Neen, uw blog moet niet dagelijks worden bijgewerkt. Het is gewoon zoals je het zélf wenst. Indien je geen tijd hebt om dit dagelijks te doen, maar bvb. enkele keren per week, is dit ook goed. Het is op jouw eigen tempo, met andere woorden: vele keren per dag mag dus ook zeker en vast, 1 keer per week ook.
Er hangt geen echte verplichting aan de regelmaat. Enkel is het zo hoe regelmatiger je het blog bijwerkt, hoe meer je bezoekers zullen terugkomen en hoe meer bezoekers je krijgt uiteraard.
Het maken van een blog en het onderhouden is eenvoudig. Hier wordt uitgelegd hoe u dit dient te doen.
Als eerste dient u een blog aan te maken- dit kan sinds 2023 niet meer.
Op die pagina dient u enkele gegevens in te geven. Dit duurt nog geen minuut om dit in te geven. Druk vervolgens op "Volgende pagina".
Nu is uw blog bijna aangemaakt. Ga nu naar uw e-mail en wacht totdat u van Bloggen.be een e-mailtje heeft ontvangen. In dat e-mailtje dient u op het unieke internetadres te klikken.
Voor ge het weet hebt ge hier nen baxter in uwen arm. Dat is natuurlijk geen reden om in het hospitaal te blijven, een toerke op de markt ermee is geen probleem ...
Angkor Wat een reusachtig tempelcomplex in het nabijgelegen Cambodja. Terecht een wereldwonder te noemen en niet te missen mocht je hier in de regio te passeren.
Ondertussen hebben we hier ook al een beetje rondgereisd in de regio. Een van de wonderen ter wereld is hier naast de deur in Cambodja te bezichtigen : Angkor Wat. Een complex van Khmer tempels, waar je rustig een paar dagen in kunt verdwalen. Niet te missen als je hier in de regio passeert.
Trouwfeesten bij de vleet hier, in het goede seizoen dan toch. Tijdens de boedistische lente mag er niet getrouwd, verder hangt het ook van de stand van de maand af, of het wel een goede periode is om al dan niet te trouwen.
Barbecuetje met geit op het menu ... de lao lao wordt dan uit geitehoorn gedronken. Voor mensen met lage potentie, waren er ook geitetestikels op lao lao gezet : even lekker, even rap zat, van het effect heb ik niets gemerkt ...
Het project loopt ondertussen een jaar. 2 weken geleden hadden we Steering Committee (een soort raad van beheer van het project), die alles een beetje opvolgt en indien nodig bijstuurt. Opmerkelijk was het verschil van zienswijze tussen de laotiaanse leden en de belgische. Van de belgische zijde was er veel interesse voor de opbouw van het project, de participatie van de bevolking, de organisatie die opgezet werd etc. De Laotianen vroegen zich voornamelijk af waarom er na een vol jaar nog geen scholen gebouwd waren, irrigatieschemas aangelegd waren, wegen gebouwd, drinkwaterputten geboord etc. Participatie is wel het laatste waar die aan willen denken, het was een behoorlijk geanimeerde vergadering ... Na een jaar is het project erin geslaagd om op een participatieve manier probleemanalyses te maken in alle dorpen. Op basis van die probleemanalyses zijn dorpsontwikkelingsplannen opgesteld, waarmee we aan de slag kunnen. Dergelijke aanpak werkt traag, maar consulteert de bevolking en betrekt hen bij de planning van de project activiteiten.
Ondertussen zijn we ook wel in gang geschoten. Voornamelijk met drinkwaterinstallatie dan. Eind januari zijn de eerste putten geboord en het drilteam zal nog tot half april in de weer zijn met boren. Tegen dan hoop ik rond te zijn in 1 district. Dan is het wachten op de handpompen, die vanuit Indie of via Unicef vanuit Kopenhagen tot hier moeten geraken. Maar normaal gezien zal alles geinstalleerd raken voor het regenseizoen begint (juni). In 3 dorpen gebruiken we rivierwater, dat via gravitatie naar de dorpen geleid wordt. Hier moeten kilometerslange greppels gegraven worden, tanks gebouwd etc. Regelmatig mis ik het temperament van de mayas, waarmee ik in Guatemala samenwerkte. De omstandigheden in Guatemala waren veel harder: we zaten er in steil hooggebergte, waar alle constructiemateriaal door de mensen de bergen ingedragen werd, waar de afstand van de bronnen tot de dorpen veel groter was, maar waar de mensen werkten tot ze erbij neervielen. Hier zie je dat niet echt gebeuren. De dorpen zijn wel geinteresseerd om drinkwater te krijgen, maar het idee dat ze er zelf moeten voor werken, is al iets minder interessant.Het werktempo ligt hier veel lager en het vergt heel wat vergaderingen om iets gedaan te krijgen. Ik heb gelukkig een goede laotiaanse ingenieur gevonden waarmee ik samen het terreinwerk coordineer. Hij heeft jaren ervaring in dergelijke projecten en is beter ingesteld op het werkritme van de dorpen.
Tijdens het voorjaar 2003 bezocht ik alle dorpen. Bij die dorpbezoeken ben ik toch nog wel geschrokken van het basic niveau van leven. In Nong het meest afgelegen district, waar je echt wel uren onderweg bent om in een dorp te raken, overleven de mensen een 4 a 6 tal maanden per jaar van hun rijstoogst en verder van hetgene ze uit het oerwoud halen. Die gemeenschappen leven dus nog niet eens op het niveau van subsistentielandbouw, maar zijn nog veeleer jagers-verzamelaars. De mannen lopen er rond in een voetbalshortje, meestal hebben ze er maar 1. Dat wordt dan eens gewassen in de rivier, terwijl ze zich zelf staan te wassen. De vrouwen dragen een zelfgewoven rok. En dat is het wat er kwa kledij aanwezig is. Kinderen lopen er allemaal naakt bij.
In Nong zijn alle inwoners Lao Theung, dit zijn verschillende etnische groepen, met hun eigen taal en gebruiken. Alles moet er dus 2 maal vertaald worden. Eerst naar het Lao en vandaaruit naar het Bru, Mankon of Tri. Het maakt er de communicatie niet echt vlotter op. In de meeste dorpen is er wel een schooltje, maar meestal ontbreekt het aan leerkrachten die er willen gaan werken. In 1 dorp ontmoette ik een leraar, maar die had alle moeite van de wereld om de kinderen naar de school te krijgen. De ouders begrijpen niet waar dat goed voor is. Het onderwijs wordt ook enkel in het Lao gegeven en niet in de etnische taal. De overheid voert hier een actieve politiek om de verschillende etnische groepen te laoiseren.
Een dorpsvergadering is altijd een evenement op zich. Ze krijgen er natuurlijk niet elke dag een blanke te zien, plus een auto dan nog wel en daar komt dan nog wel muziek uit. Als we in een dorp aankomen zetten we gewoon de autoradio op en doen de deuren open, waardoor binnen de vijf minuten gans het dorp rond de auto staat. Dus dan hebben we iedereen die we nodig hebben voor de vergadering. De vergadering begint steevast met het drinken van Lao Lao (rijstalcohol), die afhankelijk van dorp tot dorp 50 a 60 graden alcohol bevat. Een regelrechte aanslag op de lever dus. Terwijl de vergadering vordert gaat de fles rond en het is hoogst onbeleefd de vergadering te verlaten vooraleer de fles leeg is. Ondertussen heb ik wel wat trukken geleerd, om een deel van het glas ergens uit te kieperen, of ik zou hier elke dag van 9.00 u s ochtends dronken rondlopen. Na de vergadering moet er natuurlijk gegeten worden. Meestal wordt er ergens een kip gezocht, die snel wordt klaargemaakt. Hierin heb ik ook al enkele verschillende variaties gezien. Zoals het levend pluimen van de kip, dat ging volgens die persoon gemakkelijker terwijl de kip nog leefde, dan terwijl ze dood was. Bon hij zal het wel weten zeker. Soms is die kip wel eens te eten, maar ik loop hier regelmatig met tandpijn rond, vanwege de taaiheid van het kippevlees (dat soms de vergelijking met een autoband rustig kan doorstaan). Gelukkig is er soms variatie in het dorpsdieet. In een dorp had men 2 dagen ervoor een hert gevangen, dus dat was eens iets anders. In een ander dorp stond er reuzehagedis op het menu, alles behalve appetijtelijk om dit te zien klaarmaken, maar echt wel lekker vlees. Slang heb ik hier ook al gegeten. In een ander dorp had men enkele dagen tevoren een aap gevangen, gelukkig was die helemaal opgegeten, want ik sta niet te poppelen om dat op mijn bord te krijgen.
In de dorpen van de Lao Loum (de Lao van de laaglanden, of niet etnische Lao) valt het dieet een beetje meer mee. De Lao Loum zijn voor het merendeel boedhistisch en die eten een 7 tal dieren niet (waaronder slang, olifant, aap, paard etc.), dus daar staat er meestal kip of varken op het menu. De Vietnamezen, die ook wel talrijk aanwezig zijn in de streek, aangezien ik net in de grensstreek werk, zijn christelijk van aard, maar eten echt wel alles. Zelfs hond. Zij hebben ook verschillende soorten Lao Lao. Ze stoppen er namelijk verschillende types slang in en dat geeft dan een ander smaakje. Tot hier het culinair hoofdstuk.
In Sepon en omstreken ligt het nog vol bommen (gelukkig geen mijnen). Tijdens de Vietnam oorlog werden er om en bij de 2 miljoen op Loatiaanse bodem gedropt. Het oorlogstuig kent momenteel veel gebruiken .... als aambeeld, pilonen om huizen op te bouwen, oud ijzer dat verkocht wordt ... Gegevens omtrent het jaarlijks aantal slachtoffers van dat oorlogstuig ben ik nog niet tegengekomen, maar het zal indrukwekkend zijn...
Laos, een gat ergens in Zuidoost Azie ... (Karen, voorjaar 2003)
Laos is een communistisch land, maar daar merk je op het eerste gezicht eigenlijk erg weinig van. Op enkele details na misschien. Zoals het drinkwater dat spotgoedkoop is (4bfr/l) omdat de overheid het subsidieert om haar werkkrachten gezond en fit te houden (met als fijn neveneffect voor ons dat na een maand Laos nog geen spoor van diarree te bespeuren valt )
Khamtai Sphandai, een militair generaal bestuurt het land en is bezig aan zijn derde ambstermijn, Dat is niet zon bijzondere prestatie, want zijn Lao People Revolutionary Party is de enig wettelijk toegelaten politieke partij. Ze bezet 98 van de 99 zetels in het parlement. Voorts bezit de overheid alle media en zijn niet-goevernementele organisaties net als betogingen- bij wet verboden! Buitenlandse ngos mogen hier wel werken en dat doen ze dan ook in grote getale. Al te veel vrijheid van meningsuiting heerst er hier dus niet. De gemiddelde laotiaan heeft dus niet zo gemakkelijk toegang tot alternatieve bronnen van informatie. Internet is de meest logische en handige connectie met de wereld maar is enkel voorhanden in de grote steden en gaat dan nog tergend traag.
De Laotianen zelf zijn een onvoorstelbaar vriendelijk en opgewekt volk. Ze beantwoorden elke blik of vraag steevast met een glimlach. Het is hier ook quasi onmogelijk om geen contact te leggen. Of je nu gaat zwemmen of wat Lao zit te studeren en een Wat (boedhistische tempel), er komt gegarandeerd een laotiaan(se) langs om wat te kletsen. Voorlopig beperkt zich dat spijtig genoeg vooral tot lichaamstaal en veel misverstanden. Na veel moeite kunnen Luc en ik al behoorlijk lezen, maar de hondertal woorden die we kennen, spreken we meestal op de foute toonhoogte uit. En zo krijg je in een eethuisje een fruitshake in plaats van de rekening of kip (kai) in plaats van het bedoelde ei (khai).
Ik werk hier voor het BTC (Belgische Technische Cooperatie), die hier momenteel 3 projecten lopen heeft, maar haar werking onder invloed van Boutmans gevoelig aan het uitbreiden is. Het project is vrij hoog gegrepen en vrij complex van structuur, maar ik probeer het hier kort uit te leggen. We werken in 5 domeinen : educatie, landbouw, watervoorziening, wegenbouw en een klein beetje in gezondheidszorg. Alles is geintegreerd binnen de laotiaanse ministeries. Dus we hebben ook onze bureaus daar. Bedoeling is om naast het uitvoeren van concrete projectactiviteiten (watervoorziening, viskweek enzomeer) in samenwerking met de technici van de ministeries, tegelijkertijd de capaciteit van de ministeries op te krikken. Een groot deel van het budget gaat dan ook naar vorming, op alle niveaus : dorpelingen, technici in de districten, tot de leidinggevende ambtenaren op provincieniveau.
Er zijn 3 mensen die op provinciaal niveau werken en 3 mensen op districtsniveau, aangezien het project in 3 districten wordt uitgevoerd (Sepon, Nong en Thapanthong). Binnen het project heb ik de verantwoordelijkheid voor de watervoorziening in 30 dorpen en zal ik ook de wegenbouw coordineren. Aangezien de projectactiviteiten in 3 districten uitgevoerd worden, zullen wij dus veel onderweg zijn. Ik ben gebaseerd in Sepon, een beetje het meest centrale district, ten zuiden ervan ligt Nong, maar dat betekent nu toch nog 2 uur rijden en in het regenseizoen zal dat alleen maar langer worden. Thapanthong daarentegen ligt in het zuiden van de provincie en dat betekent momenteel 6 uur rijden.
Momenteel zijn we de structuur van het project aan het opzetten. Op alle niveaus counterparts aan het zoeken, waarmee we concreet gaan samenwerken. Ook alle praktische zaken moeten georganiseerd worden : kantoren inrichten, meubilair aankopen, computers, communicatiesysteem . Daarnaast onze persoonlijke setteling, huizen zoeken in de districten en in Savannahket. En dat laatste hebben we deze week gevonden. Samen met Eric en Isabelle, mijn 2 collegas die ook in de districten gaan werken, hebben we een huis gehuurd in Savan. Het is eigenlijk een maison de passage, opdat we niet steeds in een hotel moeten gaan zitten elke keer we in Savan komen. Op die manier kunnen we ook in de weekends af en toe eens gaan uitblazen en van de geneugten van een stad genieten.