V-dag -48
Toen ik het ooit bij de vraag of ik nog een goed boek kende
bij een eenvoudig, doch volmondig ja hield, beende de vraagsteller ettelijke
tellen later met draaiende oogbollen weg richting de eerste de beste kroeg.
Weer iemand gelukkig gemaakt, dacht ik zo. Dat was zonder de waard gerekend
(figuurlijk, niet de eigenaar van de afspanning waar het heerschap met
nystagmus was heen getrokken), die dacht me haarfijn te moeten uitleggen dat er
wel een ietwat meer uitleg gegeven diende te worden. Heel verwarrend allemaal.
De man in kwestie had toch gevraagd of ik nog een goed boek kende, terwijl ik
hem nog niet eens een eerste titel had aangeraden.
Bon, een goed boek dus. Wat mij betreft is dat proza al dan
niet opgesmukt met prachtige tekeningen die bij blijft, wat dan weer heel
subjectief is. Gelukkig biedt dit forum plaats om telkenmale nog een goed
boek onder de ogen te brengen.
De oudste blijvende indruk is echter geen dikke streep
literatuur en al evenmin een dunne. Het is een getekende plaat uit Flaters,
floppen en flouzen, een stripalbum in de reeks Guust. De held zonder werk
heeft zich in het archief terug getrokken met benodigdheden die het werk wat
lichter moeten maken. De plaat straalt gewoon rust en een mild anarchisme uit. Net
als de rest van de reeks is het een ode aan nutteloosheid, onbekwaamheid en onhandigheid
die een gouden hart omgeven.
Dit album, deze plaat zijn zowat het begin van een nog
steeds durende liefde voor het medium strip. Het is ondertussen een lange trip
geworden langsheen het epos Buddy Longway, het dromerige Jonathan , het
ecologische Ragebol, het onvolprezen Thorgal, het magistrale Korrigans,
het zacht deinende Magasin Général en vele tientallen andere parels van de
negende kunst.
Maar het begon dus bij een held zonder werk. Misschien
ligt daar de persoonlijke aversie voor de opgedrongen maatschappelijke jachtigheid
wel gebonden.
Bernd
|