Er was een mener die in 1896 een reis had gemaaktz
Eeen reis hade gemakte
Hij zag de eerste keer een struisvogel.
Hij had hem als huisdier .
Maar de struisvogel was een goede vriend van hem .
Hij was de president van Amerika .
Hij had de auto die niet van Amerika was.
Hij was de man die het meeste geld had .
Hij had een bediende die de lekkerste recepten kon maken.
Hij vond dat hij een ster moest krijgen .
Hij had veel struisvogeleieren.
De mama had een ei dat 1 kg woog.
De man kon het bijna niet optillen .
Hij was veel te zwaar .
De man had zijn rug gebroken.
De struisvogel was niet te koop.
De man vond dat er veel te veel op struisvogels gejaagd werd.
Dus het was een bedreigde diersoort.
De man had de president een duel gevraagd .
De president viel aan zonder pistolen .
Hij werd door de man gedood .
De president is dood.
De inwoners vonden het leuk .
Hij richtte veel gebouwen op .
Hij had een parlement georganiseerd .
Hij keek naar mensen .
Hij koos Jan, Poos, Mia, Jos en Malinne.
Ze waren het leukst van de mensen .
Ze waren heel trots op de president van Afrika.
Maar iedereen moest struisvogels hebben .
Dat was de wet .
Anders werden hun belastingen met 20 % verhoogd.
Dus iedereen had een struisvogel .
Zelfs de president, hij had 2 struisvogels gekocht .
Hij maakte voor iedereen een vaste pc .
Hij had een gmail-adres en een Skynet-adres voor 1 $ per uur.
Maar het was alleen maar bedoeld voor arme mensen.
Er was zelfs een tv die hij had gevonden .
De mensen waar tevreden met de president .
Er waren om de 10 jaar burgemeestersverkiesingen.
De mensen waren ook blij met google op hun pc dat gratis was .
GEDAAN
15-10-2012 om 14:05
geschreven door bloggen.be
de kronkel Dilbeek
