Doel van deze les: De leerlingen van het jongste lager maken elke week in samenwerking met de leerkracht een klaskrant. De leerkracht merkt op dat dit nog steeds vrij langzaam gaat, omdat veel leerlingen de verschillende letters op het toetsenbord niet vlot terugvinden. Ook de functies van bepaalde toetsen die ze nodig hebben om een tekst te schrijven, kennen ze nog onvoldoende. Vandaar dat de vraag kwam om de leerlingen wat vertrouwder te maken met het toetsenbord.
Lesvoorbereiding:
Datum: 25 april 2007
Studenten: Elina Blondeel en Joke Baele Stageschool: Ervaringsgerichte freinetschool De Levensboom Marke
Begin: 13h30 Einde: 14h20
Leergebied/domein: M.V./media
Stageklas: Jongste lager
Beginsituatie: Dit is een workshop waar men geheel vrijwillig kan aan deelnemen.
Er zijn 7 computers met internetverbinding beschikbaar.
Er mogen maximum 12 leerlingen deelnemen aan een workshop.
Situering in het OVSG -leerplan:
Media:
Algemene doestellingen:
De leerlingen kunnen van media genieten.
De leerlingen kunnen kritisch met media leren omgaan.
De leerlingen kunnen media selectief en bewust leren gebruiken.
De leerlingen kunnen kennis en inzicht verwerven in de betekenis van media.
2. De kinderen kunnen de audiovisuele media functioneel bedienen.
- De kinderen kunnen voldoende informatie inwinnen over audiovisuele middelen om ze zelfstandig te hanteren.
- De kinderen kunnen de audiovisuele media technisch hanteren om een product te realiseren.
Situering in het RAGO-leerplan:
Muzische vorming/ media/ 5.1 goede en minder geslaagde beeldsignalen herkennen.
Muzische vorming/media/5.2 verschillende stemmingen die door beelden en geluiden opgeroepen worden afzonderlijk onderscheiden.
Muzische vorming/media/ 5.3 een aantal eenvoudige hedendaagse audiovisuele opnamen en weergavetoestellen (informatiedragers) aanwijzen, benoemen en beperkt bedienen
Muzische vorming/ media/ 5.5 eenvoudige audiovisuele signalen als informatiebron herkennen en de boodschap die ze doorgeven ontdekken.
W.O./technologie/ De leerlingen kunnen op een in de klas opgestelde computer een tekst invoeren, zelf een opmaak realiseren, de tekst printen en opslaan op een gegevensdrager.
Eindtermen:
De leerlingen kunnen:
- 5.1 over de massamedia voldoende informatie inwinnen.
- 5.3 de werking en de productie van de media onderzoeken.
- 2.10 kunnen in hun omgeving informatieverwerkende toepassingen herkennen.
Lesdoelen:
Cognitieve doelstellingen:
- De leerlingen kunnen vertellen hoe ze de verschillende leestekens moeten bekomen.
- De leerlingen kunnen vertellen hoe ze een hoofdletter moeten intypen.
- De leerlingen kunnen de juiste positie van de letters achterhalen.
- De leerlingen kunnen de numlock toets gebruiken zodat ze de nummers kunnen typen.
- De leerlingen kunnen de functie van shift lock, enter, spatie, delete en backspace toepassen.
- De leerlingen kunnen de functie van ctrl en alt toepassen.
Socio affectieve doelstellingen:
- De leerlingen kunnen elkaar helpen.
- De leerlingen kunnen samenwerken.
- De leerlingen kunnen zich verdraagzaam opstellen.
De leerlingen kunnen de cryptisch omschreven letters terugvinden op het toetsenbord.
WERKVORMEN EN MEDIA
1.Letterzoektocht
De leerlingen openen een worddocument volgens de volgende stappen:
- Ze gaan met het pijltje naar start.
- Daarna klikken ze op programmas.
- Bij programmas zoeken ze microsoft office.
- Daarna selecteren ze microsoft word.
Ik geef de leerlingen een omschrijving. Ze zoeken de letter die bij die omschrijving past ( zie bijlage). Als ze deze vinden, mogen ze die letter intypen op het toetsenbord.
( De omschrijving van de verschillende letters vind je terug na fase 3.)
Het vergrootte toetsenbord kan een hulpmiddel zijn om de letters die omschreven werden te vinden.
De leerlingen slaan hun document op onder de naam Toetsenbordonderzoek.
Lesfase 2: Bespreking van de verschillende toetsen
Timing: 30 min.
LEERINHOUD
De leerlingen leren de functie kennen van shift, shift lock, alt grt, space, backspace, scroll up, down, left , right en enter.
De leerlingen voeren de verschillende opdrachtjes uit zodat ze spelenderwijs de toetsen leren kennen.
WERKVORMEN EN MEDIA
2. Bespreking
De lichtblauwe toetsen hebben we nu al besproken. Dat zijn de letters.
Maar de donkerblauwe toetsen hebben ook een functie. We gaan ze eens overlopen.
We beginnen met deze toets ( shift lock + lkr toont de toets). Druk eens op die toets en typ eens het woordje vis. Wat merk je? (Alles is met hoofdletters getypt.) De toets wordt vanaf nu duidelijk gemaakt met een sleuteltje erop zodat de leerlingen de functie beter onthouden.
Als je nog eens op die toets drukt, heb je weer gewone letters.
De toets eronder heet shift.
Als je nu maar één hoofdletter wilt typen, moet je die toets ingedrukt houden ( de lln doen dit) en druk je op de letter die jij wil veranderen in een hoofdletter. ( Toets wordt gekenmerkt door een reus).
Dan gaan we over naar de space toets. Als je nu het woord vis en aap wil schrijven, moet je op die toets drukken om een ruimte tussen beide woordjes te creëren.( Deze toets wordt vergeleken met een brug over een rivier. De brug verbindt twee woorden, maar er blijft plaats tussen.)
De reus klimt via deze toets ( scroll up tonen) naar omhoog. Als je met je muis ergens op het blaadje klikt, zie je dat het streepje ( lees : cursor) naar omhoog gaat. Stel nu dat onze reus valt, dan moeten we op het andere pijltje duwen. ( idem voor rechts en links)
Onze reus klimt tot deze toets ( enter tonen). Deze toets is de vriend van de reus. Het is een klein, lief konijntje. Als je op deze toets drukt, verspringt het konijntje immers naar een ander lijntje zodat de reus hem zou volgen.
Het konijntje loopt helemaal naar deze toetsen ( de nummers). Ik duw de reus toets in en dan kan ik alle nummertjes indrukken. Als ik de reus toets loslaat, kan ik het eerste tekentje op die toets intypen.
Maar we hebben nog een speciale toets als we het andere tekentje willen typen. Namelijk deze toets ( alt gr).
Op deze toets woont er een heel slim kaboutertje die al die speciale tekentjes kan schrijven die we nodig hebben.
Lesfase 3: Het geleerde toepassen op een tekst
Timing: 10 min.
LEERINHOUD
De leerlingen kunnen de functies van de verschillende behandelde toetsen toepassen op de zinnetjes.
WERKVORMEN EN MEDIA
3 Een kleine test
De leerlingen mogen het geleerde toepassen op de volgende zinnetjes:
- Naam leerling en naam leerling spelen graag voetbal als het mooi weer is buiten. Naam leerling heeft wel 6 voetballen, 5 kegeltjes en 3 goals.
Aan bord staat er nog steeds enkele hulpmiddeltjes zodat de leerlingen kunnen achterhalen welke toetsencombinaties een bepaalde functie hebben.
Letteromschrijving
- Ik ben de allereerste lichtblauwe letter op de eerste rij!. ( A)
- Ik sta tussen de letter E en T.( R)
- Ik ben een heel grappig lettertje. De meeste zeggen dat ik lijk op de letter o met een varkensstaartje.(Q)
- Haha, Ik ben de eerste letter in dit woordje. ( H)
- Zzzzzzzzzz, ik ben zo slaperig. ( Z)
- Ik sta tussen de Z en de R. ( E)
- Mij vind je terug tussen de letter R en Y.( T)
- Ik bevind me tussen de T en de U ( Y).
- Ik, ik, ik , ik In dit woordje sta ik steeds op de eerste plaats (I).
- Rara, ik sta op de voorlaatste letter op de eerste rij ( O).
- Ik ben de laatste letter van de eerste rij ( P).
- Sssst, in dit woord hoor je me heel erg lang ( s).
- D of T Ik ben in ieder geval geen T ( D).
- Ik sta tussen de letter D en G. ( F)
- Grrr, ik ben de letter die grolt als een tijger ( G).
- Joepie: In dat woord ben ik de eerste letter ( J).
- Ik bevind me tussen de J en de L. ( K).
- Ik bevind me tussen de K en de M. ( L).
- De . van mama. ( M)
- Ik ben de eerste letter van de laatste rij ( W).
- Ik lijk op een kruisje ( X).
- Ik sta tussen de X en de V ( C).
- Ik sta net voor de B ( V).
- Ik sta op de voorlaatste plaats in de laatste rij.
Doel van de les: De leerlingen van het middelste lager konden reeds via software aanwezig op de computer kruiswoordraadsels maken. Maar deze software moest betaald worden, terwijl je Hot Potatoes gratis van het internet kan downloaden. Het was dan ook de vraag van de leerkracht om de leerlingen te leren werken met dit alternatief.
Lesvoorbereiding.
Datum: 9 mei 2007
Studenten: Elina Blondeel en Joke Baele Stageschool: Ervaringsgerichte freinetschool De Levensboom Marke
Begin: 13h30 Einde: 14h20
Leergebied/domein: M.V./media
Stageklas: Middelste lager
Beginsituatie:
Dit is een workshop omtrent ICT en dus geheel vrijwillig.
Er mogen maximum 12 leerlingen deelnemen aan deze workshop.
Er zijn 7 computers met internetverbinding beschikbaar.
Situering in het OVSG -leerplan:
Media:
Algemene doestellingen:
De leerlingen kunnen van media genieten.
De leerlingen kunnen kritisch met media leren omgaan.
De leerlingen kunnen media selectief en bewust leren gebruiken.
De leerlingen kunnen kennis en inzicht verwerven in de betekenis van media.
2. De kinderen kunnen de audiovisuele media functioneel bedienen.
- De kinderen kunnen voldoende informatie inwinnen over audiovisuele middelen om ze zelfstandig te hanteren.
- De kinderen kunnen de audiovisuele media technisch hanteren om een product te realiseren.
Situering in het RAGO - leerplan:
Ø Muzische vorming/ media/ 5.4 een eigen audiovisuele taal ontwerpen en het massale audiovisuele aanbod omvatten en een plaats geven.
Ø Muzische vorming/ media/ 5.5 eenvoudige audiovisuele informatie uit de eigen omgeving verzamelen, herkennen en vergelijken
Eindtermen:
De leerlingen kunnen:
Ø 5.1 over de massamedia voldoende informatie inwinnen.
Ø 5.3 de werking en de produktie van de media onderzoeken.
Ø 2.10 kunnen in hun omgeving informatieverwerkende toepassingen herkennen.
Lesdoelen:
Cognitieve doelstellingen:
Ø De leerlingen kunnen vertellen hoe ze een kruiswoordraadsel moeten maken.
Ø De leerlingen kunnen vertellen hoe ze strips kunnen maken.
Ø De leerlingen kunnen tekst met prenten associëren.
Socio affectieve doelstellingen:
Ø De leerlingen kunnen elkaar helpen.
Ø De leerlingen kunnen samenwerken.
Ø De leerlingen kunnen zich verdraagzaam opstellen.
Bronnen:
Ø Leerplan OVSG, RAGO, de eindtermen
Ø Cursus Media 2 LLO
Ø Hot Potatoes
Onderwijs- en leermiddelen:
7 computers, bord, krijt, printer, A4-papier
Lesfase 1: Inleiding Timing: 10 min.
LEERINHOUD
De leerlingen kunnen het programma openen.
De leerlingen kunnen enkele themas aanhalen om een kruiswoordraadsel mee te maken.
WERKVORMEN EN MEDIA
1.Hot potatoes
Lkr: Je kan het programma openen door twee maal te klikken op het icoontje op het bureaublad.
Om een kruiswoordraadsel te maken, moeten we eerst eens samen overleggen omtrent welk thema/ project we een kruiswoordraadsel gaan maken.
Alle mogelijkheden van de leerlingen worden aan bord genoteerd.
Lesfase 2: Een kruiswoordraadsel maken Timing: 30 min.
LEERINHOUD
De leerlingen kunnen woorden bedenken bij een bepaald thema.
De leerlingen kunnen de verschillende tussenstappen hanteren om tot een kruiswoordraadsel te komen.
De leerlingen kunnen aanwijzingen formuleren om woorden te beschrijven.
WERKVORMEN EN MEDIA
2.1 Brainstormen
Jullie kiezen nu per 2 elk een thema. Het is de bedoeling dat je enkele woorden per thema noteert op een blad.
Als alle groepjes klaar zijn en de lkr alle woorden heeft gecontroleerd, gaan we over naar het kruiswoordraadsel maken.
2.2 Het kruiswoordraadsel maken
Je klikt op stramien beheren en je selecteert automatische stramienmaker.
In het witte vakje aan de linkerkant typ je alle woorden die je hebt genoteerd onder elkaar in. Als je daarmee klaar bent, druk je op de knop maak het puzzelstramien.
Het programma gaat jouw woorden nu automatisch in het kruiswoordraadsel plaatsen.
2.3 Aanwijzingen verzinnen
Op het blad noteer je nu aanwijzingen voor elk woord. Als de lkr alle aanwijzingen heeft gecontroleerd en goedgekeurd, gaan we deze invoegen in het programma.
2.4 Inbrengen van aanwijzingen
Lkr: Je drukt op de knop aanwijzingen. Per woord voeg je nu de juiste aanwijzing in en klik je op OK.
Als je alle aanwijzingen hebt ingevoegd, druk je op de onderste knop waar er een groen vinkje naast OK staat.
Daarna ga je je document opslaan. ( Ga naar bestand, opslaan als Naam: Kruiswoordraadsel thema)
Als je het opgeslagen hebt, mag je weer naar bestand gaan en op uitvoeren om af te drukken klikken.
En voila , we hebben een kruiswoordraadsel gemaakt.
Per groep wordt er 1 leerling aangeduid die kopieën maakt voor de hele groep.
Lesfase 3: Kruiswoordraadseltest Timing: 10 min.
LEERINHOUD
De leerlingen kunnen positieve en negatieve kritiek op een gepaste wijze formuleren.
WERKVORMEN EN MEDIA
3. Een kleine test
De leerlingen krijgen elkaars kruiswoordraadsels. Ze moeten deze proberen invullen.
We bespreken samen wat we goed en minder goed vinden aan elkaars kruiswoordraadsels zodat we ze eventueel nog kunnen aanpassen.
les tweede graad: Zoeken op het internet via een zoekprogramma
Zoeken op het internet via een zoekprogramma
Doel van de les: De leerlingen van het middelste lager moeten al af en toe verschillende projecten uitwerken. Omdat internet één van de media is waar de kinderen snel veel informatie kunnen op vinden lijkt het ons aangewezen dat ze vlot leren werken met een zoekprogramma.
Lesvoorbereiding.
Datum: 9 mei 2007
Studenten: Elina Blondeel en Joke Baele Stageschool: Ervaringsgerichte freinetschool De Levensboom Marke
Begin: 14h30 Einde: 15h20
Leergebied/domein: M.V./media
Stageklas: Middelste lager
Beginsituatie:
Er zijn 12 leerlingen voor deze workshop aanwezig.
Deze leerlingen zitten in het middelste lager.
Deze workshop is geheel vrijwillig.
Er zijn 7 computers met internetverbinding beschikbaar.
Situering in het OVSG -leerplan:
Media:
Algemene doestellingen:
De kinderen benaderen de media kritisch.
De kinderen weten dat de media verschillende functies kunnen hebben .
De kinderen ervaren dat eenzelfde boodschap via verschillende media kan overgebracht worden.
De kinderen ervaren dat een werkelijkheid kan worden voorgesteld worden door beelden en / of geluiden.
De kinderen kunnen een aantal veelvoorkomende begrippen in verband met de media begrijpen en hanteren.
De kinderen zien in welk media - aanbod aan welke behoeften voldoet.
De kinderen zien in dat beelden, geluiden en boodschappen een subjectieve weergave van de werkelijkheid zijn.
Situering in het RAGO - leerplan:
Ø W.O. / technologie / De leerlingen kunnen vertellen dat internet via het wereldwijde web een enorm grote schat aan informatie aanbiedt.
Ø Eenvoudige hedendaagse audiovisuele opnamen en weergavetoestellen ( informatiedragers) die het groot publiek kent en gebruikt aanwijzen, benoemen en technisch bedien.
Eindtermen:
De leerlingen kunnen:
Ø 5.1 over de massamedia voldoende informatie inwinnen.
Ø 5.3 de werking en de produktie van de media onderzoeken.
Ø 2.10 kunnen in hun omgeving informatieverwerkende toepassingen herkennen.
Lesdoelen:
Cognitieve doelstellingen:
Ø De leerlingen kunnen omgaan met een computer.
Ø De leerlingen kunnen werken met internet.
Ø De leerlingen kunnen via een zoekprogramma websites opzoeken.
Ø De leerlingen kunnen via een zoekprogramma afbeeldingen opzoeken.
Ø De leerlingen kunnen de website van de school verkennen.
Ø De leerlingen kunnen de computer op de correcte manier afsluiten.
Ø De leerlingen kunnen de verschillende delen van een adres van een website onderscheiden.
Socio affectieve doelstellingen:
De leerlingen kunnen elkaar helpen.
Ø De leerlingen kunnen samenwerken.
Ø De leerlingen kunnen zich verdraagzaam opstellen.
Bronnen:
Ø Leerplan OVSG, RAGO, de eindtermen
Ø Cursus Media 2 LLO
Ø internet
Onderwijs- en leermiddelen:
7 computers met internetaansluiting , bord en gekleurd krijt.
Lesfase 1: Inleiding Timing: 10 min.
LEERINHOUD
De leerlingen antwoorden naar eigen vermogen.
Via het internet kan je allerlei informatie opzoeken en spelletjes spelen.
Je kan ook soort van brieven versturen, dat noemen we e-mails.
WERKVORMEN EN MEDIA
.
De leerlingen zitten achter de computer, maar mogen de computer nog niet aanzetten .
- - Wie heeft er thuis een computer?
- - Waarvoor gebruiken jullie die computer? - - Wie heeft er thuis internet? - - Hebben jullie al eens internet gebruikt?
- - Wat kan je daar mee doen?
Lesfase 2.: internet Timing: 10 min.
LEERINHOUD
Je hebt zeker een computer nodig.
De kinderen zetten de computer aan.
We moeten op een logo klikken. Het logo met de e.
De kinderen klikken op het internetlogo.
Een startpagina.
Je tikt bovenaan in de adresbalk het adres van de site.
Een website begint steeds met www, dan de naam, dan een punt en dan nog een korte code.
Doel van deze les: De leerkracht had graag een weblog leren aanmaken om de ouders een beter beeld te geven van het klasgebeuren. Hij wou er fotos op plaatsen, tekstjes van leerlingen, oefeningen die ze via internet kunnen maken,enz
De leerkracht vond het niet evident om er nu nog meer te starten, maar volgend schooljaar zou hij er graag mee starten. We hebben echter wel een voorbeeld van een leerkracht die de weblog, die aangemaakt werd in een vorige stage, voortzet. Een jaar later wordt deze weblog nog steeds geüpdatet. ( leerjaar5gaverbeek @ skynetblog.be)
Lesvoorbereiding:
Datum: 2 mei 2007
Studenten: Elina Blondeel en Joke Baele Stageschool: Ervaringsgerichte freinetschool De Levensboom Marke
Begin: 13h30 Einde: 14h20
Leergebied/domein: M.V./media
Stageklas: Oudste lager
Beginsituatie:
Er zijn 12 leerlingen voor deze workshop aanwezig.
Deze leerlingen zitten in het oudste lager.
Deze workshop is geheel vrijwillig.
Er zijn 7 computers met internetverbinding beschikbaar.
Situering in de OVSG - leerplannen:
Algemene doestellingen:
De leerlingen kunnen van media genieten.
De leerlingen kunnen kritisch met media leren omgaan.
De leerlingen kunnen media selectief en bewust leren gebruiken.
De leerlingen kunnen kennis en inzicht verwerven in de betekenis van media.
Doelstelling 2. De kinderen kunnen de audiovisuele media functioneel bedienen.
- De kinderen kunnen voldoende informatie inwinnen over audiovisuele middelen om ze zelfstandig te hanteren.
- De kinderen kunnen de audiovisuele media technisch hanteren om een product te realiseren.
Situering in het RAGO- leerplan:
Ø W.O./ technologie/ De leerlingen kunnen vertellen dat internet via het wereldwijde web een enorm grote schat aan informatie aanbiedt.
Ø W.O./technologie/ De leerlingen kunnen op een in de klas opgestelde computer een tekst invoeren, zelf een opmaak realiseren, de tekst printen en opslaan op een gegevensdrager.
Ø Nederlands/ 4.3 schrijven / 2.4.1 De wil en durf bezitten zich schriftelijk te uiten.
Ø Nederlands/ 4.3 schrijven / 2.4.3 Aandacht hebben voor formulering bij het uitschrijven.
Ø Nederlands/ 4.3 schrijven / 2.5.3 Nalezen en eventueel herwerken van de formulering.
Ø Nederlands/ 4.3 schrijven/ 2.5.2 Nalezen en eventueel aanpassen, verbeteren van inhoudelijke aspecten van schriftelijk werk
Eindtermen:
De leerlingen kunnen:
Ø 5.1 over de massamedia voldoende informatie inwinnen.
Ø 5.3 de werking en de productie van de media onderzoeken.
Ø 2.10 kunnen in hun omgeving informatieverwerkende toepassingen herkennen.
Lesdoelen:
Cognitieve lesdoelstellingen:
Ø De leerlingen kunnen omgaan met een computer.
Ø De leerlingen kunnen werken met internet.
Ø De leerlingen kunnen zelfstandig een tekst typen.
Ø De leerlingen kunnen hun eigen weblog aanmaken.
Ø De leerlingen kunnen bijdragen tot het maken van een klasweblog.
Sociaal-affectieve doelstellingen:
Ø De leerlingen werken ordelijk.
Ø De leerlingen kunnen zich verdraagzaam opstellen t.o.v. anderen.
Ø De leerlingen kunnen in omgang met anderen respect en waardering opbrengen.
Ø De leerlingen kunnen hulp vragen en zich laten helpen.
De leerlingen krijgen de werkblaadjes als hulpmiddel.
Lesfase 1: Wat is een weblog? Timing: 10 min.
LEERINHOUD
De leerlingen gaan aan de computers zitten en luisteren naar de leerkracht.
De leerlingen vertellen of ze al iets weten over een weblog.
De berichten worden op volgorde gesorteerd. (volgens data)
Als dagboek,
WERKVORMEN EN MEDIA
Wat is een weblog?
De lkr vertelt het volgende aan de lln:
Vandaag gaan we leren hoe we een weblog moeten maken.
Heeft er iemand al eens gehoord van een weblog?
Een weblog is eigenlijk een website waarop een gebruiker regelmatig nieuwe berichten ( Dit kunnen teksten en eventueel fotos of afbeeldingen zijn )kan opplaatsen.
Een weblog zorgt er ook voor dat de berichten die erop geplaatst worden chronologisch geordend worden.
Wat betekent dat dan?
Ja, dus de berichten worden gesorteerd . De recentste berichten staan bovenaan, de oudere berichten staan onderaan.
Waarvoor kan een weblog dan worden gebruikt volgens jullie?
Een weblog wordt vooral gebruikt als dagboek.
Het kan ook gebruikt worden als manier om te communiceren met iemand die je kent in het buitenland, te communiceren met je ouders over dingen die op school gebeuren ( of wanneer je in het buitenland zit, enz
Vandaag gaan we zon weblog leren maken.
Ik heb voor jullie reeds gebruikersnamen en paswoorden genoteerd.
Dit is de enige manier waarop jullie straks zullen kunnen inloggen op de site die wij gaan gebruiken.
Maar we gaan eerst een kijkje nemen op onze klassikale weblog.
- Zoek in de linkerkolom naar MSN diensten en klik op hotmail: gratis email.
- Klik daarna op gratis ( oranje).
- Vul nu je emailadres in ( gebruik je volledige naam en ga de beschikbaardheid na)
- Een wachtwoord van 6 letters verzinnen ( 2 keer typen).
- De vraag Favoriete eten? selecteren en daarop dan antwoorden.
- Vul je naam, voornaam, geslacht, geboortedatum in.
- Selecteer de tijdzone ( Brussel).
- Selecteer een beroep ( onderwijs)
- Kijk naar de afbeelding en typ de letters na.
- Ga naar beneden en klik op ik ga akkoord.
- Je ziet dan een nieuwe webpagina verschijnen. Ga helemaal naar beneden en klik op doorgaan.
- Laat het venster open.( Nu gaan zij zich registreren op www.skynetblog.be.)
Je tikt je gebruikersnaam en paswoord in.
Daarna kom je op een webpagina waar een hele reeks vragen opstaan.
Deze vragen lossen we gezamenlijk op. ( zie bijlage.)
Daarna kom je op een webpagina terecht waar je het design ( de achtergrond van jouw weblog kan kiezen). Klik een achtergrond aan door in het bolletje bij de achtergrond te klikken.
Daarna komen we op de pagina waar je allerlei dingen kan veranderen:
1) Posten: Een bericht posten.
2) Settings: De voorafgaande vragenlijst waarop ze eventueel nog allerlei dingen kunnen op aanduiden.
3) Design : Hier kunnen ze een nieuwe achtergrond gaan selecteren.
4) Personalisering: Hier kunnen ze een aantal extra dingen op hun weblog toevoegen : een mini-chat, een lijst met links,
Post nu zelf een bericht . Klik op posten en schrijf een tekstje. Jullie kunnen kiezen in welk lettertype jouw tekst staat en welk kleur ( bij het kleurenpallet, schilderspallet). Er rechts naast kan je de achtergrondkleur gaan instellen.
Als je een tekst op je weblog wil zetten, gelden er wel enkele afspraken:
- Geen persoonlijke gegevens op internet plaatsen.( adres , telefoonnr., )
- Geen kwetsende opmerkingen plaatsen over lln uit je klas of andere personen.
- Geen grof taalgebruik.
LESFASE 3: Tekst toevoegen op de klasweblog Timing: 10 min.
LEERINHOUD
De leerlingen klikken op Creëer een weblog.
Ze tikken het gebruikersaccount van de klasweblog in.
Daarna komen we weer op de pagina met de verschillende mogelijkheden.
Ze klikken op posten en ze publiceren een tekst waarin ze hun mening uiten over de les De dode hoek .
Dit doen ze in een aantal regels.
Ze zetten wel hun naam eronder.
Vooraleer ze hun tekst echt publiceren, steken ze hun vinger in de lucht en kom ik overal eens controleren of er geen fouten of andere zaken in voorkomen die tegen de afspraken zijn.
WERKVORMEN EN MEDIA
3. Tekst toevoegen op de klasweblog
De lkr geeft de lln de volgende opdracht:
- Klik op Creër een weblog.
- Voeg de gebruikersaccount van de klas in ( zie bijlage).
- Klik nu eerst op posten.
- Luister goed, je gaat in een aantal regels jouw mening formuleren over de les de dode hoek van Juf Conny. Degene die per twee werken, werk hier samen aan.
- Vooraleer je je tekst publiceert, steek je hand op en ik kom eens kijken. Als ik je tekst goedkeur, mag je hem publiceren.
- Vergeet de afspraken niet:
- Geen persoonlijke gegevens op internet plaatsen.( adres , telefoonnr., )
- Geen kwetsende opmerkingen plaatsen over lln uit je klas of andere personen.
- Geen grof taalgebruik.
De leerlingen die klaar zijn, mogen weer aan hun eigen weblog werken.
Werkblaadjes weblog
1; Een weblog Wat is dat nu weer?
Een weblog is een website waarop een gebruiker allerlei berichten ( tekst, fotos, enz ) kan plaatsen.
Deze berichten worden chronologisch (volgens data) gerangschikt.
Een weblog kan gebruikt worden als dagboek als je er dagelijks jouw dag op beschrijft. Je kan het ook gebruiken als communicatiemiddel met vrienden uit het buitenland of voor je ouders als je ergens op reis bent.
Ze moeten enkel maar jouw weblogadres intikken om jouw berichten te lezen.
2: Afspraken bij het maken van een weblog!
Bij het maken van een weblog zijn er bepaalde afspraken die je moet naleven zoals:
1) Plaats geen persoonlijke gegevens op je weblog ( je adres, je telefoonnummer, )
2) Geen grof taalgebruik!
3) Post geen kwetsende berichten over klasgenoten of andere personen op je weblog.
Houd rekening met deze afspraken.
Er komen immers bezoekers op je weblog die alles kunnen lezen wat jij schrijft.
3:Hoe maak ik nu een weblog?
Een weblog kan je op verschillende manieren aanmaken. Je kent vast wel de weblogs op MSN Spaces als je een MSN adres hebt.
4) Je bent al geregistreerd dus moet je enkel jouw gebruikersnaam en paswoord intypen.
5) Vul de vragenlijst in die op je scherm verschijnt. (Klik daarna op de toets onderaan de webpagina om door te gaan.)
6) Kies een achtergrond voor jouw weblog door in een bolletje te klikken met je muiscursor ( = het pijltje op je computerscherm).
7) Klik op de toets onderaan de webpagina om door te gaan.
8) Je kan nu kiezen wat je doet als je klikt op één van de onderstaande dingen die rechts op de webpagina staan: - Posten: Een tekstbericht posten. - Design: De achtergrond van je weblog veranderen. - Setting: - Personalisering: Hier kan je allerlei zaken toevoegen aan je weblog ( een mini-chat, een lijst met links, fotos, enz ). Klik gewoon op deze zaken en je hebt ze op jouw weblog staan!
9) Bekijk je weblog eens om te controleren of jij wel alles goed vindt.
Het is dus niet zo moeilijk om jouw weblog aan te maken. Veel plezier ermee!
Doel van deze les: Leerlingen die onderwijs volgen op een ervaringsgerichte Freinetschool moeten regelmatig projecten uitwerken en voorstellen. Met Windows Movie Maker kunnen de kinderen fotos, tekstjes en muziek op een orginele en leuke manier voorstellen.
Lesvoorbereiding:
Datum: 2 mei 2007
Studenten: Elina Blondeel en Joke Baele Stageschool: Ervaringsgerichte freinetschool De Levensboom Marke
Begin: 14h30 Einde: 15h20
Leergebied/domein: M.V./media
Stageklas: Oudste lager
Beginsituatie:
Er zijn 12 leerlingen voor deze workshop aanwezig.
Deze leerlingen zitten in het oudste lager.
Deze workshop is geheel vrijwillig.
Er zijn 7 computers met internetverbinding beschikbaar.
Situering in de OVSG - leerplannen:
Algemene doestellingen:
De kinderen ervaren dat een werkelijkheid kan voorgesteld worden door beelden en / of geluiden.
De kinderen kunnen een aantal veelvoorkomende begrippen in verband met de media begrijpen en hanteren.
De kinderen kunnen een boodschap overbrengen.
De kinderen kunnen waardering opbrengen voor en genieten van mediaproducten van: zichzelf en anderen.
De kinderen genieten van het waarnemen van mediaproducten en worden zich bewust van de eigen voorkeuren.
Situering in het RAGO- leerplan:
Ø 5.1 beeldsignalen waarnemen zodat men opvallend goede en minder geslaagde dingen kan doorzoeken en herkennen.
Ø 5.2 ervaren dat een visueel beeld al dan niet vergezeld van een nieuw geluid steeds een nieuwe werkelijkheid kan oproepen.
Ø 5.3 soorten van eenvoudige hedendaagse audiovisuele opnamen en weergavetoestellen ( informatiedragers) aanwijzen, benoemen en creatief bedienen.
Ø 5.4 een eigen audiovisuele taal gebruiken en het massale audiovisuele aanbod een relativerende plaats toekennen.
Ø 5.5 eenvoudige audiovisuele informatie uit de eigen belevingswereld herkennen, onderzoeken en vergelijken.
Eindtermen:
De leerlingen kunnen:
Ø 5.1 over de massamedia voldoende informatie inwinnen.
Ø 5.3 de werking en de productie van de media onderzoeken.
Ø 2.10 kunnen in hun omgeving informatieverwerkende toepassingen herkennen.
Lesdoelen:
Cognitieve lesdoelstellingen:
- De leerlingen kunnen de computer op de correcte manier afsluiten.
- De leerlingen kunnen de computer op een correcte manier aanzetten.
- De leerlingen kunnen de juiste overgangen gebruiken.
- De leerlingen kunnen opmerken dat een te grote verscheidenheid aan overgangen de presentatie chaotisch laat overkomen.
- De leerlingen kunnen muziek toevoegen aan hun presentatie.
- De leerlingen kunnen de gepaste fotos selecteren.
- De leerlingen kunnen korte tekstjes of kernwoorden toevoegen.
Sociaal-affectieve doelstellingen:
- De leerlingen kunnen zich verdraagzaam opstellen t.o.v. anderen.
- De leerlingen kunnen in omgang met anderen respect en waardering opbrengen.
- De leerlingen kunnen hulp vragen en zich laten helpen.
Bronnen:
Cursus Media 2 LLO
Onderwijs- en leermiddelen:
computers
LESFASE 1: Inleiding Timing: 5 min.
LEERINHOUD
De lln. antwoorden naar eigen vermogen.
De leerlingen zetten de computer aan.
WERKVORMEN EN MEDIA
De lln. zitten achter de computer, maar mogen de computer nog niet aanzetten.
-- Wie heeft er thuis een computer?
-- Waarvoor gebruiken jullie die computer?
-- Wat kan je daar mee doen?
-- Jullie mogen de computer nu op de juiste manier aanzetten.
LESFASE 2: fotos selecteren Timing: 10 min.
LEERINHOUD
Door eerst onderaan op start te klikken vervolgens programmas kiezen en dan het programma Movie maker aanklikken.
De kinderen openen het programma Movie Maker.
Als je het letterlijk vertaald wordt het Film maker, dus je zal er waarschijnlijk wel filmpjes mee kunnen maken.
Je kan er ook fotoreportages met maken, je kan er muziek bij laten spelen, .
We kunnen dit programma gebruiken om projecten voor te stellen.
Langs de linkerkant staat er een soort index. Onder puntje 1 video vastleggen klikken we op fotos importeren. We kunnen dan de gewenste fotos selecteren of zelfs volledige makken aanduiden.
Als we dat gedaan hebben kunnen we in het midden van ons scherm bij collectie een miniatuurtje zien van alle fotos die we geselecteerd hebben.
Vervolgens moeten we de fotos naar onderen slepen in de gewenste volgorde.
De lln. maken hun eigen korte fotoreportage.
WERKVORMEN EN MEDIA
De leerkracht heeft op voorhand fotos van de leerlingen en van de school getrokken. Ze heeft deze al op de computer gedownload.
-- Jullie mogen het programma Movie maker openen. Hoe zouden we dat kunnen doen?
-- Heel juist, jullie mogen dat doen.
-- Als je naam goed kan vertalen weet je eigenlijk al wat je zoal met dot programma kan doen. Hebben jullie enig idee?
-- Inderdaad. Kunnen jullie dit programma dan gebruiken?
-- Daar dachten wij ook aan. We gaan nu niet met filmpjes werken, maar ik ga jullie het programma proberen uit te leggen door samen met jullie een korte fotoreportage in elkaar te steken.
-- En om een fotoreportage in elkaar te steken hebben we natuurlijk fotos nodig. Hoe kan ik de nodige fotos met het programma selecteren?
-- Heel goed gevonden.
De lkr. loopt rond en biedt individuele hulp.
LESFASE 3: overgangen kiezen Timing: 10 min.
LEERINHOUD
We kunnen onder puntje 2 Film bewerken op video-overgangen weergeven klikken en dan kunnen we kiezen welke overgangen we willen in de reportage.
We kunnen de fotos laten verschuiven, laten vervagen, in brokstukken naar rechts verdwijnen, .
Als je zon overgang aanduid zie ja rechts het voorbeeld daar van.
Je sleep de gewenste overgang naar onderen, naar de videoband en daar kies je tussen welke twee fotos je die wil.
Neen, dat is niet zo mooi voor de presentatie.
De kinderen mogen 4 verschillende overgangen kiezen en deze in de reportage aanbrengen.
WERKVORMEN EN MEDIA
-- Als we die reportage laten aflopen, dan kunnen we opmerken dat de fotos telkens op dezelfde manier worden getoond. Het lijkt een beetje op een diareportage en dat er telkens geklikt wordt bij de overgang naar een nieuwe foto.
-- Dat kan natuurlijk anders.
-- Wat zouden we moeten doen om die overgangen op de juiste plaats te krijgen?
-- Heel juist. Het zijn natuurlijk allemaal wel leuke overgangen, kan je ze dan allemaal in dezelfde reportage gebruiken?
De lkr. bekijkt samen met de lln. ook de video-effecten, deze zijn effecten op de fotos zelf.
De lkr. loopt rond en biedt individuele hulp.
LESFASE 4: tekst toevoegen Timing: 10 min.
LEERINHOUD
Tekst toevoegen.
Je kiest onder puntje 2 Film bewerken voor titel of verantwoording maken. Je ziet dan een lijst waaruit je kan kiezen.
We kiezen bijvoorbeeld voor titel aan het begin. Vervolgens kan je gewenste tekst typen in het balkje. Onder Meer opties kan je het lettertype, de grote van de letters en de achtergrond wijzigen. Je kan ook de titelanimatie wijzigen, dat is de manier waarop de titel op het scherm komt.
De lln. bekijken welke titelanimaties er voorhanden zijn.
Als de titel volledig juist is qua vorm en animatie dan klik je op Gereed, titel aan film toevoegen.
De kinderen voegen verschillende tekstjes en woorden toe, zeker een begintitel en een eindtekst waarop staat die wie de reportage gemaakt is.
WERKVORMEN EN MEDIA
-- We hebben nu al de fotos, de overgangen en de effecten op de fotos zelf. Wat zouden we nog kunnen doen?
-- Heel juist, je kan kiezen voor een begin titel of tussentitels of tekst op fotos of een aftiteling,
De lkr. loopt rond en biedt individuele hulp.
LESFASE 5: muziek toevoegen Timing: 10 min.
LEERINHOUD
De lln. bekijken hun reportage.
We zouden er nog muziek kunnen bijvoegen.
We kiezen onder puntje 1 Video vastleggen voor Audio of muziek importeren.
We kunnen dan de gewenste liedjes selecteren, net zoals bij de fotos. We slepen dan ook het liedje naar onderen, naar de videoband. Als we nog een tweede liedje willen toevoegen dan moeten we het eerste inkorten, dat kunnen we doen door het streepje dat het einde van het liedje voorstelt te verslepen, we kunnen dus zelf kiezen hoelang we een liedje laten horen.
De lln. kiezen twee liedjes om toe te voegen.
WERKVORMEN EN MEDIA
-- We kunnen ons reportage al eens bekijken door rechts op het startpijltje te duwen.
-- Ontbreekt er nu nog iets aan ons voorstelling?
-- Dat is heel juist. Ik heb mijn MP3 speler mee waarop heel wat muziek staat. We gaan twee liedjes aan de voorstellingen toevoegen.
Indien er nog een beetje tijd over is toont de lkr. de verschillende effecten die op de liedjes kunnen gezet worden.
De lkr. loopt rond en biedt individuele hulp.
LESFASE 6: Afsluiten Timing: 5 min.
LEERINHOUD
We kiezen onder puntje 3 Film afwerken voor Opslaan op deze computer. We moeten dan een titel kiezen voor de voorstelling en op welke plaats we het bestand gaan opslaan. Dan klikken we op OK en dan nog een keer op OK. We zien dan het verloop van het opslaanproces.
De kinderen schakelen de computer uit.
WERKVORMEN EN MEDIA
-- We mogen ons mooie voorstelling natuurlijk niet zomaar kwijt geraken.
Doel van deze les: Het doel van deze les is de leerlingen in contact laten komen met andere programmas die zij thuis zelf minder zouden gebruiken, maar die toch nuttig kunnen zijn. De leerlingen hebben echter nog niet met WORD gewerkt. Dit zou een pluspunt zijn voor het latere leven. Zo kunnen ze in hun vrije tijd eens een brief typen of dergelijke.
Lesvoorbereiding:
Datum: 11 maart 2008
Student : Patricia Anciaux Stageschool: MPI De Bevertjes te Oedelem
Begin: 13h50 Einde: 15h05
Leergebied/domein: M.V./media
Stageklas: speelleerklas lager C
Beginsituatie: De leerlingen kunnen al een computer opstarten en surfen op het internet. Werken met word hebben ze echter nog niet geoefend.
Er zijn telkens maximum drie leerlingen aan de computer zitten. Dit voor optimale begeleiding. Dit is een speelleerklas van het type 2.
De andere leerlingen werken zelfstandig . Om de 25 minuten worden er drie nieuwe leerlingen bij de leerkracht geroepen.
Situering in de ontwikkelingsdoelen. :
Ø 1 De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.
Ø 2 De leerlingen gebruiken ICT op een veilige verantwoorde en doelmatige manier.
Ø 3 De leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
Ø De leerlingen kunnen zelfstandig leren in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
Ø De leerlingen kunnen ICT gebruiken om eigen ideeën creatief vorm te geven.
Ø De leerlingen kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren.
Ø De leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen.
Ø De leerlingen kunnen ICT gebruiken om op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren.
Lesdoelen:
Cognitieve doelstellingen:
Ø De leerlingen kunnen een computer opstarten.
Ø De leerlingen kunnen word openen.
Ø De leerlingen kunnen een tekst typen in een word document.
Ø De leerlingen kunnen de tekst bewerken.
Ø De leerlingen kunnen een word document opslaan.
Ø De leerlingen kunnen de begrippen enter en spatie onthouden.
Socio affectieve doelstellingen:
Ø De leerlingen kunnen samenwerken.
Ø De leerlingen kunnen zich verdraagzaam opstellen.
Ø De leerlingen kunnen naar elkaar luisteren .
Ø De leerlingen kunnen in omgang met anderen respect en waardering opbrengen.
Ø De leerlingen kunnen gemotiveerd zijn.
Ø De leerlingen kunnen een actieve werkhouding vertonen.
Bronnen:
Ontwikkelingsdoelen type 2
Internet
Cursus Media 2 LLO
Onderwijs- en leermiddelen:
1 computer in de klas, microsoft WORD, begeleidende fiche.
LESFASE 1: Inleiding 3 x Timing: 5 min.
LEERINHOUD
motivatie
De leerlingen zitten aan de computer.
De leerlingen wijzen:
- het toetsenbord aan .
- de computermuis aan.
- de entertoets aan.
- de spatie toets aan.
De leerlingen vertellen kort waarvoor het toetsenbord, de computermuis en de twee speciale toetsen dienen.
Spatie: een beetje plaats tussen twee woorden.
Enter: van regel verspringen, naar beneden springen.
WERKVORMEN EN MEDIA
Klassikale bespreking:
De leerkracht bespreekt met de leerlingen een aantal basisonderdelen van de computer.
De leerkracht stelt een aantal vragen:
wijs eens het toetsenbord aan.
Wijs eens de computermuis aan.
Wie kan eens de enter toets aanduiden?
Wie kan een de spatie toets aanduiden?
LESFASE 2: WORD 3 x Timing: 20 min.
LEERINHOUD
De leerlingen leren met drie samenwerken.
De leerlingen leren de basisstappen van een tekst opmaken in word.
De leerlingen leren:
- typen in word;
- het lettertype veranderen : Klik 2 keer vlug achter elkaar met je linkermuisknop op het woord. De achtergrond is opnieuw zwart. Daarna klikken we .met de linkermuisknop op de knop naast de cijfers. (zie begeleidende fiche)
- de grootte van het lettertype veranderen : Klik 2 keer vlug achter elkaar met je linkermuisknop op het woord. De achtergrond is opnieuw zwart. Daarna klikken we .met de linkermuisknop op de knop met de cijfers. (zie begeleidende fiche)
- de plaats van een woord veranderen : Klik 2 keer vlug achter elkaar met je linkermuisknop op het woord. De achtergrond is opnieuw zwart. Daarna klikken we .met de linkermuisknop op de knopjes met allemaal lijntjes .(zie begeleidende fiche)
- het kleur van het lettertype veranderen, : Klik 2 keer vlug achter elkaar met je linkermuisknop op het woord. De achtergrond is opnieuw zwart. Daarna klikken we .met de linkermuisknop op de A en een streep er onder..(zie begeleidende fiche)
- verschillende knoppen gebruiken in word;
- een woord selecteren;
- een document opslaan, zodat ze het later kunnen terugvinden. Ga naar de diskette ( vierkantje) of ga naar bestand, opslaan als. Bij bestandsnaam schrijven jullie je naam. En je plaatst het bij het mapje ICT.
- Nieuwe begrippen in verband met de computer.
Door de begeleidende fiche erbij te nemen, zien de leerlingen hoe ze een woord van lettertype moeten veranderen, het kleur van het lettertype moeten veranderen .
Vrij moment:
De leerlingen gaan elk om beurt met wat ze net geleerd hebben de tekst aanpassen. ( Zie pagina
WERKVORMEN EN MEDIA
Onderwijsleergesprek
De leerkracht zegt wat de leerlingen moeten doen aan de hand van een stappenplan die de leerlingen kunnen zien:
Ø Ga naar microsoft word: dat is het icoontje met de dikke blauwe W.
Lkr.: Nu zie je een wit blad met allemaal knopjes bovenaan en onderaan.
Ø Klik met je muis op dat wit blad.
Lkr.: Je ziet dat er een stokje staat te knipperen.
Ø Typ nu Pasen.
Ø Klik 2 keer met je muis op het woord.
Lkr.: Het woord heeft nu een zwarte achtergrond.
Ø Klik nu op de knopjes met allemaal lijntjes.
Lkr.: Wat zie je?
Lkr.: We gaan nu het lettertype eens veranderen.
Ø Klik opnieuw 2 keer vlug achter elkaar met je linkermuisknop op het woord. De achtergrond is opnieuw zwart.
Ø Ga naar het knopje naast de getallen. Kies een nieuw lettertype.
Lkr.: We moeten nu nog de grootte van het lettertype veranderen.
Ø Opnieuw dubbelklik met je linkermuisknop op het woord.
Ø Daarna klikken we op de knop met de cijfers. Kies nu zelf hoe groot jouw lettertype moet zijn.
Lkr.: Nu gaan we nog het kleur veranderen.
Ø Ga naar het knopje met de letter A en een streep onder. Klik daar op en kies een nieuwe kleur.
Ø Typ nu onder Pasen dit tekstje over.
Na iedere zin, enter. Nieuwe lijn.
Het is bijna Pasen.
Dan is het vakantie.
We mogen twee weken thuis blijven.
Dat vinden we reuze fijn.
Vrij moment:
Probeer nu zelf eens een aantal dingen aan de tekst ( lettertype te veranderen.)
Een document opslaan.
We gaan nu het document opslaan.
Ga naar de diskette ( vierkantje) of ga naar bestand, opslaan als.
Bij bestandsnaam schrijven jullie je naam.
En je plaatst het bij het mapje ICT.
Lesfase 3: Computer uitschakelen Timing: 5 min.
LEERINHOUD
We klikken onderaan in de linkerbenedenhoek op start.
Daarna op uitschakelen.
Dan nog eens op uitschakelen.
Als de computer uit is, duwen we op het aan en uit knop aan het scherm.
De leerlingen schakelen de computer uit.
WERKVORMEN EN MEDIA
- -Als we de computer nu willen afsluiten. Hoe moeten we dat nu op de juiste manier doen?
De leerkracht overloopt de stapjes met de leerlingen.
Begeleidende fiche WORD
Kijk eerst wat je moet doen en ga dan pas aan de slag!!
Opdracht 1: Een document opmaken
1. Open Microsoft Word. Dit wil zeggen dat je dubbelklikt op het icoontje.
2. Nu zie je een wit blad met allemaal knoppen. Klopt dit?
3. We gaan een document maken met als titel Pasen.
Typ: Pasen.
4. Ik wil dat Pasen in het midden van het blad komt.
Met je muis dubbelklik op het woord pasen. Het woord heeft nu een zwarte achtergrond.
Daarna klikken we op deze knop:
5. De lettergrootte van het woord Pasen moet 20pt zijn.
Met je muis dubbelklik op het woord Pasen .Het woord heeft nu een zwarte achtergrond.
Daarna klikken we op deze knop:
6. We gaan een mooier lettertype zoeken.
Met je muis dubbelklik op het woord Pasen.Het woord heeft nu een zwarte achtergrond.
Daarna klikken we op deze knop:
We duiden het juiste type aan. Dit mag je zelf kiezen.
7. De titel krijgt ook een andere kleur. Dit mag je zelf kiezen. Je kiest een andere kleur met deze knop:
8. Typ het volgende stukje tekst over.
Na iedere zin, spatie.
Het is bijna Pasen.
Dan is het vakantie.
We mogen twee weken thuis blijven.
Dat vinden we reuze fijn.
9. De tekst kunnen we schuin plaatsen, in het vet of onderstreept.
Met je muis dubbelklik op het woord. Het woord heeft nu een zwarte achtergrond.
Daarna klikken we op één van deze drie knoppen:
10. Tijd over?
=> Probeer nog andere woorden eens te bewerken.
Opdracht 2: Een document opslaan
Het is de bedoeling dat we ons documentje later nog eens kunnen herbekijken. We zullen het dus ergens op de computer moeten opslaan. Dit doen we zo:
Doel van deze les: De leerlingen van lager C werken heel weinig met de computer. Ze spelen er tijdens een vrij moment soms spelletjes op. Deze les heeft als doel om te kijken wat de leerlingen al kennen. Of zij bepaalde delen van de computer bij naam kennen en weten waarvoor iets gebruikt wordt.
Lesvoorbereiding:
Datum: 4 maart 2008
Student: Patricia Anciaux Stageschool: MPI De Bevertjes te Oedelem
Begin: 13h50 Einde: 14h40
Leergebied/domein: M.V./media
Stageklas: speelleerklas lager C
Beginsituatie: Dit is een eerste controleles. Een groot deel van de leerlingen kunnen spelletjes spelen op de computer. De leerlingen hebben nog nooit les gekregen over de computer. De leerlingen hebben nog nooit de delen van de computer moeten benoemen.
Er zitten negen leerlingen in de klas. De leerlingen worden in groepjes van drie leerlingen verdeeld.
Situering in de ontwikkelingsdoelen. :
Ø 1 De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.
Ø 2 De leerlingen gebruiken ICT op een veilige verantwoorde en doelmatige manier.
Ø 3 De leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
Ø De leerlingen kunnen zelfstandig leren in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
Ø De leerlingen kunnen ICT gebruiken om eigen ideeën creatief vorm te geven.
Ø De leerlingen kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren.
Ø De leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen.
Ø 8 De leerlingen kunnen ICT gebruiken om op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren.
Lesdoelen:
Cognitieve doelstellingen:
Ø De leerlingen kunnen de delen van de computer aanduiden en benoemen.
Ø De leerlingen kunnen een computer opstarten.
Ø De leerlingen kunnen informatie uit een PowerPoint presentatie halen.
Socio affectieve doelstellingen:
Ø De leerlingen kunnen elkaar helpen.
Ø De leerlingen kunnen samenwerken.
Ø De leerlingen kunnen zich verdraagzaam opstellen.
Ø De leerlingen kunnen naar elkaar luisteren .
Ø De leerlingen kunnen in omgang met anderen respect en waardering opbrengen.
Ø De leerlingen kunnen elkaar laten uitspreken en onderbreken elkaar niet zonder het woord te vragen.
Ø De leerlingen kunnen gemotiveerd zijn.
Ø De leerlingen kunnen een actieve werkhouding vertonen.
Bronnen:
Ontwikkelingsdoelen type 2
Internet
Cursus Media 2 LLO
Onderwijs- en leermiddelen:
1 computer in de klas, Laptop, toetsenbord, computermuis. Pc => Kapotte om de binnenkant eens te laten zien. ,Cd- rom ,diskette, printer , kaartjes met de juiste benaming.
LESFASE 1: Inleiding Timing: 15 min.
LEERINHOUD
motivatie
De leerlingen zullen waarschijnlijk het scherm aanduiden omdat zij dit als de computer zien.
De leerlingen kunnen naar de PowerPoint presentatie kijken. De leerlingen leren dat ze met de linkermuisknop moeten klikken om verder te gaan.
De leerlingen leren dat als ze aan de laatste pagina komen op F5 moeten drukken en met de linkermuisknop moeten klikken om de voorstelling nog een keer te bekijken.
WERKVORMEN EN MEDIA
Klassikale bespreking:
De leerkracht heeft delen van de computer op de tafel staan.
Lkr.: Jullie mogen heel rustig naar hier komen.
Lkr.: Wie kan dat eens de computer komen aanduiden.
De leerkracht vertelt dat dit niet volledig juist is.
Lkr.: Het scherm is enkel een deeltje van de computer. De leerkracht toont wat de pc is. ( systeemkast)
Lkr.: Dit is de pc, hier zit alles in om de computer te laten werken.
Een computer is een ingewikkeld toestel, met vele onderdeeltjes.
Die onderdeeltjes gaan we vandaag wat beter leren kennen.
De leerlingen mogen meegaan tot bij de computer.
De leerkracht heeft al een PowerPoint presentatie openstaan.
Straks gaan jullie in groepjes samenwerken. Jullie gaan vragen krijgen, soms moeilijke soms minder moeilijke. Voor de moeilijke vragen mogen jullie per groepje eens naar de computer komen en lezen wat er op het scherm staat.
Lkr.: We noemen dit een diavoorstelling. Het kan zijn dat wanneer je hier komt je dit scherm krijgt. ( laatste)
Lkr.: Dan ga je op f5 drukken en met de linkermuisknop klikken.
=> Leerkracht toont voor.
LESFASE 2: groepswerk Timing: 20 min.
LEERINHOUD
Groepswerk:
De leerlingen leren samenwerken.
De leerlingen leren de onderdelen van de computer op een zelfstandige manier kennen.
De leerlingen kunnen de computer inschakelen als ze hulp nodig hebben
.
WERKVORMEN EN MEDIA
Groepswerk:
De leerkracht verdeelt de leerlingen in drie groepjes van 3 leerlingen.
Lkr.: Jullie zitten nu per 3: Ik heb hier prenten en tekstballontjes mee. Je kijkt goed naar de prenten en je leest goed de tekstballonnetjes.
Lkr.: Je denkt goed na over welk tekstballonnetje bij welke prent hoort.
Lkr.: Je legt het juiste tekstballonnetje bij de juiste prent.
Lkr.: Als je iets niet weet, mag je de computer als hulpmiddel inschakelen. ( eerst toestemming vragen zodat er geen ruzie van komt)
Lkr.: Als jullie denken klaar te zijn, vinger in de lucht en ik kom kijken.
Controle is achteraan aan de grote tafel. De leerlingen plaatsen dan het juiste tekstballonnetje bij het juiste onderdeel.
LESFASE 3: verwerking Timing: 15 min.
LEERINHOUD
De leerlingen vullen de vraagjes op het werkblad in.
De leerlingen leren de tekst grondig door te nemen.
De vragen:
1* Welke kaart hoort niet thuis in de computer (of in het rijtje)?
O videokaart
O landkaart
O geluidskaart
2* Verbind met de juiste pijl!
computermuis* * gebruik je om iets aan te wijzen
systeemkast * * dit deel bevat de meeste onderdelen.
printer * * drukt mooie tekeningen en teksten af.
Toetsenbord * * daarmee tover je cijfers en letters op het scherm
Cd-rom-speler*· * stop je van die kleine glimmende schijfjes in.
3* Wie is de kleine broer van de computer?
4* Ook de diskette heeft grote broers. Welke? (2)
5* En tot slot:
«Windows 2000» is de naam van het
Indien de leerlingen het antwoord niet weten, mag er telkens een leerling het antwoord opzoeken op de computer ( diavoorstelling of achteraan op de grote tafel).
=> Tijdens de volgende les hoekenwerk kunnen de leerlingen in groepjes op de computer.
WERKVORMEN EN MEDIA
De leerlingen krijgen een werkblad. De leerkracht overloopt samen met de leerlingen de vragen.
De vragen worden klassikaal opgelost:
1* Welke kaart hoort niet thuis in de computer (of in het rijtje)?
O videokaart
O landkaart
O geluidskaart
2* Verbind met de juiste pijl!
computermuis* * dit deel bevat de meeste onderdelen.
systeemkast * * gebruik je om iets aan te wijzen
printer * * drukt mooie tekeningen en teksten af.
toetsenbord * * stop je van die kleine glimmende schijfjes in.
CD-romspeler* * daarmee tover je cijfers en letters· op het scherm
3* Wie is de kleine broer van de computer?
4* Ook de diskette heeft grote broers. Welke? (2)
5* En tot slot:
«Windows 2000» is de naam van het
Werkblaadje de computer.
De PC even voorstellen!
1* Welke kaart hoort niet thuis in de computer (of in het rijtje)?
O videokaart
O landkaart
O geluidskaart
2* Verbind met de juiste pijl!
computermuis* * dit deel bevat de meeste onderdelen.
systeemkast * * gebruik je om iets aan te wijzen.
printer * * drukt mooie tekeningen en teksten af.
toetsenbord * * stop je van die kleine glimmende schijfjes in.
CD-romspeler* * daarmee tover je cijfers en letters op het scherm.
Doel van deze les: Het doel van deze les is de leerlingen in contact laten komen met andere programmas die zij thuis zelf minder zouden gebruiken, maar die toch nuttig kunnen zijn. De leerlingen hebben echter nog niet met tekenprogrammas gewerkt. Tux paint kan je van het internet downloaden en het is bovendien een zeer leuk programma om met te werken. Het leren kennen van dit programma, zou opnieuw een pluspunt zijn voor het latere leven. Zo kunnen ze in hun vrije tijd eens creatief werken op de computer. Al het kunnen en leren staat in teken van later, vrijetijdsbesteding en dergelijke.
Lesvoorbereiding:
Datum: 18 maart 2008
Student: Patricia Anciaux Stageschool: MPI De Bevertjes te Oedelem
Begin: 13h50 Einde: 15h05
Leergebied/domein: M.V./media
Stageklas: speelleerklas lager C
Beginsituatie: De leerlingen kunnen al een computer opstarten en surfen op het internet. Werken met TUX PAINT hebben ze echter nog niet geoefend.
Dit zou een pluspunt zijn voor het latere leven. Zo kunnen ze in hun vrije tijd tekenen op de computer.
Er zijn telkens maximum drie leerlingen aan de computer zitten. Dit voor optimale begeleiding. Dit is een speelleerklas van het type 2.
De andere leerlingen werken zelfstandig . Om de 25 minuten worden er drie nieuwe leerlingen bij de leerkracht geroepen.
Situering in de ontwikkelingsdoelen. :
Ø 1 De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.
Ø 2 De leerlingen gebruiken ICT op een veilige verantwoorde en doelmatige manier.
Ø 3 De leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
Ø De leerlingen kunnen zelfstandig leren in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
Ø De leerlingen kunnen ICT gebruiken om eigen ideeën creatief vorm te geven.
Ø De leerlingen kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren.
Ø De leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen.
Ø De leerlingen kunnen ICT gebruiken om op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren.
Lesdoelen:
Cognitieve doelstellingen:
Ø De leerlingen kunnen een computer opstarten.
Ø De leerlingen kunnen TUX PAINT openen.
Ø De leerlingen kunnen een tekening maken.
Ø De leerlingen kunnen kennismaken met TUX PAINT
Socio affectieve doelstellingen:
De leerlingen kunnen elkaar helpen.
Ø De leerlingen kunnen samenwerken.
Ø De leerlingen kunnen zich verdraagzaam opstellen.
Ø De leerlingen kunnen naar elkaar luisteren .
Ø De leerlingen kunnen in omgang met anderen respect en waardering opbrengen.
Ø De leerlingen kunnen gemotiveerd zijn.
Ø De leerlingen kunnen een actieve werkhouding vertonen.
Bronnen:
Ontwikkelingsdoelen type 2
Internet
Cursus Media 2 LLO
Onderwijs- en leermiddelen:
1 computer in de klas, TUX PAINT, begeleidende fiche.
LESFASE 1: Inleiding 3 x Timing: 5 min.
LEERINHOUD
motivatie
De leerlingen zitten aan de computer.
De leerlingen benoemen:
- het toetsenbord => om letters op het scherm te toveren. .
- de computermuis => om dingen aan te wijzen op het scherm.
- de entertoets => van regel verspringen, naar beneden springen
- de spatie toets => een beetje plaats tussen twee woorden.
- Opstartknop => om de computer op te starten.
De leerlingen vertellen kort waarvoor het toetsenbord, de computermuis en de twee speciale toetsen dienen.
WERKVORMEN EN MEDIA
De leerkracht duidt een aantal dingen aan, de leerlingen zeggen zo vlug mogelijk de juiste benaming. De leerlingen vertellen er ook bij wat het nut is, waarvoor we dat nodig hebben.
De leerkracht stelt een aantal vragen:
wijs eens het toetsenbord aan.
Wijs eens de computermuis aan.
Wie kan eens de enter toets aanduiden?
Wie kan een de spatie toets aanduiden?
LESFASE 2: TUX PAINT 3 x Timing: 20 min.
LEERINHOUD
De leerlingen leren met drie samenwerken.
De leerlingen leren de basisstappen van een tekst opmaken in word.
De leerlingen leren:
Het programma verkennen.
De verschillende knoppen kennen.
Een tekening maken op de computer.
De tekening opslaan.
Het programma afsluiten.
- De leerlingen werken uiteindelijk zelfstandig.
- De leerlingen hebben aandachtig geluisterd wat je allemaal met het programma kunt doen.
- Aan de hand van de begeleidende fiche ( zie pagina 115) gaan de leerlingen nu zelfstandig een tekening maken. De goede lezers , lezen de fiche, de minder goede lezen kunnen naar de pictogrammen kijken.
WERKVORMEN EN MEDIA
Onderwijsleergesprek
De leerkracht zegt wat de leerlingen moeten doen aan de hand van een stappenplan die de leerlingen kunnen zien:
Ga naar de pinguïn ( tux paint).
Nu zie je een wit blad met allemaal knopjes aan de zijkanten. Het witte blad is je tekenpapier.
Aan de linker kant zien we de gereedschappen. De verschillende dingen die we kunnen gebruiken om te tekenen.
Penselen,
Stempel,
Lijnen,
Vormen,
Tekst,
Toverij,
Gom.
Ga nu in de linker kolom naar toverij.
Nu zie je in de rechterkolom, welke dingen we met toverij kunnen doen.
Scroll maar naar beneden, door op het pijltje te klikken.
=>De leerkracht laat de leerlingen vrij oefenen.
Klik nu in de linkerkolom op stempel.
Nu zie je in de rechterkolom verschillende stempels ( pinguïns).
=>De leerkracht laat de leerlingen vrij oefenen.
Hoe kunnen we nu iets weggommen?
Klik in de linkerkolom op gom. Daarna ga je met je muis naar het tekenblad en klik je op het stukje dat je weg wilt, uit wilt gommen.
Klik nu in de linkerkolom op schilderen. In de rechterkolom kan je kiezen hoe dik je penseel is.
Onderaan kan je uit kleuren kiezen.
=>De leerkracht laat de leerlingen vrij oefenen.
De tekening opslaan.
Na het tekenen klik je in de linkerkolom op opslaan. Daarna verlaat je het programma door op stoppen te klikken.
Wil je het programma verlaten? => ja
Een tekening maken. De leerkracht heeft de leerlingen de nodige uitleg gegeven. De leerlingen kunnen nu zelf een tekening maken.
Lesfase 3: Computer uitschakelen Timing: 5 min.
LEERINHOUD
We klikken onderaan in de linkerbenedenhoek op start.
Daarna op uitschakelen.
Dan nog eens op uitschakelen.
Als de computer uit is, duwen we op het aan en uit knop aan het scherm.
De leerlingen schakelen de computer uit.
WERKVORMEN EN MEDIA
- -Als we de computer nu willen afsluiten. Hoe moeten we dat nu op de juiste manier doen?
De leerkracht overloopt de stapjes met de leerlingen.
Begeleidende fiche TUX PAINT
Tux Paint!
1. Ga naar de pinguïn ( tux paint).
2. Dubbelklik op de pinguin. Nu zie je dit.
3. Nu zie je een wit blad met allemaal knopjes aan de zijkanten. Het middenblad is je tekenpapier.
4. Aan de linker kant zien we de gereedschappen. De verschillende dingen die we kunnen gebruiken om te tekenen.
· Penselen,
· Stempel,
· Lijnen,
· Vormen,
· Tekst,
· Toverij,
·Gom.
5. Ga nu in de linker kolom naar toverij.
6. Nu zie je in de rechterkolom, welke dingen we met toverij kunnen doen.
7. Scroll maar naar beneden, door op het pijltje te klikken.
8. Klik nu in de linkerkolom op stempel.
9. Nu zie je in de rechterkolom verschillende stempels ( pinguïns).
10. Klik in de linkerkolom op gom. Daarna ga je met je muis naar het tekenblad en klik je op het stukje dat je weg wilt, uit wilt gommen.
11. Klik nu in de linkerkolom op schilderen. In de rechterkolom kan je kiezen hoe dik je penseel is.
12. Onderaan kan je uit kleuren kiezen.
13. Een tekening maken.
Maak nu zelf een mooie tekening.
14. De tekening opslaan.
- Na het tekenen klik je in de linkerkolom op opslaan.
- Daarna verlaat je het programma door op stoppen te klikken.
Neen, uw blog moet niet dagelijks worden bijgewerkt. Het is gewoon zoals je het zélf wenst. Indien je geen tijd hebt om dit dagelijks te doen, maar bvb. enkele keren per week, is dit ook goed. Het is op jouw eigen tempo, met andere woorden: vele keren per dag mag dus ook zeker en vast, 1 keer per week ook.
Er hangt geen echte verplichting aan de regelmaat. Enkel is het zo hoe regelmatiger je het blog bijwerkt, hoe meer je bezoekers zullen terugkomen en hoe meer bezoekers je krijgt uiteraard.
DEEL III: WAT IS ER TE VINDEN IN DE LEERPLANNEN ,DE EINDTERMEN EN DE ONTWIKKELINGSDOELEN I.V.M. ICT ?
Het maken van een blog en het onderhouden is eenvoudig. Hier wordt uitgelegd hoe u dit dient te doen.
Als eerste dient u een blog aan te maken- dit kan sinds 2023 niet meer.
Op die pagina dient u enkele gegevens in te geven. Dit duurt nog geen minuut om dit in te geven. Druk vervolgens op "Volgende pagina".
Nu is uw blog bijna aangemaakt. Ga nu naar uw e-mail en wacht totdat u van Bloggen.be een e-mailtje heeft ontvangen. In dat e-mailtje dient u op het unieke internetadres te klikken.