Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Verkeer... 3 E doet zeker mee!
Al onze activiteiten rond verkeer kan je hier ontdekken.
18-04-2013
Bibliotheekbezoek 9. Oversteken tussen geparkeerde auto's.
Het is af te raden om tussen geparkeerde auto's over te steken. Maar in bepaalde situaties kun je niet anders. Naast de gekende oversteekvaardigheden houden we rekening met enkele nieuwe.
De gevaren. - Je kunt de fietsers en auto's niet zien aankomen. - De geparkeerde auto's kunnen vertrekken of achteruit rijden. - De bestuurders van de auto's kunnen de leerlingen niet goed zien.
De oplossingen. - De stoeprand is normaal de kijklijn. - Omdat er geen goed zicht, kun je beter een andere denkbeeldige (= kijklijn) nemen. - De nieuwe kijklijn loopt gelijk met de zijkant van de wagen aan de bestuurderszijde.
Hoe zie je dat een auto wilt vertrekken? - Er komt rook uit de uitlaat. - We witte achteruitrijlichten of de rode remlichten branden. - Je hoort de motor.
Wat mag ik zeker niet vergeten? - De stoeprand = de rand van de parkeerzone. - Ik moet oogcontact maken met eventuele bestuurders van de geparkeerde auto. - Ik let op het aankomende verkeer. Hierbij luister ik aandachtig naar naderende motorgeluiden. - Ik steek recht over.
Informatie voor onze ouders. - Eerst kijken of er een bestuurder in de auto achter het stuur zit. De auto's kunnen namelijk wegrijden of achteruit rijden. - Zit er iemand achter het stuur? Wilt de bestuurder vertrekken? Zoek oogcontact met de bestuurder van de wagen. Als de bestuurder je gezien heeft, kun je veilig tot aan de kijklijn stappen. - Als er geen verkeer is, kun je veilig en in rechte lijn naar de overkant stappen.
TIP... steek nooit over vlak voor of achter een bus of vrachtwagen. Je staat dan in de dode hoek van het voertuig waardoor de bus- of vrachtwagenchauffeur je niet kan zien.
Dinsdag 16 april stonden onze leerlingen hevig enthousiast voor het sportieve voetbaltornooi. Maar om naar de voetbalvelden te geraken, moesten we de hulp inroepen van enkele bereidwillige ouders. Via dit bericht wil ik deze ouders bedanken. Niet alleen voor de tijd. Maar ook voor het veilig vervoeren van onze kinderen.
Bibliotheekbezoek 8. Individueel oversteken op een zebrapad.
De juiste oversteektechniek. 1. Kies een veilige plaats voor je oversteekt. 2. Kijk eerst links (dichtstbijzijnde verkeer). 3. Kijk dan naar rechts (van die kant kan er ook verkeer komen). 4. Kijk opnieuw naar links. 5. Is er geen verkeer, steek dan recht over. 6. In het midden van de rijbaan kijk je best nog eens naar rechts en links (of er geen verkeer aankomt). 7. Als er geen verkeer is, stap je rustig verder tot aan de overkant. Komt er wel verkeer dan kun je eventueel nog stoppen.
Informatie voor de ouders. - Wanneer een zebrapad binnen de 30 meter afstand ligt, ben je verplicht hiervan gebruik te maken. - Bestuurders (ook fietsers) die het zebrapad naderen, moeten voorrang verlenen aan de voetgangers die op het punt staan om over te steken of al aan het oversteken zijn. - Voorrang als voetganger ≠ blindelings oversteken. - Als je oversteekt zonder zebrapad, heb je geen voorrang meer tijdens het oversteken omdat er geen zebrapad aanwezig is. - Zoek tijdens het oversteken oogcontact met de bestuurder en blijk uitkijken. - NIET ALLE WEGGEBRUIKERS PASSEN DEZE VERKEERSREGELS CORRECT TOE... - Wanneer een tram nadert, mag je een zebrapad dat over de tramrails of -bedding loopt, niet oversteken. Behalve als dit toegestaan is door verkeerslichten.
Vandaag begin ik met de informatie voor de ouders omdat ik deze heel belangrijk vind.
- Laat je kind nooit de straat opgaan met een fiets die niet in orde is. Controleer regelmatig samen de werking van de remmen, de verlichting en de juiste zadelhoogte. - Geef je kind zelf al wat verantwoordelijkheid om z'n fiets in orde te houden. Leer hem de fiets netjes stallen, regelmatig de werking van de fietslichten controleren, vuile onderdelen poetsen, de ketting smeren of een lekke band repareren. Voor grotere herstellingen breng je de fiets naar de fietsenmaker.
Maar als ik eerlijk mag zijn, ik weet ook niet hoe je een lekke band repareert. Maar al die andere taakjes zijn wel haalbaar.
En nu het verloop van deze dag. Tijdens de turnles herhaalde juf Kirsten enkele belangrijke zaken. - Altijd rechts van je fiets opstappen en afstappen. - Stap nooit op je fiets zonder helm en hesje. - We herhaalden alsook de fluitsignalen. - We oefenden hoe je moet 'ritsen'. Wanneer de leerlingen van 2 rijen er 1 moeten vormen of wanneer ze terug per 2 mogen fietsen. Best moeilijk. Maar als je je aandacht erbij houdt lukt het wel. - Arm uitsteken als je wilt afslaan. - Steeds over je schouder kijken. Maar wel opgelet dat je niet uitzwenkt.
Na deze leerrijke en vruchtbare herhaling, gingen we de openbare weg op. We volgden een uitgestippelde weg en kwamen enkele belangrijke verkeerspunten tegen. Hierbij werd er duidelijke en gerichte uitleg gegeven door onze sportieve juf Kirsten. (Dank je wel juf.)
Vrijdag 15 maart ... Joepie, onze tweede culturele uitstap naar het Kasteel van Schoten. Een ideale moment om onze fietsvaardigheden uit te testen... dachten we. Want de sneeuwvlokken dachten er anders over. Om taferelen zoals je hiernaast ziet, te vermijden, veranderden we onze planning. (Oké, eerlijk, het sneeuwde nu ook niet zo hard. Maar de wegen lagen er gevaarlijk glad bij bedekt door dat witte tapijt met hier en daar een gladde plek.)
Nieuwe planning = te voet.
Uiteindelijk was dit nog eens een goede oefening voor onze jongens en meisjes om hun wandelvaardigheden in te oefenen. - Wandelen per twee. - Eenzelfde tempo aanhouden. - ...
Maar wat er ook bij kwam, was de weg naar het park. Hier heb je slechts 1 weggetje dat gebruikt wordt door zowel fietsers als voetgangers. Daarvan wordt een klein gedeelte ook gebruikt door automobilisten.
Maar waar moeten wij dan stappen????
Als er een voetpad is... - Stap ik langs de huizen. - Let ik op bij uitritten, garages of hindernissen. DUS... ik wandel altijd op de stoep. Enkel als er hindernissen de stoep volledig versperren, mag je die voorzichtig verlaten.
Als er geen voetpad is, maar wel een berm... - Ik maak een onderscheid tussen een verharde of onverharde berm. - Is de berm modderig, hobbelig, smal, breed, ligt die hoger dan de rijbaan of gelijk,...? - Kunnen we met z'n 2 naast elkaar op de berm stappen? Of moeten we achter elkaar wandelen? DUS...als er geen stoep is, stap je op de berm op voorwaarde dat die veilig begaanbaar is. Anders stap je op het fietspad of op de rijbaan.
Als er geen voetpad is, maar wel een fietspad... Dan stap je op het fietspad. Maar er bestaan verschillende soorten fietspaden. - Fietspad met dubbele rijrichting: Als het fietspad gescheiden is van de rijbaan, stappen we achter elkaar op het fietspad aan de linkerkant van de rijbaan. Zo zien we de fietsers beter aankomen. Ligt het fietspad vlak naast de rijbaan, dan stappen we achter elkaar op het fietspad aan de rechterkant. - Fietspad met enkele richting aan elke kant van de rijbaan: Als het fietspad gescheiden is van de rijbaan door een berm, dan stappen we op het fietspad aan de rechterkant van de rijbaan. We stappen achter elkaar zodat de fietsers veilig kunnen inhalen. Ligt het fietspad vlak naast de rijbaan, dan stappen we op het fietspad aan de overkant van de rijbaan, tegen de richting van het aankomend verkeer. Zo zien we het rijdend verkeer beter aankomen.
Als er geen voetpad is en geen berm of geen fietspad... dan stappen we op de rijbaan aan de linkerkant en achter elkaar. - Stappen in groep, links op de rijbaan: We kijken zo het naderende verkeer in de ogen en kunnen de snelheid van het wegverkeer beter inschatten. Op de rijbaan ligt de snelheid van de weggebruikers hoger dan op een fietspad. Naast kijken is het ook belangrijk om goed te luisteren. Als een voertuig met hoge snelheid nadert, zetten we een stap opzij en wachten we totdat het voertuig voorbij is. We dragen een fluohesje om zelf beter zichtbaar te zijn. - Stappen in groep, rechts op de rijbaan: Als de groep aan de rechterkant van de rijbaan stapt, dan mag die niet meer dan de helft van de rijbaan innemen. De leerkracht stapt achteraan om een goed overzicht over de groep te hebben en bij gevaar trekt die de aandacht met een fluitsignaal. Speelse kinderen stappen achteraan, dicht bij de leerkracht. Plichtsbewuste kinderen stappen vooraan.
Informatie voor onze ouders. Bestuurders moeten minimum 1 meter bewaren tussen zichzelf en één of meerdere voetgangers die op de rijbaan stappen. Als dat onmogelijk is, dan moeten ze stapvoets voorbijrijden en indien nodig stoppen.
Gedurende de maanden januari - februari leerden we ook veel bij in de klas.
Thema 3 Mobiliteit.
Les 1 Stevige stappers.
De leerlingen
kennen de voordelen van stappen tegenover veelvuldig
autogebruik.
willen meer verplaatsingen te voet afleggen;
Les 2 Niet stappen maar trappen.
De leerlingen
weten dat fietsen heel gezond is.
beseffen dat fietsen een goed alternatief is voor
het veelvuldig autogebruik.
kiezen ervoor om mee te fietsen.
Les 3 Wie zoekt die vindt.
De leerlingen
kennen de voordelen van stappen en fietsen.
vergelijken hun verplaatsingswijzen.
zoeken naar mogelijkheden om meer te stappen
(wandelclubje) en te fietsen (fietspoolen). Informatie voor de ouders. Kennen jullie het stop - principe? S = stappen. Bijvoorbeeld naar school, naar de bakker, naar je grootouders,... T = trappen. De afstanden die al wat verder liggen. Maar ze blijven haalbaar om te overbruggen met de fiets. O = openbaar vervoer. Je vermijdt stress, druktes, het zoeken naar een parkeerplaats,.... P = de personenwagen. Probeer deze alleen te gebruiken als het niet anders kan.
De keuze die je maakt hangt natuurlijk af van enerzijds de afstand. En anderzijds het doel van je verplaatsing. Maar probeer er bij stil te staan en maak de juiste keuze.
Hier zijn ze weer, denk je misschien. Maar de nood aan herhaling is en blijft groot bij deze weggebruikers. Want als 8 / 9 - jarige is het belangrijk om bewust om te gaan met het verkeer.
Hier zijn de belangrijke stappen nog eens op een rijtje als je een gevaarlijk kruispunt moet oversteken.
- Stoppen aan de stoeprand. - Goed naar links - rechts - voor en/of achter kijken. - Rekening houden met fietsers. - Oogcontact zoeken met de bestuurders. - Opgelet als er grote voertuigen voorbij rijden of de straat inslaan.
Info voor de ouders. - Onze jongens en meisjes van het derde leerjaar hebben opnieuw de gevaarlijke punten voor voetgangers benoemt. Hierbij hebben we herhaald wat belangrijk is en waar je zeker op moet letten. Maar het is belangrijk dat u samen met hen de moeilijke punten overloopt wanneer ze een route zelfstandig moeten afleggen. Bijvoorbeeld naar de boekenwinkel of bakker. - Zorg dat je kind in het verkeer steeds voldoende zichtbaar is. Met een fluohesje word je overdag sneller gezien en in het donker zorgen de reflecterende elementen voor een goede zichtbaarheid. - Wanneer u onze klassen ziet wandelen of fietsen, zal u merken dat alle leerlingen een fluohesje dragen. Dit heeft een gele kleur. De leerkracht, en eventueel extra begeleiders, dragen een oranje fluohesje.
Ja hoor, herhaling is belangrijk. En ook vandaag merkte ik dat dit noodzakelijk is. Daarom overliepen we de belangrijke afspraken waaraan je je moet houden als je een T - kruispunt moet oversteken.
- Kijk niet alleen links en rechts. - Hou ook rekening met afslaand verkeer. - DUS kijk ook goed voor of achter je.
Het was vandaag echt noodzakelijk om bepaalde afspraken te herhalen. Daarom schonken we onze aandacht naar 'wandelen in groep'.
Nog even alles op een rijtje...
Veilig stappen in groep doe ik zo... ... afstand houden. ... eenzelfde tempo stappen. ... het tempo wordt bepaald door de leerlingen vooraan. ... niet spelen in groep! ... de kleinste leerling stapt aan de kant van de huizen.
Hoe kruis je op een veilige manier een andere voetganger? - Blijf van de straatkant weg! - Opgelet voor fietspaden. - Indien nodig wacht je even.
Nadat we ontdekt hebben welke kruispunten we in onze omgeving hebben, leren we ze nu veilig over te steken. Dit deden we steeds in groepjes van 4. De wandeling tussen de oversteekplaatsen, deden we samen. Hierbij herhaalden we 'wandelen in groep'.
Kijken is van levensbelang!
De leerlingen moeten rondkijken naar alle richtingen niet
alleen links en rechts maar ook voor en achter zich om het aankomende verkeer
en alle mogelijke gevaren op te merken. Benadruk de leerlingen dat ze enkel op
hun voorrang mogen rekenen als ze zeker zijn dat de weggebruikers van beide
kanten tijdig kunnen en zullen stoppen. Maak duidelijk dat ze oogcontact maken
of teken geven met de hand als ze willen oversteken. VERWOORDEN HOE JE VEILIG
KUNT OVERSTEKEN Laat de leerlingen zelf verwoorden hoe ze veilig oversteken.
Dit zijn de opeenvolgende stappen: 1. stoppen aan de stoeprand 2. links en
rechts kijken 3. voor en achter zich kijken (dichtstbijzijnde verkeer komt van
links en achter) 4. links kijken en recht oversteken Informatie voor onze ouders:
Je kind leert
stilaan zelfstandig drukkere en gevaarlijkere kruispunten over te steken. Op
deze leeftijd is oversteektraining nog broodnodig! Wijs je kind op de juiste
regels en op de gevaren op deze kruispunten. Geef hen de kans om reeds
zelfstandig te voet een gekende route af te leggen.
Benadruk dat
voorrang voor voetgangers niet betekent dat je blindelings mag oversteken. Als
je niet zeker bent dat de naderende bestuurder je gezien heeft of tijdig kan
stoppen, sta dan je voorrang af en wacht met oversteken.
Leer je kind dat oogcontact
met de andere weggebruikers belangrijk is. Als je oogcontact hebt met de
bestuurder, ben je zeker dat hij/zij je gezien heeft en je veilig kan
oversteken. Aarzel niet om de bestuurder te bedanken met een knikje of een
vriendelijk handgebaar.
Vooraleer we jullie vertellen wat we moeten doen aan een T - kruispunt, is het belangrijk dat je weet wat zulk een kruispunt is.
Een T - kruispunt is een kruispunt waarbij 2 armen in elkaars verlengde liggen en de derde er 'loodrecht' op uitkomt. Zo ontstaat de vorm T.
Waar letten we op...? Het is niet voldoende om enkel naar links en rechts te kijken. Er kan verkeer afdraaien en/of vanuit een zijstraat komen. Dit hangt af vanwaar je staat. Alsook moet je rekening houden met de zebrapaden of de verkeerslichten als deze er zijn.
Info aan onze ouders: Wanneer je samen met je kind een T - kruispunt moet oversteken doe je dit best door: * maar 1 keer een straat over te steken. * de straat altijd recht oversteken. * niet enkel naar links en rechts, maar ook naar het afdraaiende verkeer van voor en/of achter je te kijken. * oogcontact te zoeken met de andere bestuurders. * hoffelijk te zijn wanneer ze stoppen en je hand als bedanking op te steken.
We herhaalden ook nog een keer hoe we moeten oversteken en wandelen in groep. Dit blijft voor onze jongens en meisjes van het derde leerjaar zéér belangrijk om te herhalen.
Vandaag daagden we onze leerlingen uit met enkele nieuwe moeilijkheden.
Dit oefenden we vorige keer. - Vertragen, remmen, stoppen en vertrekken. - Korte bocht naar rechts nemen. - Je snelheid aanpassen aan de groep. - De fluitsignalen.
Vandaag legden we de nadruk op: - rechts omkijken. - rechterarm uitsteken. - over een bruggetje en een balk rijden. - opgelet voor hindernissen.
Informatie aan de ouders. Volgens het verkeersreglement moeten fietsers altijd hun arm uitsteken als ze van richting willen veranderen. In sommige omstandigheden is het echter veiliger om je beide handen aan het stuur te houden. Bijvoorbeeld als het wegdek in slechte staat is, bij slechte weersomstandigheden of wanneer je bijvoorbeeld onhandige bagage vervoert.
TIP! Met een armsignaal geef je een duidelijke waarschuwing aan andere weggebruikers dat je van richting wilt veranderen. Het is aangeraden om verschillende keren links achterom te kijken en oogcontact te maken met de bestuurder van het achterliggende voertuig. Zo ben je zeker dat de bestuurder je opgemerkt heeft als je gaat uitwijken.
Deze namiddag hebben we onze eerste culturele uitstap gepland. Aangezien deze afstand ideaal is om met de fiets af te leggen, is het belangrijk om in de voormiddag nog enkele belangrijke afspraken te herhalen!
Onze fluitsignalen:
1 keer fluiten - opgelet, je moet goed uitkijken en opletten. 2 keer fluiten - je moet stoppen. Zorg hierbij wel dat je aansluit. 3 keer fluiten - je moet stoppen en afstappen aan de rechterkant van je fiets.
Aandachtspunten:
VOORALEER JE BEGINT MOET JE FIETS IN ORDE ZIJN: BEL, REMMEN DIE WERKEN, LICHTEN VOOR EN ACHTER.
1. Langzaam remmen. 2. Bij het stoppen, plaats je de linker trapper iets voorbij de hoogste stand. Zo kan je meer snelheid ontwikkelen bij het starten. 3. Als ik in groep fiets, blijven we netjes naast elkaar. We behouden hetzelfde tempo en sluiten aan. Natuurlijk houden we voldoende afstand. 4. Onze handen blijven aan ons stuur en onze voeten op onze pedalen.
EN NIET TE VERGETEN... IK DRAAG ALTIJD MIJN FLUOHESJE EN MIJN FIETSHELM.
Informatie voor onze ouders. De leerlingen van het derde leerjaar zijn misschien al fietsvaardig, maar zeker nog niet verkeersvaardig. Ze hebben het nog moeilijk met het inschatten van verkeerssituaties, voorrangsregels naleven, ochtendspits aan de schoolpoort.... Daarom is het af te raden om je kind op de leeftijd van 8 - 9 jaar alleen naar school te laten fietsen. Je begeleidt als ouder je kind best met de fiets naar school. Ook door samen te fietsen in een fietspoolgroep doen kinderen heel wat verkeerservaring op.
In de klas, tijdens onze lessen verkeer, zetten we alles nog een keer op een rijtje. Soms krijgen onze jongens en meisjes eerst een duidelijke theorieles. Maar soms is het ook andersom. Dan is de theorie een herhaling van de praktijk die dan gebeurde in een beschermde omgeving.
Ons eerste thema: Schoolomgeving.
Les 1: Kruispunten, en ik dan?
De leerlingen ... ... gedragen zich hoffelijk in de schoolomgeving.
... weten in welke richtingen ze moeten kijken op
een T-kruispunt.
... weten dat ze verplicht zijn het zebrapad te
gebuiken als er een is binnen een afstand van 30 meter.
Les 2: Helpers.
De leerlingen ... ... kennen de bevelen van de agent.
... kennen de hiërarchie van de helpers.
... beseffen dat een zone 30 de schoolomgeving
veiliger maakt op voorwaarde dat de autobestuurders zich daaraan houden.
Les 3: Welkom agent.
De leerlingen... ... kennen de bevelen van de agent.
Als we de klaslokalen van onze school verlaten. En we wandelen of fietsen naar de bib, naar de nabewaking of naar huis. Dan is het belangrijk dat je weet waar je op een veilige manier kan oversteken.
Op de onderstaande plannetjes zie je ten eerste de oversteekplaatsen onmiddellijk aan onze school. Het plan daaronder toont je de verschillende mogelijkheden als we naar de bib wandelen.
Dit is natuurlijk niet alles. Het is ook belangrijk om te weten waar er uitritten, hindernissen,... zijn die het voor ons gevaarlijk maken.
In een park kan je genieten van de rust en de natuur. Daarom kiezen verschillende wandelliefhebbers er voor om te gaan wandelen in Vordenstein. Wanneer wij, met een klas van 20 leerlingen, een educatieve wandeling maken, moeten wij daar natuurlijk rekening mee houden.
Hoe doen we dit? O We wandelen op de weggetjes per 2. O We wandelen hetzelfde tempo. O We blijven rechts van het pad. O We houden rekening met andere 'weggebruikers'.
Maar wat heeft dit alles nu te maken met verkeer??? Wel, ik vond dit een ideaal extra oefenmoment om deze belangrijke regels nog eens op te frissen. Je kon hierover reeds lezen in een voorgaand bericht, namelijk onze eerste bibliotheekwandeling.
Vrijdag 23 oktober werden we opgewacht in het park van Vordenstein om een leerrijke wandeling te maken. Maar dit is natuurlijk niet dichtbij. We hadden deze afstand ook met onze fiets kunnen doen. Maar omdat wij nog niet voldoende geoefend hebben, kozen we voor het vervoer van auto's. Daarbij kregen we de hulp van enkele hulpvaardige ouders.
Maar dit vervoer moet natuurlijk ook volgens enkele afspraken verlopen.
VOOR ONZE LEERLINGEN, die rekening moeten houden met de bestuurder: - Wij klikken ons altijd vast. - Wij houden het rustig. - Niet spelen of roepen. - Heb respect voor het materiaal van anderen.
VOOR ONZE OUDERS:
Wanneer er kinderen incidenteel worden vervoerd over een korte afstand, maar niet door hun eigen ouders en er zijn geen of niet voldoende kinderbeveiligingssystemen aanwezig, dan geldt:
Kinderen van 3 jaar en ouder mogen zonder kinderbeveiligingssysteem achterin de wagen vervoerd worden. Ze moeten dan wel de autogordel dragen.
Let op: deze regel geldt dus niet voor de ouders als zij hun eigen kinderen vervoeren.
Tips: de beste plaats om kinderen te vervoeren is achterin de auto. Als het niet anders kan, dan schuif je het best de passagierszetel voorin zoveel mogelijk naar achteren, om het kind zo ver mogelijk van de airbag te laten zitten.
Bibliotheekbezoek 1. Stappen op de stoep in groep.
Op 4 oktober gingen we voor de eerste keer naar de bibliotheek. Deze aangename bezoeken koppelen we dan ook graag aan een aandachtspunt in functie van onze verkeer.
Die dag gingen we extra letten op het 'bewegen in groep als stapper'. Hoe moeten wij ons gedragen in een groep? Wat mogen we wel en wat niet?
In het begin moesten we geregeld een halte inlassen om enkele zaken te bespreken of af te spreken. Maar ik merkte op de terugweg dat het al zeer vlot verliep en dat iedereen knap zijn best deed. Dus een dikke bravo!
Veilig stappen in groep doe ik zo... ... afstand houden. ... eenzelfde tempo stappen. ... het tempo wordt bepaald door de leerlingen vooraan. ... niet spelen in groep! ... de kleinste leerling stapt aan de kant van de huizen.
Hoe kruis je op een veilige manier een andere voetganger? - Blijf van de straatkant weg! - Opgelet voor fietspaden. - Indien nodig wacht je even.
Tips voor onze ouders. Stap als ouder altijd aan de kant van het verkeer. Laat je kinderen langs de kant van de huizen wandelen. Leer je kind onderweg naar de school hoe het zich als voetganger veilig gedraagt.