Op 5 augustus 1944 werd in Zottegem VNV leider Cousy
vermoord. Als vergelding werden nadien door de Gestapo in Zottegem
verschillende aanhoudingen verricht. De meeste van de aangehouden mannen werden
overgebracht naar Oudenaarde voor ondervraging. Zij ondergingen hierbij de
meest verschrikkelijke en mensonwaardige folteringen. Nadien werden ze
afgevoerd naar Duitse kampen. Charles Lapaige was één van de overlevenden. Zijn
getuigenis over deze feiten is er om nooit te vergeten.
Op 13 augustus 1944 om 6 uur smorgens sloegen de Gestapo
en de Feldgendarmerie toe in Velzeke. Germain had om 10 voor 6 de schuilplaats verlaten. Hij ging naar de woning van
zijn ouders. Om 6 uur viel de Gestapo binnen op het erf van Theofiel De Clercq.
Onmiddellijk renden zij naar de schuilplaats. Het waren mannen gekleed in
burgerkledij, enkelen droegen een uniform. Allen waren in het bezit van een
machinegeweer. De put werd geopend en Charel trachtte zich met zijn pistool te
verdedigen. Hij werd onmiddellijk neergeschoten en stierf onmiddellijk. Hij had
verschillende schotwonden in de borststreek. Robert werd door een van de kogels
geraakt aan de rechter slaap en bloedde hevig. Hij werd samen met Theofiel
aangehouden.
Op dit ogenblik was Germain Selders juist in de
woning van zijn ouders. Hij hoorde in de verte schoten afkomstig van een
machinegeweer. Een buurmeisje kon hem tijdig waarschuwen en riep: Er wordt geschoten op den Blarenhoek.
Germain begreep onmiddellijk dat dit een actie was tegen zijn verzetsgroep. Hij
vluchtte weg en kon zich in de omgeving van de Vollander verbergen tussen rijen
stokerwten.
Korte tijd later stonden 3 mannen aan de ouderlijke woning van Germain. Zij hadden eveneens Robert Van
Elsué meegenomen. De moeder van Germain opende de deur. Zij vielen onmiddellijk
de woning binnen en doorzochten deze grondig. Robert zei tegen de moeder
van Germain: Marie het is voorbij. Een
Duitser droeg een uniform, twee Vlamingen droegen burgerkledij. Marie werd hard
aangepakt. Ze werd hevig geslagen en geschopt. De Gestapo riep: Waar is uw zoon?. Marie kon ze
overtuigen dat haar zoon de ganse nacht niet thuis was geweest en ook deze
morgen niet was naar huis gekomen. Uiteindelijk verliet de groep de woning. Marie
Van Achter lieten ze gewond achter. Robert werd meegesleurd en werd bloedend in
een Volkswagen gezet.
De Gestapo viel eveneens binnen in de woning van
Robert in de Blarenhoek 200. Daar werd zijn echtgenote Emilienne Soleme
bedreigd met een bajonet en mishandeld. De Gestapo deed er een huiszoeking.
Germain die nog steeds verscholen zat, zag twee Volkswagens
vertrekken in de Beugelstraat, richting Zottegem. Hij begreep onmiddellijk dat
zijn vrienden waren aangehouden. Ondertussen werd de Hondenbos aan de
Beugelstraat grondig uitgekampt door een achttal mannen in burger. Zij waren allen
in het bezit van een machinegeweer.
06-05-2012, 00:00
Geschreven door Wim 
|