Acht augustus : onze laatste dag in Ayutthaya. Volgens de papieren
tabellen vertrekt onze trein om 12.18 naar Bangkok, dus we zorgen dat we
ruim op tijd daar zijn. Je weet immers nooit met het treinverkeer. Aan
het loket leren we echter dat de trein pas om twintig voor een aan zou
komen en de hele trein enkel derde klas is. Uiteindelijk komt de trein
ruim na één aan in ons klein stationnetje. Dat het derde klas was zullen
we geweten hebben! Door al het gehots en gebots van de trein (duidelijk
dingen zonder vering, dempers, schokabsorberende dingen of wat er
tegenwoordig in de treinen zitten) zijn de houten banken in een niet al
te beste staat. Zowel Joske als ik slagen er in om de bank te breken,
samen met een heleboel andere medepassagiers die doorheen de trein
hetzelfde probleem hebben. Maar niet getreurd, gewoon de zitting er
terug opleggen en terug meehotsen. De derdeklastreinen in Thailand zijn
dus bijna zo stipt als de NMBS maar iets minder stabiel. Ik zweer dat ik
nooit meer over de belgische treinen klaag. (Of toch niet de komende
maanden.) Uiteindelijk aangekomen in Bangkok zoeken we ons eerste hotel
weer op. We hebben met Tim en Ohn afgesproken in het centrum om iets te
gaan eten dus we vertrekken goed op tijd. Om zeker een halfuur te doen
over de eerste kilometer en meer dan een halfuur te laat te komen.
Eenmaal daar eten we iets en gaan we nog op stap met Ohn. Slenteren
langs de marktjes, winkeltjes in en uitgaan en het hoogtepunt van
vandaag... een massage. Ohn en Joske kiezen voor een voetmassage maar ik
ben iets te kietelachtig dus ik kies voor een nek en hoofdmassage. Echt
waar, hemels! Echt hemels. En amper 100 baht elk voor een halfuur pure
verwennerij! Met de taxi terug en gaan slapen.
9 augustus : vandaag een heel heel erg rustige dag. Zowel Joske als ik
hebben nogal wat last van onze maag en darmen, dus behalve slapen, lezen
en wat rondhangen in een van de winkelcentra is er niet veel gebeurd.
Hopelijk is dit morgen over.
10 augustus : terug een hoopje openbaar vervoer vandaag, want we wilden
echt Wat Arun zien. Niet minder dan twee verschillende skytrains en twee
boten brengen ons naar onze bestemming. Ooh mijn god, wat zijn die
trappen hoog! Ik ben niet aan het overdrijven als ik zeg dat een enkele
trede tot aan Joske haar knie komt! Soms snap ik die Thai toch niet
hoor, meestal gigantische bouwwerken maar de helft van hen komt niet
eens aan mijn schouders. Soit, Joske probeert nog voorzichtig en
enigzins deftig te enorme trappen op te gaan, terwijl ik alle deftigheid
laat varen en gewoon om handen en voeten, monkeystyle, de trap op
klauter. Eenmaal boven worden we beloond met een prachtig zicht over de
stad en de rivier. De weg naar beneden is nog minder aanlokkelijk dan
maar boven. Men zou er zowaar nog hoogtevrees van krijgen. Eenmaal terug
in Bangkok duiken we een boekenwinkel in (gedurende de reis hebben we
wat boeken in tweedehands boekenwinkels gekocht en terug verkocht) want
onze voorraad is weer uitgeput. Met onze nieuwe aanwinsten nestelen we
ons in de Starbucks voor een uur of twee. Dan iets eten (of poging tot,
de ober had mijn bestelling blijkbaar niet goed begrepen en dus niet
doorgegeven. Gelukkig had ik toch niet veel honger en heb ik wat
frietjes van Joske gestolen. Al was ik op het moment zelf wel een beetje
boos.) Daarna zijn we eens de Thaise cinema gaan uitproberen en hebben
we brave in 3D met thaise ondertitels gezien. Voor de film begint is er
trouwens 'the royal anthem ' waar iedereen uit respect voor moet
rechtstaan. Bon, geniale tekenfilm!! Maar 3D is toch niet zo mijn ding.
Nu slapen, want morgen gaan we eindelijk naar de Chatuchak weekend
market! Dat wordt shoppen :D.
vijf augustus om kwart na zeven staan we vertrekkensklaar om met onze
tour te beginnen. Blijkbaar zijn we de laatste om opgehaald te worden,
dus nog even wachten voor ons.
Na iets meer dan een uur rijden met de minibus door dichte groene wouden
waar je met gemak (en plezier want ze zijn echt prachtig) in verdwalen
wil, komen we aan op onze eerste stop. Een warmwaterfontein op een
uitgedroogde vulkaan. Klinkt zeer exotisch en mooi tot je weet dat dit
op een overmaats parkeerterrein te vinden is en niet ten midden van
bossen. Wie vulkaan zegt, denkt ook aan sulfer dus inderdaad, de stank
van rotte eieren bleef daar wel rondzwerven. Na weer enkele uren rijden
langs uitgestrekte rijstvelden waar her en der af en toe een eenzaam
figuurtje gebukt staat, afgezoomd in de verte door een keten heuvels die
als overmaatste, eeuwenoude, met gras en woud begroeide slapende reuzen
de wacht houden, was het tijd voor de volgende stop. The white temple.
Of Wat Rong Khun. Gewoonweg fantastisch. Fascinerend, fenomenaal,
oogverblindend, adembenemend, schitterend, ongelooflijk, brilliant,...
en elk ander adjectief in deze aard die er te bedenken valt. Aan de
ingang staan er twee bomen, waar lugubere, keramieken, afschuwelijk
lelijke koppen in hangen. Elk met een open mond waar een waterval van
vuilgroene planten uitstroomt als een straal tijdelijk bevroren kots.
Zowel in als uit de tempel ga je van hel naar hemel, en dat zullen we
geweten hebben. Na de opgehangen hoofden moeten we een poel met een smal
paadje oversteken om bij de brug te komen. Uit de gehele poel, van
beide kanten, komen honderden en honderden plaasteren handen grijpend en
smekend uitgestrekt vanuit de onderwereld naar de betoverde bezoeker.
Hierna gaan we de onbeschrijflijk mooie brug over om aan te komen bij de
tempel. Als de buitenkant van de tempel nog geen indruk maakt dan de
binnenkant wel. Ze wordt nog steeds geschilderd, maar met een precisie
en afwerking en overgang van kleuren waar de schilder van de sixtijnse
kapel jaloers op mag zijn. (Ik kan het weten, ik ben er al geweest). Na
veelvuldig rondgestaar, gaan we terug de minibus in. Deze keer naar the
golden triangle. Deze krijgt zijn naam door 1. Het knooppunt van Thailand, Laos en Myanmar te zijn en 2. Door de zware opiumhandel die
daar vroeger gedreven werd. Een kilo opium was evenveel waard als een
kilo goud. Vandaar dat opium ook het zwarte goud werd genoemd. Hier
nemen we een bootje naar Laos, waar we wat rondstruinen op een marktje,
om daarna met het bootje terug te keren naar de bus. Ondertussen is het
al dringend etenstijd en krijgen we een buffet voorgeschoteld. Btw als
ze zeggen "pas op, pikant " dan bedoelen ze ook echt echt echt wel
pikant. Amai! Na het eten gaan Joske en ik even borderhoppen in Myanmar,
want doordat we Cambodja te voet hebben overgestoken naar Thailand is
ons visum geen dertig maar vijftien dagen geldig. Raad eens wanneer ons
vliegtuig vertrekt? Jup, de zestiende dag... dus zo lossen we dat
probleempje weer op. Wanneer we terugkomen krijgen we van een Nieuwzeelandse reisgenote een maisijsje omdat ze te laat op de boot was.
Super lief! En eigenlijk niet half zo degoutant als het klinkt. Ik heb
zeker de helft opgekregen. Daarna rijden we door naar de longnektribe.
Ongelooflijk. Echt waar. Op de rit terug is de avond al gevallen en
begint het goed donker te worden. De deze ochtend zo uitnodigende bossen
zien er nu maar griezelig, duister en ondoordringbaar uit. Een witte
nevel raakt de bijna zwarte boomtoppen. Dit is het woud van
nachtmerries. Hier lopen tijgers, leeuwen, panters, beren of hondsdolle
apen rond op zoek naar een prooi. Of koppensnellende indianen, heksen,
weerwolven, roedels mensetende eekhoorns en konijnen of giftige
vlinders. Elk fout, donker, duister bos uit sprookjes, nachtmerries en
verhalen vindt hier zijn begin. Ga hier in en je komt er nooit meer uit.
Of wat een te actieve verbeelding en heel wat tijd niet teweeg kunnen
brengen. We vragen om ons op de weekendmarkt af te zetten en mijn hemel
is dit gigantisch! Na drie uur hebben we niet eens een achtste van de
markt gedaan. Heel knokke-heist kan hier makkelijk in verdwijnen. (Als
ik later trouwens heel erg rijk ben kom ik hier mijn schilderijen halen.
Wauw, echt wauw.) Soit, tegen elf uur kunnen we niet meer, zoeken we
een gezellig cafeetje op met een superhypertoffe jazzband en stappen we
terug naar ons guesthouse. Morgenavond vertrekken we naar Ayutthaya!
Zes augustus: bon, vandaag eigenlijk niet zoveel gedaan. Uit ons hotel
uitgechecked, een boekenwinkel opgezocht en in verschillende cafeetjes
onze tijd een beetje gespendeerd tot we konden vertrekken. Tegen acht
richting station. Eenmaal daar horen we dat de trein van negen meer dan
een uur en half vertraging heeft. Terwijl we wachten zien we een oude
vrouw met kaalgeschoren hoofd en wit linnen gewaad op de plaats die
speciaal voor monniken gereserveerd is zitten. Ohn en Tim hebben ons in Cambodja uitgelegd wat dit precies wilt zeggen. Dit zijn vrouwen die hun
man verloren zijn en klaar zijn om te sterven. Ze scheren hun haar af
en helpen de monniken met van alles en nog wat. Als je het mij vraagt
een heel wat aangenamere en zinvollere manier dan een bejaardentehuis.
Bon, onze trein komt eindelijk, twee uur later dan gepland en onze trip duurt bijna twaalf uur. Help.
Zeven augustus : ongelooflijk weinig geslapen op de trein, rechtstreeks
naar ons guesthouse gegaan en nog zo veel mogelijk van de tempels hier
proberen te zien, want we zijn zo 'n drie bijna vier uur later dan
gedacht. Om het wat sneller te laten gaan en we zo zeker alle middelen
van transportatie gebruikt zouden hebben, hebben we een brommer gehuurd.
Voor mensen die mij kennen, geen nood. Het was een ding voor ons twee
en Joske, die al heel wat ervaring op de motor heeft, zat aan het stuur.
Hoeraatje voor haar trouwens want ze rijdt veel rustiger, kalmer en
pakken veiliger dan elke bestuurder in Cambodja en pakweg de gemiddelde
bestuurder in Thailand. De tempels zijn mooi. Een kruising tussen Ankor
en het oude Rome maar zijn niet echt dingen waar je naar kan blijven
staren. Ondertussen hebben we al veel impressionantere dingen gezien.
Wel erg mooi is het hoofd van een Buddha die in een boom gegroeid is!
Met de brommer kun je helaas op een hoger tempo verloren lopen / rijden,
dus het duurde even voor we ons guesthouse terugvinden. Waarschijnlijk
wordt het een vroege avond, want we zijn beiden doodop van het weinige
slapen en morgen gaan we terug naar Bangkok!!
Veel kussen want het is veel en veel te heet voor knuffels. Flore en Joske.
Vandaag deden we weer een fenomenale ontdekking in Thailand. Deze keer
was het geen tempel, geen gekke tuktuk of een andere toeristische
attractie, maar gewoon de wonderen van het internet! Met dank aan Flore
haar mama hebben we zonet al jullie lieve berichtjes op ons gastenboek
ontdekt! Super tof dat jullie allemaal zo met ons meeleven! Danku voor
alle steun en de positieve vibes,
Groetjes Joske & Flore
PS: meer updates volgen waarschijnlijk vanuit Ayuthaya, onze volgende bestemming, want we hebben weer veel meegemaakt.