Go rin no sho is een gids voor Aikidoka's.
De vijf delen hebben de natuurelementen Aarde, Water, Vuur en Wind, waarbij het
vijfde element in Aikido de Leegte is (de leegte of het Niets is een
boeddhistische term voor de illusionaire aard van wereldse dingen).
Het eerste deel is Aarde, de weg van
harmonie, gemaakt door de aarde te egaliseren en te verharden, met als doel een
oprechte Aikidoka te worden. Of het pad nu oneffen is, of moerassig of
modderige rijstvelden of steenachtige grond. Een pad van harmonie moed een pad,
gevuld met vrede en zelfontplooiing worden.
Het tweede deel maken we water als ons
model en veranderen onze geest in water. Water past zich gemakkelijk aan in een
vierkant of rond vat, verandert zichzelf in een enkele druppel of in een grote
oceaan. Oppervlakkig gezien mag je geest zwak lijken, maar je moet het
innerlijk sterk houden. Ongeacht jouw fysieke kracht, moet je je geest rechtlijnig
houden. Kijk vanuit een open en onbevangen geest naar dingen. Je moet je
wijsheid en geest cultiveren, leer onderscheid te maken tussen goed en kwaad.
Het derde deel is Vuur. De vechtersgeest
van vuur is hevig, of het vuur nu klein of groot is, de manier om te vechten is
hetzelfde. Een persoon kan zo snel van gedachten veranderen, zodat zijn
bewegingen moeilijk te voorspellen zijn. Het is noodzakelijk in de Aikidotraining
om te wennen aan de snelle veranderingen van de geest in de strijd, totdat je
ze op een natuurlijke manier begint waar te nemen.
Het vierde deel is Wind, waarmee
bedoeld wordt dat het moeilijk is om jezelf te kennen als je anderen niet kent.
In een gevecht is het slecht om door de vijand te worden geleid. Je moet de
vijand altijd kunnen leiden. Wanneer je besluit om aan te vallen (atemi), blijf
dan kalm. Dan pas kan je ook verder gaan met een zo sterk mogelijke geest, om
te winnen. Wanneer de vijand aanvalt, blijf dan ongestoord afwachten. Terwijl
de vijand je bereikt, ga je opeens weg om aan te geven dat je van plan bent
opzij te stappen, ga in de aanvalscirkel op een veilige manier, om de
tegenstander veilig te begeleiden in zijn nutteloze actie.
Het vijfde en laatste deel is Leegte (*ku).
Als je eenmaal de kracht van de natuur kent, zul je het ritme van elke situatie
kunnen onderscheiden en zal je de vijand van nature bij elke aanval "begeleiden".
*ku: in het Boeddhisme betekent leegte
niet iets dat ontbreekt, maar eerder het elimineren van wat overbodig is. Het
gaat over dingen buiten de kennis van de mens, dingen en denken dat wat ze niet
begrijpen brengt verwarring. In de leegte is vreedzaam en vol deugd. Het is een
wereld van grote wijsheid die verder gaat dan het menselijke intellect.
|