Brakel-Brussel. In het kader van de universitaire "dinsdaglezingen" in de HUB (Hogeschool Universiteit Brussel)-Brussel werd een interessant onderwerp besproken door mevrouw Vera Hajtó - een doctorale reseacher aan de KU - m.n. de aanwezigheid van duizenden Hongaarse kinderen in Vlaanderen in de jaren 1923-27. Het ging hier over het verstrekken van een 'vakantie' aan arme Hongaarse kinderen - hoofdzakelijk meisjes - door Vlaamse katholieke gastgezinnen. De kinderen kwamen naar Belgenland met de trein (a magyar gyermekek vonatai). Uiteindelijk werden circa 23.000 kinderen gedurende deze periode naar Vlaanderen gebracht. Over dit fenomeen was in Nederland reeds uitgebreid onderzoek verricht. De Vlaamse tak bleef grotendeels onaangeroerd tot mevr. Hajtó in haar doctoraal proefschrift aan dit onderwerp aandacht besteedde en het onderwerp in de actualiteit bracht. Dat dit een gevoelig onderwerp is bewees de grote opkomst voor deze lezing in de HUB te Brussel in december jl. Wij waren zelf aanwezig. Wij brengen een verslag over deze gebeurtenis.
Mevrouw Vera Hajtó, een Hongaarse, kwam als Erasmusstudente naar België. Later studeerde zij geschiedenis in Budapest. Later keerde zijn naar Belgenland terug (Intussen is zij gehuwd met een Belg). Aan de KU-Leuven is zij nu aan het doctoreren - meer specifiek over de Hongaarse kinderen die later in België bleven, volwassenen werden en hier huwden -. In de loop van het voorjaar 2012 zal zij hij doctoraal proefschrift over dit onderwerp verdedigen voor een jury. Nu gaf zij d.m.v. een powerpoint presentatie, in voortreffelijk Nederlands, een uiteenzetting over deze historische gebeurtenissen uit het verleden. Haar presentatie begon met een 'familiefoto' waarop een familie te zien was met hun 'Hongaartje'.....
Een stuk geschiedenis.
Door het verdrag van Trianon (4 juni 1920) - hierover verschenen reeds diverse artikels op deze blog - verloor Hongarije zowat 2/3 van het grondgebied. Bovendien werd het land afgesneden van veel natuurlijke hulpbronnen, industriële activiteiten en miljoenen etnische Hongaren. Dit had zware gevolgen voor de bevolking uit die gebieden. Velen verloren zowat alles en leefden in Hongarije in bittere armoede. Ze leefden in slechte huizen, treinwagons, krotten, waren ondervoed enz. - Dit werd uitvoerig geïllustreerd door een filmpje van een hulporganisatie over de situatie waarin vele kinderen leefden -. Dit trok de aandacht van internationale hulporganisatie en zij begonnen een actie om de kinderen een soort vakantie aan te bieden. De eerste kinderen kwamen vooral naar Nederland in protestantse gezinnen vanaf 1920. Nederland was in WOI neutraal en dus niet getroffen door de oorlogsellende. De kinderen kregen een vakantie tot zes maand. Andere kinderen gingen naar Zwitserland, Zweden en Engeland. In Hongarije werd de actie georganiseerd door de 'Staatsliga voor kinderbescherming'. Hier waren vooral religieuze orden bij dit project betrokken. Rond 1922-23 kwamen wel Oostenrijkse kinderen naar Vlaanderen, meestal van katholieken huize. Pas in 1923 sloot België zich aan bij deze actie en dit onder aandringen vanuit Nederland. Toch kwamen de protestantse en katholieke kinderen strikt gescheiden aan in die landen. Het aantal vrijwilligers in Nederland werden steeds kleiner in aantal en bijgevolg werd er uitgekeken naar de houding van België. Kardinaal Mercier vond echter dat indien België zich zou engageren dit een goede zaak zou zijn voor de kerk in internationaal verband. Een Hongaarse priester, Miklós Knébel, kwam in ons land lobbyen en toen hij een aanbevelingbrief van de Hongaarse Aartsbisschop János Czernoch kon voorleggen aarzelde Mercier niet meer en vond dat ze mee moesten gaan in dit project. Dit was niet evident, gezien de houding van Frankrijk tegenover Trianon en hij was niet zeker dat de Belgische elite dit zo maar zo steunen. Bovendien was het land Hongarije weinig bekend in Belgenland - dit is trouwens nu nog zo -. Bijgevolg werden de eerste kinderen (63) zowat binnengesmokkeld van Nederland (1 mei 1923). In Nederland kwamen de Hongaarse kinderen nog steeds per trein aan. De kinderen werden over families verspreid en hadden geen officiële reisdocumenten. De autoriteiten lieten echter begaan.
Vanaf juli 1923 kwamen zowat 700 kinderen voor een vakantie met een frequentie van elke tweede maand en op autonome basis, dus los van de actie in Nederland. De kinderen kwamen hoofdzakelijk terecht in katholieke families of kloosters en/of abdijen m.a.w. het zwartepunt van het onthaal lag in Vlaanderen (89% verdeeld over: Oost-Vlaanderen 27% - West-Vlaanderen 19% - Antwerpen 26% - Vlaams Brabant 12%). De gemiddelde leeftijd van de kinderen was negen jaar (range van 3-4 tot 15-16 jaar) en het waren hoofdzakelijk meisjes (82 t.o.p. van 18% jongens). 50% van de Hongaarse kinderen kwam uit Budapest en ruime omgeving m.a.w. uit een stedelijk milieu. Over de selectie van de kinderen in Hongarije zelf is weinig bekend. Enkel zijn gegevens bekend over een soort medische keuring op o.a. TBC en luizen en op hun gewicht. De Belgische coördinatie gebeurde vanuit een hoofdkwartier in Turnhout - Secretariaat voor het Hongaarse kinderwerk - onder leiding van de lokale deken Joanes Jansen. Samen met Miklós Knébel was dit secretariaat ook verantwoordelijk voor de promotie - propaganda - en het vinden van financiële middelen - beroep doen op giften en het verkopen van een postkaart - voor dit initiatief. Vanaf 1924 werd aan de pleegouders een soort bijdrage in de reiskosten gevraagd. Lokaal werd samengewerkt met de parochies en de locale elites. Vanaf de kansel werd promotie gemaakt voor dit initiatief. Er werd verwezen naar de sterke Maria-verering in zowel Vlaanderen als Hongarije. Natuurlijk werden de steeds wederkerende treinen vol kinderen her en der opgemerkt en dit droeg bij tot een beeldvorming.
Een negatief gevolg van de langere verblijfsperiode was dat sommige Hongaarse kinderen hun eigen moedertaal verleerden. Dit probleem werd onderkend en onderwijsmensen uit ginder kwamen naar hier om de kinderen bij te staan - doch in zeer beperkte aantallen -. Over de manier van selecteren van de gastfamilies zijn weinig gegevens bekend en ook over het feit of sommige Hongaarse kinderen langer bleven - waarom en wie nam die beslissing?-. Sommigen kinderen bleven door omstandigheden gedwongen zelfs gewoon in België. Hun moeder was alleenstaande (weduwe), armoede enz. Dit aantal wordt geschat op zowat 5 à 10% van het totaal. Deze kinderen integreerden in de maatschappij werden volwassenen en huwden Belgische partners of traden toe tot kloosterorden. Juridisch veroorzaakte deze situatie nogal wat problemen. De actie eindigde officieel in 1927. Aangezien mensen uit de zgn. 'westhoek' slechts later tot de actie toetraden kwam er protest uit die hoek dat opdoek in toenmalige lokale weekbladen. Bijgevolg werden later nog zomertreinen ingelegd en een soort tegenbezoek voor de kinderen georganiseerd.
Een latere actie in de jaren 1947 kwam er onder impuls van Caritas Catholica dat zich inzette voor behoeftige kinderen. Dus na WOII kwamen nogmaals Hongaarse kinderen (circa 2000) naar Belgenland voor een langere vakantie. Het succes is deels te verklaren door de herinnering van vele gastfamilies uit de eerste actie aan hun 'Hongaartje'. De actie was toen echter totaal anders georganiseerd. Het toenmalige heersende communistische regime in Hongarije maakte echter een einde aan deze uitwisseling....
Het fotoverslag.

De PP presentatie staat klaar en de titel van de lezing is duidelijk te zien. Als we naam van de spreekster zouden vertalen dan wordt dat Vera 'koetsier'.

De belangstelling voor het onderwerp van deze Universitaire Dinsdaglezing was zondermeer groot. Blijkbaar zijn heel wat mensen rechtstreeks of onrechtstreeks in deze actie geïnteresseerd en/of betrokken.

Nog een zicht op een ander deel van de zaal met de aanwezigen.

Vertegenwoordigers van de Hongaars-West-Vlaamse vriendenkring (Magyar-Flamand
Baráti Kör Nyugat-Flandria) waren prominent aanwezig op deze lezing.

De heer Willy Haelewyn (voorzitter van deze lezingen) stelt de spreekster Vera Hajtó voor en geeft een inleiding op de lezing. Hijzelf maakte kennis met deze actie via een artikel in 'Kerk & Leven' het zgn. 'parochieblad'.

Op de foto de doctoraal reseacher en spreekster Vera Hajtó die een bijzonder goed geïllustreerde lezing gaf in uitstekend Nederlands...

De spreekster laat een getuige aan het woord. De moeder van deze betrokken dame kwam destijds als kind naar België en huwde hier. Nog andere vertelden over de situatie van hun 'moeder' die ooit als kind naar Belgenland kwam.
Bron: eigen ervaring, eigen foto's. Mevr Hajtó was zo vriendelijk mij de tekst van haar lezing te bezorgen. Verdere info en foto's via: http://users.skynet.be/fa616626/kindertr
|