Les aventures d'une petite fille néerlandaise en Belgique...
14-04-2006
Muziek: een (universeel) wondermiddel!
Vraag: hoe krijg je een Nederlander helemaal
doorgedraaid? Antwoord: zet hem/haar in een klas met 15 Franstalige
kleuters die al de hele dag op school zijn geweest en dan om kwart voor vier
nog een uur Nederlands moeten krijgen. Maar niet langer gevreesd: de oplossing
is gevonden!!
Een aantal weken geleden kreeg ik via een docent van de
Vertaalschool een oproepje onder ogen: native Nederlandssprekenden gezocht voor
lessen Nederlands aan Walen. De docent moedigde mij en nog twee Vlamingen aan
om hier toch zeker op te reageren, zelfs als het niks zou worden dan was het
toch een heel goede ervaring om eens een sollicitatiegesprek in het Frans te
hebben gedaan. Kortom: een paar dagen later ging ik behoorlijk zenuwachtig op
gesprek bij het bureau dat het taalonderwijs verzorgde. Gelukkig was de mevrouw
daar geen getrainde P&O-er die allerlei psychologische doorzaag-vragen
stelde, maar concludeerde ze al gauw dat het op basis van mijn
Bedrijfscommunicatie-achtergrond wel OK was als ik conversatielessen met
volwassenen uit het bedrijfsleven zou gaan doen. Joepie, een bijbaantje!
Ze had echter ook nog dringend behoefte aan een native
Nederlands-spreker die een aantal lessen in het lager onderwijs wilde
vervangen, groep 4, groep 7 en de kleuters. Nou, op zich wel leuk, gaf ik aan,
maar ehm daar heb ik helemaal geen diploma ofzo voor Maar dat bleek niet uit te
maken, het was namelijk voor een privé-school, en daar kunnen ze dus in
principe iedereen voor de klas zetten.
Nou dat was dan geregeld. (huh?) Of ik woensdag om 15.30u in
St.Symphorien bij de kleuterschool wilde staan voor de eerste les, ik kon
vantevoren de mappen van de kinderen ophalen bij het bureau, dan kon ik zien
wat ze allemaal al gehad hadden en dan kon ik op basis daarvan een nieuwe les
in elkaar zetten. Aha. Ik moest dus ook nog even zelf bedenken wat ik met die
kinders ging doen.
Niet gehinderd door enige kennis van het kleuteronderwijs
ging ik er dus de eerste keer maar op af. Vijftien gillende en rennende kleuters
in een lokaal, een breed lachende directeur erbij: hier heb je ze, ik kom over
een uur wel weer eens kijken. Eerste indruk: whaaaaaaaaaaaaaa.
Maar de eerste anderhalve minuut viel toch mee, want zon
echte Nederlander, dat was toch wel mega-interessant (zo veel lopen die hier
nou ook weer nie zomaar in het wild rond). Ik begon daarna maar eens te vragen
wat ze eigenlijk al allemaal kenden in het Nederlands (want uit de mappen op te
maken was dat nog niet zo veel). En inderdaad kwamen sommigen tot een
twijfelachtige ond of kiep (nee niet op zn Brabants maar meer op zn
ik-ben-Franstalig-en-ik-spreek-alle-is-als-ie-uit). Slik. Deze rennende en
krijsende kinders kenden dus inderdaad geen woord Nederlands en ik moest ze het
komende uur (en alle volgende weken ook nog ) bezig houden. En dan zou het wel
fijn zijn als ze ook nog een beetje Nederlands leerden.
Toch maar met een soort van lesje beginnen dan; ik had wat
dingen voorbereid over kleuren in het Nederlands, dus ik had viltstiften
meegenomen en wat kleurplaten, dan konden ze mooi een beetje braaf kleuren dan
kon ik ondertussen proberen om ze wat kleuren in het Nederlands te leren: rood,
geel, blauw, groen etc. Iedere kleuterjuf met een béétje ervaring had me
waarschijnlijk vantevoren al kunnen vertellen dat je daarvoor beter geen
viltstiften kunt nemen. Met viltstiften kun je namelijk niet alleen op je
blaadje kleuren, maar ook op je hand. Of op de tafel. Of op de buurman zn
gezicht. Dus had ik na 10 minuten een groen kindje en een paars kindje.
(gelukkig waren het wel kinderviltstiften (=afwasbaar) fjoe).
Exit kleurplaten dus, volgende project: verhaaltje
voorlezen. Ik had een voorleesboek in het Nederlands weten te scoren en ik
probeerde dus maar om dat zo goed en zo kwaad als dat ging voor te lezen,
eigenlijk voornamelijk in het Frans te vertalen en dan af en toe een Nederlands
woord er tussendoor te gooien. Maar ja hoe vaker ik iets in het Nederlands zei,
hoe minder ze op gingen letten. En als je de namen van de kinderen (nog) niet
kent, dan kun je ze ook niet persoonlijk aanspreken als ze iets doen waar jij
nou niet zo heel blij mee bent (en om heel de tijd eee te roepen dat vind ik
ook gewoon zeer onbeleefd). Kortom: mn Frans werd bijzonder op de proef
gesteld
Ik wilde dus al bijna naar plan C gaan: een Nederlandse
video. (de directeur had gezegd dat als het niet zo wilde lukken dat ik dan
maar gewoon een (Nederlandse) video op moest zetten daar verstonden ze dan
wel geen bal van maar goed dan waren ze wel een beetje rustig). Maar goed het
was nog een half uur en ik wilde ze ook geen half uur voor de televisie zetten,
dus tijd voor het laatste plan. Ik had namelijk mn klarinet meegenomen met het
idee van: misschien kan ik er nog iets mee doen, dus toen begon ik die maar uit
te pakken. En dat was toch wel reuze interessant, ineens stonden vijftien
nieuwsgierige gezichtjes zich voor het koffertje te verdringen en te
discussiëren wat dit nou voor apparaat was, een trompet, een fluit? Uitgelegd
dat dit nou een klarinet was, en dat je daar dus ook geluid mee kon maken. Nou
en toen maar even het hele assortiment Nederlandse kinderliedjes uit de kast
gehaald, van «Hoedje van papier» tot «Vader Jacob», maar ook «Dikkertje Dap» en
«de kikkertjes» (vooral deze twee laatsten blijken enorm grappig te klinken
voor een Franstalige kleuter, vooral van het «oewak-wak-wak» bij de kikkertjes
lagen ze helemaal in een deuk) (voor degenen die dit liedje niet kennen: het
komt neer op een geweldige kikkerimitatie in het refrein, maar dat was vast al
duidelijk )
Nou en toen was het resterende half uurtje dus zo om en zag
ik dat de papas en mamas al allemaal bij de poort stonden te wachten. Snel
allemaal jassen aan, tassen pakken, netjes twee aan twee in een rij bij de
deur Wat een brave kindertjes ineens
Missie voor deze week dus uiteindelijk nog redelijk
geslaagd. Wat zal ik volgende week gaan doen? Ik heb hier ook nog een sax staan
he ;-)
07-04-2006
Grote buitenlandse reis ;-)
Al voordat ik naar België ging, wist ik dat ik waarschijnlijk een keertje terug
naar Nederland zou moeten komen om in Nijmegen een paar tentamentjes te maken
(ja ook daar gaan de colleges gewoon door he, of je nu daarbij aanwezig kunt
zijn of niet). Afgelopen week was het dan zo ver, maar ja zon buitenlandse
vakantie is geestelijk gezien natuurlijk niet niks (wahaaa cultuurshock,
hellup). Karlijn heeft echter de ideale manier gevonden om de overgang
België-Nederland op een geleidelijke manier te laten plaatsvinden: ga met de
trein!
Ten eerste is het dan niet mogelijk dat het een shock is, want zo snel gaan de
Belgische spoorwegen niet. In tegenstelling tot het Nederlandse systeem,
waarbij alles zo super strak gepland is dat de minste vertraging meteen alles
in de war stuurt, staan de Belgische treinen op elk station rustig een paar
minuten stil. Conducteur kan ff eruit om een sjekske te draaien, mensen kunnen
op hun gemak in- en uitstappen, en als je in de trein zit kun je dus ook op je
gemak een beetje rondgapen (niet dat er nou overal zo veel te zien is, want ja
af en toe stopt de trein ook in the middle of nowhere dat je denkt van is hier
de laatste vijftig jaar nog iemand in- of uitgestapt, maar goed blijkbaar is er
dan toch iets wat op een stationnetje lijkt).
Verder verandert ook het landschap heel geleidelijk. Naarmate je meer
noordelijk komt, wordt het sowieso steeds platter, maar ook steeds strakker en
netter. Steeds minder zooi in de achtertuintjes, steeds minder self made
aanbouwsels, en steeds meer huizen met dezelfde stenen en dakpannen als de
buren. Steeds saaier ook wel, misschien.
Ook wat betreft de taal hoef je niet bang te zijn voor een cultuurshock. In het
begin roepen de conducteurs de stations alleen nog in het Frans om (Mons,
Soignies, Jurbise) om te zorgen dat je niet meteen afkickverschijnselen krijgt.
Vervolgens beginnen ze vanaf Forest voorzichtig ook de Nederlandse naam te
vermelden (Forest-Vorst, Bruxelles Midi-Brussel Zuid, Bruxelles
Chapelle-Brussel Kapellekerke) zodat je een beetje kunt wennen, eerst nog met
de Franse naam voorop, maar later met de Nederlandse naam voorop
(Mechelen-Malines) en tenslotte wordt alleen nog de Nederlandse naam vermeld
(Lier, Herentals).
Nou en op deze manier heb ik dus mijn verblijf in Nederland
op een relaxte manier kunnen beginnen. Heb daarna wat tentamentjes gemaakt in
Nijmegen, ben naar de tandarts geweest (want te veel werk om dat in België te
regelen). En heb natuurlijk die dingen gedaan die ik al meer dan twee maanden
niet meer gedaan had: met Nard op de bank liggen, fietsen (enne ik kon het
nog), televisie kijken (ja want die heb ik geen in Mons) en natuurlijk op de
koffie gaan op Hoogcasteren.
Maar nu zit mn grote buitenlandse reis er dan toch weer op. Dadelijk ga ik me
met de trein weer rustig laten afzakken naar het Belgische land, om me dan
geleidelijk weer onder te dompelen in het Franstalige Waalse leven
27-03-2006
Halfvastenfeesten
Toen er een aantal weken geleden in zuidelijk Nederland flink gehost werd, zat ik hier maar
een beetje alleen op mn kamertje (zielig he). Want ja carnaval, dat kennen ze
hier niet. Tijd dus om dat eens even een beetje in te halen: Halfvasten!
Aangezien
ik wel eens wilde zien hoe er in Wallonië carnaval (nou ja halfvasten dan, maar
dat noemen ze hier ook carnaval, zeer logisch) gevierd werd, toog ik
dan ook op zondagmorgen naar La Louvière, een stadje hier in de buurt, om de
optocht te gaan bekijken.
Bij aankomst op het station hoorde ik ver weg al wat muziek, dus liep ik maar
in die richting, de stoet tegemoet. Het viel me op dat veel lichtreclames en
uithangborden etc. afgetimmerd waren met kippengaas of gewoon helemaal eraf
gehaald waren, en ik vroeg me af waarom dat precies zou zijn. Ik had weleens
gehoord dat er in België bij dergelijke optochten met snoepjes werd gegooid,
maar goed, het zal wel.
Vijf minuten later had ik in de gaten waarom het toch
wel handig was dat ze die lichtreclames eraf hadden gehaald. Er werd namelijk
met sinaasappels gegooid. Ja met sinaasappels (appelsienen voor de
Vlamingen onder u). In de optocht liepen telkens groepen van ongeveer 20 mannen
(ook jongetjes) in klederdracht (zie foto) die allemaal een mandje hadden met
sinaasappels. Als er dan mensen in het publiek hun handen omhoog hielden ten
teken dat ze een sinaasappel wilden, dan gooiden die klederdrachtmannen er een
naartoe. En die klederdrachtmannen wilden allemaal natuurlijk zoveel mogelijk
sinaasappels gooien, dus als er één iemand in het publiek zn hand omhoog stak dan zag je meteen vijf van die klederdrachtmannen kijken van jaaaaaaa, dies
voor mij!!!. Ik kwam echter al snel tot de conclusie dat helaas niet iedereen
even goed kan vangen en niet iedereen even goed kan mikken. Oftewel: als je
ergens staat en je ziet rondom je allemaal handen in de lucht gaan: maak dat je
wegkomt of probeer zelf ook om mee te vangen, want anders ben je gewoon de
sjaak. Nou en deze groepen klederdrachtmannen werden dan afgewisseld met mannen
met pluimen op hun hoofd (het hoe en waarom daarvan is me nog steeds niet echt
duidelijk) (zie foto) die af een toe een soort van dansje deden, en met een
aantal muziekgroepen. Nou en dit bonte gezelschap maakte dan een hele ronde
door het stadje, overal waar ze geweest waren een spoor van geplette
sinaasappels achterlatend
Na dit hele gebeuren dus een tijdje aangekeken te hebben en nog best leuk
gepraat te hebben met een aantal mensen (-> als je in je eentje ergens
naartoe gaat kom je echt zo veel sneller in contact met andere mensen, je moet
natuurlijk zelf wel een beetje iniatief tonen, maar al met al heb ik er alleen
maar positieve ervaringen mee en ik heb dan ook helemaal geen schrik (meer) om
ergens alleen naartoe te gaan hier!), ben ik maar weer met de trein terug
gegaan en heb ik thuis zeer trots mijn buit van de dag (3 gevangen
sinaasappels) opgepeuzeld!
22-03-2006
Relluhhh!! â update
Ondertussen heb ik me gisteravond door één van mn ganggenootjes bij laten
praten over het hoe en waarom van de manifestatie van vorige week. De precieze
details zal ik jullie besparen, maar de moraal van het verhaal was eigenlijk
dat wij nu solidair zijn met de betrokkenen van deze regeringsmaatregelen om
ervoor te zorgen dat die op hun beurt over een maand met onze manifestatie
meedoen. Aha.
Onze is in dat geval de studenten van de Vertaalschool. De Belgische
regering wil namelijk een wet invoeren waarin een buitenlands verblijf een
verplicht onderdeel van de talenstudies wordt. Op zich een goed idee (wie zou
ik zijn om dat te ontkennen?), het enige probleempje is dat ze er ff niet aan
gedacht hebben dat zon verblijf nou niet helemaal voor niks is. Via de
Europese Unie komt er wel wat geld binnen (daar heb ik ook mijn
Socrates-Erasmusbeurs van), maar goed dat bedrag blijft
hetzelfde terwijl het aantal studenten dat een beurs aanvraagt verdubbelt. Zo
wordt het dus een redelijk kostbare aangelegenheid om naar het buitenland te
gaan, maar aangezien het verplicht is, zou een talenstudie dus in zn geheel
kostbaarder en daarmee elitairder worden (zie pamfletten). Nou en daar gaan ze
dus over een maand voor protesteren. En om dan wat meer aanhang te hebben, gaan
ze nu alvast met die anderen mee manifesteren zodat die dan wel min of meer
verplicht zijn om over een maand ook te komen
Kortom: het zal allemaal wel, en
ik was het alweer bijna vergeten vanmorgen, maar blijkbaar zijn ze hier toch
iets fanatieker dan ik dacht Vandaag was er namelijk in Brussel een vervolg op
de manifestatie van vorige week in Mons, en om te zorgen dat iedereen toch
vooral meeging naar Brussel stonden ze bij de poorten van de universiteit
iedereen op te wachten met megafonen. Niemand mocht er door, ook docenten niet.
Ook de universiteit zelf was bezet: er hingen grote spandoeken en de deuren
waren geblokkeerd. Iedereen die maar een beetje in de buurt kwam kreeg te horen
dat er vandaag geen college was en dat hij/zij absoluut mee naar Brussel moest
gaan.
Saaie Nederlander als ik ben, ben ik toch maar weer terug naar huis gegaan,
want zo overtuigd was ik nou ook weer niet van de motieven van deze
manifestatie. Lekker dagje vrij dus, maar misschien over een maandje...
19-03-2006
Relluhhh!!
Balen zeg. Al mn
collega-Bedrijfscommunicatie-studenten zijn nu natuurlijk lekker aan het rellen
in Frankrijk, maar nee Karlijn moest weer zo nodig naar België. En in België
hebben ze geen protest tegen het CPE (wat op zich niet zo heel onlogisch is
als het over maatregelen gaat die Frankrijk betreffen)
Voor de mensen
die het niet zo gevolgd hebben (ik heb geen idee in hoeverre er in de
Nederlandse media aandacht aan geschonken wordt?): de Franse regering besloot
een paar weken geleden om in het kader van de bestrijding van de
jeugdwerkloosheid een nieuwe wet aan te nemen: le Contrat Premier Embauche,
CPE. Deze wet maakt het voor werkgevers mogelijk om jonge werknemers (tot 26
jaar) zonder opgaaf van reden te ontslaan in de eerste twee jaar dat ze bij die
werkgever werken. Op die manier zou de drempel om jonge werknemers aan te nemen
lager moeten worden. Maar ja als je die jonge werknemer bent dan kunnen ze je
dus ook op ieder moment in die eerste twee jaar weer buiten schuppen.
Nou en daar waren de Franse studenten dus niet zo blij mee.
En daarom besloten enkele Parijse fanatiekelingen dat ze de Sorbonne wel eens
konden gaan bezetten. En aangezien de Franse regering dat toch een iets minder
strak plan vond, rauste de ME vervolgens over de St. Germain en de St. Michel
(boulevards in hartje Parijs vlakbij de Sorbonne) om de studenten met
wapenstokken en traangasbommen weer uit de Sorbonne te verwijderen (waarbij die
studenten om zich te verdedigen weer allerlei stoelen en tafels en
brandblussers door het raam naar buiten mikten).
Maar goed, deze bezetting was dan wel beëindigd, maar toen
had de rest van Frankrijk natuurlijk ook gezien hoe je zoiets aanpakt, en waren
er afgelopen week 34 van de 86 universiteiten het doelwit van acties. En
zaterdag gingen er in Parijs ook nog eens meer dan een miljoen mensen de straat
op om te protesteren, waarbij er ook flink wat gereld werd.
En het is dus niet zo dat ik dat geweld nou allemaal wil
aanmoedigen, maar het lijkt me toch wel een hele ervaring om dat allemaal mee
te maken als je daar als uitwisselingsstudent bent
Toen ik afgelopen week op
het prikbord in de Vertaalschool dan ook een aankondiging zag hangen voor een
manifestatie, kwam mijn ware relschoppers-aard natuurlijk meteen bovendrijven
(Rellen? Waar? Ik kom eraan!!). Ik besloot om eens een kijkje te gaan nemen bij
de studentenbijeenkomst waar het wat en waarom van de manifestatie uitgelegd
zou worden (want waarvoor het nou eigenlijk was dat had ik nog niet ontdekt).
Bovendien: als je in één van de meest gesyndicaliseerde landen ter wereld
woont, dan moet je toch een keer een vakbondsbijeenkomst ook al is het dan van
studenten- bijgewoond hebben, om het meegemaakt te hebben (in Nederland is dat
volgens mij ook echt veel minder, ik heb het daarnaast in Nijmegen ook nog
nooit meegemaakt, of het moet zijn dat ik me gewoon structureel in de verkeerde
kringen begeef ) Nou maar die bijeenkomst zou zo ongeveer recht uit de film
Daens geplukt kunnen zijn: een paar leiders die met klare taal de noodzaak tot
manifesteren duidelijk maken, en een meute studenten er steeds meer van
overtuigd raken dat manifesteren toch echt de enige oplossing is om de plannen
van de regering tegen te houden. (plannen die ik nog steeds niet helemaal snap,
maar het heeft iets te maken met het feit dat studenten die niet in België
wonen straks ook niet meer in België mogen studeren en dat betreft vooral
Franse, Nederlandse en Duitse studenten van net over de grens. Oftewel de
Belgen gaan uit solidariteit protesteren, en natuurlijk ook omdat ze anders
zelf niet meer zo snel welkom zullen zijn in die landen.) Conclusie van de
bijeenkomst was dat er dinsdag gedemonstreerd zou gaan worden, oftewel Vooruit
makkers, samen voor solidariteit, morgen om 14H op het station van Mons.
Deelnemen aan de manifestatie zelf ging me toch iets te ver (en daarvoor wist
ik er ook te weinig van), maar als echte ramptoerist ben ik toch wel eventjes
aan het einde van de demonstratie op de Grote Markt gaan kijken.
En zo had ik
dan toch nog lekker mn eigen kleine Belgische demonstratie-tje met het
bijbehorende middagje vrij. En hoor ik er toch een beetje bij. ;-)
11-03-2006
Karlijn en het project «Internet op de kamer van Karlijn»
Wat was ik blij toen ik tussen de vele formulieren van de huisvestingsdienst
ook een aanvraagformulier voor Internet op mn kamer aantrof. Fanatiek begon ik
met het opzoeken van de gevraagde gegevens en met het invullen van het
formulier, want hoe sneller ik het weer inleverde, hoe sneller ik Internet op
mn kamer zou hebben. Dacht ik.
Het begin was nog niet zo verkeerd: donderdag formulier ingeleverd, vrijdag al
bevestiging van de huisvestingsdienst bij de post, met bijgevoegde
netwerkkabel. Vol goede moed plugde ik dus de kabel in mn computer in, maar
toen ik m ook in het kastje dat tegen de muur zit in wilde pluggen, kon ik mn
kabel zo ongeveer dwars door het kastje heen duwen, er zat niks om de kabel in
te klikken. Dus maar even aan mn buurvrouw gevraagd of zij misschien wist
hoe het werkte, die haalde er op haart beurt nog drie andere ganggenoten bij,
maar allemaal kwamen ze tot de conclusie dat het toch echt niet lukte om de
kabel in te pluggen. Ik moest maar eens naar de huisvestingsdienst bellen. De
mevrouw van de huisvestingsdienst vertelde mij dat ik daarvoor toch echt de
technische dienst moest hebben, want dat zij daar niet over gingen. En hoe kan
ik daar dan een afspraak mee maken? Nou, daarvoor moet je even een formulier
van Internet downloaden. Juist ja, maar dat was dus precies mijn probleem he,
weet u nog, ik had geen Internet. Oja. Nou dan kom je hier op ons kantoor maar
even zon formulier halen, en dan gooi je het bij hun in de bus. Zo gezegd zo
gedaan, en een half uurtje later had ik een formulier om aan te geven dat mijn
prise pour me connecter à lInternet niet werkte.
De woensdag erop kreeg ik een briefje terug van de technische dienst dat ik dan
maar even met mn kabel naar hun kantoor moest komen, dan kreeg ik een nieuwe
kabel. Huh? Maar het is niet mn kabel die niet werkt, het is het kastje aan de
muur. Donderdag toch maar even naar hun kantoor gegaan om te vragen hoe het
precies zat, blijkt dat het blokje dat aan het eind van je kabel zit ook een
prise heet Foutje in de communicatie dus, maar goed uiteindelijk wist ik de
meneer toch duidelijk te maken dat het het kastje aan de muur was dat kapot
was. Tja daar moest toch wel even iemand voor langskomen, hij zou duidelijk
aangeven op het formulier dat het over het kastje ging en dan zou er vanzelf
iemand langskomen. Maar wat als ik dan niet op mn kamer ben? (jajaaaaa deze
keer was ik ze een stap voor, ik wist nl. dat je daarvoor ook een formulier had
waarmee je de technische dienst toestemming kon geven om op je kamer te komen
als je er zelf niet was). Kortom: zon formulier ondertekend, want ja anders
zul je natuurlijk zien dat ze komen als ik er niet ben en dat ze dan pas weer
na drie weken terugkomen.
Een week later was er nog steeds niemand geweest, maar ik was toch wel benieuwd
of mn Internet al werkte, want ik had van mn ganggenoten gehoord dat het een
dag of tien duurde voor je account geactiveerd was, en die tien dagen waren
onderhand wel om. Tevens had ik met al mijn technische verstand ondertussen
beredeneerd dat er toch ergens een kabel uit de muur moest komen waar mn
netwerkkabel ingeklikt moest worden, en dat dat kastje er waarschijnlijk alleen
maar voor de sier zat. Ik besloot dus om in het weekend (ik was ondertussen
twee weken hier) dat kastje maar eens even te demonteren (nou ja, eigenlijk
gewoon om de schroefjes eruit te draaien en zo het kastje van de muur te kunnen
halen, maar goed), en toen ontdekte ik inderdaad dat de kabel gewoon ergens
achterin het kastje hing te bungelen. Vol goede moed klikte ik mijn
netwerkkabel erin, maar helaas, het werkte nog niet. Als ik het zo nou elke dag
probeerde, dan zou ik vanzelf merken wanneer mn account geactiveerd was.
Maar dit technische gedoe leverde wel een nieuw dilemma op, want wat moest ik
nou met het losgeschroefde plastic kastje? Als ik het zo ernaast zou laten
liggen om elke dag even te kunnen proberen, dan zou de man van de technische
dienst zich ook maar afvragen hoe dat kastje daar kwam en zou hij ook maar
denken van wat een muts, kan ze nog niet eens zelf even dat kastje
terugschroeven. Maar als ik het zelf zou repareren (wat mijn technische
kwaliteiten op zich niet te boven ging, want het was gewoon de kabel in het
kastje klikken, mijn netwerkkabel daar weer in klikken en dan het kastje
terugschroeven), dan zou de technische meneer voor niks komen en dan zou ie
weten dat ik er zelf aan had zitten prutsen, en daar waren ze niet zo blij mee
volgens mijn ganggenoten (wat op zich ook wel terecht is). Kortom: braaf als ik
ben, besloot ik voor de ik-ben-blond-dus-ik-weet-van-niks-strategie te gaan:
elke dag even proberen, maar daarna de kabel weer terug in het kastje frommelen
zodat het net echt kapot is en de schroefjes terug vastdraaien.
Gedurende een week probeerde ik het dus elke dag even zo, en toen de technische
meneer de maandag erop (ik was drie weken hier) aankwam en concludeerde dat het
heel simpel te repareren was: kijk maar je klikt gewoon dit ding hierin en dan
dat weer daarin, keek ik hem maar heel verbaasd van: Ojaaa? Nou fijn dat u
toch gekomen bent, bedankt he.
Maar het verbinding maken lukte nog steeds niet, dus toch nog maar een
telefoontje gepleegd om te vragen of mn account nu al geactiveerd was. Ja maar
daarvoor moet je niet bij ons zijn, wij zijn van de technische dienst, en de
accounts worden geregeld door de informatica-dienst. Ok. Op naar de
informatica-dienst dan he.
Deze dienst bleek te zetelen in het grootste gebouw van de universiteit, waar
ik bij afwezigheid van de portier maar de eerste de beste student die
voorbijkwam aanklampte om te vragen waar de service informatique was. Nou
ehm, geen idee, maar op de eerste verdieping staat wel ergens zon plattegrond,
dus kijk daar maar eens op. Bij de plattegrond
kwam ik godzijdank Leila (een
meisje uit de klas) tegen die zei dat ze wel even meeliep. Op de
informatica-afdeling zelf werden we nog door twee mensen doorgestuurd, maar
toen zat ik toch bij het goede kantoor. Nadat ik zo goed mogelijk uit had
gelegd wat mn probleem was, dacht de meneer me daar af te schepen door te
zeggen dat ik even wat instellingen van mn computer moest controleren met een
instellingenformulier (wat ik al had, en wat ik thuis dus al tien keer gedaan
had om zeker te zijn dat alles goed was), en dat ik dan maar weer eens terug
moest komen. Maar gelukkig was ik ze weer een stap voor: in mijn rugzak had ik
mn computer met alles erop en eraan meegenomen. Hij kon dan ook niet weigeren
om samen met mij even alles te controleren, en toen kwam de grote ontknoping waar ik
inmiddels al vier weken op wachtte : Bij het invullen van het aanvraagformulier
had ik alle 8-en op zn Nederlands geschreven (zie foto), en bij het invoeren
van mijn gegevens had hij ze voor 0-en aangezien (0-en met een streepje erdoor dan
toch wel) Hij veranderde het meteen, en als ik het nu zou proberen, dan zou
het toch moeten werken. Met een big smile en al belovend dat ik thuis meteen
zou gaan oefenen met het tekenen van Belgische 8-en rende ik dus het kantoor
weer uit, en toen ik thuis mn kabeltje inplugde werkte het ook
meteen .Eindelijk!
De moraal van dit verhaal? Die is tweeledig: als je naar het
buitenland gaat, bereid je er dan ten eerste op voor dat sommige dingen nét wat
langer kunnen duren dan in Nederland (vandaar ook dat dit nogal een lang
verhaal is geworden ;-) ) En ten tweede, zorg dat je je niet alleen taalkundig,
maar ook cijfermatig aan je gastland aanpast
09-03-2006
Het buitenlandgevoel
Had
ik in de eerste dagen dat ik hier was nog echt een vakantiegevoel (ik
sjouwde als een echte backpacker ook nog de hele dag met mn luchtbed
en slaapzak onder de arm rond omdat ik nog geen kamer had), ondertussen
is dat wel wat getemperd...(tja ik ben hier tenslotte ook om te
studeren). Maar wat blijft, is een zeker «buitenlandgevoel». Als ik
hier rondloop, boodschappen doe, naar school ga merk ik aan bepaalde
dingen dat ik echt «in het buitenland» ben. Of juist niet.
Nou
als je hier de kraan opendraait, dan merk je in ieder geval wel dat je
in het buitenland bent. Want het water is, kortgezegd, bah. Nou snap ik
ook waarom iedereen hier water uit flessen drinkt, want het kraanwater
is gewoonweg niet te drinken (ja je probeert het als eigenwijze
Hollander de eerste keer toch, maar daar kom je dus gauw van terug). Om
thee te zetten gebruik ik het wel gewoon, maar er zit ook nog eens
zoveel kalk in dat een goede filter geen overbodige luxe is want anders
heb je thee met brokjes (bleh). Ook in de supermarkt merk je
natuurlijk dat je niet in Nederland bent: ze hebben andere dingen, en
de supermarkten zelf zijn ook wel anders eigenlijk, of het zijn van die
kleine winkeltjes waar ze bijna niks hebben, of het zijn van die
e-nor-me Carrefourgebouwen waar ze echt álles hebben, en ook echt 45
kassas ofzo (waar het dus ook drie weken duurt voor je onderhand weet
waar alles staat, maar goed). Dan op zich ook nog wel een relevant
verschil: ze praten hier Frans! Ja duh Nee maar ik had vantevoren nog
een beetje de vrees dat er hier ook nog wel wat Nederlands tussendoor
zou schieten, je bent tenslotte in België, maar die vrees blijkt dus
echt ongegrond. Ook wat betreft eventuele Belgische invloeden hoef ik
me geen zorgen te maken: op school leren ze je Frans-Frans, dus als ik
al een beetje Waals-Frans
zou leren (bv. nonante voor quatre-vingt-dix 90) dan wordt dat er daar weer meteen uitgeramd. Verder
heb ik het idee dat het er hier in het verkeer ook veel zuiderlijker
aan toe gaat, laat ik het zo zeggen: de automobilisten lijken hier veel
sneller aangebrand en
bijgevolg toeteren ze duidelijk veel meer! Ik woon dicht bij een nogal
onlogisch kruispunt, dus je hebt altijd wel een paar automobilisten die
het niet helemaal meteen snappen en niet goed genoeg doorrijden naar de
zin van anderen, waarop die anderen dan beginnen te toeteren zodat heel
de straat maar weet dat die imbécile daar niet doorrijdt . Irrelevant
detail verder nog: de ziekenwagens maken een ander geluid hier (ja Nard
hier komt weer één van mijn weergaloze imitaties): niet ta-tu-ta-tu,
maar meer wiewwiewwiew (maar daardoor merk je wel dat je in het
buitenland bent!!)
Waaraan je NIET merkt dat je in het
buitenland bent, dat is het feit dat ze hier ook gewoon een Hema, een
Blokker, een C&A en een Kruidvat hebben. Weg buitenlandgevoel. Daarnaast
was het voor mij ook wel een lichte teleurstelling om te constateren
dat de nummerborden van de autos hier ook gewoon rood-wit zijn
(terwijl je als je die wilt zien ook gewoon op zaterdagmorgen naar de
parking van de Edah in Reusel kunt gaan ) Tenslotte nog iets dat
ook niet anders is dan in Nederland, maar dat tegelijkertijd ook wel
heel leuk is: als ik het even niet meer weet, kan ik gewoon 1307
bellen! (voor de insiders ;-) )
Le sentiment dêtre à létranger
Dans
les premiers jours que jétais ici, javais vraiment le sentiment
dêtre en vacances (cest que javais encore mon matelas gonflable et
mon sac à coucher à garder avec moi pendant toute la journée parce que
je navais pas de chambre). Maintenant, ce sentiment de vacances sest
affaibli (ben je suis venu pour faire des études), mais il me reste
quand-même un certain sentiment «dêtre à létranger». Si je me promène
ici, si je fais des courses, si je vais à luniversité, certaines
choses me disent que je suis vraiment «à létranger». Ou pas du tout.
Ben,
si on ouvre le robinet ici, on se rend immédiatement compte que lon
est à létranger. Car leau, cest vraiment dégeulasse. Maintenant je
comprends pourquoi tout le monde achète des bouteilles deau dans le
supermarché, cest que leau du robinet est vraiment imbuvable (ben
tout Hollandais présomptueux va quand même lessayer la première fois,
mais il y reviendra déjà très vite). Toutefois je lutilise pour
préparer du thé, mais leau est tellement riche en calcaire quon est
obligé dutiliser un bon filtre parce quautrement on a du thé avec des
croquettes (bleh). Un autre lieu où on se rend compte que lon est
à létranger, cest dans les supermarchés. Lassortiment nest pas tout
à fait identique à celui aux Pays-Bas, et les supermarchés eux-mêmes
diffèrent aussi: soit ce sont de petits magasins dalimentation où on
vend presque rien, soit ce sont dénormes hypermarchés Carrefour où on
vend tout, vraiment tout, et où on a par conséquent 45 caisses ou plus
(et où on ne sait après trois semaines toujours pas où se trouvent les
choses dont on a besoin, mais bon). Une autre différence assez
pertinent: on parle le français ici! Ah bon? Cest bizarre ou quoi?
Ben, avant mon départ javais une certaine peur quon parlait aussi un
peu de néerlandais ici, on se trouve quand même en Belgique, mais
cétait une peur irraissonnée. Egalement quant aux influences belges
éventuelles, il ny a pas raison de minquiéter: à luniversité on
enseigne le français-français, donc si japprenais déjà un peu de
français-wallon (par exemple nonante pour quatre-vingt-dix), on va l
anéantir immédiatement là-bas. Ensuite, jai lidée que le trafic
est aussi beaucoup plus méditerranéen ici, ben je veux dire: les
automobilistes se fâchent pour un rien, et par conséquent ils
klaxonnent beaucoup plus! Jhabite tout près dun carrefour assez
illogique, donc il y a toujours des automobilistes qui ne comprennent
pas tout de suite quoi faire et ils ne foncent pas assez selon
dautres, et ces autres commencent immédiatement à klaxonner pour que
toute la rue sache que cet imbécile-là ne fonce pas du tout Encore un
détail impertinent: les ambulances ne font pas le même bruit quaux
Pays-Bas (oui Nard voici encore une de mes imitations inégalables): ils
ne font pas ta-tu-ta-tu mais plutôt ouiiiouiiiouiiiouiii (mais de cette
façon on se rend bien compte que lon se trouve à létranger!)
Les
choses qui ne montrent PAS DU TOUT que lon est à létranger, cest le
fait quils aient ici un Hema, un Blokker, un C&A et un Kruidvat.
Idée de létranger immédiatement partie. Ensuite, c'était aussi une
vraie déception de constater que les plaques dimmatriculation des
voitures dici sont simplement rouge-blanc (si on veut voir de telles
plaques, on peut juste aller au parking de lEdah à Reusel le samedi
matin )Pour finir encore une chose qui est la même quaux Pays-Bas,
mais qui est à la fois très drôle: si je suis un peu perdue ici, je
peux simplement appeler 1307! (pour les initiés ;-) ) (voir photo)<!--[if !supportEmptyParas]--> <!--[endif]-->
16-02-2006
Cursus huisje bouwen in België
Natuurlijk was de onovertroffen Belgische bouwkunst mij eerder ook al wel opgevallen, maar nu ik de laatste dagen heel wat in de Belgische trein heb doorgebracht en de tijd heb gehad om eens wat rond te kijken, heb ik geconcludeerd dat de Belgische ruimtelijke ordening toch wel degelijk afwijkt van die in Nederland. Voor iedereen die niet weet waar ik het nu over heb: een cursus huisje bouwen in België in 6 stappen.
Stap 1: Kies de bakstenen en dakpannen die je gaat gebruiken. Vooral voor huizen die direct tegen de buren aangebouwd worden is deze stap zeer belangrijk: kies namelijk vooral niet dezelfde kleur bakstenen en dakpannen als de buren. Stap 2: Stel ongeveer de afmetingen van je huis vast (hulp van architect niet per se noodzakelijk). Ook deze stap is weer belangrijk voor huizen die direct tegen de buren aangebouwd worden: zorg dat je huis niet precies even hoog is als dat van de buren, maar bouw bij voorkeur een stukje hoger of lager (zie foto 1). Stap 3: Hoogstwaarschijnlijk kom je er na een poosje achter dat je eigenlijk toch niet genoeg plek hebt in je huis. Dit is geen enkel probleem. Je bouwt gewoon een stukje achter aan je huis. Stap 4: Hoogstwaarschijnlijk kom je er nog een poosje later achter dat je met de uitbreiding toch niet het gewenste ruimte-effect hebt bereikt. Ook dit is geen enkel probleem. Je bouwt gewoon nog een stukje aan het stukje dat je er al eerder aangezet had.
Stap 5: Deze stap betreft een (doorlopende) herhaling van stap 4, zolang de grootte van je perceel het toelaat kun je natuurlijk hokje aan hokje aan hokje blijven bouwen. Merk op dat het in dit stadium van het bouwproces niet noodzakelijk is om bakstenen te blijven gebruiken: ook golfplaten, spaanplaat en wat er zoal meer voorhanden is kunnen dienst doen als bouwmateriaal (zie foto 2). Stap 6: Voor de echte klusser is het natuurlijk mogelijk om dit gehele procédé achter in de tuin te herhalen: je begint met een schuurtje en je bouwt er vervolgens een kippenkooi, een hondenhok, een duivenkot aan
Oja, en tenslotte nog: als je dan ooit weer besluit om je zorgvuldig tussen twee buren ingebouwde huisje weer af te gaan breken: zorg voor goede stutten, dan vindt de buurman het vast niet erg (zie foto 3)
La construction à la belge
Cest pas que la construction à la belge ne ma pas frappé avant, mais après avoir voyagé en train à travers le paysage belge pendant quelques jours et ayant eu la possibilité de regarder un peu autour de moi, jai bien conclu que laménagement du territoire belge diffère certainement de celui aux Pays-Bas. Pour les personnes qui ne savent pas dont je parle: un petit cours de construction à la belge.
Phase 1: Choississez les briques et les tuiles que vous allez utiliser. Cette phase a surtout dimportance pour les maisons qui seront construites directement contre celles des voisins: cest quil ne faut surtout pas choisir des briques et des tuiles dans les mêmes couleurs que les voisins. Phase 2: Déterminez plus ou moins les dimensions de votre maison (cest pas strictement nécessaire de consulter un architecte pour cela). Cette phase a aussi surtout dimportance pour les maisons qui seront construites directement contre celles des voisins: assurez-vous que votre toit dépassera de 10-20 centimètres celui du voisin (voir photo 1) Phase 3: Il est très problable que vous vous apercevez après un petit bout de temps que votre maison ne vous offre pas lespace voulu. Ceci nest pas un problème du tout. Vous construisez simplement un petit annexe à côté. Phase 4: Il est très probable quaprès encore un petit bout de temps, vous concluez que cet annexe ne donne toujours pas
assez despace. Ceci nest pas non plus un problème. Vous construisez simplement un petit annexe à côté du petit annexe que vous aviez déjà construit. Phase 5: Cette phase comprend la répétition (continue) de la phase 4, vous pouvez construire des annexes à des annexes à des annexes aussi longtemps que la taille de votre terrain le permet. Remarquez que dans ce stade de la construction, il nest plus obligatoire dutiliser des briques: des tôles ondulées, des agglomérés et tout ce quil y a de disponible peuvent servir de matériel de construction (voir photo 2). Phase 6: Pour le vrai bricoleur il est bien sûr possible de répéter tout ce procédé au fond du jardin: vous commencez avec une petite remise et vous y ajoutez un poulailler, un chenil et un kot à pigéons Ah oui, et pour finir: si jamais vous décidez de démonter votre maison qui a été construite avec tellement de soin entre les deux voisins: assurez-vous que vous avez bien étayé lensemble, votre voisin ne va pas être trop fâché (voir photo 3).
12-02-2006
Zoenuh, zoenuh, zoenuh!!
Deed ik
het eerst alleen en vooral met Nard, nu doe ik het zo ongeveer met
iedereen en overal : zoenen! ;-) Nou ja, zoenen kun je het eigenlijk
niet echt noemen, het is meer mijn-wang-komt-tegen-jouw-wang-en- eventueel-maken-we-in-de-lucht-nog-een-smakkend-geluid,
maar desalniettemin is dit hele begroetingsritueel toch nog een hele
kunst voor een nuchtere Nederlander
Want
de edele kunst van het zoenen behelst heel wat meer dan gewoon even je
wang tegen die van iemand anders houden en tegelijkertijd iets mompelen
van salut, ça va?. Nee, het zijn tegelijkertijd ook dilemmas waar je
elke dag weer voor komt te staan, zeker als je nieuw bent.
Met wie?
Als je voor de eerste keer ergens komt, is het elke keer weer eventjes
moeilijk om in te schatten: ga je ze meteen een kus geven, of komt dat
pas de tweede keer of nog later? Want als je het niet doet terwijl ze
het wel verwachten, dan ben je onbeleefd, maar als je het wel doet
terwijl zij eigenlijk vinden dat je ze nog niet goed genoeg kent, dan
is het weer opdringerig. Dus kijk ik meestal maar een beetje de kat uit
de boom, en wacht ik tot iemand zich dermate dicht naar mij toe buigt
dat het ongeveer geen andere reden meer kan hebben dan kussen, en buig
ik mij ook maar in zijn/haar richting.
Hoe vaak?
Ook dit is vaak moeilijk in te schatten, omdat het afhangt van de regio
waar iemand vandaan komt. Ik ben er ondertussen achter dat het hier in
Mons meestal maar één keer is (=gunstig bij mensen die je niet zo leuk
vindt, ongunstig natuurlijk in het geval van knappe jongens), maar goed
je hebt natuurlijk ook te maken met mensen uit andere regios. En dan
doen ze het ook nog niet eens elke keer hetzelfde! Een meisje op de
gang is Française, en zij geeft normaal 4 kussen, maar ja als ze dat
dan een keer niet doet dan heb je natuurlijk een probleem... Dus dan
maak je maar gauw een schijnbeweging met je hand naar je oor zo van: oh
nee ik wou jou helemaal niet nóg een kusje geven hoor, ben je gek, ik
ben alleen maar even voorovergebogen mn haar achter mn oor aan het
doen. Ofzoiets.
Maar
ondanks deze beginnersprobleempjes doe ik het nog niet zo slecht, aldus
de meisjes op mijn gang. Laatst zaten we in de keuken te kletsen en
vertelden ze over een uitwisselingsstudent die hen een kus had gegeven
MET Z'N LIPPEN! Jahaaaa met z'n lippen. Getverdemme, wat een viezerik,
wat dacht ie wel niet?!! Wat bleek? Het was een Nederlander...Tja...ik
had het kunnen weten...
Donner des bisous!
Avant,
je le faisais seulement et surtout avec Nard, mais maintenant je le
fais avec tout le monde et partout donner des bisous! ;-) Ben, ce nest
presque pas un bisou, cest plutôt ma-joue-touche-la- tienne-et-éventuellement-nous-faisons-un-peu-de-bruit-dans-lair,
mais néanmoins cette façon de dire bonjour est un vrai art pour les
néerlandais pondérés
Cest
que lart noble de la bise comprend beaucoup plus que toucher la joue
de quelquun dautre avec la tienne et marmotter à la fois quelque
chose comme salut, ça va?. Il te pose chaque jour devant des
dilemmes, surtout si tu es nouveau.
Avec qui?
Si on entre quelque part pour la première fois, il faut immédiatement
évaluer la situation et prendre une décision importante: vais-je donner
des bisous à tout le monde déjà maintenant, ou vais-je attendre la
deuxième fois ou plus? Car si tu ne le fais pas tandis quon lattend,
tu seras impoli. Mais si tu le fais tandis que lautre pense que tu te
trouves pas encore parmi ses connaissances bisou-ables, tu seras
considéré comme envahissant ou collant. Alors moi, je regarde de quel
côté vient le vent et jattends jusquau moment où quelquun se penche
tellement proche de moi que cela ne peut presque pas avoir une autre
raison quune bisou, et je me penche aussi vers lui ou elle.
Combien de fois?
Ceci est aussi difficile à dire, parce que ça dépend de la région
dorigine de lautre. Jai découvert quici à Mons, cest une seule
fois (=bien si on naime pas trop lautre personne, pas bien si cest
un garçon joli), mais bon, on rencontre aussi des gens dautres régions
bien sûr. Et ils ne font pas tout le temps la même chose! Une fille de
mon bloc est française, et elle donne normalement 4 bisous, mais si
elle veut avoir une peu de variation dans sa vie et elle ne le fait pas
comme ça, on a un problème Donc dans ce cas-là, on feinte juste un peu
avec sa main comme dans: ah non, je ne voulais pas te donner encore une
bisou, tes folle, je suis seulement en train de placer mes cheveux
derrière mes oreilles. Ou quelque chose comme ça.
Mais
malgré ces petits problèmes d'une débutante, je ne suis pas si mal,
selon les filles de mon bloc. Il y a quelques jours nous étions dans la
cuisine et nous avons bavardé un peu, et elles ont parlé d'un étudiant
étranger qui leur avait donné des bisous AVEC SES LEVRES! Ouaaaiiss,
avec ses lèvres! C'est dégeulasse, quel andouille, il pensait quoi
alors?!! Que découvrais-je après? C'était un
Hollandais...Ben...j'aurais pu savoir.
08-02-2006
Ergens tussen Bergen en Mons...de logica van tweetalige bewegwijzering
Al vanaf het moment dat het bekend was dat ik in «het
buitenland» zou gaan studeren, lijkt het antwoord op de vraag wáár ik dan
naartoe zou gaan garant te staan voor vragende blikken. «Mons, nooit van
gehoord, waar ligt dat ergens?» «Onder Brussel ongeveer, tegen de Franse
grens», het lijkt deze laatste weken wel een automatisme te worden, maar
kwalijk kan ik het deze mensen allemaal niet nemen, Mons is nu ook weer niet
naast de deur. Maar die vragende blikken zijn nog niks vergeleken met de
complete verwarring die je beslist tegenkomt als je probeert het Belgische
bewegwijzeringssysteem te doorgronden .
In de auto op weg naar Mons wordt het je
al snel duidelijk dat je je in een tweetalig (officieel zelfs drietalig) land
bevindt. Bij knooppunt Machelen
voor Brussel beginnen de Belgen heel dapper met
het aangeven van Bergen, bij Vilvoorde is het al Mons geworden, bij de
aansluiting op de R0 is het weer Bergen om tenslotte bij Waterloo weer in
Mons te veranderen. Geheel in lijn met deze Belgische bewegwijzeringsstijl
wisselt ook de website van de NMBS (Belgische spoorwegen) de Franstalige en de
Nederlandstalige plaatsnamen af. En dan vinden ze het zeker gek dat ik niet
weet waar station s-Gravenbrakel ligt, terwijl er op mijn kaart toch duidelijk
Braine-le-Comte staat!! Maar zelfs met een tweetalige kaart ben je niet veilig
voor de Belgische dubbele-namen-drang. Van een vriend hoorde ik een hilarisch
verhaal over hun ouders die op de terugweg vanuit Frankrijk opbelden dat ze
verkeerd waren gereden en dat ze het eigenlijk niet meer zo goed konden vinden.
Ze konden niet meer zo goed wijs uit de kaart. Waar ze zelf dachten dat ze
ongeveer zich bevonden ? Nou ehm ergens tussen Bergen en Mons
Quelque part
entre Bergen et Mons .la logique de la signalisation bilingue
A partir du moment où je savais que jirais étudier «à
létranger», la réponse sur la question où je vais étudier provoque
obligatoirement des regards interrogateurs. « Mons, jamais entendu, cest où
ça?» « Au sud de Bruxelles, tout près de la frontière franco-belge», il semble
que cette réponse est devenu un automatisme dans ma tête. Je peux quand même
facilement pardonner ces gens, Mons, ce nest pas précisément la porte à côté.
Mais ces regards interrogateurs, cest encore rien comparés à la confusion
totale que provoque le système belge de signalisation des routes
En cours de
route pour Mons, on saperçoit déjà tôt que lon se trouve dans un pays
bilingue (officiellement même trilingue). Déjà avant que lon arrive à
Bruxelles, les Belges commencent courageusement à indiquer Bergen sur les
panneaux du noeud routier Machelen. Tout près de Vilvoorde, cest déjà Mons,
pour encore changer en Bergen tout près du raccordement du Ring au R0. Enfin,
les panneaux près de Waterloo disent de nouveau Mons. Tout à fait dans le
droit fil de cette signalisation, le site web du SNCB alterne les noms français
avec les noms néerlandais. Ainsi est-ce quil est bizarre que je peux pas trouver
la gare de s-Gravenbrakel, si ma carte géographique dit Braine-le-Comte!! Mais
même si on est équipé dune carte bilingue, on ne peut pas se protéger contre
lardent désir des Belges de donner-deux-noms-différents-à-un-seul-lieu. Un de
mes amis me racontait une histoire hilare sur ses parents qui étaient en route
entre la France et les Pays-Bas. Ils lui ont téléphoné quils sétaient trompé
de route et quils ne pouvaient plus trouver le bon chemin. Ils ne pouvaient
plus comprendre la carte routière. Ils se trouvaient où? Ben quelque part entre
Bergen et Mons
27-09-2005
Bonne merde â Goeie stront!
Neen, uw blog moet niet dagelijks worden bijgewerkt. Het is gewoon zoals je het zélf wenst. Indien je geen tijd hebt om dit dagelijks te doen, maar bvb. enkele keren per week, is dit ook goed. Het is op jouw eigen tempo, met andere woorden: vele keren per dag mag dus ook zeker en vast, 1 keer per week ook.
Er hangt geen echte verplichting aan de regelmaat. Enkel is het zo hoe regelmatiger je het blog bijwerkt, hoe meer je bezoekers zullen terugkomen en hoe meer bezoekers je krijgt uiteraard.