In Meise, van onder de toren van St.-Brixius
Rode slopen ook enkele fouten.
De foto op pag. 28moet vervangen
worden.Want hierop staat Raf Van
Campenhout, met op de achtergrond de Hazenbos (verdwenen) van Meise. Deze foto hoort huis in Meise,
onder de toren van St.-Martinus. Ik zal een recente foto maken van
jeugdschrijver Herman Van Campenhout die op deze plaats kan geplakt worden.
De volledige pagina 63 mag weg, want deze twee fotos zijn in dubbel
gebruik.Recent gekregen oude fotos
kunnen hier aangebracht worden.
Rode206.1
Benoit Emmerechts,., Jef Moyson, Jean Boegaerts, Louis Peremans, . , Petrus Van
Opstal,Caroline Van Opstal en Jeanne
Versaen.
Rode197.1
De Greef, Petrus Van Opstal, Caroline De Greef,
Zittend : Domien en Pauline Van Opstal en . De Greef
IXde Xde eeuw Het
centrum van St.-Bixius-Rode dateert uit deze periode.
Het steunpunt en vertrekpunt van de rode- en bosstreek is het Borchtveld met
het Hof te Rode, een oude versterkte motte omgeven door water en
waarschijnlijk gebouwd door de Aas uit Grimbergen in de XIIIde
eeuw
Het woord rode betekent gerooid bos, een ontginning.
Deze parochie is ontstaan en tot ontwikkeling gekomen in een onontgonnen gebied
en dateert uit de eerste helft van de XIde eeuw.
Heel het gebied langs de Bierbeek behoudt nog restanten, de sporen van een
beboste streek.
Pastoor Heylen schrijft met betrekking tot deze parochie : Reeds voor 1132
werd Sint Brixius Rode bediend door de parochiegeestelijkheid van Meise.
In 1803 werd tot pastoor aangesteld, Leopold Barnard de Montagne, Norbertijner.
Deze parochie is ouder dan de andere parochies gelegen ten Noorden van
Meise.Een ander feit : op 6.4.1267
treedt een Walter van Sint Brixius Rode op als getuigeen leenman van Leo van Aa.
Hebben we hier een bewijs dat de ontginning en de evangelisatie, vanuit Meise
in Noordelijke richting georiënteerd waren?
Nu rijst de vraag : waarom werd Sint Brixius tot beschermheilige genomen
?Een familie uit Doornik bezat
eigendommen te Rode.Sint Brixius is
de patroon van de oude dekenij Doornik.Het is best mogelijk dat deze grondeigenaarzijn invloed heeft doen
doorwegen om Sint Brixius als patroon te nemen.
De oudst gekende pastoor van deze parochie is Henricus van Rode (1200).Het vorige kerkgebouw in romaanse bouwtrant
werd in de XVIde eeuw verbouwd naar de voorschriften van de gotiek.In het metselwerk van de toren, werd nog een
vroeg gotisch raam behouden.Het
torengebouw is geschraagd door twee steunberen.In de voorgevel een wapenschild van de familie de Berghess.
De middenbeuk is veel ouder dan de zijbeuken.Het verliep doorgaans zo met de bouw van oude kerken.Eerst het middenschip om een bedehuis te
hebben en later vergroten met zijbeuken (omtrent het jaar 1655).
De middenbeuk zou dateren uit de XIIIde eeuw.
Ten einde verdere beschadiging te voorkomen werd in 1907 de kerk volledig
gerestaureerd, maar in tegenstelling met de parochiekerk Sint Martinus werd
hier eikenhouten lambrizering behouden waarop in medaillon de twaalf apostelen
en de H.Jozef en Franciscus zijn uitgebeeld.Ook het koorgestoelte waarin de beelden van de vier kerkleraars
gebeiteld staan, werd gerestaureerd.Het
gewelf is in hout.
Onder de kunstschatten kunnen we vermelden de doopvont (1587), een oud
gepolychromeerd beeld van de H. Anna in de stijl van Faidherbe en een in
palmenhout gesneden Kristus op het kruis, een beeld van O.L.Vrouw met kindje
Jezus op de arm.
WAUTERS,
Environs de Bruxelles, d.II, p.
304-306; GOETSCHALCKX, Album pastorum,
p. 132-133; VERBESSELT, Het parochiewezen,
d.II, p. 147-158.
2.Inlichtingen
betreffende het archief
Bestand
Kerkarchief Brabant
documenten
van 1700 tot 1777 (0,30 strekkende meter) nummers 24.473Bis,
24.479-24.480, 24.483, 24.514-24.515.
Het
archief van de kapel van Sint-Brixius-Rode werd samen met het archief van de
kerkvan Meise in bewaring gegeven
overeenkomstig de Archiefwet van 1955.
24.473bis:
atlas van de eigendommen van de kerk en de Armentafelvan Meise en van
Sint-Brixius-Rode, 1776
24.479-24.480,
24.483: staat van de goederen van de kerk en de Armen van Meise en
Sint-Brixius-Rode (1775-1777)
24.514-24.515:
rekeningen van de kerk en de Armen (1725-1728)
3.Archieftoegangen
Inventaris:
-Inv. (XII) van E. PERSOONS voor de
hierboven beschreven nummers.
De geschiedenis van deze parochie werd grondig
beschreven door pastoor Pauwels.Hij was
zo vriendelijk mij deze tekst op P.C. ter beschikking te stellen.
Mijn streekboek Meise, van onder de toren van St.-Brixius Rode Sib 2004, is een andere
benadering, maar mag als complementair aanzien worden.Achiel Bettesone reikt in Meise V.g.1997
een aantal feiten aan, want toen was Meise
maar twee parochies rijk.
IX Xde eeuw Het centrum van Rode dateert uit die periode. 1007 afhankelijkheid van Meise en ontstaan door toedoen van ene Everardus Rudolphus Tornacensis, een heer uit Doornik XIIde eeuw : Meise kreeg er toen een
parochiekerk bij : St.-Brixius-Rode
1106 De Bourboughs waren zeer rijk en waren afkomstig uit het doornikse.Zij hadden grote belangen in Meise-Rode.Everardustornacensis (d.w.z. doornikenaar) speelde een grote rol in de
geschiedenis van St.-Brixius-Rode. Pas na de XIXde eeuw werd deze parochie
onafhankelijk van Meise 1132
Door de overdracht van de eigendommen van de heren van Grimbergen aan de abdij
van Grimbergen kwamen de parochies Meise, Rode, Oppem en Strombeek onder de
jurisdictie van de abdij. 1132 bediening door geestelijkheid van Meise
Door de overdracht van de eigendommen van de heren van Grimbergen aan de abdij
van Grimbergen kwamen de parochies Meise,
Rode, Oppem en Strombeek onder de jurisdictie van deze abdij 1163 Te Meise bestond er een pastorijgoed vermeld onder de naam "Papenmorte" langs de "Midbeke" (bestaat thans niet meer). Volgens berekeningen had de Papen-meuter oorspronkelijk een oppervlakte
van 12 bunders of deze van de traditionele en verplichte mansus vermeld in
liber dotis van de kerk bij haar stichting. 1202 Henricus de Rode, sacerdos, is de oudst
gekende priester van St.-Brixius-Rode.Hij getuigde in een schenkingsbrief ten voordele van de abdij van Grimbergen.Het was een seculiere priester.Eerst in 1228, wanneer bisschop Niklaas van
Kamerijk aan de abdij van Grimbergen de bediening gaf in de onderhorige
parochies volgde ook rode en werd het een reguliere priester of witheer
Norbertijn van de abdij van Grimbergen.
1267 Op 6 april trad ene Walter van de parochie St.-Brixius-Rode op als
getuigeen leenman van Leo van AA.
1283 In het testament van Lodewijk van Leefdaal, heer van Wolvertem, werd een
pastoor plebanus de rode, Santus Brixius vermeld. 1587 De sokkel van de doopvont draagt dit jaartal.
1597 Er was een kelk in verguld zilver, met ronde voet, versierd met regelmatig
renaissance loofwerk, de knop en kuip versierd met gevleugelde engelenkopjes
met inscriptie onder de voet : + ex vedastino Anno 1597. auctus anno 1612.
I.Martyr +De 4 stempelwerken nog zeer
duidelijk H.27,50n.Deze kelk werd nog
te Grimbergen tentoon gesteld onder nummer 193 bij de kelken van de abdij
1655 een gedeelte van de kerk in Romaanse stijl van
toen 1750-1816 De rekeningen van de H.Geesttafel over deze periode werden opgenomen in het rijksarchief van Brussel onder de nrs 24.473 tot 24.532
1799 Waardevolle zaken van de abdij van Grimbergen werden als zwart goed
verkocht. In de archieven van de abdij berust het dagboek van Norbertijn Heylen ,
onderpastoor in Meise en dichter (ca 1800) Hij schreef : "de kapel van Rode heeft ook geplekt gestan en met voorwaarde van voor drie maanden afgebroken te worden. Die van Rode hebben dan een verzoekschrift opgestuurd, zeggende dat hun kerke geen kapel was maar gelijk een parochiekerk hebbende kerkhof, een afzonderlijke koster en inkomsten en goederen voor de armen en die afgescheiden zijn van die van Meise. dit verzoekschrift werd ingewilligd en de kerk van rode bleef bestaan."
1838 Petrus Boven pastoor tot 1862. De parochie zou toen zelfstandig geworden
zijn, los van de pastoor van Meise. De parochianen bouwden toen op eigen kosten een pastorij voor hun eigen inwonende pastoor. 1907 volledige restauratie van de kerk. Op de gedenksteen vinden wij :"kerk gebouwd in de XIIIde eeuw, vergroot in de XVde en XVIIde eeuw, hersteld in 1907. Pastoor Daniël Meert, Bouwkundige Ferdinand Symons te Brussel, aannemers gebroeders Coucke te Denderleeuw. 1943 In het boek van Wauters vinden wij binnenzichten van de St.-Brixiuskerk. 1973 E.H. De Belder pastoor van St.-Brixius-Rode overleed. 1987 Marcel De Pauw werd pastoor tot einde 1996
1989 De Marnixring Drijpikkel schonk aan de kerk twee XVIde eeuwse schilderijen
2007 viering van Brixius 100 en aankoop van nieuwe glasramen
Met veel belangstelling las ik de info over
Sint-Brixius. Als Rodenaar sedert 1977 is dat voor de hand liggend. Dat de
verrijking van het kunstpatrimonium van de kerk van Sint-Brixius me
interesseert is eveneens voor de hand liggend. Het is inderdaad de
serviceclub Marnixring Drijpikkel die ervoor gezorgd heeft dat het diptiek
rond de figuur van Sint-Brixius in deze parochiekerk is terecht gekomen. Deze
schilderijen werden toevallig door Wim Pas bij een partikulier gevonden en
als iconografie van Sint-Brixius herkend. De herkenning van de mirakelen van
Sint-Brixius ('gij zijt mijn vader niet'; de hete kolen in het kleed van
Sint-Brixius...) waren de sleutels tot de herkenning. Korte tijd voordien had
Wim Pas voor het tijdschrift van Berla een zeventiende eeuwse tekst over
Sint-Brixius uitgetikt. Het toeval heeft bijgevolg een mooie rol gespeeld bij
de herkenning... en bij de plaatsing van deze diptiek in de parochiekerk van
Sint-Brixius. Het lijkt me wenselijk aan de informatie van de site toe te
voegen dat de geschonken schilderijen Sint-Brixius betreffen; dat de
initiatiefnemer de Rodenaar Wim Pas was en dat partikulieren en de Dorpsraad
van Meise de sponsors waren voor de verwerving van deze kunstwerken. Ten
overvloede: De overhandiging van deze schilderijen aan de kerk gebeurde
tijdens een plechtige zitting in de kerk met toespraken door de
initiatiefnemer en inspirator, de pastor en met voorlezing, van de oude tekst
waarnaar hierboven wordt gerefereerd, door de Rodenaar Jef Burm. Dit
feestelijk gebeuren werd muzikaal opgeluisterd. De initiatiefnemer denkt er
met genoegen aan terug. Graag bezorg ik verdere info over dit gebeuren. Met
vriendelijke groeten en dank bij voorbaat voor uw reactie, Wim Pas
Ingegeven
op dinsdag 9 oktober 2007 om 19:50:29, door Wim Pas,
IP-adres: 81.242.187.118
We hebben het nu nog niet over de (onafhankelijke)
parochie Sint-Brixius-Rode. Wanneer wij echter de ontstaansgeschiedenis van
Rode overzien dan rijst wel de vraag: wanneer is hier de eerste (houten) kerk
gebouwd ?
Normaal gezien wanneer er voldoende mensen woonden.Wanneer we aannemen dat het dorp Rode in de
loop van bijna 3 eeuwen (grosso modo tussen 800 en 1100) zijn grondvorm heeft
gekregen, is het dan overmoedig te veronderstellen dat reeds voor het jaar
1000 hier een bidplaats geweest is ? Is het denkbaar dat het dorp Rode 150 à
200 jaar heeft bestaan alvorens hier een kerk was ?Ondanks het feit dat de kerstening van het
platteland vòòr het jaar 1000 geen eenvoudige zaak was[1], bleken toch
reeds in de Karolingische periode (rond 800) onze streken het vertrekpunt van
meer noordelijk gerichte missionering.
Op deze vragen zal wel nooit een antwoord komen.Wat we wel weten, is ook al merkwaardig
genoeg.Een samenvatting van de
bouwgeschiedenis van de kerk vinden we op de gedenksteen naast de hoofdingang:"
'Kerk gebouwd in den XIII eeuw / Vergroot in den XV en XVII eeuwen / Hersteld
in 1907 / Heere Pastoor Daniel Meert / Bouwkundige Ferdinand Symons te Brussel
/ Aannemers / Gebroeders Couckte (sic!) te Denderleeuw'"[2].Hieruit leren wij dus dat "Het vorige
kerkgebouw in romaanse bouwtrant in de 16e eeuw (werd) verbouwd naar de
voorschriften van de Gotiek. - De middenbeuk is veel ouder dan de
zijbeuken.
Het verliep doorgaans zo met de bouw van de oude kerken.Eerst het middenschip om een bedehuis te
hebben en later vergroten met zijbeuken (omtrent het jaar 1655). De middenbeuk
zou dateren uit de 13e eeuw"[3].
"Boven de druiplijst van de Romaanse deur staat een voetstuk, dat
waarschijnlijk op een beeld van St. Brixius, de patroonheilige van de parochie,
wacht"[4].In 1855 droeg de buitenmuur van het koor
nog ankers met het jaartal 1749[5].Bij K.B. van 23 maart 1938 werd de kerk als
monument geklasseerd.Het heeft echter
aan een zijden draadje gehangen of Rode had geen kerk meer.
"In november 1799 werden de kloosters en kapellen verkocht (niet de
parochiekerken), zo lezen wij in de geschriften van Pastoor Heylen...
'Kapel van Rode heeft ook geplekt gestaen en met voorwaarde van vòòr drie maand
afgebroken te worden.Die van Rode
hebben dan een verzoekschrift opgestuurd, zeggende dat hun kerke geen kapel
was, maar gelijk een parochiekerk, hebbende een kerkhof, een afzonderlijke
koster, en inkomsten en goederen voor de armen die afgescheiden zijn van die
van Meise.
Dit verzoekschrift werd ingewilligd en de kerk van Rode is blijven staan"[6].
Onder de kunstschatten worden vermeld: de eikenhouten lambrizering waarop in
medaillon de twaalf apostelen en de hh.Jozef en Franciscus; het koorgestoelte waarin de beelden van vier
kerkleraars gebeiteld staan.
Dit houtwerk dateert uit de 18e eeuw.Men twijfelt eraan of het afkomstig is uit een kerk te Boom.De biechtstoelen zijn Barok uit de 17e eeuw.
Ook is er een baroktafeltje gedateerd 1666 F.(rans) A.(dams).
De doopvont is volgens de datum in de sokkel uit 1587.De schilderijen zijn uit de 16e, 17e en 18e
eeuw, met o.m. twee pannelen over het leven van St. Brixius. Deze kunstwerken
werden op 15 december 1989 aan de kerk geschonken door Marnixring Drijpikkel
m.m.v. de dorpsraad en milde schenkers uit de parochie en van daarbuiten.
Het beeldhouwwerk is uit de 16e en 17e eeuw[7].
[1]. WP, 82, 94, 106.
[2]. BDE, p. 388. Op p. 389 staat de opmerking:
"De restauratie heeft dus een zware stempel gedrukt op het gebouw, ook
op het interieur".
[3]. VDE, p. 52. In vele teksten over de kerk van S. Brixius-Rode
wordt gezegd dat de "zij"-beuken in 1655 werden gebouwd. Mijn indruk
is dat men dan meestal de "dwars"-beuken bedoelt. Het feit dat BDE,
388 zegt dat de zijbeuken voor de restauratie van 1907, rondboog vensters
hadden, wijst er naar mijn mening op dat heel het middenschip met de zijbeuken
laat-Romaans of vroeg-Gotisch was.
[4]. Martens, p. 36.
[5]. Zie: Wauters, 5, p. 237.
[6]. VDE, p. 70 die hier citeert uit een verslag van
Frans Van Hoeck, secretaris van de Koninklijke Gilde Sint-Sebastiaan van
Sint-Brixius-Rode.