook. Het feestje gisteren was alles wat het zou moeten zijn: een tafel vol met flessen drank, muziek en de woonkamer van Lens was goed gevuld met mensen. Ik herinner me niet alles meer, maar Jonas deed aardiger dan normaal. Verder dacht ik er niet te veel over na. Ik keek hoe laat het was. Het was bijna 11 uur. Ik stond op en voelde mijn hoofd bonken. De garage draaide een beetje. Ik trok mijn jas aan en fietste naar huis. Ik had gisteren laat in de avond nog aan mijn ouders laten weten dat ik bij Alina bleef slapen. Ze deden er niet te moeilijk over. Toen ik thuis aankwam nam ik een glas water en ging meteen naar boven in mijn bed.
De wekker ging af en ik drukte het uit. Voordat ik het wist, was het al 8 uur. ik stapte mijn bed uit en strompelde mijn badkamer in, waste mijn gezicht en kleed me snel aan. Ik ontbeet, poetste snel mijn tanden en fietste naar school. De bel ging net nadat ik door de poort fietste. Ik was weer bijna te laat. Het zou een lange dag worden. Niet enkel omdat elke vrijdag het langst aanvoelt, omdat er verlangd wordt naar het weekend waardoor het langer lijkt voorbij te gaan, maar ook omdat ik vandaag moet nablijven omdat ik gisteren te laat was gekomen.
Ik liep de klas binnen en nam plaats naast Sarah. Mevrouw van Donckers zei dat we de boeken moesten openslaan op bladzijde 83 waar we vorige les mee geëindigd waren. Ze begon te praten over de Eerste Wereldoorlog. Ondertussen moesten wij notities maken. Het lukte me de eerste tien minuten een beetje op te letten en dingen te noteren, maar na een tijd hield ik het niet meer vol en keek naar buiten. ik zag nog een aantal leerlingen voorbij lopen die te laat kwamen. Ik droomde weg. De bel ging. Ik pakte mijn boeltje bijeen en stond op. Goed dat was het dan. De volgende les worden jullie hier over ondervraagd, zei mevrouw van Donckers. Dat is al een uur minder voor vandaag, zei Sarah. Ja, inderdaad, zei ik en glimlachte. De lessen gingen verder enorm langzaam voorbij. Op het einde van de dag moest ik nog nablijven. In het lokaaltje waar leerlingen moeten nablijven, waren nog vijf andere leerlingen. Ik deed de oortjes van mijn iPod in en luisterde naar muziek, wachtend tot de vijftig vreselijk saaie minuten voorbij waren.
Na het nablijven, fietste ik naar ons vast stekje. Bij het aankomen, plofte ik op een open plekje naast Jonas. Wat ben ik blij dat het weekend is, zei ik. Jonas lachte en zei,We hadden het net over het feestje bij Lens vanavond. Lens is een klasgenoot die bekend stond om zijn succesvolle en memorabele feestjes. We kunnen hier voordrinken en daarna naar het feest gaan, vertelde Jonas verder. Ga je mee?, vroeg Alina. Uhm ja, is goed. Ik kom wel na het eten naar hier, antwoordde ik. Ok, super, zei Jonas en gaf een joint door. Zo lagen we allemaal languit bij en praatten over het vorige feestje van Lens, een maand geleden.
Rond kwart voor 6 fietste ik naar huis. Het avondeten was bijna klaar. Aan tafel at ik rustig mijn eten op. Mijn ouders waren over hun dag aan het praten. Ik zei weer bijna niets. Enkel af en toe ja of nee knikken. Daarna moest ik de afwas doen. Toen ik klaar was zat mijn moeder voor de tv naar het nieuws te kijken. Ik pakte de nodige spullen, deed mijn jas aan en zei tegen mijn moeder dat ik naar Alina ging. Ze riep nog iets terug, maar ik hoorde haar niet meer en deed de deur achter me dicht.
Toen ik bij de Alinas garage aankwam, hoorde ik muziek en kreeg er meteen zin in. Binnen waren ze me aan het opwachten met een rij volle glaasjes gevuld met tequila op de salontafel. Na een paar uur gingen we naar het feestje.
Ik heb een hekel aan opstaan. Als mijn wekker afgaat druk ik hem altijd meteen af en laat mijn hoofd nog even lekker in mijn zachte kussens wegzakken. Sommige dagen val ik dan ook gewoon onmiddellijk weer in slaap. En zoals vandaag verschiet ik me dan een ongeluk als ik terug wakker word en op de klok kijk. 09:16 las ik af. Ik was dus al bijna een uur te laat op school. Mijn hoofd voelde nog wat suf aan van gisteren. Ik waste snel mijn gezicht, at een boterham, poetste mijn tanden en fietste naar school. Ik probeerde nog uit te leggen dat het door een UFO was die me ontvoerd had dat ik later was. Ze konden er spijtig genoeg niet zo mee lachen en ik kreeg een grote stempel met NABLIJVEN in mijn agenda op morgen. Leuk vooruitzicht weeral...
Ik kwam in de wiskundeles blijkbaar net op een slecht moment binnen. Mevrouw van der Aepen had net de testen van dinsdag uitgedeeld en was een preek begonnen omdat de resultaten niet zo goed schenen te zijn. Het leek me wijzer om mijn UFO excuus niet opnieuw uit te proberen. Ik liet mijn nota zien en nam plaats naast Jonas. Die keek me met een bedroefd gezicht aan en deed nog een kleine poging om te lachen toen hij naar mijn toets keek en zei: Nou, jij hebt in elk geval nog een puntje meer dan ik.. Ik keek naar het blad dat voor me lag en zag vanboven in het rood een cirkeltje staan met een 1 erin. De toets stond op 20. Nou ja, volgende keer beter.
De tijd ging echt verschrikkelijk traag voorbij. We sloften van klas tot klas en ik kreeg hoe langer hoe meer het gevoel dat er een baksteen in mijn hoofd begon te groeien. Het lukte me niet om mijn hoofd een seconde recht te houden, mijn gedachten erbij te houden of mijn ogen zelfs maar open te houden. Het laatste lesuur kreeg de kleine witte klok boven de deur al mijn aandacht. Ik keek gefascineerd naar de secondewijzer die net bij de 12 was aangekomen toen de bel ging.
We reden na school met ons groepje, bestaande uit Alina, Jonas, Mitch, Sarah en ik, weer naar onze vaste stek, Alinas garage. Terwijl Sarah wat muziek opzette begonnen Jonas en Mitch te rollen. Ik en Alina kwamen nog even terug op de discussie van gisteren, en zweerden elkaar nooit een saai leven te gaan leiden. Een paar jointjes verder lagen we allemaal in de zetels naar boven te kijken en weg te dromen. Dit ga ik missen volgend jaar., zei Sarah. We slaakten allemaal een diepe zucht. Als het goed gaat zijn we volgend jaar allemaal afgestudeerd, en we zijn allemaal van plan iets anders te gaan volgen. Fuck it., zei Jonas, Fuck it. We zijn volgend jaar nog niet. Hij nam nog een trekje en blies de rook heel langzaam uit. Waarom zouden we ons druk maken in dingen die nog niet gebeurd zijn? Beter gewoon genieten van de mooie momenten die we nu beleven. Hij had helemaal gelijk. Zijn woorden bleven nog wat nagalmen in mijn hoofd toen in naar huis fietste. Moeder stond me aan de deur op te wachten en leek niet meer te willen stoppen met praten vanaf de moment dat ik mijn voet binnenzette. Je bent te laat. Je weet toch dat we om 6 uur eten? Is het dan zo moeilijk om af en toe op de klok te kijken en hier op tijd te komen? Ik heb je bord op je kamer gezet. En kijk eens naar mij. Volgens mij zijn je ogen ontstoken. Weet je zeker dat je niet naar de oogarts wilt? Kijk eens in het licht. Doet het pijn?. Mijn moeder mag dan een goed hart hebben en het beste met me voorhebben, maar ik was niet zo toe aan haar bezorgdheid en gezaag voor niets, dus ik liep gewoon de trap op naar mijn kamer. Ik hoop dat iemand me waarschuwt als ik ooit zoals mijn moeder word.
Soms vraag ik me af wat het nut is van ons leven. Veel mensen vinden dat je volgens een bepaalde voorgeschreven vorm je leven moet leiden. Je wordt geboren, groeit op, gaat naar school, studeert eventueel verder en begint te werken. Dan kom je het grootste deel van je leven in een vaste routine. Je staat op, gaat werken, komt thuis en eet, kijkt nog wat tv en je gaat slapen. En de volgende dag beleef je deze dag gewoon opnieuw. En dat zon 40 jaar lang. De enige dingen die de routine verstoren zijn trouwen en kinderen krijgen. En het ergste is dat deze op zich dan ook weer een routine worden. En als je op pensioen gaat, wat dan? Dan doe je hele dagen niets meer buiten in de zetel zitten en tv kijken.
Daar zaten we vandaag over te discussiëren, en ik blijf er maar over denken. Elke woensdag zitten ik en Alina samen in haar garage te filosoferen. Die garage hebben we een paar jaar geleden omgebouwd tot een gezellige ruimte met 4 grote zetels rond een salontafeltje. De muren zijn in rood, geel en groen geschilderd en beplakt met tientallen posters. Tegen de muur staan enorme zwarte versterkers die de ruimte soms helemaal lijken op te slorpen met hun enorme omvang en de overdosis aan decibels die ze produceren.
Toen ik bij Alina doorging had ik een relaxed gevoel over mijn hele lichaam. Ik had het gevoel dat er watjes in mijn oren zaten, en hoewel ik voelde dat het ijskoud was buiten had ik het nog redelijk warm. We hadden ons net volgevreten met chips en chocola, en we hadden samen een 2literfles cola leeggedronken. Toen ik thuiskwam en in de spiegel keek zag ik dat mijn ogen weer helemaal rood waren. Mijn haar lag een beetje warrig en ik had een tamme uitdrukking op mijn gezicht. Liefst was ik gewoon naar mijn kamer gegaan, op mijn bed gaan liggen en met wat muziek in slaap gevallen, maar tot mijn grote misnoegen riep moeder meteen: Het eten is zo klaar hoor! toen ik de woonkamer binnenkwam, waarop ik me in de zetel plofte en in slaap viel. Een paar minuten later werd ik al terug wakker door moeder die met schelle stem naar mijn stiefvader riep dat hij moest komen eten. Daar zat ik dan, met een volle maag en mijn gedachten die steeds werden afgeleid naar allemaal kleine dingen. De bomen buiten leken gesnoeid te zijn in een bepaalde vorm. Als je goed keek kon je het gezicht van president Bush herkennen in een grote eik in de tuin van de buren. De lucht boven de bomen was donker, maar werd nog een beetje verlicht door de maan en de vele sterren. En ik zag ook een UFO. Hij was groot, rond, en er kwamen rode en groene lichtjes uit en het tolde heel snel rond zijn as. Terwijl ik geconcentreerd naar de UFO zat te kijken schepte moeder mijn bord vol groenten. Je ogen zien zo rood, Sophie?, zei ze, en ze keek me observerend aan. Ja, je weet wel, last van mijn lenzen... antwoordde ik, zonder de UFO een moment uit het oog te verliezen. Dat heb je als je ze niet elke avond uitdoet. Hoeveel keer moest ik je nog vertellen dat... , Ma, ik weet het nu al wel..., onderbrak ik haar. Ik heb een allergie voor dat soort gezaag. Toen mijn stiefvader aan tafel plaatsnam begon ik zo snel mogelijk mijn bord leeg te eten. Zoals gewoonlijk waren mijn ouders weer over nutteloze dingen aan het praten, en was ik niet echt aan het luisteren. Wat denk jij erover, Sophie? vroeg mijn moeder plots. Ja, dat zal wel zo zijn, mompelde ik, en nadat ik mijn laatste stuk vlees met veel moeite naar binnen had gewerkt stond ik op en ging naar mijn kamer. Ik deed de deur op slot, rolde nog een jointje, en smoorde dat uit het raam op. De UFO was verdwenen. Daarna zette ik wat muziek op, ging in mijn bed liggen, deed mijn ogen toe, en liet me wegdrijven met de stem van Bob Marley. Buffalo soldier, dreadlock rasta. There was a buffalo soldier, in the heart of America.... Schiet me alsjeblieft neer als ik later ook zon voorgeschreven leven zoals iedereen ga leiden.