De Nederlandse
koe. Bont, zwart of rood. Liggend of staand. Als symbool voor welvaart,
vruchtbaarheid en loyaliteit domineert zij al eeuwenlang het Nederlandse
landschap. Een vertrouwd beeld dat meer en meer verdwijnt, maar dat in
de schilderkunst al vanaf de 16de eeuw is vastgelegd.
Waren koeien ooit alleen
interessant voor de boer, vanaf de 16de eeuw kregen ook schilders oog
voor dit typisch Nederlandse fenomeen. Koeien werden een geliefd
onderwerp van landschapsschilders. De koe begraasde het nieuwe land dat
door inpoldering werd gewonnen en zorgde voor inkomsten. Zij belichaamde
de stijgende welvaart in de Gouden Eeuw. Aanvankelijk waren koeien
vooral te zien als onderdeel en aankleding van het landschap,
bijvoorbeeld in het werk van Salomon van Ruysdael of Adriaen van de
Velde. Gaandeweg kregen zij echter een steeds prominentere plaats op
schilderijen. Koeien staan vaak in de wei of aan de oever van het water,
maar zijn ook te vinden in stalinterieurs van Roelant Savery en Govert
Dircksz. Camphuysen.
Als leveranciers van vlees en
melk vormden koeien een belangrijke voedselbron. Met rundvee kon veel
geld worden verdiend: de Hollandse veeteelt was in de Gouden Eeuw de
belangrijkste van Europa. Ook stedelingen wilden graag een afbeelding
van deze loeiende trots der natie in huis hebben. Zij bestelden
schilderijen van boerenhoeven en heuse koeienportretten bij Aelbert Cuyp
en Paulus Potter.
Dit paar plastieken van koeien met een jongen en meisje is niet
geproduceerd in Delft. De figuren zijn geïnspireerd op Delftse koeien
met melkers uit de late achttiende eeuw. De hier afgebeelde exemplaren
dateren echter uit de late negentiende of vroeg twintigste eeuw. Het
materiaal is mogelijk creamware of porselein. In Delft werden deze
plastieken van geelbakkend aardewerk met een tinglazuur vervaardigd.
Naast het materiaal wijkt ook de ovale voet af van het Delftse
assortiment, evenals de positie van de figuren en de beschildering.
Zonder merkteken is de herkomst moeilijk te bepalen, mogelijk Frankrijk
of Engeland. bron: http://www.delftsaardewerk.nl/items/view/koe_met_jongen_en_koe_met_meisje/page:4/sort:Item.created/direction:desc#reacties
In 1925 gebruikt Van Doesburg dit schilderij ter illustratie bij de esthetische ervaring (van de werkelijkheid) in zijn Grundbegriffe der neuen gestaltenden Kunst, uitgegeven als zesde deel in de serie Bauhausbücher.
Over deze esthetische ervaring schrijft hij: Bij de esthetische
ervaring is de zintuigelijke waarneming (...) het middel tot de ervaring
zelve. Het zintuig veroorzaakt het onmiddellijk contact met de
realiteit. Daarna heeft er n proces plaats in de ziel van de
kunstenaar. Het opgevangen beeld wordt verwerkt, omgebeeld, om daarna in
de geest op een andere wijze dan volgens de natuur, namelijk volgens de kunst te verschijnen. Vanaf de zintuigelijke waarneming tot de esthetische ervaring, heeft er dus een zekere innerlijke cultuur van het waarnemingsobject plaat. Het natuurlijke waarnemingsobject wordt gereconstrueerd tot de, dat object inderdaad beeldende, accenten.Even verder merkt hij nog op: Op de vraag, hoe de kunstenaar aan deze
esthetische accenten komt kan geantwoord worden: door een wisselwerking
van subject (de kunstenaarsgeest) en object (de realiteit).
Deze ombeelding illustreert Van Doesburg vervolgens aan de hand van
vier (zwart-wit) afbeeldingen: een foto van een koe (hier
vervangen door een foto uit wikimedia commons), een voorstudie van Compositie VIII (groen, nu in het Museum of Modern Art), een tweede voorstudie van Compositie VIII (zwart-wit, verblijfplaats onbekend) en rechtsonder het uiteindelijke schilderij.
Gouden stierkalf. Oegarit. 14e eeuw v. Chr. Moederkoe Asjera krijgt stierkalf. Er is het bekende verhaal uit de bijbel: Toen deed iedereen zijn gouden oorringen uit en bracht deze bij Aäron. Deze nam ze in ontvangst, bond ze in een buidel en maakte er een stierkalf
van. Toen riepen ze uit: Israël, dit is de god die u uit Egypte heeft
geleid. Toen Aäron dat zag, bouwde hij een altaar voor het beeld en
liet bekendmaken: Morgen is er feest ter ere van de Heer.
Het stierkalf wordt Heer genoemd en die Heer is Jahwe. Dat een
kalf Heer wordt genoemd, is niets bijzonders. Het komt internationaal
voor bij b.v. Sid en Baäl, een naam die letterlijk Heer betekent.
Het kalf wordt soms Osiris, Adonis en in Israël El, Baäl en zoals
hierboven vermeld dus soms ook Jahwe genoemd. bron: http://www.anninevandermeer.nl/images/moederland/Israel/chronologie.htm
Asjera en vruchtbaarheidsgod Jawhe.
Schets van Koe-Kalf-motief op potscherf van kruik uit Kuntillet
el-Agrud in Zuid-Israël. De kruik is in 1975 gevonden in een wegstation
in de Sinaï-woestijn ergens halverwege Egypte en Israël. In de buurt
van het koe en haar kalfje staan op diezelfde kruik de namen Asjera en Jahwe. Je ziet iets hoger op de scherf die we van de kruik over hebben, mannelijke vruchtbaarheidsgoden en een tronende Vrouwe. Zij musiceert. Er is reden om aan te nemen dat de moederkoe die haar kalf hier zoogt Asjera is en dat haar stierkalf Jahwe
is. Ter plekke zijn op de wanden van het wegstation en op kruiken
unieke inscripties gevonden waaruit blijkt dat Asjera niet meer Baäl
maar Jahwe als partner heeft, van Venus tot Madonna. De zegenspreuken die gevonden zijn in het wegstation luiden:
Bericht van mijnheer de koning. Zeg tot Jehalel en tot Yoásah. Welnu, ik heb ulieden gezegend bij Jahwe van Samaria en zijn Asjera.
Je leest in een ander briefhoofd: Bericht van Amaryaw. Zeg tot mijnheer: Gaat het goed met u? Ik heb u gezegend bij JHWH van Teman en bij zijn Ashera. Hij moge u zegenen en behoeden en hij moge met mijnheer zijn .
En weer een ander luidt: Ik heb u gezegend bij JHWH van Teman en bij zijn Ashera Overeenkomstig alles wat een mens maar vraagt, is mijnheer genadig en JHWH geve hem wat hij wenst.
In drie gevallen wordt Jahwe hier genoemd met zijn Asjera.
Ik ben Amelie De Keulenaer. Voor het vak kunstgeschiedenis heb ik de
opdracht een blog bij te houden over kunstwerken met dieren, die gemaakt
zijn voor 1930. Uit een hele reeks dieren heb ik de koe gekozen. Ik heb
het altijd al een interessant dier gevonden en ben benieuwd waar ik ze
allemaal ga terugvinden doorheen de kunstgeschiedenis
De koe als symbool in de kunst
De koe geldt -in haar rol als gedomisticeerd rund- in ieder geval als positieve macht. ze staat voor moederlijk voedende krachten van de aarde, vanwege haar hoorns en haar vrouwelijkheid ook voor de lunaire wereld.
Bij de Soemeriërs werd de overeenkomst beklemtoond tussen koemelk en maanlicht.
In de Noordgermaanse scheppingsmythe likt koe
Audhmla de stamvader van de goden uit de zilte ijsblokken en geldt zij
als het eerste levende wazen dat uit de Ginnnungagap (de chaos)
verschijnt.
In het oude Egypte werd de hemelgodin Hathor als een
vrouw met een koeiekop vereerd, en ook het hemelgewelf werd (behlave in
de gedaante van de hemelvrouw Nut) als koe, met op haar buik de sterren
gesymboliseerd. Ook isis kon in koeiegedaante optreden.
Beroemd is de heilige koe van India, de heilige
voedster van de prehistorische tijdperken die vruchtbaarheid en
overvloed belooft, en als Aditi ook de pendant is van de stier Nandi en
wensen in vervulling kan doen gaan.
In de psychologische symboliek van Aeppli is de koe
een goed dier met geringe dynamiek en een groot uithoudingsvermogen
met haar eenvoudige warmte, haar geduldig drachtig zijn een simpel
symbool voor Moeder Aarde zelf, een uitdrukking van het vegetatief
moederlijke.